Geannoteerde agenda JBZ-Raad 7-8 oktober 2021
JBZ-Raad
Brief regering
Nummer: 2021D35705, datum: 2021-09-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32317-709).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
- Mede ondertekenaar: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid ()
Onderdeel van kamerstukdossier 32317 -709 JBZ-Raad.
Onderdeel van zaak 2021Z16588:
- Indiener: F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
- Medeindiener: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
- Medeindiener: A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2021-10-04 10:00: Formele JBZ-Raad op 7 en 8 oktober 2021 (algemeen) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2021-10-06 12:00: Formele JBZ-Raad op 7 en 8 oktober 2021 (vreemdelingen- en asielonderwerpen) (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2021-10-07 13:55: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-10-13 14:30: Procedures en brieven (hybride) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2021-10-27 14:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
32 317 JBZ-Raad
Nr. 709 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID EN VOOR RECHTSBESCHERMING EN VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 september 2021
Hierbij bieden wij u de geannoteerde agenda aan van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken op 7 en 8 oktober oktober 2021 in Luxemburg. De Minister van Justitie en Veiligheid, de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid zullen deelnemen aan deze JBZ-Raad.
Voorts informeren wij uw Kamer hierbij over de voortgang van de onderhandelingen over de Richtlijn ten aanzien van de netwerk- en informatiebeveiliging (NIB-richtlijn)1 en over het bezoek van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aan Egypte van 25-27 september jl.
Voortgang Richtlijn Netwerk- en Informatiebeveiliging
In februari heeft het kabinet u via een BNC-fiche geïnformeerd over het voorstel tot herziening van de NIB-richtlijn. Voor de zomer hebben de lidstaten vragen kunnen stellen bij het voorstel. In juni heeft de Telecomraad een voortgangsrapportage vastgesteld waarin de belangrijkste onderwerpen voor het vervolg van de onderhandeling staan benoemd.2 De kanttekeningen van het kabinet over onder andere de uitbreiding van de reikwijdte, het reguleren van overheidsdiensten, de samenhang met sectorale wetgeving en de administratieve lasten komen hier ook in terug. Duidelijk is wel dat een meerderheid van de lidstaten een uitbreiding van het aantal entiteiten en sectoren ten opzichte van de huidige NIB-richtlijn steunt.
Nederland heeft samen met enkele andere lidstaten een non-paper opgesteld met een alternatieve benadering voor het aanwijzen van entiteiten die onder de reikwijdte van de richtlijn vallen. Dit was het voornaamste bezwaar van het kabinet bij het voorstel. In het voorgestelde alternatief wijzen lidstaten op basis van een risicoanalyse zelf essentiële entiteiten aan, in aanvulling op een brede groep belangrijke entiteiten die wordt aangewezen op basis van EU-brede criteria.
Daarnaast heeft Nederland een non-paper gesteund waarin wordt voorgesteld om lidstaten zelf relevante overheidsdiensten aan te laten wijzen die onder de reikwijdte van de richtlijn worden gebracht. Ook wordt voorgesteld om lidstaten zelf te laten bepalen welke verplichtingen uit de richtlijn op deze organisaties van toepassing zijn. Voorts heeft Nederland in de Raadswerkgroep een nadere analyse gepresenteerd over de verhouding met de wetgeving van de European Electronic Communications Code (EECC).
Een meerderheid van de lidstaten lijkt echter geen voorstander van een specifieke wet die voorrang krijgt boven algemene wetgeving (lex specialis) voor aanbieders van openbare elektronische communicatienetwerken of -diensten. Het kabinet zal bezien of alternatieve inzet in de onderhandelingen of de nationale implementatie nodig is om de samenhang met de EECC te verbeteren. Voor wat betreft de relatie met de eIDAS-verordening3 bestudeert het kabinet op dit moment de verhouding tussen de NIB2-richtlijn en het voorstel voor herziening van eIDAS dat de Europese Commissie voor de zomer heeft gepresenteerd.4 Dit najaar zijn de onderhandelingen op basis van de compromisvoorstellen die het voorzitterschap heeft voorbereid. De ambitie van het voorzitterschap is om in december een raadspositie vast te stellen, maar dit lijkt op dit moment geen haalbaar tijdspad.
