Gewijzigd amendement van het lid Leijten ter vervanging van nr. 9 over het in principe verplichten van registratie van logo's
Tijdelijke regels voor experimenten met nieuwe stembiljetten (Tijdelijke experimentenwet nieuwe stembiljetten)
Amendement (gewijzigd/nader/vervangend)
Nummer: 2021D38017, datum: 2021-10-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35455-13).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35455 -13 Tijdelijke regels voor experimenten met nieuwe stembiljetten (Tijdelijke experimentenwet nieuwe stembiljetten).
Onderdeel van zaak 2021Z17677:
- Indiener: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2021-10-12 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (đ origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
35 455 Tijdelijke regels voor experimenten met nieuwe stembiljetten (Tijdelijke experimentenwet nieuwe stembiljetten)
Nr. 13 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID LEIJTEN TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 9
Ontvangen 11Â oktober 2021
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Artikel 5, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. De eerste zin wordt vervangen door: Iedere politieke groepering die een aanduiding heeft ingeschreven of inschrijft in het register, bedoeld in artikel G 1 van de Kieswet, dient bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer, indien bij deze verkiezing sprake is van een experiment als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze wet, een schriftelijk verzoek in om het logo waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, bij te schrijven in het register.
2. Er wordt een zin toegevoegd, luidende: Indien een politieke groepering waarvan wel een aanduiding in het register staat ingeschreven op die dag geen logo heeft geregistreerd, wordt voor de toepassing van de registraties in het verkiezingsproces enkel gebruik gemaakt van de in het register opgenomen aanduiding van de politieke groepering.
II
Artikel 6, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. De eerste zin wordt vervangen door: Iedere politieke groepering die een aanduiding heeft ingeschreven of inschrijft in het register, bedoeld in artikel G 2 van de Kieswet, en waarvan het logo niet reeds bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer is geregistreerd, dient bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de provinciale staten, indien bij deze verkiezing sprake is van een experiment als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze wet, een schriftelijk verzoek in om het logo waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, bij te schrijven in het register.
2. Er wordt een zin toegevoegd, luidende: Indien een politieke groepering waarvan wel een aanduiding in het register staat ingeschreven op die dag geen logo heeft geregistreerd, wordt voor de toepassing van de registraties in het verkiezingsproces enkel gebruik gemaakt van de in het register opgenomen aanduiding van de politieke groepering.
III
Artikel 7, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. De eerste zin wordt vervangen door: Iedere politieke groepering die een aanduiding heeft ingeschreven of inschrijft in het register, bedoeld in artikel G 2a van de Kieswet, en waarvan het logo niet reeds bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer is geregistreerd, dient bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van het algemeen bestuur, indien bij deze verkiezing sprake is van een experiment als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze wet, een schriftelijk verzoek in om het logo waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, bij te schrijven in het register.
2. Er wordt een zin toegevoegd, luidende: Indien een politieke groepering waarvan wel een aanduiding in het register staat ingeschreven op die dag geen logo heeft geregistreerd, wordt voor de toepassing van de registraties in het verkiezingsproces enkel gebruik gemaakt van de in het register opgenomen aanduiding van de politieke groepering.
IV
Artikel 8, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. De eerste zin wordt vervangen door: Iedere politieke groepering die een aanduiding heeft ingeschreven of inschrijft in het register, bedoeld in artikel G 3 van de Kieswet, en waarvan het logo niet reeds bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer, onderscheidenlijk provinciale staten, is geregistreerd, dient bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad, indien bij deze verkiezing sprake is van een experiment als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze wet een schriftelijk verzoek in om het logo waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, bij te schrijven in het register.
2. Er wordt een zin toegevoegd, luidende: Indien een politieke groepering waarvan wel een aanduiding in het register staat ingeschreven op die dag geen logo heeft geregistreerd, wordt voor de toepassing van de registraties in het verkiezingsproces enkel gebruik gemaakt van de in het register opgenomen aanduiding van de politieke groepering.
V
Artikel 9, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. De eerste zin wordt vervangen door: Iedere politieke groepering die een aanduiding heeft ingeschreven of inschrijft in het register, bedoeld in artikel Q 6 van de Kieswet, en waarvan het logo niet reeds bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer is geregistreerd, dient bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Eerste Kamer, indien bij deze verkiezing sprake is van een experiment als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze wet, een schriftelijk verzoek in om het logo waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, bij te schrijven in het register.
2. Er wordt een zin toegevoegd, luidende: Indien een politieke groepering waarvan wel een aanduiding in het register staat ingeschreven op die dag geen logo heeft geregistreerd, wordt voor de toepassing van de registraties in het verkiezingsproces enkel gebruik gemaakt van de in het register opgenomen aanduiding van de politieke groepering.
VI
In artikel 14, onder A, onderdeel 1, wordt het voorgestelde artikel 4, eerste lid, als volgt gewijzigd:
1. De eerste zin wordt vervangen door: Iedere politieke groepering die een aanduiding heeft ingeschreven of inschrijft in het register, bedoeld in artikel G 1 van de Kieswet, dient bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer, indien bij deze verkiezing sprake is van een experiment als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, van deze wet of artikel 2, eerste lid, van de Tijdelijke experimentenwet nieuwe stembiljetten, een schriftelijk verzoek in om het logo waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, bij te schrijven in het register.
