[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de uitzondering gedupeerde leerlingen vermist examenwerk (Kamerstuk 31289-469)

Voortgezet Onderwijs

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2021D33271, datum: 2021-09-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2021D33271).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2021Z10327:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2021D33271 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over de brieven van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs d.d. 8 juni respectievelijk 9 juni 2021 inzake postbezorging examenwerk en uitzondering van gedupeerde leerlingen inzake vermist examenwerk (Kamerstuk 31 289, nrs. 467 en 469).

De fungerend voorzitter van de commissie,
Tellegen

De adjunct-griffier van de commissie,
De Jong-van de Graaf

Inhoud blz.
I Vragen en opmerkingen uit de fracties 2
Inbreng van de leden van de VVD-fractie 2
Inbreng van de leden van de D66 3
Inbreng van de leden van de SP 4
Inbreng van de leden van de PvdA 4
II Reactie van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs 4

I Vragen en opmerkingen uit de fracties

Inbreng van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de brieven rondom de signalen met betrekking tot vermissing of vertraging van examenpost 2021 en hebben hierover nog enkele vragen.

De leden lezen in de brief dat de Minister naar aanleiding van de ontstane situatie gaat bezien hoe de verantwoordelijkheid van scholen voor verzending van examenwerk aangescherpt kan worden. Dit gaat de Minister doen in afstemming met betrokken partijen, zoals de VO-raad. Heeft deze afstemming inmiddels plaatsgevonden? Wat kwam hieruit? Op welke manier gaat de Minister de verantwoordelijkheid van scholen voor verzending van examenwerk aanscherpen, zo vragen de leden

De leden van de VVD-fractie merken op dat de Minister ook in 2019 en 2020 onderzoek heeft gedaan naar het verbeteren van de verzending van examenwerk van scholen, destijds ook naar aanleiding van verloren postzakken met gemaakt examenwerk. Toen kwam uit onderzoek dat het inzetten van digitalisering bij de verzending van het correctiewerk van de papieren ce’s1 een enorme organisatie- en uitvoeringslast voor scholen meebrengt. Is het standpunt van de Minister, na het incident in 2021, hierover gewijzigd? Is de Minister van mening dat digitalisering van het correctieproces tussen scholen een oplossing is bij het voorkomen van het verliezen van postzakken examenwerk? Zo ja, waarom? Welke gevolgen heeft dit voor de organisatie- en uitvoeringslast van scholen? Zo nee, welk aanvullend onderzoek heeft de Minister dit jaar gedaan, boven op het onderzoek uit 2020, waaruit blijkt dat de huidige inspanningen van scholen toch afdoende zijn, zo vragen de leden.

De leden van de VVD-fractie vragen in hoeverre het mogelijk is om fysieke verzending van examens via postservice in combinatie met digitale verzending mogelijk te maken. Hoe kijkt de VO-raad2 naar deze suggestie? Is het standpunt van de VO-raad hierin ongewijzigd ten opzichte van mei 2020? Toen informeerde de Minister de Kamer erover dat de VO-raad hier geen voorstander van was, aangezien deze optie veel extra organisatielast en administratieve last voor scholen oplevert. Zorgt het incident met de examenpost 2021 voor een ander standpunt bij de VO-raad? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is het nieuwe standpunt van de VO-raad en de Minister hierin, zo informeren deze leden.

Tot slot merken de leden op dat de Minister de Kamer in april 2021 informeerde over de voortgang van het implementatieplan digitale examens vmbo. In 2021 is een grootschalige pilot gepland met het afnemen van digitale examens in het vmbo-bb3 en -kb4. De leden vragen wat de stand van zaken is met betrekking tot deze pilot en wanneer de Kamer de uitkomsten hiervan kan verwachten.

Inbreng van de leden van de D66-fractie

De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de Kamerstukken ten behoeve van het schriftelijk overleg Examenwerk. Zij hebben nog enkele vragen en opmerkingen over het tweede en derde tijdvak en over het voortgezet speciaal onderwijs.

Tweede tijdvak

De leden van de D66-fractie betreuren het dat bij een aantal scholen het examenwerk kwijt is geraakt in het eerste tijdvak. Eerder stelden deze leden hier schriftelijke vragen over en meldde de Minister dat 150 leerlingen hier de dupe van waren. Deze leden zijn er positief over dat de Minister er toen voor gekozen heeft deze leerlingen hun cijfer te laten ontvangen op basis van de eerste correctie, of dat zij de keuze hadden het examen opnieuw af te leggen in het tweede tijdvak, zodat de getroffen leerlingen van deze fout de minst mogelijke hinder hebben ondervonden. Graag vernemen de voornoemde leden hoe de bezorging van examens in het tweede en derde tijdvak is verlopen. Zijn er in de overige tijdvakken examens kwijtgeraakt? Zo ja, hoeveel? Is dit op dezelfde manier opgelost? Welke afspraken heeft de Minister gemaakt met PostNL voor de komende jaren om dergelijke situaties te voorkomen, zo vragen de leden.

