[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Wijzigingen en extra stimulering elektrische voertuigen en aanbieding tussenevaluatie SEPP

Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

Brief regering

Nummer: 2021D34764, datum: 2021-09-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32813-843).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 32813 -843 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid.

Onderdeel van zaak 2021Z16139:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021-2022

32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

Nr. 843 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 september 2021

Steeds meer mensen kiezen voor elektrisch rijden. Dat is belangrijk omdat de helft van alle CO2 uitstoot in de sector mobiliteit wordt veroorzaakt door personenauto’s. De verkoop van emissievrije personenauto’s gaat beter dan ten tijde van het Klimaatakkoord verwacht. In 2020 kwam de nieuwverkoop van de elektrische personenauto’s uit op 20% waardoor het totaal aantal elektrische personenauto’s in het wagenpark op 2% is uitgekomen.

Naast zakelijke rijders blijken ook steeds meer particulieren bij de keuze voor een nieuwe of gebruikte auto over te stappen op een elektrische personenauto. Veel particulieren hebben bij deze keuze gebruik gemaakt van de Subsidieregeling Elektrische Personenauto’s Particulieren (SEPP) om een deel van de hogere aanschafkosten te overbruggen. Dat is mooi nieuws. De subsidiepot voor de aanschaf of lease van nieuwe elektrische personenauto was afgelopen jaar razendsnel op en ook voor gebruikte personenauto’s waren de middelen dit jaar in augustus al volledig benut. De tweedehandsmarkt voor elektrische personenauto’s komt ook op gang. Dat is goed voor alle Nederlanders die bij de zoektocht naar een andere auto vooral op de tweedehands markt kijken en voor wie ook een elektrische auto een alternatief wordt.

De transitie naar een emissievrij wagenpark is nu dus echt gestart. Waar de transitie is begonnen bij de zakelijke rijder, is het aanbod van elektrische personenauto’s (prijs en segment) één jaar eerder dan verwacht zodanig dat de transitie nu ook bij de particuliere rijder versneld kan worden. Eind 2020 was slechts 23% van alle elektrische personenauto’s in handen van particulieren, terwijl 85% van de personenauto’s in het gehele wagenpark in het bezit van een particulier is. De elektrische personenautomarkt is op dit moment dus vooral nog een zakelijk gedomineerde markt. Langzaam begint deze markt ook voor particulieren interessanter te worden. Tegelijkertijd blijft de hogere aanschafprijs een belemmerende factor voor de overstap van conventioneel naar elektrisch rijden. Daarom blijft het kabinet ook de komende jaren elektrisch rijden stimuleren, met nadruk op het stimuleren van de particuliere markt voor nieuwe en gebruikte auto’s middels een subsidie. Gisteren ontving uw Kamer in de begroting de macro bedragen, vandaag stuur ik u de concrete vertaling van de subsidieregeling per auto.

Stimulering komende jaren

Dat steeds meer mensen elektrisch rijden kost de overheid meer geld dan bij het Klimaatakkoord was afgesproken. Naast directe stimuleringskosten betreft dit voor een groot deel ook structurele derving van accijns en BPM inkomsten. U bent hier eerder per brief1 over geïnformeerd. Volgens de «hand-aan-de-kraan» afspraken zou het stimuleringsbeleid door de overschrijding vanaf 2022 worden versoberd. De klimaatopgave blijft echter groot en er is nog werk aan de winkel om de kabinetsambitie van 100% emissievrij nieuwverkoop van auto’s in 2030 te bereiken. Het kabinet heeft daarom nu besloten extra geld vrij te maken voor de (fiscale) stimulering van elektrische personenauto’s en om tegelijkertijd extra in te zetten op het aantrekkelijk maken van elektrisch rijden voor particulieren en voor ondernemers door aanschafsubsidies. Hierbij vindt wel hoofdzakelijk een verschuiving plaats van de focus op stimulering van de zakelijke naar de particuliere markt.

De bijtelling wordt derhalve niet extra verhoogd, en zal dus zoals eerder gepland per saldo stijgen van 12% naar 16% in 2022. Wel wordt de zogenoemde cap in de bijtelling (de cataloguswaarde van de auto waarvoor de bijtellingskorting geldt) eerder verlaagd dan in het Klimaatakkoord voorzien. Deze wijziging is in het Belastingplan 2022 opgenomen. Vanaf 2022 wordt de cap verlaagd naar € 35.000, en vanaf 2023 naar € 30.000. Zo blijven goedkopere emissievrije personenauto’s aantrekkelijk voor de zakelijke markt. Dit sluit beter aan op de toekomstige vraag van particuliere kopers in Nederland, wanneer deze zakelijke personenauto’s na de leaseperiode tweedehands worden verkocht.

Het kabinet heeft tegelijkertijd besloten met subsidies extra in te zetten op het aantrekkelijk maken van elektrisch rijden voor de particulier die op zoek is naar een middenklasse elektrische auto. Nieuw of gebruikt. Hierdoor wordt elektrisch rijden voor meer mensen een goede optie bij de vervanging van hun auto. Ook zet het kabinet extra in op het aantrekkelijk maken van emissieloze bedrijfswagens voor ondernemers. Een snellere groei van het aantal elektrische personen- en bestelauto’s draagt bij aan het opvolgen van het Urgendavonnis en het oplossen van de stikstofproblematiek.

