[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Appreciatie rapport Onzichtbare slachtoffers van mensenhandel 2020

Mensenhandel

Brief regering

Nummer: 2021D33356, datum: 2021-09-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-28638-201).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 28638 -201 Mensenhandel .

Onderdeel van zaak 2021Z15546:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021

28 638 Mensenhandel

Nr. 201 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 september 2021

Aanleiding

Op 1 juli jl. heeft het Centrum tegen Kinderhandel en Mensenhandel (hierna: CKM) het rapport Onzichtbare slachtoffers van mensenhandel in 2020 (hierna: het rapport) gepubliceerd. Dit rapport vindt u in de bijlage1. Op 8 juli jl. heeft uw Kamer verzocht om een reactie op het rapport en om daarbij in te gaan op de door het CKM geadviseerde aanbevelingen. Met onderhavige brief reageer ik op dit verzoek. In hetzelfde VKC-verzoek heeft u verzocht om een beleidsreactie op de Dadermonitor Seksueel Geweld tegen Kinderen 2015–2019. Hierover heeft u een separate brief van de Minister van Justitie en Veiligheid ontvangen.

Reactie

In het rapport worden gegevens uit de gesprekken die via de online hulpverleningstool Chat met Fier gevoerd zijn, gebundeld en geduid. Op basis hiervan zijn ook enkele aanbevelingen voor de aanpak van mensenhandel gedaan. Ik bedank het CKM dan ook voor het delen van de hieruit voortvloeiende inzichten. Ik zal nu ingaan op de verschillende aanbevelingen.

Ten eerste beveelt het CKM de formerende partijen aan om mensenhandel expliciet op te nemen in het regeerakkoord en zich onverminderd in te blijven spannen op dit terrein. Deze oproep onderschrijf ik van harte. Zoals ik heb toegezegd tijdens het Commissiedebat van 27 mei jl. (Kamerstuk 28 638, nr. 190), zal ik alles in het werk stellen om een volgend kabinet te helpen bij de verdere vormgeving van de aanpak van mensenhandel. In mijn brief van 1 juli jl. heb ik deze toezegging nogmaals onderstreept en nader toegelicht hoe hieraan gewerkt wordt.2

Ten tweede beveelt het CKM aan om te inventariseren in hoeverre het beeld dat kinderen door hun ouders worden uitgebuit wordt herkend door hulpverlenings- en opsporingsinstanties, en te verkennen welke mogelijkheden er liggen om deze organisaties beter toe te rusten op het signaleren, bereiken en beschermen van deze specifieke slachtoffergroep. Naar aanleiding van dit rapport heb ik contact gehad met de politie. In haar werk komt de politie inderdaad soms ouders als daders tegen. Tegelijkertijd geeft de politie aan dat dit aantal lager ligt dan de omvang die het CKM op basis van het onderzoek vaststelt. Mede naar aanleiding van het rapport zijn landelijk afspraken tussen politie en Chat met Fier gemaakt, zodat medewerkers van de Chat met Fier slachtoffers beter kunnen doorverwijzen of rechtstreeks in verbinding kunnen brengen met de politie.

Waar het gaat om de toerusting van hulpverlenings- en opsporingsinstanties, ben ik het met het CKM eens dat er meer bewustwording kan worden gecreëerd over de rol van ouders bij (het voorkomen van) uitbuiting. Zoals aangekondigd in de brief van 11 januari jl. werkt mijn departement momenteel aan een plan van aanpak dat zich richt op de minst zichtbare groep slachtoffers van mensenhandel, namelijk kwetsbare jongeren.3 Hierin wordt ook de rol van ouders expliciet meegenomen. Begin november ontvangt u de volgende voortgangsbrief van het programma Samen tegen Mensenhandel, hierin zal ik u nader informeren over de vorderingen van dit traject.

Ten derde raadt het CKM aan om een strategie te ontwikkelen om sociale media platforms en internetbedrijven hun verantwoordelijkheid te laten nemen in de aanpak van mensenhandel. Deze aanbeveling sluit aan bij de gewijzgde motie van het lid Wiersma c.s. over verplichte leeftijdsidentificatie en meldplicht voor online seksplatforms.4 Relevant zijn in dit opzicht ook de andere, in mijn brief van 1 juli jl. aangekondigde initiatieven in het digitale domein. Ik zie deze aanbeveling van het CKM daarom als ondersteuning van deze reeds in gang gezette trajecten. Ook ten aanzien van dit trajecten zal ik in de eerdergenoemde voortgangsbrief verslag doen.

Samen met onze partners blijf ik werken aan een toekomst waarin iedere jongere beschermd is tegen mensenhandel.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
A. Broekers-Knol


  1. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎

  2. Kamerstuk 28 638, nr. 200↩︎

  3. Kamerstuk 31 015, nr. 221↩︎

  4. Kamerstuk 28 638, nr. 199↩︎