[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Feitenrelaas evacuatieoperatie Afghanistan

Bestrijding internationaal terrorisme

Brief regering

Nummer: 2021D32197, datum: 2021-09-07, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-27925-806).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 27925 -806 Bestrijding internationaal terrorisme.

Onderdeel van zaak 2021Z15021:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021

27 925 Bestrijding internationaal terrorisme

Nr. 806 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VAN DEFENSIE EN VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 september 2021

Hierbij bieden wij u aan het tijdens het debat van 17 augustus 2021 met de Commissie Defensie toegezegde feitenrelaas over de evacuaties van tolken en andere groepen uit Afghanistan in de afgelopen periode (Kamerstuk 27 925, nr. 806).

Het feitenrelaas ziet op de eerste periode van visumverstrekking aan Afghaanse tolken tot en met het einde van de evacuatieoperatie op 27 augustus 2021. Het relaas is gebaseerd op de thans beschikbare informatie. Zoals in de Kamerbrief van 26 augustus 2021 gemeld, zet het kabinet de inspanningen voort om ook diegenen te helpen die voor evacuatie in aanmerking komen. Ook zal de operatie na afloop onafhankelijk geëvalueerd worden om lessen te trekken uit de gebeurtenissen.

Meer informatie over de ontwikkelingen sinds 27 augustus jl. en de verdere stappen die het kabinet onderneemt, zal de Kamer binnenkort toegaan in een nieuwe stand-van-zakenbrief Afghanistan.

De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A.M. Kaag

De Minister van Defensie,
A.Th.B. Bijleveld-Schouten

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
A. Broekers-Knol

Feitenrelaas

Periode voor 2019

In 2014 start het kabinet met periodiek afstemmingsoverleg over lokale medewerkers die voor Nederlandse militaire missies hebben gewerkt. Dit overleg vindt plaats op uitvoerend en beleidsniveau tussen de Ministeries van Defensie, Buitenlandse Zaken, Justitie en Veiligheid en de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). In dat overleg worden op ambtelijk niveau werkafspraken gemaakt over de zgn. tolkenregeling. Deze afspraken worden ook toegepast op verzoeken van Afghaanse tolken en medewerkers. Bij elke aanvraag wordt de werkrelatie met Defensie bepaald, worden de aard, tijd en frequentie van de werkzaamheden gecontroleerd en de hieraan gerelateerde (publieke) blootstelling. Daarnaast wordt door de IND aan de hand van een ingevulde vragenlijst de aannemelijkheid van de vrees beoordeeld, laat de IND de afdeling Falsificaten van de Koninklijke Marechaussee een documentencheck uitvoeren en vindt screening op sociale media plaats. In 2014 ontvangt het kabinet de eerste acht aanvragen van Afghaanse lokale medewerkers/tolken, waarvan er twee worden gehonoreerd. In 2015 worden nog acht aanvragen gedaan, waarvan er vier worden gehonoreerd. In 2016 komen er vijf aanvragen van Afghaanse lokale medewerkers/tolken binnen, waarvan er vier gehonoreerd zijn. De tien Afghaanse lokale medewerkers/tolken van wie de aanvraag is gehonoreerd tot en met 2016, komen allemaal naar Nederland. 1 In 2017–2018 betreft het drie aanvragen, die geen van alle worden gehonoreerd. De veiligheidssituatie in Afghanistan staat voorts periodiek op de agenda van de wekelijkse Raad Veiligheid en Inlichtingen.

2019

De bekendmaking eind 2018 door de Amerikaanse president Trump van zijn intentie om de Amerikaanse troepen uit Syrië en Afghanistan terug te trekken is aanleiding voor Buitenlandse Zaken om in 2019 naar de consequenties van een mogelijke troepenterugtrekking voor de veiligheid van de ambassade te kijken. In maart 2019 bezoekt een vertegenwoordiging van het Ministerie van Buitenlandse Zaken uit Den Haag de ambassade in Kaboel voor onder andere het hernieuwen van de jaarlijkse dreigingsanalyse over de veiligheid van de kanselarij. Hierbij wordt gekeken naar mogelijk oprukken van de Taliban, de mogelijke troepenterugtrekking van de VS en de impact die dat zal hebben op de situatie in Afghanistan, de aanwezigheid van overige Westerse troepen en de veiligheid van de ambassade. In diezelfde periode rapporteert de MIVD in de inlichtingenberichten aan haar afnemers, waaronder Defensie, Buitenlandse Zaken en Algemene Zaken, doorlopend over de veiligheidssituatie en de opmars van de Taliban. De veiligheidssituatie in Afghanistan staat tevens het hele jaar door periodiek op de agenda van de wekelijkse Raad Veiligheid en Inlichtingen.

Op 2 juli laat de Minister van Defensie in een Kamerbrief (Kamerstuk 35 000-X-145) weten dat aan tolken inreisvisa zijn (en kunnen worden) verstrekt, zodat zij na aankomst in Nederland een asielprocedure kunnen starten. Vanaf die datum worden grote aantallen aanvragen gestuurd naar de Nederlandse ambassade in Kaboel.

Op 18 december meldt de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (Kamerstuk 19 637-2573) in reactie op de nader gewijzigde motie van het lid Belhaj c.s.2, dat het kabinet conform de motie onderschrijft dat wordt aangenomen dat de tolken die hebben gewerkt voor internationale militaire missies in Afghanistan systematisch vervolgd zullen worden, behoudens contra-indicaties.

In 2019 ontvangt het kabinet in totaal 120 aanvragen van Afghaanse lokale medewerkers en tolken, waarvan 74 akkoord worden bevonden. Van de 74 gehonoreerde aanvragen zijn uiteindelijk 65 naar Nederland gekomen. In 2019 worden 30 aanvragen afgewezen.3

2020

Op 29 februari 2020 sluiten de Verenigde Staten en de Taliban een akkoord, waarin een troepenvermindering binnen 135 dagen na ondertekening en de terugtrekking van alle buitenlandse troepen per 1 mei 2021 wordt afgesproken, alsmede de start van de intra-Afghaanse vredesonderhandelingen.

Op 9 september maken de VS bekend het eigen troepenaantal verder af te bouwen naar 4.500, waarop in november nog een besluit volgt om verder af te bouwen naar 2.500. De VS blijven onverkort de garantie geven dat dit geen invloed heeft op de aanwezigheid van bondgenoten, waaronder Nederland, in Afghanistan.

Op 12 september starten de vredesonderhandelingen tussen de Taliban en de Afghaanse autoriteiten in Doha.

Op 2 december bereiken de onderhandelaars een akkoord over de basisprincipes voor verdere onderhandelingen. Ondertussen verslechtert de veiligheidssituatie in het land, doordat de Taliban ook tijdens de onderhandelingen door blijven vechten.

De COVID-19 pandemie heeft zijn weerslag op de situatie in Afghanistan en de werkzaamheden van de ambassade. Het aantal fysiek op de ambassade aanwezige medewerkers moet worden teruggebracht, en van maart tot en met september 2020 kan niet regulier tussen Nederland en Afghanistan gevlogen worden. Hierdoor kunnen geen tolken naar Nederland overkomen. Op 1 oktober arriveert de eerste tolk met gezin weer in Nederland.

Een vertegenwoordiging van het Ministerie van Buitenlandse Zaken uit Den Haag bezoekt de ambassade in Kaboel in maart voor de jaarlijkse dreigingsanalyse. Hier wordt ook gesproken met enkele lokale medewerkers die hun zorgen uiten over wat de opkomst van de Taliban zou betekenen voor hun familieleden. Dit wordt ook besproken tijdens een reguliere inspectiemissie van Buitenlandse Zaken in maart.

Begin december vraagt de ambassade in Kaboel om overleg met het Ministerie van Buitenlandse Zaken over de veiligheid van de lokale staf. Op 8 december bespreekt Buitenlandse Zaken naar aanleiding van de aangekondigde terugtrekking van een deel van de Amerikaanse troepen uit Afghanistan, de mogelijke gevolgen voor de veiligheid van de kanselarij. Tevens wordt met het oog op mogelijke evacuatiescenario’s besloten Defensie te verzoeken aan te sluiten bij de reguliere missie van Buitenlandse Zaken voor de periodieke update van de dreigingsanalyse.

In oktober vinden twee interdepartementale scenariosessies («Lange termijn toekomstscenario’s mei 2021–januari 2023») plaats die worden geleid door de MIVD. In het hieruit volgende, in december verspreide, product geeft de MIVD aan dat het scenario dat de Afghaanse republiek zich zal handhaven onwaarschijnlijk is. De MIVD acht het scenario van een uitstel van executie, waarbij de republiek zich nog enige tijd zal kunnen handhaven, maar de Taliban hun invloed zullen uitbreiden, waarschijnlijk. Daarbij geeft de MIVD echter aan dat een afname van internationale steun aan de republiek het scenario waarin de Taliban hun beoogde Emiraat in Afghanistan weten te vestigen dichterbij zal brengen. Ook dit jaar staat de veiligheidssituatie in Afghanistan periodiek op de agenda van de wekelijkse Raad Veiligheid en Inlichtingen.

In 2020 zijn er in totaal 78 aanvragen door Afghaanse tolken/medewerkers gedaan, waarvan 23 akkoord zijn bevonden, 19 tolken/medewerkers daadwerkelijk in Nederland zijn aangekomen en 35 worden afgewezen.

Januari – 13 april 2021

Na de verkiezing van president Biden in de Verenigde Staten is het enige tijd onduidelijk wat de gevolgen daarvan zullen zijn voor het door president Trump getekende akkoord met de Taliban. De Biden-regering begint een review van het akkoord en van de stand van zaken van de vredesonderhandelingen in Doha. De Verenigde Staten geven aan dat alle opties op tafel liggen. In NAVO-verband wordt intensief overleg gepleegd met de Verenigde Staten, maar tijdens meerdere ministeriële bijeenkomsten wordt in afwachting van de uitkomsten van het Amerikaanse review geen besluit genomen over de toekomst van Resolute Support missie na 1 mei 2021. In maart probeert de Amerikaanse Speciaal Gezant voor Afghanistan Khalilzad de impasse in de Doha-onderhandelingen te doorbreken door middel van een diplomatiek offensief, een concept-vredesakkoord en voorstel voor een vredestop in Istanbul die voor 1 mei zou moeten plaatsvinden.

Op 12 januari vindt het eerste maandelijkse (later tweewekelijkse en wekelijkse) veiligheidsoverleg plaats tussen de ambassade in Kaboel, de veiligheidsdirectie van Buitenlandse Zaken, de Brigade Speciale Beveiligingsopdrachten van de Koninklijke Marechaussee (BSB) en Defensie waar wordt gesproken over de veiligheidsontwikkelingen in Afghanistan.

Op 14 januari meldt de MIVD dat met name door de combinatie van uitbreiding van Taliban invloed in de provinciehoofdsteden en de exponentiële afname van bestuurlijke effectiviteit van de Afghaanse republiek, het onvermijdelijk is dat de Taliban overgaan tot de opmars naar het overnemen van het landsbestuur. De timing hiervan wordt niet nader gespecificeerd.

Eind januari sluit Defensie aan bij de reguliere missie naar Kaboel van Buitenlandse Zaken voor de jaarlijkse actualisering van de dreigingsanalyse. Inzet is de ontwikkeling van scenario’s voor een eventuele evacuatie en het ter plekke opbouwen van contacten met andere landen ter zake. Tevens worden tijdens het bezoek contacten gelegd voor een later uit te voeren verkenningsmissie aangaande evacuatie van uitgezonden staf en lokale medewerkers, als onderdeel van de actualisatie van de bestaande plannen.