Werkbezoek Egypte
Van 25 tot 27 september jl. bracht de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een werkbezoek aan Egypte. Het werkbezoek had tot doel de migratiesamenwerking tussen Egypte en Nederland verder te versterken. Naast het feit dat Egypte een belangrijke partner is voor Nederland als herkomst- en transitland, focust de bredere bilaterale relatie zich op duurzame ontwikkeling, sociale vooruitgang, handel, en veiligheid en stabiliteit in de regio.
Tijdens het bezoek werd de Staatssecretaris ontvangen door de Egyptische Minister-President. Verder heeft zij gesproken met de Minister van Emigratie, het Ministerie van Binnenlandse Zaken en het Ministerie van Buitenlandse Zaken. In de gesprekken is de volle breedte van migratiesamenwerking aan de orde gekomen: de aanpak van grondoorzaken van migratie, opvang van vluchtelingen en migranten in Egypte, het tegengaan van irreguliere migratie, het bestrijden van mensenhandel en -smokkel, het verder versterken van de grensbewaking, informatie-uitwisseling over bestaande reguliere migratiemogelijkheden en het versterken van de terugkeersamenwerking.
Nederland en Egypte zijn een intentieverklaring overeengekomen om de onderlinge samenwerking op de bovenstaande terreinen verder te versterken.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus
De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
A. Broekers-Knol
Geannoteerde agenda van de bijeenkomst van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken, 7–8 oktober 2021
I. Justitie, Grondrechten en Burgerschap
1. Werklunch: Strategic Lawsuits Against Public Participation (SLAPP)
= gedachtewisseling
In het BNC-fiche over de Mededeling Europees Democratie actieplan5 heeft het kabinet uw Kamer geïnformeerd over diverse initiatieven van de Commissie om het strategische inzetten van rechtszaken ter ontmoediging van publieke participatie (SLAPP) tegen te gaan. In sommige lidstaten kan dit type strategische rechtszaken leiden tot zelfcensuur, vooral bij kleinere nieuwsmedia en freelancers omdat zij de last van deze rechtszaken niet kunnen dragen. Het kabinet vindt dit een bedreiging voor de rechtsstaat en grondrechten van de pers. Ook de Commissie heeft dit in het onlangs verschenen Rechtsstaatrapport 2021 gesignaleerd6. Zij zal tijdens de JBZ-Raad haar initiatieven toelichten en de ervaringen en standpunten van lidstaten willen vernemen.
In Nederland komen dergelijke rechtszaken maar zeer beperkt voor. In sommige lidstaten komt SLAPP echter op grotere schaal voor en veroorzaakt het een inperking van de ruimte voor het maatschappelijk middenveld en de journalistiek. In combinatie met het belang van de onafhankelijkheid van de rechtspraak deelt het kabinet de noodzaak om dit in Europees verband aan de orde te stellen. De Minister voor Rechtsbescherming onderstreepte dit op 17 september j.l. in een bijeenkomst met Poolse journalisten, advocaten en rechters. Het kabinet verwelkomt de agendering van dit onderwerp in de JBZ-Raad – mede in het kader van de JBZ-betrokkenheid bij het EU Rechtsstatelijkheidsmechanisme – en zal zich tijdens de werklunch sterk uit spreken tegen SLAPP en in beginsel de initiatieven in EU-verband en van lidstaten om SLAPP tegen te gaan steunen.
2. Raadsconclusies EU strategie kinderrechten
= vaststelling
Op 24 maart jl. heeft de Europese Commissie een voorstel uitgebracht voor een Europese Strategie voor de Rechten van het Kind. Met deze strategie beoogt de Commissie alle nieuwe en bestaande EU-wetgeving, beleid en financieringsinstrumenten die raken aan kinderrechten samen te brengen binnen een kader7. In reactie daarop heeft het Sloveense voorzitterschap een voorstel gedaan voor Raadsconclusies ter versterking van kinderrechten bij de ontwikkeling van wetgeving en beleid. De concept Raadsconclusies verwelkomen de strategie van de Commissie en doen suggesties hoe de Commissie en lidstaten de borging van kinderrechten kunnen verstevigen. Zo stellen de Raadsconclusies voor aandacht te besteden aan trainingen over kinderrechten, het uitwisselen van goede praktijken en worden lidstaten opgeroepen gehoor te geven aan de strategie van de Commissie. Tijdens deze Raad liggen deze Raadsconclusies ter vaststelling voor.