Voortgezet speciaal onderwijs

De leden van de D66-fractie hebben een aantal vragen met betrekking tot de examens in het voortgezet speciaal onderwijs. Zo hebben niet alle scholen in het voortgezet speciaal onderwijs een examenlicentie, waardoor leerlingen vaak het staatsexamen afleggen. Deze leerlingen maken hetzelfde centraal schriftelijk examen als leerlingen in het regulier onderwijs, maar zij krijgen hun cijfers pas na hun mondelinge examen zes weken later. Dit betekent dat leerlingen in het regulier onderwijs kunnen anticiperen op zwakke vakken aan de hand van hun schoolexamencijfer, terwijl dit voor scholieren in het vso5 niet mogelijk is bij aanvang van hun mondeling examen. Hoe kijkt de Minister naar dit verschil tussen het vso en het regulier onderwijs? Is hij van mening dat hier sprake is van een ongelijkwaardige situatie? De leden vragen of hij de mening deelt dat leerlingen in het vso ook een kans verdienen om zich optimaal voor te bereiden in de examenperiode.

Ten slotte vragen de leden van de D66-fractie de Minister of hij al besloten heeft de motie-Van Meenen c.s. over deelcertificaatkandidaten in vso en vavo de aankomende twee jaar twee herkansingen bieden6, volgend jaar gewoon uit te voeren. Deze leden vragen de Minister hetzelfde in het kader van de motie-Van Meenen c.s. over deelcertificaatkandidaten in vso en vavo minimaal twee jaar toegang geven tot de duimregeling7. Welke stappen heeft de Minister bijvoorbeeld tot op heden gezet om genoeg capaciteit te creëren om de twee herkansingen te bieden, zo vragen de voornoemde leden.

Inbreng van de leden van de SP-fractie

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de brieven over het examenwerk. Zij hebben hier nog enkele vragen over.

Allereerst willen de leden opmerken dat zij het erg vervelend vonden voor de betreffende leerlingen dat hun examenwerk vermist raakte. De leden vragen of deze leerlingen ook daadwerkelijk allemaal een passende oplossing hebben gekregen in de vorm van de opties die de Minister aanbood. Hoeveel leerlingen zijn uiteindelijk niet geslaagd vanwege het vermist raken van hun examenwerk? De Minister heeft twee opties aangeboden om leerlingen tegemoet te komen, namelijk een cijfer op basis van eerste correctie of het examen opnieuw afleggen in het tweede tijdvak. Dat was bij hoge uitzondering, tevens vanwege de bijzondere omstandigheden afgelopen schooljaar. Wat gebeurt er indien dit schooljaar opnieuw examenwerk vermist raakt? Krijgen die gedupeerde leerlingen dan ook deze opties om uit te kiezen of geldt voor hen dan een andere regel, zo vragen de leden.

Daarnaast zijn de leden van de SP-fractie benieuwd naar hoe vaak het in het verleden al is voorgekomen dat examenwerk vermist raakte bij de post. Welke alternatieven zijn er om ervoor te zorgen dat examenwerk niet meer vermist kan raken? Hoe kijkt de Minister bijvoorbeeld aan tegen het op een beveiligde digitale manier verzenden van gemaakt examenwerk? Wat zijn hier de voor- en nadelen van? Wordt deze optie ook meegenomen in de gesprekken over de aanscherping van de verzending van examenwerk, in afstemming met betrokken partijen? Welke andere opties overweegt de Minister zelf om dit in de toekomst te voorkomen, zo informeren de leden.

Inbreng van de leden van de PvdA-fractie

De leden van de PvdA-fractie hebben met zorg kennisgenomen van de onderhavige brieven.

Ongeveer 150 leerlingen werden de dupe van vermissing van gemaakt examenwerk en kregen bij wijze van hoge uitzondering de keuze om ofwel hun cijfer te krijgen op basis van de eerste correctie, ofwel het examen opnieuw af te leggen in het tweede tijdvak. De Minister zou naar aanleiding van de ontstane situatie bezien hoe de verantwoordelijkheid van scholen voor de verzending van examenwerk kan worden aangescherpt. De leden vragen of de Minister kan melden of postbezorging ten behoeve van de tweede en derde termijn wel geheel vlekkeloos is verlopen. Kan hij specificeren tot welke aanscherpingen hij, in afstemming met de betrokken partijen, is gekomen? Heeft de Minister ook de scholierenorganisatie LAKS hierbij gerekend tot de betrokken partijen? Hoe oordeelt deze over deze aanscherpingen, zo vragen de leden.

II Reactie van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs


  1. Ce's: centrale examens.↩︎

  2. VO: voortgezet onderwijs.↩︎

  3. Bb: basisberoepsgerichte leerweg.↩︎

  4. Kb: kaderberoepsgerichte leerweg.↩︎

  5. Vso: voortgezet speciaal onderwijs.↩︎

  6. Kamerstuk 35 570 VIII, nr. 188.↩︎

  7. Kamerstuk 35 570 VIII, nr. 187.↩︎