In februari besluit het Ministerie van Buitenlandse Zaken het algemene evacuatiebeleid voor lokale medewerkers van ambassades in kaart te brengen, o.a. met het oog op de situatie in Afghanistan, en scenario’s voor eventuele evacuatie van de lokale staf van de ambassade Kaboel te ontwikkelen. Hierbij wordt gekeken naar de parallel met de lopende regeling voor de tolken die voor Defensie gewerkt hebben, de juridische mogelijkheden en de zorgplicht van Buitenlandse Zaken vanuit het beginsel van goed werkgeverschap. Intern onderzoek wijst uit dat er geen vergelijkbare precedenten zijn. Ook wordt overlegd met andere gelijkgezinde landen om zicht te krijgen op hun aanpak op dit dossier. In maart worden de concrete mogelijkheden in kaart gebracht en doelstellingen voor een uit te voeren verkenningsmissie voor evacuatieplanning ontwikkeld. Op 11 maart vindt overleg plaats tussen de ambassade, het Ministerie van Defensie, IND en diverse directies van Buitenlandse Zaken over voorbereidingen van verschillende evacuatieopties in de aanloop naar 1 mei 2021 (oorspronkelijke deadline troepenterugtrekking van de VS).

De inzet om tolken te evacueren wordt vanaf januari 2021 geïntensiveerd. Er is uitvoerig e-mail- en belcontact tussen dossierhouders bij Defensie, Buitenlandse Zaken (inclusief de ambassade in Kaboel), Justitie en Veiligheid en de IND. In februari worden maatregelen genomen om een inhaalslag te maken in de achterstand die is ontstaan als gevolg van de COVID-19 pandemie bij de visumverlening aan tolken. De ambassade neemt actief contact op met tolken die een aanvraag hebben ingediend en van wie al lange tijd niets is vernomen.

In maart wordt een aantal versnellingsmaatregelen doorgevoerd. Zo gaat het aantal aanvragers dat per week verwerkt kan worden in de verschillende stappen (visum, aankomst in Nederland) omhoog. De procedure voor goedkeuring van visumverlening aan tolken bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid wordt aangepast waardoor die sneller verloopt. Daarnaast besluit Defensie om de verzoeken uit de dan lopende Resolute Support missie gebundeld en versneld te behandelen.

14 – 30 april 2021

Op 14 april kondigt president Biden aan alle Amerikaanse troepen uiterlijk 11 september 2021 uit Afghanistan terug te zullen trekken. Daags daarvoor is Minister Blok van Buitenlandse Zaken hierover door Secretary of State Blinken geïnformeerd. Defensie wordt op 14 april via de militaire lijn door de Amerikaanse commandant CENTCOM ingelicht. Hiermee komen de ontwikkelingen ten aanzien van de NAVO-aanwezigheid in een stroomversnelling en wordt door de NAVO besloten de Resolute Support missie te gaan beëindigen. Als gevolg hiervan zal ook de Nederlandse bijdrage moeten worden beëindigd. In NAVO-verband leidt dit tot een intensivering van overleg over de troepenterugtrekking en over de inzet van de NAVO na afloop van de terugtrekking. Op 16 april ontvangt de Kamer een aanvullende artikel 100-brief over de inzet van ca. 80 militairen in de Resolute Support-missie voor force protection (Kamerstuk 27 925, nr. 769) om een verantwoorde terugtrekking mogelijk te maken.

Met het oog op mogelijke verslechtering van de veiligheidssituatie rond de oorspronkelijke deadline van 1 mei, wordt op 14 april besloten een aantal ambassademedewerkers tijdelijk niet uit te vliegen naar Kaboel. Dit wordt begin mei alsnog gedaan als blijkt dat de situatie in Kaboel stabiel is gebleven.

Van 19 tot en met 28 april vindt een Buitenlandse Zaken/Defensie-werkbezoek plaats naar Kaboel om, naast het lopende tolkenproces, de evacuatieplannen voor lokaal en Nederlands ambassadepersoneel te actualiseren. Het werkbezoek heeft als doel a) een inschatting te maken van dreigingen gericht tegen lokale staf, b) het in kaart brengen welke maatregelen internationale partners nemen naar aanleiding van eventuele dreigingen, en c) het actualiseren van het evacuatieplan voor evacuatie van de staf. Uit navraag bij ambassades van andere landen blijkt dat de meeste gelijkgezinde landen nog geen concrete plannen hebben of minder concrete plannen hebben voor evacuatie. In diezelfde periode vindt ook een operationeel werkbezoek van Defensie plaats waarbij onder andere de logistiek van commerciële en militaire evacuatieopties in kaart wordt gebracht. Conclusie, na het beschouwen van verschillende opties, is dat het vliegveld in Kaboel de enige realistische evacuatie-optie is. Ook tijdelijke opvang- en uitwijklocaties nabij het vliegveld worden geïdentificeerd. Bij de planning van deze evacuatie wordt uitgegaan van 250–300 personen, waaronder de Nederlandse en lokale staf van de ambassade. Tevens gaat het om geregistreerde Nederlanders in Afghanistan, een aantal Zwitsers (conform eerder gemaakte afspraken) en een kleine dertig Hongaarse beveiligers van de ambassade. De tolken reizen met commerciële vluchten naar Nederland. In diezelfde periode tekent Nederland een Memorandum of Agreement met de Verenigde Staten over Amerikaanse ondersteuning bij een noodevacuatie van ambassadepersoneel in geval van een acute veiligheidsdreiging.

Op 28 april actualiseert Buitenlandse Zaken het reisadvies voor Afghanistan, waarbij Nederlanders in Afghanistan worden opgeroepen te bedenken of hun verblijf in Afghanistan strikt noodzakelijk is, en gebruik te maken van de bestaande, maar beperkte internationale vluchten om het land te verlaten. Daarbij wordt ook aangegeven dat de Nederlandse ambassade in Kaboel Nederlanders niet kan ondersteunen of evacueren in extreme noodsituaties.

Mei 2021

Begin mei neemt de dreiging jegens coalitietroepen toe, vanwege het verstrijken van de oorspronkelijke deadline van Westerse troepenterugtrekking. De situatie in Kaboel blijft echter kalm. De planning van de troepenterugtrekking wordt concreter en de Verenigde Staten geeft aan het leeuwendeel van de troepen reeds begin juli te willen terugtrekken.

Op basis van de uitkomsten van het Buitenlandse Zaken/Defensie-werkbezoek van eind april wordt de evacuatieplanning verder ontwikkeld en uitgewerkt tot een concreet en uitvoerbaar plan voor een non-combattant evacuation operation (NEO) of extractie. Voor de uitvoering van de NEO zijn afspraken nodig met partnerlanden, bijvoorbeeld voor het bepalen van een eerste veilige plaats buiten Afghanistan voordat zij naar de eindbestemming worden gebracht. Het evacuatieplan voorziet op basis van indicatoren en scenario’s in bijpassende maatregelen. Voorbeelden van deze indicatoren zijn; toenemende intensiteit van aanslagen, aanslagen op diplomatieke vertegenwoordigingen, vertrek van Afghaanse regering en het beëindigen van commerciële vluchten vanaf Kaboel. Op basis van deze indicatoren zijn scenario’s ontwikkeld, die in mate van ernst verschillen. Per scenario van het evacuatieplan zijn bijbehorende maatregelen opgenomen. Voorbeelden van deze maatregelen zijn: het uitvliegen van de lokale staf en hun gezinnen met commerciële vluchten, een direct vertrek van de ambassadestaf van of intrekken bij een andere ambassade. Op 31 mei wordt besloten een zogenaamd snel consulair ondersteuningsteam (SCOT) gereed te houden om bij een eventuele evacuatie te assisteren.

Er worden verschillende opties en aanpak voor evacuatie van lokale staf van de ambassade uitgewerkt. In dat kader wordt regelmatig overleg gevoerd met andere gelijkgezinde landen (EU, Nordic+, en anderen) over hun aanpak om te zorgen dat Nederland in de pas loopt met andere landen. Hieruit volgt dat Nederland verder is dan de andere landen die op dat moment pas aanvangen met interne inventarisatie van de mogelijkheden. Op 5 mei is er een bijeenkomst met lokale staf over een mogelijke evacuatie.

In het licht van de veiligheidssituatie en het terugtrekkingsbesluit wordt vanaf half mei wekelijks overleg gevoerd tussen de ambassade, Buitenlandse Zaken, Defensie en de IND om de voortgang van de aanvragen van de tolken te bewaken en specifieke knelpunten te bespreken, naast het dagelijkse telefonische en e-mailcontact tussen de medewerkers. Op 11 mei besluit dit overleg een aantal aanpassingen in de procedure door te voeren. De ambassade zal tolken actiever gaan begeleiden om hen het proces soepeler te laten doorlopen, o.a. d.m.v. een dagelijks telefonisch spreekuur. De identiteitsbewijzen zullen eerder in het proces door de ambassade gecheckt worden om vroeger in het aanvraagproces knelpunten m.b.t. documenten te kunnen signaleren. Dit geldt ook voor screening door de IND en documentonderzoek door de afdeling Falsificaten van de Koninklijke Marechaussee. De IND heeft de vragenlijst die aanvragers moeten indienen ingekort. Voorlegging van een persoon aan Hoofd IND zal per ommegaande gedaan worden en niet groepsgewijs, als de beoordeling van een aantal aanmeldingen gedaan is.

De vertegenwoordiging van de medewerkers van ambassade Kaboel stuurt op 18 mei een verzoek aan de Secretaris-Generaal van Buitenlandse Zaken om in geval van een evacuatie ook andere inwonende gezinsleden in aanmerking te laten komen voor evacuatie. In reactie heeft de Secretaris-Generaal laten weten dat dit verzoek zal worden meegenomen bij de besluitvorming over eventuele evacuatie van lokale staf en hun familieleden.

Op 27 mei vindt er een vertrouwelijke technische briefing van het Ministerie van Defensie en de IND plaats aan de Vaste Kamercommissie Defensie van de Tweede Kamer over de stand van zaken m.b.t. tolken. Daarin wordt de procedure waarmee aanvragen behandeld worden in detail besproken, alsmede toelichting gegeven op de knelpunten waar men tegenaan loopt.

Juni 2021

Op 1 juni vindt een ministeriële bijeenkomst plaats van NAVO-Ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie. Daarin benadrukt de Minister van Defensie dat het bondgenootschap een morele verantwoordelijkheid draagt voor Afghaans personeel, waaronder tolken, die voor de internationale coalitie hebben gewerkt. Ook roept zij bondgenoten op hun activiteiten op elkaar af te stemmen om deze groep in veiligheid te brengen. Op 18 juni wordt een brief aan de Kamer (Kamerstuk 27 925, nr. 783) gestuurd over de toekomstige inzet en hulp aan Afghanistan, na het beëindigen van de militaire inzet van de NAVO. De Nederlandse militaire bijdrage wordt op 24 juni ceremonieel beëindigd in Soesterberg. Op 29 juni meldt de MIVD aan haar afnemers dat de Taliban bezig zijn met een opmars en dat de stap zich over te geven vaak een kleine is voor de Afghaanse veiligheidstroepen. Er is echter geen verwachting dat de Taliban op korte termijn strategische steden zal innemen.