Het kabinet onderschrijft het belang van deze Raadsconclusies. Nederland heeft in de onderhandelingen aandacht gevraagd voor de subsidiariteit en de verhouding tussen de verschillende thema’s uit de strategie. Dit heeft geleid tot een aangescherpte tekst waarin de verhouding tussen de verschillende thema’s wordt verhelderd. Verder is – in lijn met de algemene, proactieve inzet van het kabinet op deze thema’s in EU-verband -aandacht gevraagd voor gendergelijkheid en de positie van LHBTIQ-kinderen. Ten tijde van het schrijven van deze Geannoteerde Agenda is nog geen overeenstemming bereikt over de tekst van de Raadsconclusies, dit mede vanwege verzet van enkele lidstaten tegen aandacht voor voorgenoemde thema’s.
3. Europees Openbaar Ministerie
= stand van zaken
De Commissie zal de laatste stand van zaken rond de start van het Europees Openbaar Ministerie (EOM) toelichten. Zo wordt de Raad onder andere geïnformeerd over in hoeverre deelnemende lidstaten wetgeving hebben aangenomen om hun nationale justitiële systemen aan te passen voor het implementeren van de Verordening voor de oprichting van het EOM.8
4. Situatie voorlopige hechtenis
= beleidsdebat
Voor dit agendapunt voorziet de Commissie een brede discussie over de omstandigheden in gevangenissen en voorlopige hechtenis. De JBZ-Raad heeft in december 2020 Raadsconclusies aanvaard over het Europees Arrestatiebevel (EAB). Hier is ook aandacht voor detentieomstandigheden en dat deze een reden kunnen zijn om niet over te gaan tot overlevering.
De Commissie maakt zich, net als de Raad, zorgen over detentieomstandigheden en de gevolgen daarvan voor bijvoorbeeld overlevering in het kader van een EAB. Zo kan het zijn dat overlevering niet mogelijk is omdat detentieomstandigheden worden meegewogen in de toetsing van een verzoek tot overlevering en bij slechte omstandigheden kan worden besloten de overlevering op te schorten.
Ook in Nederland doet de overleveringsrechter regelmatig uitvraag naar de detentieomstandigheden na een verzoek tot overlevering. Hierbij wordt onderzocht hoe de omstandigheden in het gevangeniswezen in algemene zin zijn, in welke inrichting de betrokken persoon wordt gedetineerd, wat de omstandigheden en voorzieningen daar zijn en of de autoriteit bereid is toe te zeggen dat de betrokkene volledig overeenkomstig de Europese gevangenisregels van de Raad van Europa zal worden behandeld. Het is niet bekend of een dergelijke uitvraag ook over Nederlandse detentiefaciliteiten is gedaan.
Voor zover bekend zal het gaan om een algemene, politieke discussie over de situatie en hoe deze in de desbetreffende lidstaten kan worden verbeterd. Het kabinet verwelkomt deze discussie en onderstreept het belang van menswaardige detentieomstandigheden.
5. Overige onderwerpen
a). Conferentie Regulation Artificial Intelligence
= presentatie van het Voorzitterschap
Het Sloveens voorzitterschap zal de Raad informeren over de digitale conferentie die zij op 20 juli j.l. heeft georganiseerd over de bescherming van fundamentele rechten bij regelgeving over kunstmatige intelligentie. Nederland heeft op ambtelijk niveau deelgenomen aan deze conferentie.
Tijdens de conferentie is in twee panels gesproken over het voorstel voor de Verordening over kunstmatige intelligentie9 van de Europese Commissie en de bredere internationale activiteiten van de Raad van Europa, de OECD en UNESCO op het vlak van de bescherming van de fundamentele rechten bij de ontwikkeling en het gebruik van kunstmatige intelligentie.
