Motie van de leden Geurts en Bouchallikh over het vergroenen van daken van panden van het Rijksvastgoedbedrijf
Initiatiefnota van de leden Bromet en Boswijk over groen in de stad
Motie
Nummer: 2021D35507, datum: 2021-09-27, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35742-16).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.L. Geurts, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: K. Bouchallikh, Tweede Kamerlid (Ooit GroenLinks-PvdA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35742 -16 Initiatiefnota van de leden Bromet en Boswijk over groen in de stad.
Onderdeel van zaak 2021Z16498:
- Indiener: J.L. Geurts, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: K. Bouchallikh, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2021-09-27 14:00: Initiatiefnota van de leden Bromet en Boswijk over groen in de stad (35742) (Notaoverleg), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2021-10-05 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
35 742 Initiatiefnota van de leden Bromet en Boswijk over groen in de stad
Nr. 16 MOTIE VAN DE LEDEN GEURTS EN BOUCHALLIKH
Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 27 september 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat groene daken met name in steden een belangrijke rol spelen in warmteregulatie, wateropvang en het vergroenen van de stedelijke omgeving;
overwegende dat in verschillende steden het Rijksvastgoedbedrijf panden in eigendom heeft;
overwegende dat door een groen dak te realiseren op panden van het Rijksvastgoedbedrijf de rijksoverheid bijdraagt aan onze voorbeeldfunctie om meer groen in de stad te realiseren;
verzoekt de regering, om samen met het Rijksvastgoedbedrijf in kaart te brengen bij welke gebouwen het mogelijk is om (een gedeelte van) het dak te vergroenen, waar het nuttig is om zonnepanelen te plaatsen en op welke termijn dit gerealiseerd kan worden, en de Kamer in het eerste kwartaal van 2022 hierover te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Geurts
Bouchallikh