Op 2 juni vindt een debat met de Vaste Kamercommissie Defensie plaats over de stand van zaken omtrent de tolken. Hierin zegt de Minister van Defensie toe in een brief in te zullen gaan op het Britse proces t.a.v. de tolken, de mogelijkheid een beëdigd vertaler op de ambassade te laten werken, de mogelijkheden om een laissez-passer af te geven, de IND-vragenlijst toe te sturen en contact op te nemen met Afghaanse autoriteiten over uitreis eisen. Deze brief wordt op dezelfde dag aan de Kamer verstuurd (Kamerstuk 35 570 X, nr. 94). Tevens zegt de Minister toe over een week een tweede brief te sturen over de versnellingen die tot dan toe gedaan zijn, en mogelijke nadere aanpassingen van de procedure.

Op 3 juni wordt de gewijzigde motie van Kamerlid Piri c.s. (Kamerstuk 35 570 X, nr. 99) aangenomen, die het kabinet verzoekt ervoor te zorgen dat voor het einde van de Nederlandse aanwezigheid de Afghaanse tolken en hun gezinnen in Nederland zijn.

De in mei ontwikkelde evacuatieplannen worden in deze maand verder geoperationaliseerd door Buitenlandse Zaken en Defensie. Het besluit van Australië om hun ambassade in Kaboel te sluiten, blijkt bij navraag door Buitenlandse Zaken te zijn gebaseerd op de verslechterende veiligheidssituatie in het land. De triggers voor afschaling/evacuatie worden nader gespecificeerd, evenals de aantallen te evacueren personen. Hierbij wordt rekening gehouden met evacuatie van onder meer zestien uitgezonden ambassademedewerkers en 185 lokale medewerkers en hun gezinsleden, naast de andere eerdergenoemde geregistreerde Nederlanders, Zwitsers en een dertigtal Hongaarse beveiligers. Op 1 juni zijn er negen Nederlanders bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken aangemeld als aanwezig in Afghanistan.

Het uitgangspunt van de evacuatieplanning is dat bij een verslechterende veiligheidssituatie zo snel mogelijk begonnen wordt met het afschalen van niet-essentiële staf. Specifiek wordt gesproken over de noodzaak lokale staf en hun familieleden in de eerste fase van de maatregelen met commerciële vluchten te laten vertrekken. Dit in verband met de signalering door Defensie dat zij niet in staat zal zijn om snel grote aantallen mensen te evacueren. Tevens is er contact met Duitsland op ambtelijk en militair niveau om een evacuatie gezamenlijk uit te voeren.

Op 10 juni wordt door de ambassadeur, crisiscoördinator en vertegenwoordigers van de veiligheids- en regiodirectie met de Minister van Buitenlandse Zaken gesproken over evacuatie van lokale ambassadestaf onder bepaalde omstandigheden. Er wordt besloten om dit met Defensie en Justitie en Veiligheid/IND te bespreken, gezien de parallel met de procedure voor de tolken. Daarnaast wordt besloten deze Nederlandse intentie naast de laatste inzichten van het beleid van gelijkgezinde landen te leggen.

In de wekelijkse overleggen van Defensie, Buitenlandse Zaken, Justitie en Veiligheid/IND over de tolken wordt gesproken over extra manieren om knelpunten op te lossen. Zo wordt op 1 juni besloten bij de Afghaanse autoriteiten de uitreisvereisten te verifiëren in een poging om de procedure te versoepelen en te versnellen. Op 8 juni wordt besproken dat de Afghaanse autoriteiten aangeven dat documenten die in het juridisch verkeer ingebracht worden gelegaliseerd moeten zijn. In deze periode vindt ook intensief overleg plaats met gelijkgezinde landen aangaande hun beleid t.a.v. tolken en lokale medewerkers van ambassades. Aangezien uit deze rondvraag blijkt dat diverse landen de legalisatie-eis niet meer hanteren, wordt voorgesteld deze ook voor de Nederlandse procedure te laten vallen. De paspoortvereiste blijft, net als bij de gelijkgezinde landen, gehandhaafd. De reden hiervoor is dat zowel de Afghaanse autoriteiten als luchtvaartmaatschappijen deze eis stellen. Ook wordt besloten aanvragers die niets van zich laten horen nogmaals na te bellen. Vanaf 15 juni verhoogt de IND de capaciteit van medewerkers die zich bezighouden met het tolkendossier van 10 naar 15 medewerkers. Op 16 juni signaleert de ambassade in Kaboel dat de Covid-situatie in Afghanistan erg slecht is, en steeds meer mensen niet op het geplande moment naar Nederland kunnen reizen omdat ze positief testen.

Op 11 juni informeert het kabinet de Kamer in een brief (Kamerstuk 35 570 X, nr. 113) over de reeds gedane inspanningen om de afhandeling van aanvragen van tolken te versnellen en over de aanpassingen die het kabinet heeft gemaakt op de procedure, mede in het kader van de motie-Piri c.s. Zo zal door Nederland niet langer een gelegaliseerde vertaling van de tazkera (Afghaans identiteitsbewijs), trouwakte of geboorteakte worden gevraagd. Daarnaast wordt gemeld dat de ambassade in Kaboel in gesprek is met een organisatie die in Afghanistan decentraal de fysieke controle van de identiteitsdocumenten kan uitvoeren en dat Nederland samen met een gelijkgezind land in gesprek zal gaan met de Afghaanse autoriteiten over de door Afghanistan vereiste uitreisdocumenten. Tot slot deelt het kabinet mee dat begin juni 2021 een Afghanistan-veteraan toegevoegd is aan het team dat zich bezighoudt met de procedure t.a.v. Afghaanse tolken.

In een EU-bijeenkomst wordt op 17 juni de situatie in Afghanistan en noodzaak voor een oplossing voor de lokale staf van de EU-delegatie in Kaboel besproken. De tafelronde langs alle EU-lidstaten laat zien dat de meeste lidstaten de besluitvorming over lokale staf nog niet rond hebben.

Ambassade Kaboel signaleert bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken dat er meerdere beschermingsverzoeken bij de ambassade binnenkomen van Afghanen die voor ngo’s of met Nederlandse organisaties werken. Naar aanleiding hiervan vindt overleg plaats tussen de ambassade en het ministerie en wordt de ambassade gewezen op de mogelijkheden onder het staand beleid, i.e. hervestigingsbeleid en specifieke – door Nederland of de EU ondersteunde- beschermingsmechanismen waar mensenrechtenverdedigers en journalisten een beroep op kunnen doen.

Op 1 juni wordt aan de Kamer medegedeeld dat er tot dat moment 68 tolken met hun gezinnen in Nederland zijn aangekomen.

Juli 2021

Op 6 juli vindt in Potsdam vertrouwelijk overleg plaats tussen de Duitse en Nederlandse directies Operaties van Defensie over mogelijke samenwerking in het geval van een noodzakelijke evacuatie vanuit Kaboel. Op 12 juli vindt een terugkoppeling van deze gesprekken plaats aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Naar aanleiding van gesprekken met Duitsland past Nederland de planning voor de evacuatie aan en wordt in samenwerking met Buitenlandse Zaken een evacuatieroute via Islamabad voorbereid.

Op 8 juli kondigt president Biden aan dat alle Amerikaanse troepen per 31 augustus zullen zijn vertrokken uit Afghanistan. In Kaboel blijft het relatief rustig, maar er wordt in grote delen van het land hard gevochten om districten. Op 18 juli geven ambassades van gelijkgezinde landen in Afghanistan en NAVO een verklaring uit waarin de Taliban opgeroepen wordt onmiddellijk een eind te maken aan het militaire offensief.

Op 8 juli wordt in debatten met de Vaste Kamercommissie Buitenlandse Zaken en met de Vaste Kamercommissie Defensie over de voortgang t.a.v. de tolken besproken. De Kamer neemt een nieuwe motie van Kamerlid Piri aan (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2386) die het kabinet verzoekt zo snel mogelijk reisvisa te verstrekken aan resterende Afghaanse tolken en hun gezinnen die in aanmerking komen voor de tolkenregeling.

In de ministerraad van 9 juli wordt ingestemd met het voorstel van het Ministerie van Buitenlandse Zaken tot evacuatie van lokale staf en hun kerngezinnen van de ambassade Kaboel indien de veiligheidssituatie ernstig verslechtert. Daarbij wordt qua procedure aangesloten op de tolkenprocedure. Hiertoe worden werkafspraken tussen Buitenlandse Zaken en de IND opgesteld.

Op 1 augustus worden de gegevens en documenten van lokale medewerkers en hun familieleden door ambassade Kaboel bij de IND overgelegd. Daarnaast wordt op 20 juli het eerste concrete verzoek voor opname van een lokale medewerker van de EU-delegatie door EDEO ingediend. De complete lijst van EU lokale medewerkers en hun gezin wordt op 1 augustus ontvangen.

De frequentie van het afstemmingsoverleg over de tolken tussen Buitenlandse Zaken, Defensie, IND en de ambassade op uitvoerend- en beleidsniveau ligt in deze periode in de regel op twee keer per week, waarbij de focus ligt op oplossingen vinden voor knelpunten in specifieke cases. Daarnaast is er diverse malen hoogambtelijk contact tussen de drie ministeries ten behoeve van snelle besluitvorming omtrent de procedure. Er wordt gesignaleerd dat het aantal vervalste aanvragen sterk toeneemt, hetgeen het beoordelingsproces compliceert. Bij dergelijke vervalsingen wordt bijvoorbeeld gebruik gemaakt van gefotoshopte tolkenpassen en verklaringen.

Op 10 juli informeert Frankrijk bondgenoten dat zij een groot deel van hun ambassadepersoneel evacueren. Hierna wordt via ambassades in Parijs en Kaboel informatie ingewonnen over dit besluit. Concrete aanleiding kan niet gevonden worden in de veiligheidssituatie in Kaboel. Dit leidt voor Nederland niet tot andere inzichten over de veiligheidssituatie. Het Franse besluit is wel aanleiding voor EU-lidstaten en andere like-minded landen om elkaars lijsten met dreigingsindicatoren naast elkaar te leggen, om zeker te stellen dat dat deze indicatoren, en daarmee hoe landen zullen gaan acteren, niet te veel uit elkaar lopen.

Om het uiterste te doen om de tolken snel visa te verstrekken wordt, overeenkomstig de motie Piri c.s. d.d. 8 juli, half juli de capaciteit van de consulaire afdeling van ambassade Kaboel versterkt met een extra consulaire medewerker uit Den Haag en een lokale consulaire medewerker. Ook is dan de door de ambassade ingehuurde familieadvocaat inmiddels met zijn werkzaamheden begonnen, om aanvragers bij te staan bij het verkrijgen van benodigde uitreisdocumenten. Daarnaast wordt besloten bij aanvragers op te vragen wat hun locatie is (dit werd i.v.m. veiligheid eerder niet gedaan) om zo met extra aandacht te kunnen kijken naar de aanvragen van buiten Kaboel, met het oog op het toenemend aantal districten dat in handen komt van de Taliban. Conform de toezegging aan de Kamer wordt tevens informatie over de tolkenprocedure vertaald en online gezet op 26 juli. Daarnaast wordt conform de toezegging aan de Kamer met Duitsland contact opgenomen over de Duitse aanpak. Hieruit blijkt dat Duitsland vergelijkbare uitdagingen heeft als Nederland, m.n. als het gaat om aanvragers zonder paspoort. Vanwege het toenemend aantal aanvragen van EUPOL-tolken wordt vanuit het Ministerie van Justitie en Veiligheid ook een medewerker toegevoegd aan de reguliere overlegstructuren. Op 26 juli wordt de ambassade door de externe organisatie geïnformeerd dat hun regiokantoren geen diensten meer in Kandahar en Balkh mogen aanbieden.