Het kabinet onderstreept het belang van bescherming van de fundamentele rechten en de menselijke maat in de toepassing van digitale technologieën in de rechtspleging en rechtshandhaving. Het blijft daarbij belangrijk om een goede balans te vinden tussen de mogelijkheid voor rechtshandhavingsdiensten om kunstmatige intelligentie te gebruiken en ontwikkelen bij de bestrijding van criminaliteit en het beschermen van fundamentele rechten (zoals ook verwoord in het BNC fiche). Het kabinet vindt het daarom van belang om de discussie over AI ook te blijven voeren in JBZ-verband.
b). Situatie van rechterlijke macht in Afghanistan
= gedachtewisseling
Italië heeft verzocht om onder overige agendapunten te spreken over de zorgen die zij hebben over de positie van de rechterlijke macht in Afghanistan na de machtsovername van de Taliban. Het kabinet verwelkomt dat wordt stilgestaan bij de rechterlijke macht in Afghanistan en deelt deze zorgen.
c). Resultaten van de zesde evaluatie van de gedragscode Hate Speech Online
= informatie van de Commissie
De Commissie zal verslag doen van de zesde evaluatie van de Gedragscode Online Hate Speech. De gedragscode een belangrijk instrument voor het creëren van meer verantwoordelijkheid bij online platforms in het tegengaan van haatzaaien10. Het kabinet zal de informatie aanhoren en steunt het blijvend agenderen van dit onderwerp in de JBZ-Raad.
II. Binnenlandse Zaken, Asiel en Migratie
1. Uitdagingen voor screening en detentie bij de grens
= beleidsdebat
Het Voorzitterschap beoogt een beleidsdiscussie over de screening en (mogelijke) detentie aan de EU-grenzen. Bij het opstellen van deze geannoteerde agenda had het Voorzitterschap hier nog geen stukken voor verspreid. Het kabinet verwacht dat deze discussie moet worden gezien als vervolg op de informele JBZ-raad van 14-16 juli jl. waarbij een grote groep lidstaten – waaronder Nederland – heeft aangegeven graag voortgang te willen boeken op het Commissievoorstel inzake de screening aan de EU-buitengrenzen door dit voorstel uit de pakketbenadering te lichten.11
Over dit voorstel en het standpunt van het kabinet is uw Kamer geïnformeerd via het BNC-traject.12De Nederlandse inbreng zal daarop gebaseerd zijn. Kort gezegd steunt het kabinet de mogelijke instelling van een screeningprocedure aan de buitengrenzen. Dit kan de efficiënte uitvoering van het asiel- en terugkeerproces ten goede komen. Het draagt voorts bij aan het opstellen van uniforme regels voor het identificeren van vreemdelingen en van uniforme criteria voor doorverwijzing naar de juiste procedures. Dit draagt er aan bij dat minder personen onrechtmatig in de EU doorreizen. Ten aanzien van het mogelijke gebruik van detentie, of vreemdelingenbewaring, merkt het kabinet op dat de Commissie heeft voorgesteld om het aan het nationale recht over te laten om te bepalen in welke situaties detentie mogelijk is en hoe dat er uit ziet. Wel is het zaak dat rekening wordt gehouden met de kwetsbaarheid van de betrokken personen op wie een dergelijke screeningprocedure of detentiemaatregel wordt toegepast, aldus de Commissie. Daarbij is het kabinet wel van mening dat verduidelijkt dient te worden welke onderdelen deel uitmaken van deze kwetsbaarheidstoets die in de screening wordt geïntroduceerd. Te ruime interpretaties, als ook te veel uitzonderingen, kunnen het nuttig effect van de screeningsprocedure en daaropvolgende grensprocedure evenwel sterk verminderen en zouden te zeer vooruitlopen op de inhoudelijke beoordeling in de asielprocedure.
Een groot deel van de lidstaten steunt de introductie van een screeningprocedure aan de buitengrenzen. In brede zin erkennen de lidstaten dat een dergelijke procedure bij zal dragen aan de versterking van de buitengrenzen en daarmee aan de controle op wie tot de EU wordt toegelaten. Wel heeft een groep lidstaten praktische en politieke bezwaren tegen het voorstel. Ook heeft een groep lidstaten reeds aangegeven vast te willen houden aan de volledige pakketbenadering. Het ligt dan ook niet in de lijn der verwachting dat de Raad tijdens aankomende JBZ-raad overeenstemming zal bereiken over het Commissievoorstel.
