[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van de leden leden Ceder, Simons, Van der Plas en Kuzu over de beëindiging van de evacuaties uit Afghanistan

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2021D38043, datum: 2021-10-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20212022-273).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2021Z14673:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021-2022 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

273

Vragen van de leden Ceder (ChristenUnie), Simons (BIJ1), Van der Plas (BBB) en Kuzu (DENK) aan de Minister van Buitenlandse Zaken en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de brief van 26 augustus 2021 over de beëindiging van de evacuaties uit Afghanistan (ingezonden 30 augustus 2021).

Antwoord van Minister Knapen (Buitenlandse Zaken) mede namens de Minister van Defensie en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (ontvangen 11 oktober 2021).

Vraag 1

In welke vorm denkt u een consulaire presentie in Afghanistan te kunnen realiseren ten behoeve van hulp aan Nederlanders, lokaal ambassadepersoneel en hun gezinnen, tolken die voor Nederland hebben gewerkt in het kader van een internationale militaire of politiemissie en hun gezinnen, en andere mensen uit hoogrisicogroepen conform de motie-Belhaj c.s.?

Antwoord 1

Het kabinet blijft zich inspannen voor veilig vertrek van Nederlanders die zich in Afghanistan bevinden en Afghanen die voor overbrengen naar Nederland in aanmerking komen. Daarom onderzoekt het kabinet de mogelijkheden voor de hervatte presentie in Afghanistan zelf, om ter plekke consulaire bijstand te geven aan Nederlanders die zich nog in Afghanistan bevinden en de Afghaanse bevolking beter te kunnen blijven steunen. Nederland is in nauw overleg met gelijkgezinde landen over de mogelijkheden voor een eventuele gezamenlijke presentie in Kaboel. Een belangrijke voorwaarde is dat de veiligheidssituatie ter plaatse deze aanwezigheid moet toelaten.

Vraag 2

Deelt u de mening dat, zolang een dergelijke consulaire presentie niet gerealiseerd is, mensen uit de in vraag 1 bedoelde categorieën, zich ook zouden moeten kunnen wenden tot Nederlandse ambassades of consulaten in de omringende landen, aangezien evacuatie via het vliegveld van Kabul niet langer mogelijk is, maar er mogelijk nog wel opties over land zijn? Bent u bereid om de betrokkenen hier actief over te informeren?

Antwoord 2

Het kabinet spant actief in om hen die in aanmerking komen voor overkomst naar Nederland (zoals omschreven in de Kamerbrief van 11 oktober 2021), daarbij te faciliteren. Indien mensen uit deze groep zich wenden tot Nederlandse ambassades of consulaten in de omringende landen zullen zij daarbij ondersteund worden. Met diegenen die reeds voor evacuatie opgeroepen waren en van wie wij weten dat zij zich bijvoorbeeld buiten Afghanistan bevinden vindt hierover communicatie plaats.

Vraag 3

In hoeverre is er in de afgelopen weken werk gemaakt van de aangenomen motie Ceder c.s. (Kamerstuk 27 925, nr. 801) waarin de regering is verzocht o.a. om, indien evacueren naar Nederland bemoeilijkt wordt, ook te kijken naar tijdelijke evacuatiealternatieven in buurlanden of derde landen, om vervolgens vanuit een rustiger situatie de evacuatie verder af te handelen? Welke mogelijkheden ziet het kabinet om via land mensen alsnog in buurlanden te krijgen en vanuit daar evacuaties te vervolgen?

Antwoord 3

Daar waar mensen die in aanmerking komen alsnog naar Nederland te komen een buurland of derde land weten te bereiken, worden zij zoveel mogelijk geholpen door de Nederlandse ambassades ter plekke. Hierbij trekt Nederland samen op met andere EU lidstaten. Het kabinet raadt mensen niet aan om via land te reizen, gezien de onveilige situatie en de risico’s die dit voor deze mensen met zich meebrengt. Vrijwel alle andere EU lidstaten hanteren dezelfde aanpak. Wel heeft Nederland enkele Afghaanse gezinnen die er zelf voor kozen over land te reizen hulp geboden. Daarnaast zet het kabinet in op samenwerking met landen in de regio om veilig vertrek uit Kaboel weer mogelijk te maken. De samenwerking met Qatar heeft er inmiddels toe geleid dat met vier vluchten tot nu toe 72 Nederlanders Afghanistan hebben kunnen verlaten.

Vraag 4

In hoeverre is er in de afgelopen weken werk gemaakt van de aangenomen motie-Simons (Kamerstuk 27 925, nr. 795) waarin de regering is verzocht om samen met NAVO-landen veilige vluchtwegen van Afghanistan naar NAVO-landen te onderzoeken en te faciliteren, en bovendien samen met andere NAVO-landen alle Afghanen die door de taliban als vijand worden beschouwd onmiddellijk en zonder bureaucratische belemmeringen te ondersteunen naar veiligheid? Wat gaat u in de komende tijd ondernemen om deze motie uit te voeren?

Antwoord 4

Zoals aangegeven blijft het kabinet zich inspannen voor veilig vertrek van Nederlanders die zich in Afghanistan bevinden en Afghanen die voor overbrengen naar Nederland in aanmerking komen. Het kabinet werkt hiertoe samen met like-minded landen en met landen in de regio. Het kabinet onderzoekt alle mogelijke opties om veilige uitreis van deze mensen onder de huidige complexe omstandigheden mogelijk te maken. Zie ook het antwoord op vraag 3.

Vraag 5

Bent u bereid het mogelijk te maken dat mensen uit de genoemde categorieën ook telefonisch of via het internet geholpen kunnen (blijven) worden door Nederlandse consulaire diensten?

Antwoord 5

Met de mensen die in aanmerking komen om alsnog naar Nederland te komen wordt voor zover mogelijk contact onderhouden. Dit gebeurt zowel telefonisch als via e-mail.