Op 21 juli wordt het reisadvies aangepast: «Reizen naar Afghanistan wordt al heel lang afgeraden, dit geldt ook voor familiebezoek. Als u ondanks dit advies in Afghanistan bent, maak dan gebruik van de nog beschikbare internationale vluchten om uit Afghanistan te vertrekken. Volg de ontwikkelingen over vluchten via informatie van de luchtvaartmaatschappijen. De Nederlandse ambassade in de hoofdstad Kaboel kan Nederlanders niet ondersteunen of evacueren in noodsituaties».

Op 30 juli vindt een hoogambtelijk overleg plaats tussen Buitenlandse Zaken, Justitie en Veiligheid en Defensie over de situatie van Afghaanse tolken. Hierin wordt met het oog op de verslechterende veiligheidssituatie gesproken over de urgentie van het zo snel mogelijk evacueren van alle tolken. Hierbij wordt ook gesproken over de reikwijdte van de regeling, de definitie van hoogprofiel, de EUPOL-tolken en de aanstaande communicatie hierover in een nieuwe Kamerbrief in augustus.

In de maand juli wordt de eerder opgestelde lijst met dreigingsindicatoren wekelijks geactualiseerd naar aanleiding van de ontwikkelingen in Afghanistan. Op 15 juli zijn er zeven Nederlanders bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken aangemeld als aanwezig in Afghanistan.

Op 8 juli zijn in totaal 90 tolken met hun gezinnen in Nederland (de Kamer werd hierover geïnformeerd, Aanhangsel Handelingen II 2020/21, nr. 3512).

1 – 8 augustus

Op 2 augustus wordt in integraal overleg aan de hand van triggers gesproken over diverse aspecten van de veiligheid in Kaboel. In het overleg is tevens besproken dat in de evacuatieplanning tevens rekening moet worden gehouden met tolken die naar Nederland mogen komen. Vanwege de sterk toegenomen werkdruk op het tolkendossier wordt gezocht naar een extra medewerker voor de ambassade Kaboel. Deze medewerker zal uiteindelijk echter niet meer aantreden vanwege de val van Kaboel op 15 augustus.

Op 2 augustus besluiten de betrokken ministeries dat de ambassade voor de aanvragen die niet soepel door de procedure gaan per geval nadrukkelijker naar oplossingen gaat zoeken i.s.m. Defensie en de IND. Er wordt besproken dat tolken die in de procedure zitten in een eerder stadium naar Kaboel moeten komen om niet elders vast te komen zitten. Op 4 augustus is er opnieuw afstemmingsoverleg waarbij wordt besloten uit te werken hoe aanvragers eerder naar Kaboel kunnen komen. Op 4 augustus is het totale aantal in Nederland aangekomen tolken en hun gezinnen 107. Op 6 augustus is er bij Defensie overleg over charteropties voor de evacuatie van tolken.

Op 3 augustus meldt de MIVD haar afnemers dat het waarschijnlijk is dat de Taliban hun expansie de komende weken in heel Afghanistan zullen doorzetten. Ook wordt gemeld dat het omsingelen van waarschijnlijk tientallen provinciehoofdsteden, waaronder Kaboel, Kandahar, Lashkar Gah, Herat, Ghazni en Kunduz en het afsnijden van logistieke aanvoerwegen naar die hoofdsteden zeer waarschijnlijk doorzet. Tegelijkertijd verwacht de MIVD niet dat Kaboel op korte termijn al zal vallen. De Taliban hebben inmiddels meer dan de helft van de districten ingenomen.

Op 4 augustus wordt het geactualiseerde evacuatieplan vastgesteld, uitgaande van een verslechtering van de veiligheidssituatie vanaf 31 augustus, de aangekondigde datum van Amerikaanse terugtrekking. Op 1 augustus zijn er zeven Nederlanders bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken aangemeld als aanwezig in Afghanistan.

Op 5 augustus actualiseert het Ministerie van Buitenlandse Zaken het reisadvies: «Reis NIET naar Afghanistan. De Nederlandse ambassade in Kaboel roept Nederlanders op om Afghanistan zo spoedig mogelijk te verlaten. Maak gebruik van de nog beschikbare, maar beperkte internationale vluchten. Houd er rekening mee dat deze vluchten snel volgeboekt zijn en binnen korte tijd kunnen worden opgeschort. De Nederlandse ambassade in de hoofdstad Kaboel kan Nederlanders niet ondersteunen of evacueren, zeker nu er sprake is van extreme noodsituaties. Zorg er ook voor dat uw registratie bij de Nederlandse ambassade via de informatieservice nog actueel is, ook als u Afghanistan heeft verlaten.»

Op 5 augustus wordt tijdens hoogambtelijk overleg op Buitenlandse Zaken gesproken over de veiligheidssituatie en besloten tot het naar Nederland halen van lokale staf via commerciële vluchten. Dit is een voorzorgsmaatregel in verband met het belang om bij verdere verslechtering van de veiligheidssituatie zo min mogelijk te evacueren personen in Kaboel te hebben. Hierbij wordt ook gesproken over de handelingen van andere landen in dat stadium. Vanaf dit moment wordt een interdepartementale crisisstructuur in werking gesteld (twee keer per week en vaker indien nodig).

Op 5 augustus verzenden enkele lidstaten, waaronder Nederland, een brief aan de verantwoordelijke Eurocommissarissen om hen op te roepen de dialoog met Afghanistan aan te gaan over alle urgente migratievraagstukken die spelen in de samenwerking tussen de EU en Afghanistan. Dit naar aanleiding van een note verbale die EU-lidstaten op 8 juli jl. ontvingen van de toenmalige Afghaanse regering. Daarin stond dat zij geen medewerking meer verlenen aan gedwongen terugkeer, wat het eenzijdig opschorten van (een deel van) de migratiesamenwerking betekende (zoals overeengekomen in april 2021, tussen de EU en Afghanistan in de Joint Declaration on Migration Cooperation). De brief is na ontvangst van de note verbale medio juli opgesteld. De Staatssecretaris heeft op 27 juli haar collega’s laten weten de brief mede te ondertekenen. De brief is uiteindelijk op 5 augustus mede namens Nederland en de andere lidstaten aangeboden aan de Commissie.

9 augustus

De Minister van Buitenlandse Zaken gaat intern akkoord met zo spoedig mogelijk vertrek van niet-essentiële uitgezonden en lokale medewerkers en hun overeengekomen familieleden vanuit Kaboel naar Nederland via commerciële vluchten. De IND beoordeelt de ingediende documenten voor het verstrekken van de benodigde visa. Ook besluit Nederland vijf medewerkers van de EU-delegatie en hun families, en een nader te bepalen aantal lokale medewerkers («fair share») van EUPOL en NAVO, en een aantal VN-medewerkers mee te nemen. De evacuatie moet uiterlijk 31 augustus afgerond zijn vanwege de terugtrekkingsdatum van de Verenigde Staten. Er worden 97 vliegtickets gekocht voor de lokale medewerkers van de ambassade voor de periode 17-20 augustus, en voorbereidingen getroffen voor het kopen van tickets voor de overigen uit deze groep.

10 augustus

De Taliban rukt verder op en krijgt steeds meer provinciehoofdsteden in handen. De MIVD meldt dat het lage moreel en de gebrekkige weerstand van de Afghan National Defence and Security Forces (ANDSF) debet is aan de snelle opmars van de Taliban. Daarnaast meldt de MIVD dat de opmars van de Taliban zich zal voortzetten, maar bij strategisch belangrijke steden waarschijnlijk wel op meer weerstand zal stuiten van Afghaanse speciale eenheden, Afghaanse en vooralsnog Amerikaanse luchtsteun en in voorkomend geval lokale milities. Hoewel de Taliban aanslagen in Kaboel zullen voortzetten en zij hun posities rondom en in de hoofdstad verder zullen versterken, acht de MIVD het onwaarschijnlijk dat de Taliban binnen drie tot zes maanden met geweld de hoofdstad zullen proberen in te nemen. De Taliban hebben namelijk alternatieven om de macht te krijgen. Door bijvoorbeeld Kaboel te omsingelen en de ANDSF verder te demoraliseren kan de hoofdstad (en de regering) uiteindelijk ook vallen. Ook kan de situatie in Kaboel zeer onvoorspelbaar worden als de Verenigde Staten onverwacht zouden besluiten hun ambassade in Kaboel toch te sluiten.

Buitenlandse Zaken neemt het besluit dat de ambassade op zo kort mogelijke termijn zal moeten verplaatsen, bij voorkeur naar de beveiligde Green Zone. Consequentie is wel dat er dan geen visumstickers meer afgegeven kunnen worden aan tolken die voor een visum naar de ambassade komen. Dan zal een procedure om documenten te checken en visa te verstrekken via een externe organisatie – die ook toegepast kan worden mocht ambassade gesloten worden – in werking treden. Er is overleg tussen Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken, Defensie, Justitie en Veiligheid over vertrek van lokaal ambassadepersoneel en tolken door middel van de inzet van civiele charters.

11 augustus

De ambassade spreekt met het Afghaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken over de optie om lokale medewerkers en tolken zonder reisdocumenten (met identiteitsdocumenten) weg te krijgen. De logistiek rondom chartervluchten is interdepartementaal en met de luchtvaartmaatschappij besproken.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid informeert de Kamer (Kamerstuk 19 637, nr. 2767) dat het Kabinet heeft besloten tot het naar voren halen van het algemeen ambtsbericht over Afghanistan in verband met de snel wijzigende situatie in Afghanistan. In verband met die snel wijzigende en daardoor onduidelijke situatie wordt op dezelfde dag besloten tot het instellen van een besluit- en vertrekmoratorium (BVM). De Kamer wordt hierover in de hiervoor genoemde brief nog diezelfde dag over geïnformeerd. Er vindt een afstemmingsoverleg plaats over tolken tussen Defensie, Buitenlandse Zaken en Justitie en Veiligheid. Besloten wordt dat alle tolken van wie Defensie aangeeft dat zij voor Defensie, dan wel voor EUPOL, hebben gewerkt op de charter-passagierslijst mogen komen.

Aan het begin van de avond wordt tijdens het bewindsliedenoverleg (BWO, Minister-President, Minister van Buitenlandse Zaken, Minister van Defensie en Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanwezig) o.a. besloten tot een zo snel mogelijke inzet van civiele charters voor tolken, lokale staf en hun kerngezinnen; een versoepeling van de Nederlandse documentvereisten; het afgeven van laissez passers (ondanks dat de Afghaanse autoriteiten dat op dat moment niet toestaan) en het vasthouden aan het besprokene in de ministerraad van 9 juli over de lokale medewerkers en hun kerngezin, maar dat nog wel gekeken zal worden naar enkele uitzonderingen op humanitaire gronden voor andere inwonende familieleden.