2. Situatie in Afghanistan: follow-up JBZ 31 augustus
= informatie van het Voorzitterschap en de Commissie
De JBZ-raad zal naar verwachting worden bijgepraat over de migratiesituatie in Afghanistan en de verschillende stappen die zijn gezet naar aanleiding van de extra JBZ-raad over Afghanistan die op 31 augustus jl. plaatsvond.13 Hierover heeft het kabinet uw Kamer op verschillende momenten geïnformeerd, waaronder in de verslagen van de Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken, en de brief over de stand van zaken in Afghanistan.14 Op 7 oktober zal naar verwachting het high level forum plaatsvinden dat eerder door de Commissie is aangekondigd. Op moment van schrijven is nog weinig informatie hierover gedeeld met de lidstaten. Nederland is voorstander van inzet in EU-verband, in nauwe samenwerking met UNHCR en IOM. Vooralsnog dient bezien te worden hoe de situatie zich ontwikkelt in Afghanistan en de regio, en welke noden er in eerste instantie zullen ontstaan.
Voorts zal de nieuwe EU contraterrorisme coördinator Ilkka Salmi naar verwachting het actieplan contraterrorisme Afghanistan presenteren. Dit actieplan ziet onder meer op veiligheidschecks aan de buitengrenzen, het belang van strategische duiding van het dreigingsbeeld, het bestrijden van desinformatie en het tegengaan van terrorismefinanciering. Het kabinet zal dit actieplan verwelkomen en hierbij het belang van informatie-uitwisseling en een gecoördineerde aanpak benadrukken. Voor de verdere uitwerking van het plan zet het kabinet in op het voorkomen van dubbeling met bestaande initiatieven en proportionaliteit van de maatregelen.
3. Externe dimensie van migratie
a). Actieplannen migratie
= informatie van het voorzitterschap en de Commissie
Het voorzitterschap en de Europese Commissie zullen de leden van de JBZ-raad informeren over de inspanningen van de Europese Commissie om te komen tot concrete actieplannen om de samenwerking met enkele prioritaire landen te versterken (in Noord-Afrika, Sub-Sahara Afrika, het Midden-Oosten en de Westelijke Balkan). Daarmee heeft de Commissie uitvoering gegeven aan het verzoek van een grote groep lidstaten dat is gedaan tijdens de gecombineerde Raad Buitenlandse Zaken en Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 15 maart jl.15 waar is gesproken over de externe dimensie van het EU-migratiebeleid in het kader van het EU migratie- en asielpact. Ook de Europese Raad heeft hier in Conclusies van juni jl. nog nadrukkelijk toe opgeroepen.16 De Europese Raad verzocht de Commissie en de hoge vertegenwoordiger om in nauwe samenwerking met de lidstaten concrete acties en tastbare steun voor prioritaire landen van herkomst en doorreis te versterken, en in het najaar 2021 te komen tot actieplannen voor prioritaire landen van herkomst en doorreis. Ook verzocht de Europese Raad de Commissie om optimaal gebruik te maken van Europese financiële middelen, en in november verslag uit te brengen aan de Raad over haar intenties ter zake.
Nederland waardeert de stappen van de Europese Commissie, en zal blijven aandringen op verdere concretisering van deze landenspecifieke aanpak waarbij effectief gebruik wordt gemaakt van relevante instrumenten, zoals het Nabuurschaps-, Ontwikkelings- en Internationale Samenwerkingsinstrument (NDICI) en artikel 25bis van de Visumcode.
b). Migratiesituatie op de verschillende routes
= gedachtewisseling
De Commissie en naar verwachting ook de EU agentschappen EASO, Frontex en Europol, zullen de leden van de JBZ-raad informeren over de ontwikkelingen langs de belangrijkste migratieroutes.
4. Digitale dimensie van het onderzoeken van seksueel kindermisbruik
= beleidsdebat
De Europese Commissie heeft op 24 juli 2020 een strategie ter bestrijding van seksueel kindermisbruik gepresenteerd. In de strategie kondigt de Commissie verschillende concrete initiatieven aan om de strijd tegen seksueel kindermisbruik, zowel online als offline, in de EU doeltreffender te maken. Het BNC fiche dat op 25 september 202117 naar uw Kamer is gestuurd beschrijft de Nederlandse inzet ten aanzien van de strategie. Over het algemeen steunt Nederland de voorstellen van de Europese Commissie om seksueel kindermisbruik gezamenlijk aan te pakken.
Het discussiedocument is nog niet verschenen, maar de verwachting is dat de insteek van het voorzitterschap zal zijn om te spreken over het belang van toegang tot gegevens voor rechtshandhavingsdiensten voor de bestrijding van seksueel kindermisbruik. Het kabinet onderschrijft dit belang en zal tijdens de Raad, in lijn met het BNC-fiche, de noodzaak van intensivering van de inspanningen op het gebied van preventie om seksueel kindermisbruik te voorkomen nogmaals onderstrepen.