2. Er wordt een zin toegevoegd, luidende: Indien een politieke groepering waarvan wel een aanduiding in het register staat ingeschreven op die dag geen logo heeft geregistreerd, wordt voor de toepassing van de registraties in het verkiezingsproces enkel gebruik gemaakt van de in het register opgenomen aanduiding van de politieke groepering.
VII
Na artikel 18 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 18a. Samenloop Wijziging van de Kieswet in verband met de definitieve invoering van het nieuwe stembiljet voor kiezers buiten Nederland (35Â 670)
Indien het bij koninklijke boodschap van 9 december 2020 ingediende voorstel van wet Wijziging van de Kieswet in verband met de definitieve invoering van het nieuwe stembiljet voor kiezers buiten Nederland (35 670) tot wet is of wordt verheven en artikel G 1a van de Kieswet:
a. eerder in werking treedt of is getreden dan artikel 5 van deze wet, wordt deze wet als volgt gewijzigd:
1. Artikel 5 komt te luiden:
Artikel 5. Registratie van logoâs voor de verkiezing van leden van de Tweede Kamer
Iedere politieke groepering die een aanduiding heeft ingeschreven of inschrijft in het register, bedoeld in artikel G 1 van de Kieswet, dient bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer, indien bij deze verkiezing sprake is van een experiment als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze wet, een schriftelijk verzoek in, als bedoeld in artikel G 1a, eerste lid, van de Kieswet, om het logo waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, bij te schrijven in het register. Indien een politieke groepering waarvan wel een aanduiding in het register staat ingeschreven op de tweeënveertigste dag voor de kandidaatstelling geen logo heeft geregistreerd, wordt voor de toepassing van de registraties in het verkiezingsproces enkel gebruik gemaakt van de in het register opgenomen aanduiding van de politieke groepering.
2. In artikel 19, eerste lid, wordt «de artikelen 5, 16 en 17» vervangen door «de artikelen 16 en 17».
3. In artikel 19, derde lid, wordt «De artikelen 5 en 17 treden» vervangen door «Artikel 17 treedt».
b. later in werking treedt of is getreden dan artikel 5 van deze wet, wordt in artikel VI van die wet «vervalt artikel 5 van die wet.» vervangen door «komt artikel 5 te luiden:
Artikel 5. Registratie van logoâs voor de verkiezing van leden van de Tweede Kamer
Iedere politieke groepering die een aanduiding heeft ingeschreven of inschrijft in het register, bedoeld in artikel G 1 van de Kieswet, dient bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer, indien bij deze verkiezing sprake is van een experiment als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van deze wet, een schriftelijk verzoek in, als bedoeld in artikel G 1a, eerste lid, van de Kieswet, om het logo waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, bij te schrijven in het register. Indien een politieke groepering waarvan wel een aanduiding in het register staat ingeschreven op de tweeënveertigste dag voor de kandidaatstelling geen logo heeft geregistreerd, wordt voor de toepassing van de registraties in het verkiezingsproces enkel gebruik gemaakt van de in het register opgenomen aanduiding van de politieke groepering.
Toelichting
Indiener beoogt met dit amendement de vrijblijvendheid van politieke partijen om een logo te registreren te beperken. Nederland telt 2 miljoen laaggeletterden. Voor hen, maar ook voor anderen, is een logo een welkome aanvulling om de partij van hun keuze in het stemhokje te herkennen. Dit maakt het stemproces voor hen makkelijker. Voor het uitbrengen van een stem door kiezers die in het buitenland wonen wordt al enkele jaren geĂ«xperimenteerd met een stembiljet waarop logoâs van politieke partijen worden afgebeeld. In 2021 had 80% van de partijen een logo geregistreerd, in 2017 was dat slechts 52%. De regering kiest in het voorstel voor een vrijblijvende optie voor partijen om een logo te registreren. Indiener scherpt dat met dit amendement aan. Daarmee wordt het registreren in principe verplicht. Indien een partij desondanks geen logo registreert, wordt enkel de (geregistreerde) aanduiding van de partij gebruikt. Het amendement betreft de registratie van logoâs voor alle verkiezingen: Tweede Kamer, provinciale staten, algemeen bestuur, gemeenteraad, eilandsraad en de kiescolleges in Caribisch Nederland. In de praktijk zal dit vooralsnog enkel een rol spelen bij een stemming met stembiljetten waarop een logo kan worden afgebeeld.
De artikelen VI en VII betreft een samenloopregeling die nodig is voor experimenten die samenhangen met de verkiezing voor leden van de Tweede Kamer en het Europese Parlement, omdat via de Experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming of (na inwerkingtreding) wetsvoorstel 35Â 670 al een mogelijkheid voor registratie van logoâs wordt geboden, maar dan zonder de verplichting die dit amendement beoogt.
Leijten