Rechtshulpverzoek van de Argentijnse autoriteiten van 24 juni 2009
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2021
Brief regering
Nummer: 2021D34075, datum: 2021-09-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35570-VI-129).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Onderdeel van kamerstukdossier 35570 VI-129 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2021.
Onderdeel van zaak 2021Z15873:
- Indiener: F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2021-09-22 15:41: Regeling van Werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-09-29 14:30: Procedures en brieven (hybride) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2023-09-05 15:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
35 570 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2021
Nr. 129 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 september 2021
Uw Kamer heeft mij tijdens het debat van 14 september 2021 over de gang van zaken rondom de uitlevering van Julio Poch aan Argentinië verzocht het rechtshulpverzoek van de Argentijnse autoriteiten van 24 juni 2009 aan uw Kamer te verstrekken (Handelingen II 2020/21, nr. 105, Debat over de gang van zaken rondom de uitlevering van Julio Poch aan Argentinië).
Documenten afkomstig van buitenlandse autoriteiten kunnen in beginsel niet openbaar worden gemaakt, omdat het belang van de Staat zich daartegen verzet. Onze internationale partners moeten er immers op kunnen vertrouwen dat dergelijke documenten confidentieel tussen staten worden behandeld en dat de vertrouwelijkheid van deze documenten ook daarna gewaarborgd blijft.
Naar aanleiding van het verzoek van uw Kamer heb ik, gelet op bovengenoemde overweging, besloten het gevraagde rechtshulpverzoek tot en met 16 maart 2022 vertrouwelijk ter inzage te leggen bij het Centraal Informatiepunt van uw Kamer1.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus
Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.↩︎