5. Werklunch: Uitvoering van interoperabiliteit
= beleidsdebat
Tijdens de werklunch zullen de Commissie en het EU-agentschap voor grootschalige IT-systemen (eu-LISA) de Ministers informeren over de voortgang van interoperabiliteit van de verschillende IT-systemen en naar verwachting verslag doen van de ingelaste bijeenkomst van de Management Board van eu-LISA die op 1 oktober a.s. zal plaatsvinden. De Ministers zullen hierna van gedachten wisselen over de stand van zaken.
Eind juli 2021 is in een ingelast overleg van de eu-LISA Management Board gesproken over het aanpassen van de planning van de inwerkingtreding van het inreis- en uitreissysteem (Entry/Exit System, EES). Dit zou nodig zijn om het hoofd te bieden aan enkele implementatieproblemen aan de kant van eu-LISA en de beoogde startdatum van mei 2022 alsnog te halen. In de planning zijn toen zogenaamde «Decision Gates» opgenomen: cruciale momenten waarop bepaalde mijlpalen moeten zijn gehaald. In de ingelaste bijeenkomst van 1 oktober a.s. bespreekt de Management Boardde uitkomsten van de eerste «Decision Gate», de mogelijke consequenties voor het implementatietraject, en opties hoe verder te gaan.
Het kabinet hecht groot belang aan de implementatie van de (nieuwe) Europese informatiesystemen op het gebied van grenzen en interne veiligheid, waaronder het EES, het Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (ETIAS) en het aangepaste Schengen Informatie Systeem (SIS). Het kabinet heeft daarbij wel steeds aangetekend dat de integrale planning bijna geen ruimte meer biedt voor onvoorziene omstandigheden en heeft daarom blijvende aandacht voor dit onderwerp gevraagd op Raadsniveau.
Voor zowel EES als SIS geldt dat eerst en vooral de centrale systemen tijdig en stabiel moeten worden opgeleverd door eu-LISA. Pas dan kan de nationale implementatie goed worden getest. Het kabinet wil waken voor een overhaaste implementatie die problemen gaat geven in de IT, op de werkvloer bij eindgebruikers, en op de grens met impact op reizigers. In het bezoek op 8 september jl. van de Commissie aan Nederland heeft Nederland hier ook aandacht voor gevraagd.
6. Overige onderwerpen: uitkomst Salzburgforum 23–24 juni 2021
Tsjechië zal de Raad informeren over de uitkomsten van het Salzburgforum van 23-24 juni 2021. Het Salzburgforum is een samenwerkingsverband tussen Oostenrijk, Bulgarije, Kroatië, Tsjechië, Hongarije, Polen, Roemenië, Slowakije en Slovenië. Zij hebben in juni onder andere gesproken over het tegengaan van irreguliere migratie, specifiek de routes langs de oostkant van de Middellandse Zee en de Westelijke Balkan.
Kamerstuk 22 112, nr. 3053.↩︎
Raadsstukken 8640/21 d.d. 17 mei 2021↩︎
Verordening over de elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt↩︎
COM (2021) 281 d.d. 3 juni 2021↩︎
Kamerstuk 22 112, nr. 3028, d.d. 29 januari 2021↩︎
COM(2021) 700, d.d. 20 juli 2021↩︎
Kamerstuk 22 112, nr. 3098, d.d. 30 april 2021↩︎
Kamerstuk 22 112, nr. 1681, d.d. 6 september 2013↩︎
Kamerstuk 22 112, nr. 3128, d.d. 31 mei 2021↩︎
Kamerstuk 22 112, nr. 2420, d.d. 3 november 2017↩︎
Kamerstuk 32 317, nr. 703, d.d. 19 augustus 2021↩︎
Kamerstuk 22 112, nr. 2958, d.d. 5 november 2020↩︎
Kamerstuk 32 317, nr. 706, d.d. 8 september 2021↩︎
Kamerstuk 27 925 nr. 808, d.d. 14 september 2021↩︎
Kamerstukken 21 501-02 en 32 317, nr. 2325, d.d. 24 maart 2021↩︎
Kamerstuk 21 501-20, nr. 1721, d.d. 13 juli 2021↩︎
Kamerstuk 22 112, nr. 2926, d.d. 25 september 2020↩︎