12 augustus

De MIVD geeft aan dat het zeer waarschijnlijk is dat de Taliban de intentie hebben om Kaboel te isoleren en dat dit betekent dat de enige uitweg de luchthaven van Kaboel zal zijn. De luchthaven is als belangrijk overheidsobject waarschijnlijk een doelwit voor aanslagen. Bij een implosie van de regering verwacht de MIVD weliswaar geen gerichte dreiging tegen de Nederlandse ambassade, maar de situatie in de stad zal onvoorspelbaar zijn. Onduidelijk is bijvoorbeeld of in deze situatie de Green Zone goed beveiligd zal blijven.

De MIVD geeft eveneens aan dat de opmars van de Taliban waarschijnlijk zal doorzetten en dat de situatie in Kaboel onvoorspelbaarder kan worden. De MIVD geeft aan dat het mogelijk is dat Kaboel binnen 90 dagen in handen van de Taliban kan vallen. De MIVD acht een machtsovername, veroorzaakt door een implosie van de Afghaanse veiligheidstroepen en het staatsbestel, een waarschijnlijk scenario.

De situatie in Kaboel is nog relatief rustig. Dreigingsmeldingen nemen wel toe en er vallen steeds meer steden in Afghanistan in handen van de Taliban. In de planning wordt ervan uitgegaan dat een evacuatie uiterlijk eind augustus moet zijn afgerond.

De Ministeries van Buitenlandse Zaken, Defensie en Justitie en Veiligheid bespreken de praktische aspecten van de inzet van ingehuurde charters voor vertrek van lokaal personeel en tolken, voor het geval reguliere commerciële vluchten niet meer mogelijk zijn. Er wordt voorgesorteerd op een verplaatsing van de ambassade van Camp Castor naar de beveiligde Green Zone, waarbij colocatie met Duitsland de voorkeur heeft. In een NAVO-spoedbriefing informeren de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk dat hun ambassades in Kaboel gaan afschalen naar kernstaf, en dat de Verenigde Staten extra troepen gaan sturen om het vliegveld en de evacuatie of reductie van de ambassade veilig te stellen. De situatie in Kaboel kan nu zeer onvoorspelbaar worden. De Nederlandse ambassade treft dezelfde nacht voorbereidingen voor vertrek naar de nieuwe locatie. Tevens komen berichten binnen dat de Afghaanse overheid zal capituleren bij het verliezen van Kandahar en Mazar-e-Sharif. Naar aanleiding van het BWO van 11 augustus wordt militair luchttransport (een toestel voor strategisch (KDC-10) en twee toestellen voor tactisch (C-130) luchttransport) door Defensie gereedgehouden om te worden ingezet. Tevens wordt uit een internationale militaire pool (de Heavy Airlift Wing) een C-17 vliegtuig gereserveerd om op maandag 16 en dinsdag 17 augustus naar Kaboel te vliegen.

13 augustus

Uit inlichtingen blijkt dat de opmars van de Taliban snel doorzet. De MIVD beoordeelt het als onwaarschijnlijk dat de opmars van de Taliban richting Kaboel nog te stoppen is. De Afghaanse overheid vertoont tekenen van implosie doordat de ANDSF zich terugtrekken en zelfs overgeven. Veel coalitielanden, en ook Nederland, passen de plannen aan. De Verenigde Staten kondigen aan 3.000 additionele troepen in te zullen vliegen voor de versnelde afschaling van hun ambassade en evenals Nederland besluiten veel andere ambassades dan ook tot afschalen of overgaan tot sluiting. Door de beveiligingsmanager en de ambassade in Kaboel is voor de veiligheidsanalyse een veiligheidsdriehoek aangewezen (een gebied rondom Kaboel met een bepaalde buffer of reactietijd). Deze driehoek wordt 13 augustus volledig doorbroken door de Taliban.

Door Defensie worden twee commerciële charters ingehuurd op 19 en 22 augustus (met een optie op een charter voor 25 augustus), bovenop de tickets die al voor 97 personen waren geboekt. Dit omdat werd ingeschat dat de kans toenam dat de lijnvluchtopties zouden komen te vervallen en dat er naar verwachting in elk geval geen tickets meer bijgeboekt zouden kunnen worden.

In de ministerraad wordt over Afghanistan gesproken en besloten tot het vasthouden van het besluit van 9 juli omtrent tolken, lokale medewerkers en hun kerngezinnen. Buitenlandse Zaken, COA en IND hebben eerder die dag overleg over de registratie en opvang van deze groepen na aankomst in Nederland.

14 augustus

De Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk verplaatsen hun ambassades naar de luchthaven, waarmee alle faciliteiten voor ambassades buiten het vliegveld vervallen. Dat geldt ook voor de Green Zone. De Nederlandse ambassade doet navraag bij internationale partners: iedereen verlaat Kaboel of gaat in afgeslankte vorm verder in de buurt van het vliegveld. De ambassade treft daarom voorbereidingen om binnen een dag naar een locatie nabij het vliegveld te verplaatsen. De VS geeft aan de evacuatie te faciliteren en dringt er bij partnerlanden op aan om hier gebruik van te maken. De Minister van Buitenlandse Zaken heeft contact met haar Noorse, Franse en Duitse collega’s over het belang van zo lang als mogelijk veilig en openhouden van het vliegveld van Kaboel.

Omdat colocatie van de staf bij de Duitsers geen mogelijkheid meer blijkt, wordt besloten om ambassadestaf per 15 augustus onder te brengen op een locatie nabij de luchthaven. Mits de veiligheidssituatie het toelaat, handelt de ambassade nog zo veel mogelijk consulaire werkzaamheden af op de eigen Castor compound, alvorens te verplaatsen.

De ambassade en de IND hebben een spoedoverleg over de openstaande zaken in het licht van de gewijzigde situatie in Afghanistan. De IND geeft akkoord op versnelde afgifte van visa voor tolken die erkend zijn door Defensie en documenten op orde hebben. Onder het op orde hebben van documenten wordt ook verstaan de tot dan toe nog geldende eis van de Afghaanse autoriteiten dat een paspoort voor uitreis verplicht is. Daarbij is besloten de screening en documentencheck in Nederland uit te voeren en als eis vooraf te laten vallen. Buitenlandse Zaken en Defensie overleggen over een belteam om zo snel mogelijk alle nog in Afghanistan aanwezige tolken te informeren over evacuatiemogelijkheden. Defensie stelt capaciteit beschikbaar voor het team dat op Buitenlandse Zaken wordt gestationeerd. Deze dag vliegt een C-130 toestel naar Irak voor een geplande vlucht, maar met de secundaire opdracht dat het toestel, mocht hiertoe worden besloten, door zou kunnen vliegen naar Islamabad.

In een ad hoc BWO op 14 augustus worden de Minister-President, de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Defensie en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid geïnformeerd over de situatie in Kaboel en de eventuele noodzaak om de ambassade op 15 augustus in de avond te verplaatsen naar een veiligere locatie nabij het vliegveld. De ambassade belegt voor de volgende dag, zondag 15 augustus, een speciale bijeenkomst met de lokale staf om hen hierover te informeren en relevante (reis)documenten te overhandigen. Defensie geeft aan militaire middelen in te kunnen zetten voor evacuatie en meldt dat daartoe ook alle mogelijke capaciteiten beschikbaar worden gehouden.

Tijdens het overleg wordt tevens besloten dat de afhankelijke familieleden van de lokale medewerkers die daar om hebben verzocht, mogen meereizen. Vanwege de bijzondere omstandigheden besluit het kabinet voor deze groep dat naast het kerngezin ook bij de medewerker inwonende afhankelijke familieleden in aanmerking komen voor evacuatie. Reden hiervoor is dat lokale stafleden tot het eind toe nodig waren in Afghanistan om de ambassade zo lang mogelijk open te kunnen houden, met name met het oog op de afhandeling van het tolkendossier; zij waren dus niet in de gelegenheid om afhankelijke familieleden elders in veiligheid te brengen. Verder blijft in algemeenheid gelden dat evacuatie wordt beperkt tot het kerngezin.

Aan het einde van de avond komt het bericht binnen dat er vijandelijkheden in de buitenwijken van Kaboel zijn. Een verbindingsofficier van Defensie vertrekt op 14 augustus naar Pakistan om Pakistaanse Host Nation Support voor eventuele evacuaties via Islamabad voor te bereiden.

15 augustus

President Ghani verlaat Afghanistan en Kaboel valt in handen van de Taliban. De snelheid waarmee deze gebeurtenissen zich voltrekken, komt als een verrassing voor belangrijke internationale partners, de Afghaanse bevolking en de Taliban zelf. De Taliban hebben de macht zonder geweld kunnen overnemen.

Kort voor middernacht (op 14 augustus om 23.50 uur) krijgt de ambassade het dringende advies van de VS om te verplaatsen naar het vliegveld, omdat de VS de veiligheid van de ambassademedewerkers op hun huidige locatie niet langer kan garanderen.

Op 15 augustus om 01.00 uur wordt de ambassade (expatstaf en de BSB) verplaatst naar de luchthaven, waarbij de geldende protocollen zijn gevolgd. Dit betekent onder meer dat de server van de ambassade wordt losgekoppeld, waardoor geen communicatie meer mogelijk is via de reguliere emailadressen van de ambassade. Safe passage brieven voor de lokale ambassademedewerkers en tolken worden achtergelaten voor de lokale medewerkers. De Hongaarse beveiligers worden verplaatst naar een locatie nabij het vliegveld, omdat zij op dat moment van de VS geen toegang tot de luchthaven krijgen. Tijdens de verplaatsing naar het vliegveld is er om veiligheidsredenen geen extern contact mogelijk. Rond 6.30 uur lokale tijd informeren de uitgezonden ambassademedewerkers twee vertegenwoordigers van de lokale staf over de nachtelijke verplaatsing en delen zij de informatie die nodig is om de lokale staf toegang te geven over de achtergelaten documenten. De situatie op het vliegveld is chaotisch: er vinden twee aanvallen met indirect vuur en grondaanvallen plaats.

Overdag blijkt Kaboel gevallen te zijn – de Green Zone is niet langer beveiligd, er is wanorde en beveiliging ontbreekt. In de middag valt de Afghaanse regering. Aan het begin van de avond blijkt dat commerciële vluchten niet meer mogelijk zijn. De VS geven aan dat zij tot 16 augustus evacuaties kunnen ondersteunen. Op zondagavond blijkt dat de C-17 vluchten niet alleen meer voor Nederland ingezet worden, maar ook voor andere partners, waarbij Defensie de garantie houdt dat 150 plaatsen voor Nederland gereserveerd blijven. Het C-130 toestel dat Irak als bestemming had, staat met technische mankementen in Amman. Defensie besluit om een luchtbrug in te gaan stellen tussen Islamabad en Kaboel met twee C-130 transportvliegtuigen, alsmede een dagelijkse verbinding met militaire en ingehuurde vliegtuigen tussen Nederland en respectievelijk Islamabad (C-130) en Tbilisi in Georgië, de aankomstplaats van de dagelijkse C-17 vluchten.

De Minister van Buitenlandse Zaken belt met de Secretaris-Generaal van de NAVO over de benodigde evacuaties en het belang daartoe van zo lang als mogelijk veilig en openhouden van het vliegveld van Kaboel. De Minister-President overlegt met de Minister-President van België, de heer De Croo.

