Advies Afdeling advisering Raad van State
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Defensiematerieelbegrotingsfonds voor het jaar 2022
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2021D34512, datum: 2021-09-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: Th.C. de Graaf, vicepresident van de Raad van State
Onderdeel van zaak 2021Z14788:
- Indiener: F.B.J. Grapperhaus, minister van Defensie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie
- 2021-09-21 15:06: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-09-22 15:41: Regeling van Werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-09-28 18:00: Begroting Defensie 2022 (Technische briefing), vaste commissie voor Defensie
- 2021-09-29 14:00: Vaststelling van de begrotingsstaat van het Defensiematerieelbegrotingsfonds voor het jaar 2022 (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Defensie
- 2021-09-30 10:30: Procedurevergadering (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Defensie
- 2021-11-02 14:00: Personeel/Materieel Defensie (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Defensie
- 2021-12-07 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
No.W07.21.0257/II 's-Gravenhage, 13 september 2021
...................................................................................
Bij Kabinetsmissive van 3 september 2021, no.2021001635, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Defensie, mede namens de Minister van Financiën, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot vaststelling van de begrotingsstaat van het Defensiematerieelbegrotingsfonds (K) voor het jaar 2022, met memorie van toelichting.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen opmerkingen
bij het voorstel en adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der
Staten-Generaal in te dienen.
Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van
State, adviseert de Afdeling dit advies openbaar te maken.
De vice-president van de Raad van State,