Om meer particulieren de kans te geven over te stappen naar een elektrische personenauto, heeft het kabinet besloten meer middelen uit te trekken en reeds gepland subsidiebudget vanuit het Klimaatakkoord eerder beschikbaar te stellen. De komende drie jaar komt er € 90 miljoen voor particulieren bij. Hiervan is € 80 miljoen voor de subsidiëring van nieuwe en € 10 miljoen voor de subsidiëring van gebruikte elektrische personenauto’s. Concreet betekent dat, dat er in 2022 drie keer zo veel middelen voor nieuwe elektrische personenauto’s beschikbaar komen ten opzichte van het Klimaatakkoord. De subsidie voor gebruikte elektrische auto’s maakt ook occasions voor particulieren betaalbaarder en voorkomt export. De regeling blijft jaarlijks gebudgetteerd uit oogpunt van budgettaire beheersbaarheid. De tabellen op de volgende pagina geven de oude en nieuwe budgetverplichtingen weer inclusief een correctie voor de uitvoeringskosten. Een en ander zal dit najaar verwerkt worden in de SEPP-regeling.

Nieuwe elektrische personenauto’s
Klimaatakkoord reeks (KA) 20,0 22,0 39,0 44,0 125,0
Nieuwe reeks 74,0 70,0 61,0 0 205,0
Verschil KA en nieuwe reeks 54,0 48,0 22,0 – 44 80,0
Gebruikte elektrische personenauto’s
Klimaatakkoord reeks (KA) 20,0 30,0 27,0 0 77,0
Nieuwe reeks 22,0 34,0 31,0 0 87,0
Verschil KA en nieuwe reeks 2,0 4,0 4,0 0 10,0
Geraamde uitvoeringskosten (-/-) 4,6 4,6 4,6 0 13,8
Nieuwe personenauto’s 71,0 67,0 58,0 0 196
Gebruikte personenauto’s 20,4 32,4 29,4 0 82,2

Omdat de prijs- en aanbod ontwikkelingen sneller gaan dan gedacht, wordt de noodzakelijke prijsprikkel om overgang naar elektrisch rijden te stimuleren ook kleiner. Daarom gaat het subsidiebedrag per nieuwe auto eerder omlaag. Dit is in lijn met advies van het formule E-team (FET) in de tussenevaluatie. Door zowel extra middelen, als het vervroegen van bestaande middelen en een lager benodigd subsidiebedrag per nieuwe auto kan dus een fors groter aantal particulieren gebruik maken van de subsidieregeling. In de onderstaande tabellen is de verschuiving van de subsidiebedragen per auto weergegeven. Door het naar voren halen van subsidiebudget stopt de stimuleringsregeling voor particulieren vooralsnog eind 2024, een jaar eerder.

KA reeks € 3.700 € 3.350 € 2.950 € 2.550
Nieuwe reeks € 3.350 € 2.950 € 2.550
KA reeks € 2.000 € 2.000 € 2.000
Nieuwe reeks € 2.000 € 2.000 € 2.000

Tegen die tijd zijn naar verwachting 44.000 extra particulieren met een nieuwe auto de weg op gekomen en kunnen 5.000 extra particulieren van de subsidie voor een gebruikte elektrische auto gebruik maken. Dat betekent een verdubbeling ten opzichte van het aantal dat met het Klimaatakkoord was becijferd. Dat levert ook snel resultaat op voor het klimaat en onze schone lucht. En helpt bij het halen van het Urgenda-vonnis. Bij de geplande integrale evaluatie van het stimuleringsbeleid van elektrische auto’s zal het kabinet keuzes maken welke eventuele stimulering, beprijzing of normering na 2024 nog benodigd zal zijn.

Ook voor ondernemers die over willen stappen op een emissieloze bedrijfsauto (elektrisch of waterstof) komen er meer mogelijkheden. Het subsidiebudget voor emissieloze bedrijfsauto’s (SEBA) wordt met in totaal € 28 miljoen verhoogd om juist de MKB’ers, die de komende jaren een keuze maken voor een nieuwe bedrijfsauto handelingsperspectief te geven bij het natuurlijke vervangingsmoment.

Door deze aanpassingen en het extra budget voor de fiscale stimuleringsmaatregelen wordt de CO2 uitstoot en de stikstofuitstoot gereduceerd met ca. 1,2 Mton CO2 en ca. 1,5 Kton NOx cumulatief in de periode 2022–2030.

Tussenevaluatie SEPP

Bij de aanpassingen van deze regeling is gebruik gemaakt van de lessen uit de tussenevaluatie van de SEPP. De tussenevaluatie is mede gebaseerd op de input van het FET en de ervaringen in de uitvoering van de regeling door de Rijksdienst voor ondernemend Nederland (RVO). Deze evaluatie stuur ik mee in de bijlage2. Ik ben voornemens om de aanbevelingen uit deze evaluatie ter hand te nemen en aanpassingen naar aanleiding daarvan te verwerken in de regeling per 1-1-2022. Tevens stuur ik u het «Trendrapport Nederlandse markt personenauto’s» toe3. Met de voorgestelde wijzigingen in deze brief kom ik voor een deel al tegemoet aan enkele aanbevelingen rondom het verruimen van het subsidiebudget en het aanpassen van de subsidiebedragen.

Budgettaire verwerking

De met deze beleidswijzigingen samenhangende budgettaire gevolgen worden verwerkt in de relevante artikelen van de begroting 2022 voor Infrastructuur en Waterstaat en het Belastingplan 2022. Van de begrotingswijziging wordt u op de hoogte gesteld via een nota van wijziging op de begroting van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S.P.R.A. van Weyenberg


  1. Kamerstuk 32 813, nr. 815↩︎

  2. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎

  3. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