In Den Haag wordt bij Buitenlandse Zaken een team opgezet dat de werkzaamheden van de ambassade voorzet en een nieuw emailadres opent (kabul@minbuza.nl) ter vervanging van het door de verplaatsing van de ambassade (en het conform protocol meenemen van de server) niet langer bruikbare emailadres van de ambassade. Ook wordt breed bekend gesteld dat mensen met vragen terecht kunnen bij het telefoonnummer van het contactcenter van Buitenlandse Zaken (+31247247247). De IND stelt per direct capaciteit beschikbaar voor het belteam. In de ochtend wordt in interdepartementaal crisisberaad bezien hoe, gelet op de gewijzigde omstandigheden, tolken en hun families op het vliegveld te krijgen. De ambassade in Kaboel gaat er op basis van registraties en bekende personen van ngo’s van uit dat er zich hooguit nog enkele tientallen Nederlanders in Afghanistan bevinden, omdat een overgrote meerderheid zich niet geregistreerd heeft bij de ambassade. Er is geen registratieplicht voor Nederlanders in het buitenland. Er blijkt een groter aantal Nederlanders en Nederlandse ingezetenen in Afghanistan te zijn, ondanks het eerder afgegeven rode reisadvies. Zij melden zich vanaf deze dag via het gemelde mailadres en telefoonnummer.

Zoals eerder is gecommuniceerd, zijn tot 15 augustus in totaal 111 tolken met hun gezinnen in Nederland aangekomen.

16 augustus

De situatie verergert dusdanig dat vliegverkeer niet meer mogelijk is omdat de VS tijdelijk alle capaciteit van de luchthaven nodig heeft om militaire versterking in te brengen, maar ook omdat Afghanen massaal doordringen op het vliegveld in wanhopige pogingen het land te ontvluchten, hetgeen tot chaos en een zeer onveilige situatie leidde. De geplande (Nederlandse) C-17 evacuatievlucht moet worden uitgesteld. De Taliban heeft in de nabijheid van het vliegveld checkpoints ingericht. In de ochtend voert de BSB verkenningen uit en maakt een nieuw plan om lokale medewerkers en tolken het vliegveld op te krijgen.

Omdat de veiligheidssituatie zeer snel verslechtert en er die dag een grote chaos heerst op en rond het vliegveld, kan dit plan echter niet uitgevoerd worden. Het ambassadeteam wil toch een poging wagen de lokale medewerkers en tolken op het vliegveld te krijgen, maar krijgt geen steun van de VS en beschikt zelf over onvoldoende capaciteit om in de grote chaos die er heerst de mensen binnen te krijgen. Het team moet zich die dag vanwege veiligheidsincidenten op het vliegveld zelf meerdere keren terugtrekken in schuillocaties. Lokale medewerkers, tolken en gezinsleden die opgeroepen waren voor de C-17 vlucht staan klaar voor de poort, maar kunnen het vliegveld niet op. De C-17 krijgt bovendien op dat moment geen toestemming om te landen. De opgeroepen mensen wordt daarom met het oog op hun veiligheid geadviseerd terug naar huis te gaan. Diverse ambassades vliegen hun diplomaten uit en verlaten daarmee Afghanistan. De Verenigde Staten roept iedereen op het land te verlaten, de mogelijkheid tot vertrek wordt steeds kleiner en de veiligheid van het vliegveld staat zwaar onder druk. De Minister van Buitenlandse Zaken heeft contact met Secretary of State Blinken over het belang van zo lang als mogelijk veilig en openhouden van het vliegveld van Kaboel voor de evacuatie van landgenoten en Afghanen die voor de missies van de internationale coalitie hebben gediend.

De Minister-President, de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Defensie en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid hebben spoedoverleg over de situatie in Kaboel. Zij besluiten dat het wenselijk is de ambassade open te houden met tenminste een ambassadevertegenwoordiger en beveiliging om een goede overdracht aan een nieuw team mogelijk te maken en goed zicht te kunnen houden op zich ontwikkelende evacuatiemogelijkheden voor Nederlanders, lokaal personeel en tolken. Het team ter plekke rapporteert dat de VS aangeeft ten minste 48 uur of langer alleen vluchten toe te staan die versterking invliegen om de veiligheid van het vliegveld te garanderen. Andere vluchten worden tijdelijk niet toegelaten. De capaciteit om de regelmatige schendingen van de veiligheid te borgen is onvoldoende. Bovendien zijn er risico’s voor aanslagen. De lokale vertegenwoordiging van de VS geeft het Nederlandse team te kennen dat het de veiligheid van het team niet kan garanderen en dat er na die dag geen garantie kan worden gegeven dat het team nog met Amerikaanse toestellen geëvacueerd kan worden. De leiding ter plekke maakt daarom de uiteindelijke afweging te vertrekken in het belang van de veiligheid van het gehele team. Dit geschiedt na advies van de commandant van het BSB-detachement, die eveneens meent dat het onverantwoord is nog langer te blijven. Daarbij speelt mee dat het team door de VS te kennen is gegeven dat er de komende 48 uur geen vluchten anders dan voor het invliegen van troepen worden toegelaten en de poorten gesloten blijven. Een vervangend team, uitgerust voor en toegespitst op de situatie met voldoende militaire capaciteit wordt onmiddellijk samengesteld voor vertrek.

Het uitgeweken team vliegt dezelfde dag nog naar Doha. Diverse andere Europese landen hebben hun vertegenwoordigingen dan al teruggetrokken uit Afghanistan. Veel landen kiezen er in deze periode voor hun teams te vervangen door nieuwe teams, versterkt met extra militairen.

Ondertussen is het ambassadeteam in Den Haag volledig operationeel en gaat dit team door met het samenstellen van passagierslijsten en het oproepen van mensen als er weer evacuatiemogelijkheden zijn. De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking heeft een virtuele bijeenkomst met Nederlandse ngo’s die actief zijn in Afghanistan over de gevolgen van de ontwikkelingen voor hun werkzaamheden en de veiligheid van medewerkers. In de daaropvolgende dagen is op hoogambtelijk niveau veelvuldig contact onderhouden met deze en diverse andere ngo’s. Defensie en het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA) voeren overleg over de opvang van de eerste evacués.

17 augustus

De Taliban richt steeds meer checkpoints in op de toegangswegen naar de luchthaven in Kaboel, waardoor de toegang tot het vliegveld wordt belemmerd. Ook de chaos en grote toeloop van mensen maakt het steeds moeilijker voor mensen om het vliegveld te bereiken. De Hongaarse beveiligers worden door speciale eenheden van een partnerland naar het vliegveld gebracht en uiteindelijk via een vlucht van een partnerland geëvacueerd. Tijdens een EU Raad Buitenlandse Zaken, waaraan de Minister van Buitenlandse Zaken deelneemt, keuren de lidstaten een verklaring van de Hoge Vertegenwoordiger namens de EU goed waarin onder andere het belang van de veiligheid van EU-ingezetenen en Afghanen die voor de EU of EU-lidstaten gewerkt hebben onderstreept wordt.

Het COA doet formeel verzoek bij Defensie voor het gebruik van de kazerne in Zoutkamp voor de opvang van Afghaanse geëvacueerde personen. De opvang vindt plaats op Schiphol, de registratie en verdere afwikkeling in Zoutkamp door zorg van de Koninklijke Marechaussee, de IND en het COA.

Vanuit Nederland vertrekken het tweede C-130 toestel en de KDC-10. Deze C-130 neemt reservedelen mee voor de C130 die in Amman staat; na reparatie vliegt deze de volgende dag naar Islamabad. Met de KDC-10 reist een vervangend team van ongeveer 70 personen mee. Het bestaat uit de ambassadeur, militairen (BSB en speciale eenheden) en het SCOT-team voor Kaboel. In de Tweede Kamer vindt een commissiedebat over Afghanistan plaats.

18 augustus

De eerste Nederlanders zijn met vluchten van partnerlanden naar Tasjkent (Oezbekistan) en de Golfregio geëvacueerd. De situatie op en rondom het vliegveld in Kaboel stabiliseert enigszins, maar toegang tot de luchthaven blijft door de enorme drukte zeer moeilijk. De Minister-President spreekt met de Pakistaanse premier over Pakistaanse ondersteuning van de Nederlandse evacuatie-operatie. De Minister van Buitenlandse Zaken heeft overleg met haar Duitse collega over het verloop van de evacuaties en het openhouden van het vliegveld. De Minister-President spreekt opnieuw met zijn Belgische collega, de heer De Croo.

De eerste C-130 vliegt het vervangende team en de BSB vanuit Islamabad naar Kaboel. Tijdens de landing ontstaat een defect waardoor de C-130 na terugkomst in Islamabad niet langer inzetbaar is. Er wordt een luchtbrug opgestart tussen Islamabad en Kaboel (met de Defensie vliegtuigen) en Tbilisi en Kaboel (met de C17 van de Heavy Airlift Wing). Het toestel is na terugkeer in Islamabad gerepareerd en was op 22 augustus weer inzetbaar. De tweede C-130 arriveert vanuit Amman in Islamabad waardoor de luchtbrug met Kaboel in stand kon worden gehouden.

De motie van het lid Belhaj (Kamerstuk 27 925, nr. 788) wordt aangenomen in de Kamer, waardoor het aantal te evacueren personen toeneemt. Over de uitvoering van de motie (Kamerstuk 27 925, nr. 841) geeft het Kabinet aan deze motie naar letter en geest uit te zullen voeren en daartoe alles op alles te zullen zetten. De capaciteit van het belteam wordt opgeschaald: Defensie, Buitenlandse Zaken en de IND voegen extra personeel aan het team toe.

De opschaling van het Defensie-crisisteam vindt plaats en er wordt een speciaal Defensie-meldpunt ingericht voor Afghanistan-veteranen die mogelijk nog contact hebben met Afghanen met wie zij hebben gewerkt tijdens hun uitzending.

In totaal zijn 373 Nederlanders met kerngezin en Nederlandse ingezetenen op de evacuatielijst geregistreerd. Die dag worden 115 personen geëvacueerd met twee militaire vluchten naar Islamabad en Tbilisi, deels met eindbestemming Nederland. De eerste personen komen aan in de opvanglocatie in de kazerne in Zoutkamp.

19 augustus

Er wordt extra capaciteit ingezet van Defensie en Buitenlandse Zaken in Tbilisi ten behoeve van ondersteuning van de transfer van mensen op evacuatievluchten. De IND besluit om direct Immigration Liaison Officers te sturen naar Tbilisi en Islamabad ter versterking van de consulaire teams van Buitenlandse Zaken. Buitenlandse Zaken wijst een projectcoördinator aan voor de uitvoering van de motie-Belhaj, die wordt ondersteund door een team van medewerkers van Buitenlandse Zaken. Een team van Defensie gaat aan het werk om alle oud-Defensiemedewerkers die onder de motie-Belhaj vallen te behandelen.

Tijdens een BWO (Minister-President, Minister van Buitenlandse Zaken, Minister van Defensie en Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aanwezig) worden criteria voor evacuatie vastgesteld ten behoeve van noodzakelijke prioritering. Dit tijdelijke handelingskader voor de evacuatie toont de gezamenlijke betrokkenheid van de bewindspersonen. Mensen worden ingedeeld in twee categorieën: (1) Nederlanders en ingezeten, lokale collega’s en tolken, en EU- en NAVO-collega’s, en (2) alle personen onder motie-Belhaj, onder andere mensenrechtenactivisten, vrouwenrechtenactivisten en journalisten. Ook wordt in de ministerraad (Begrotingsraad) stilgestaan bij de situatie in Afghanistan.

De reparatie van de C-130 in Islamabad zal enkele dagen duren omdat reservedelen vanuit Nederland moeten worden ingevlogen. Dit heeft geen invloed op de evacuatieoperatie, aangezien de andere C-130, die 18 augustus is gearriveerd, inzetbaar is en de aangeboden evacués kan vervoeren.

Intussen wordt zowel door de Minister van Buitenlandse Zaken als hoogambtelijk de internationale outreach geïntensiveerd (VS, Pakistan, Turkije, Denemarken Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Canada, Italië, Finland, Noorwegen, Zweden, en de NAVO), om aan te dringen op toegang tot en het open houden van de luchthaven.

102 mensen zijn op 19 augustus vanuit Kaboel uitgevlogen, waaronder zeven Nederlanders.

20 augustus

Omdat er sterke aanwijzingen zijn dat alleen personen met niet-Afghaanse nationaliteit zullen worden toegelaten tot het vliegveld, worden Nederlanders door de belteams opgeroepen zich binnen 24 uur naar het vliegveld te begeven, met het oog op hun evacuatie. Het blijkt ook voor deze groepen lastig het vliegveld te bereiken. Het vliegveld is delen van de dag gesloten omdat er teveel te evacueren personen op het veld zijn. Het Nederlandse team in Kaboel werkt nauw samen met de Duitsers. Tijdens een ingelaste NAVO ministeriële bijeenkomst roepen Nederland en bondgenoten de Verenigde Staten op het vliegveld zo lang als mogelijk en nodig open, toegankelijk en veilig te houden. In de dagen daaraan voorafgaand, heeft de Minister van Buitenlandse Zaken contact gehad met meerdere collega’s om zich bij deze oproep aan te sluiten. Om op alle mogelijke scenario’s voorbereid te zijn, onderzoekt Defensie de opties voor aanvullende militaire inzet ter plaatse met het doel om mensen op het vliegveld te krijgen en te evacueren, waaronder inzet van helikopters.

De Minister-President heeft overleg met de Britse premier Johnson over mogelijke ondersteuning van het VK bij de evacuatieoperatie en het aanbod van Nederlandse militaire ondersteuning bij het open houden van het vliegveld. Ook spreekt hij de Franse president Macron over het verloop van de evacuaties. Tot slot spreekt de Minister-President telefonisch met de Nederlandse ambassadeur in Kaboel. In de ministerraad wordt eveneens opnieuw over de stand van zaken in Afghanistan besproken. De lijst met Nederlanders en Nederlandse ingezetenen is inmiddels gegroeid naar 700. In de middag is een database voor de mensen die vallen onder de motie van het lid Belhaj gereed. De teams beginnen met het identificeren van de meest acute en schrijnende gevallen die in aanmerking komen voor evacuatie. Hiervoor wordt ook nauw overlegd met Nederlandse ngo’s en mediaorganisaties die in Afghanistan hebben gewerkt, zowel door de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking als op hoogambtelijk niveau. Er komen 47 personen van de Nederlandse lijst aan op Schiphol en nog eens 17 in het buitenland via andere evacuatievluchten. In totaal zijn 142 mensen geëvacueerd met twee C-130 vluchten.

21 augustus

De beveiliging van de buitenring van de luchthaven wordt lastiger, maar de coördinatie op de luchthaven lijkt iets te verbeteren. Het beeld is dat de Verenigde Staten alleen mensen met een Amerikaans paspoort doorlaten. Er wordt besloten dat er extra capaciteit voor het ambassadeteam in Kaboel moet komen.

Er is politiek en ambtelijk contact met de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk over toelating bij en openhouding van het vliegveld. De Minister van Buitenlandse Zaken spreekt met de Ministers van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Arabische Emiraten, Qatar en Pakistan over hun medewerking bij de Nederlandse evacuatie-operatie. In de middag vindt een BWO van de Minister-President, de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Defensie en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid plaats over de stand van zaken van de evacuatie. Het belteam wordt verder versterkt met tientallen medewerkers van Buitenlandse Zaken, Defensie en IND.

Er ontstaat inmiddels een beter beeld van de militaire situatie in en rond het vliegveld en de (on)mogelijkheden om evacuees op het vliegveld te krijgen. Samen met internationale partners ontwikkelt het team in Kaboel plannen voor de extractie van mensen in de stad Kaboel en voor versterking van de al aanwezige militaire presentie op het vliegveld. Defensie bereidt als onderdeel van de reeds ingezette planning van opties, daadwerkelijk de mogelijkheid voor om twee helikopters over te brengen naar de regio of naar Kaboel, ter ondersteuning van het team op het vliegveld. Bovendien worden door Defensie een compagnie mariniers en een compagnie van de 11e Luchtmobiele Brigade, geschikt voor extra force protection taken, paraat gezet in Nederland zodat zij binnen 24 uur kunnen worden ingezet.

Op basis van de dreigingsappreciatie in Kaboel en de afspraken van de Verenigde Staten met de Taliban wordt door het team ter plaatse geconcludeerd dat militair optreden in Kaboel niet verantwoord is en ook niet door de VS wordt toegestaan. De Nederlandse teams opereren wel in de directe omgeving van het vliegveld.

De NAVO geeft opdracht om in Kosovo tijdelijke opvang te creëren voor lokale (Afghaanse) NAVO-werknemers. Defensie onderzoekt hoe het hieraan kan bijdragen De VS geeft aan dat uiterlijk 31 augustus haar laatste eenheden het vliegveld zullen verlaten.

Circa 50 Nederlanders en Nederlandse ingezetenen zijn inmiddels vertrokken uit Kaboel, maar er staan er nog 750 mensen op de groeiende lijst. Een grote groep (207 personen) van de lokale medewerkers komt door zorg van Nederlandse teams de luchthaven binnen, dankzij intensieve samenwerking tussen de militaire en civiele teams op de luchthaven en de belteams in Den Haag. De begeleiding van de evacuees per telefoon en WhatsApp vanuit Den Haag, die evacuees helpt de exacte toegangslocatie te vinden, blijkt een belangrijke succesfactor. Deze methode zal vanaf dit moment ook intensief worden toegepast om volgende groepen evacués te helpen hun weg naar de «Holland gate» te vinden. Vooral in de nacht blijkt de methode goed te werken. Nederland besluit dan ook – voor zover bekend als enige land ter plekke – 24/7 door te werken om zoveel mogelijk mensen op deze manier binnen te krijgen. Op twee vluchten worden die dag 155 mensen geëvacueerd.

22 augustus

Om ophoping van mensen op het vliegveld te voorkomen kiest Nederland ervoor, evenals andere Europese landen, eenieder die zich aandient mee te nemen. Mede hierdoor raakt de opvanglocatie Zoutkamp sneller vol dan op basis van de aantallen evacués voorzien. Er wordt door Defensie met spoed een alternatieve locatie gezocht voor opvang van geëvacueerde personen. Deze avond wordt de noodopvang op de defensielocatie te Zeist in gebruik genomen.

Het ambassadeteam in Kaboel wordt versterkt met een extra ambassadeur en consulaire medewerkers, zodat het team in shifts kan werken. Ook is door Defensie een beperkt extra speciale eenheden naar de regio gebracht, m.n. ter versterking van de teams in Islamabad. Daarnaast stelt Defensie extra speciale eenheden gereed om direct ingezet te kunnen worden indien noodzakelijk. In Kaboel en via hoofdstedelijk overleg deelt de VS mee dat coalitiepartners, waaronder Nederland, Kaboel uiterlijk 26 augustus dienen te verlaten. Dat zou de VS in staat stellen om daarna op 31 augustus het vliegveld geheel te kunnen verlaten.

Er wordt op dat moment nog intensief zowel bilateraal als in samenwerking met gelijkgezinde landen met de VS gesproken over verlenging van deze deadline, om het moment van vertrek zo veel mogelijk te kunnen uitstellen. Daarnaast heeft de Minister van Buitenlandse Zaken overleg met de Britse Minister van Buitenlandse Zaken Raab en de Belgische Minister van Buitenlandse Zaken Wilmès over de voortgang van de evacuaties en de bestaande zorgen over de sluiting van de luchthaven.

Er worden 92 mensen via twee C-130 vluchten en 129 mensen via twee C-17 vluchten geëvacueerd.

23 augustus

De sfeer rond de luchthaven wordt grimmiger, bij de gates wordt regelmatig geschoten. Naar schatting 25.000 mensen bevinden zich op of rondom de luchthaven. In de nacht worden door het Nederlandse team 200 personen het vliegveld binnengehaald.

Er vindt een BWO plaats waarin de Minister-President, de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Defensie en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid spreken over de evacuaties tot 26 augustus en de opties voor daarna. Defensie stelt een planning voor het vertrek op. Nederland krijgt voor 26 augustus twee momenten aangewezen om het vertrek uit te voeren. De Amerikaanse commandant in Kaboel geeft aan dat het niet mogelijk is om deze momenten te verplaatsen of uit te breiden. Wel laat hij weten dat er door de VS afspraken zijn gemaakt met de Taliban om met bussen een groter aantal mensen het vliegveld op te krijgen. Vanwege indicaties dat de Taliban alleen nog houders van een buitenlands paspoort toestaan het land te verlaten en omdat niet-paspoorthouders bij deze optie zichzelf in gevaar zouden brengen, besluit het BWO om alleen Nederlandse paspoorthouders in de bussen toe te laten. Het BWO concludeert voorts op dezelfde wijze verder te gaan met de evacuatie, met speciale aandacht voor Nederlanders en ingezetenen en tolken, en stelt vertrouwen in de beslissingen van het team op de grond. Tevens wordt besloten dat locaties Heumensoord en Harskamp gereed worden gemaakt voor de opvang.

De Defensielocatie in Zeist is gereed voor gebruik. Defensie stelt een alternatief plan op om meer opvang te creëren. De plannen voor opvang in Heumensoord (1.000 plaatsen) worden nader uitgewerkt, maar deze optie is niet binnen een week gereed. Als tijdelijke opvang wordt de optie van opvang in Harskamp uitgewerkt, waarbij de zorg over de overlast van het schietterrein wordt meegenomen in de planning.

Er worden 410 mensen geëvacueerd met drie vluchten. In totaal zijn er tot dan toe zo’n 1.000 door Nederland uitgevlogen mensen, van wie naar schatting 800 met een relatie met Nederland (personen uit zowel categorie I als categorie II: Nederlanders en statushouders, tolken, lokale staf en personen in het kader van de motie van het lid Belhaj).

24 augustus

Het dreigingsbeeld is ongewijzigd ten opzichte van de dag ervoor. De voornaamste dreiging gaat uit van een aanslag door Islamic State Khorasan Province (ISKP). Het risico bestaat dat er vaker schietincidenten rondom het vliegveld zullen plaatsvinden. De Taliban zal waarschijnlijk niet instemmen met een verlenging van de controle van het vliegveld door de Verenigde Staten na 31 augustus. Om deze reden is de voorbereiding van Defensie voor het sturen van Nederlandse helikopters naar de regio of naar Kaboel stopgezet. Ook andere opties die het team ter plaatse heeft verkend om evacuees uit de stad op het vliegveld te krijgen blijken niet mogelijk.

Het belteam is versterkt met tientallen medewerkers uit alle geledingen van Buitenlandse Zaken en Defensie, en heeft in de avond van 23 augustus en de daaropvolgende nacht veel mensen gebeld om naar het vliegveld te komen en naar de juiste ingang te loodsen. Nederlandse paspoorthouders komen over het algemeen snel door de route heen, bij sommige Afghanen zonder Nederlands paspoort is dit niet het geval. Zij worden waar mogelijk langs andere wegen geholpen. Om nog meer mensen te kunnen evacueren zijn de Taliban en de Verenigde Staten overeengekomen dat de diverse landen mensen kunnen evacueren met bussen naar het vliegveld vanuit een veilige locatie in de stad.

Ongeveer 80 mensen die naar aanleiding van de motie-Belhaj in aanmerking komen voor overkomst naar Nederland worden geëvacueerd. Omdat het openstellen van Harskamp serieuze impact heeft op de gereedheid van met name de Landmacht, wordt afgesproken dat deze locatie spoedig weer gereed wordt gemaakt voor operationeel gebruik.

In vijf vluchten worden deze dag 604 mensen uit Afghanistan geëvacueerd. In Harskamp zijn de eerste evacués aangekomen en ook het Marine Etablissement Amsterdam wordt gereed gemaakt als tijdelijke noodopvang. Defensie heeft nu in totaal vier opvanglocaties ter beschikking gesteld en is bezig met de opbouw van Heumensoord.

De Minister-President heeft daarnaast overleg met de Duitse Bondskanselier Merkel over het belang het vliegveld van Kaboel zo lang mogelijk open te houden en mogelijkheden voor toekomstige diplomatieke presentatie in Afghanistan. Daarnaast heeft de Minister van Buitenlandse Zaken contact met haar Chinese counterpart over de situatie in Afghanistan, het belang daarvan voor de regionale stabiliteit en mogelijkheden om te werken in en met Afghanistan, gebaseerd op de richtlijnen van de VN Veiligheidsraad.

25 augustus

Aan meerdere landen die deelnemen aan de evacuatie is duidelijk gemaakt dat op één minuut voor twaalf op de 26e hun militaire eenheden het vliegveld moeten hebben verlaten. Zowel bilateraal als met andere landen en zowel diplomatiek als militair, zet Nederland zich in om deze deadline zo ver mogelijk naar achteren te brengen, om zo meer evacuatietijd beschikbaar te krijgen. Landen die capaciteiten hebben ingebracht die nodig zijn om de veiligheid van de militairen en de veiligheid op het vliegveld tot het vertrek van de troepen te waarborgen, waaronder het Verenigd Koninkrijk en Noorwegen, dat de medische capaciteit verzorgt, mogen later vertrekken.

De situatie rondom het vliegveld verslechtert. De plaatsvervangend secretaris-generaal van Buitenlandse Zaken geeft met de twee afdelingshoofden Operaties en Speciale Operaties van Defensie en een plaatsvervangend directeur van de IND een technische briefing aan de Kamer over de evacuatieoperatie. In de middag vindt een BWO met de Minister-President, de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Defensie en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid plaats, waarin wordt gesproken over de stand van zaken in Kaboel, het aanstaande einde van de evacuaties en over de noodzaak om ook na de beëindiging van de evacuatieoperatie de mensen die zijn achtergebleven bij te blijven staan. In de ministerraad (Begrotingsraad) wordt wederom stilgestaan bij de situatie in Afghanistan.

In verband met de veiligheidssituatie worden alle gates van het vliegveld in de loop van de avond (Nederlandse tijd) gesloten. De situatie wordt grimmiger en daarom wordt besloten om groepen mensen die nog actief door belteams worden begeleid richting luchthaven te informeren dat de situatie het niet toelaat om naar het vliegveld te komen, dat zij terug moeten keren naar een veilige plek en verdere berichtgeving moeten afwachten.

De Nederlandse paspoorthouders in de bussen krijgen nog geen toestemming van de Taliban om door te rijden naar het vliegveld en krijgen de boodschap om in de bussen te blijven. Er wordt diplomatieke hulp gezocht om de Nederlandse bussen voorrang te verlenen, omdat er alleen Nederlandse paspoorthouders aan boord zijn (in tegenstelling tot bussen van landen die daarin een andere afweging hadden gemaakt en die uiteindelijk ook niet werden toegelaten tot de luchthaven). Daarnaast bevindt zich nog een groep mensen uit de verschillende categorieën voor de poort die daar niet uit kunnen komen, zij krijgen de oproep om daar te blijven. Er worden geen nieuwe mensen meer opgeroepen. Het team voor de uitvoering van de motie-Belhaj heeft contact met de 59 mensen die waren geïdentificeerd voor evacuatie en reeds bij de poort van het vliegveld staan. Verspreid over vier vluchten vertrekken deze dag 256 evacués uit Kaboel.

De Minister van Buitenlandse Zaken heeft intussen contact met zowel de Duitse als de Turkse Minister van Buitenlandse Zaken over het belang om na te gaan denken over opties voor relocatie van de ambassades in Kaboel naar landen in de regio en diplomatieke presentie in Afghanistan zodra dit weer mogelijk is. Dit met als doel om ter plekke de evacuatie te kunnen voortzetten en consulaire bijstand te kunnen verlenen aan de Nederlanders die zich nog in Afghanistan bevinden.

26 augustus

In de nacht van 25 op 26 augustus komen de bussen met 118 Nederlandse paspoorthouders veilig op het vliegveld aan. Op het vliegveld is sprake van een acute terreurdreiging. De Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk roepen hun landgenoten buiten de poorten van het vliegveld op te vertrekken. Er zijn geen indicaties dat de poort waar Nederland gebruik van maakt (op korte termijn) weer open gaat. Daarom besluit Buitenlandse Zaken de groep die nog voor de poort staat nu ook op te roepen om het vliegveld te verlaten en een veilig heenkomen te zoeken.

De Nederlandse evacuatieoperatie wordt later die dag beëindigd om zowel de nog wachtende evacués op het vliegveld als ook het Nederlandse team voor het einde van de dag te kunnen laten vertrekken. Deze dag zijn met twee C-130 vluchten 176 mensen geëvacueerd en tien mensen met één C-17 vlucht. Met nog eens twee C-130 vluchten worden de ambassadeurs en het Nederlandse team vanuit Kaboel naar Islamabad gevlogen. De mensen met Nederland als eindbestemming die dan op het vliegveld zijn worden allen geëvacueerd.

Tijdens een BWO met de Minister-President, de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Defensie en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid wordt gesproken over relocatie van de ambassade naar een land in de regio en diplomatieke presentie op termijn in Afghanistan, dat ook op andere ambassades in de regio Afghanen zich melden met het verzoek om een visum en over de opvangcapaciteit van de IND en het COA. Ook in de ministerraad (Begrotingsraad) komt de situatie in Afghanistan weer ter sprake.

Gezien de toenemende dreiging moet het Nederlandse team de Holland gate verlaten. Kort na het vertrek van het ambassadeteam, BSB en Defensie vindt een zelfmoordaanslag plaats vlakbij de plek waar zij de te evacueren personen het vliegveld op lieten. Daarbij vielen zeker 170 doden, waaronder 13 Amerikaanse militairen, en ongeveer 200 gewonden. De belteams bellen personen die zich afgelopen nacht nabij de getroffen gate ophielden, met als doel een vorm van nazorg te verlenen. Er is geen indicatie dat er zich onder de slachtoffers mensen bevinden die door Nederland waren opgeroepen om naar het vliegveld te komen.

De laatste vlucht met de special operations teams van Defensie vertrekt rond 18.00 uur Nederlandse tijd vanuit Kaboel naar Islamabad. Tevens worden de eerste personen ontvangen op de Defensielocatie te Amsterdam.

De afgelopen dagen zijn in totaal 1.722 mensen naar Islamabad geëvacueerd en 433 mensen naar Tbilisi. Dit betreffen niet alleen Nederlandse evacuees maar ook andere nationaliteiten.

27 augustus

De terroristische dreiging rondom de luchthaven neemt verder toe.

De laatste vluchten met geëvacueerde personen uit Islamabad komen aan in Nederland

Het totaal uit Kaboel geëvacueerde personen met Nederland als eindbestemming staat nu op 1.614 en loopt in de dagen erna, wanneer iedereen in Nederland, is aangekomen naar 1673. Deze groep bestaat uit 708 Nederlanders, 371 tolken en andere personen in dienst van internationale militaire of politiemissies inclusief hun gezinsleden, 211 lokale ambassadestafmedewerkers, inclusief families, 15 lokale EU-medewerkers, 30 lokale VN-medewerkers, 19 lokale NAVO-medewerkers en 319 mensen die vallen onder de doelgroepen van de motie van het lid Belhaj c.s.

Het COA vangt circa 1.950 evacués op in de opvanglocaties en de IND en Koninklijke Marechaussee zijn begonnen met identificatie en registratie van de evacués om vervolgens de asielprocedure in gang te zetten.

In de ministerraad wordt de stand van zaken in Afghanistan besproken. Het Nederlandse team komt aan op Eindhoven airport en wordt ontvangen door de Minister-President, de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Defensie, de secretaris-generaal en de plaatsvervangend secretaris-generaal van Buitenlandse Zaken en de Commandant der Strijdkrachten.

In Islamabad blijft een team van Buitenlandse Zaken en Defensie, alsmede een C-130 beschikbaar voor eventuele inzet. Als duidelijk wordt dat die op de korte termijn niet worden voorzien, keren het team en het C-130 toestel op 4 en 5 september terug naar Nederland.

De afgelopen weken is het aantal binnengekomen e-mails op het speciale emailadres van Buitenlandse Zaken kabul@minbuza.nl nog dagelijks toegenomen. Op zondag 5 september (stand 15:30 uur) bedraagt het aantal binnengekomen e-mails 40.957. Hieronder bevinden zich 21.512 mails die bij eerste inventarisatie betrekking lijken te hebben op de motie van het lid Belhaj c.s.. Deze mails kunnen elk betrekking hebben op een of meerdere personen. In sommige gevallen wordt met een mail de situatie van een grote groep mensen onder de aandacht gebracht. Het aantal mensen waarop deze mails betrekking heeft, is dus aanzienlijk groter dan het aantal mails zelf. Om hoeveel personen het precies gaat, zal blijken uit de verdere inventarisatie. Op dit moment wordt een grote inspanning gepleegd in interdepartementaal verband om deze mails te behandelen en contact te houden met de groepen Nederlanders en tolken die zich nog in Afghanistan bevinden.


  1. Als een aanvraag wordt gehonoreerd, betekent dit niet dat die persoon in hetzelfde jaar aankomt in Nederland. Dit geldt ook voor de opvolgende jaren.↩︎

  2. Betreft de nader gewijzigde motie van de leden Belhaj c.s. over het beschermingsbeleid voor tolken (Kamerstuk 35 300 X, nr. 45) d.d. 12 november 2019.↩︎

  3. Aanvragen die in een bepaald jaar worden gedaan, kunnen niet altijd in datzelfde jaar worden afgehandeld. Ook zijn er personen die na een eerste aanvraag hier geen verdere opvolging aan geven. Hierdoor is het totale aantal aanvragen niet altijd gelijk aan het aantal aanvragen dat is gehonoreerd of afgewezen. Dit geldt ook voor de opvolgende jaren. Daarnaast tellen de aantallen gehonoreerde en afgewezen aanvragen niet altijd op tot het totale aantal aanvragen omdat sommige aanvragers bijvoorbeeld niet meer reageren of omdat de nodige documenten niet tijdig kunnen worden overlegd.↩︎