[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen het lid Eppink over de rechterlijke uitspraken van Azerbeidzjaanse rechters en openbaar aanklagers inzake Azerbeidzjaanse oppositie, en Armeense krijgsgevangenen en burgers

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2021D38044, datum: 2021-10-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20212022-275).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2021Z14139:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021-2022 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

275

Vragen van het lid Eppink (JA21) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de rechterlijke uitspraken van Azerbeidzjaanse rechters en openbaar aanklagers inzake Azerbeidzjaanse oppositie, en Armeense krijgsgevangenen en burgers (ingezonden 6 augustus 2021).

Antwoord van Minister Knapen (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 11 oktober 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 3759.

Vraag 1

Bent u er bekend mee dat Azerbeidzjaanse rechters, ondanks internationale, humanitaire wetten en een staakt-het-vuren, Armeense krijgsgevangenen en burgers straffen opleggen die leiden tot langdurige gevangenschap in Azerbeidzjaanse gevangenissen?

Antwoord 1

Ik ben bekend met het feit dat een aantal krijgsgevangenen en andere gedetineerden in het kader van het conflict gevangenisstraffen zijn opgelegd door Azerbeidzjaanse rechters, waaronder langdurige straffen.

Vraag 2

Bent u van mening dat de Azerbeidzjaanse gevangenissen waar Armeense krijgsgevangenen en burgers worden vastgehouden, conformeren met internationale wetgeving inzake mensenrechten?

Antwoord 2

Azerbeidzjan is gebonden aan verschillende mensenrechtenverdragen die regels stellen ten aanzien van de behandeling van gevangenen en hun detentieomstandigheden. In internationaal verband kan worden gewezen op het VN-Antifolterverdrag. In Raad van Europa-verband kan worden gewezen op het Europees Verdrag voor de bescherming van de Rechten van de Mens (EVRM) en het Europees Verdrag ter voorkoming van foltering en onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing. Deze verdragen verbieden onmenselijke behandeling en bestraffing, waaruit ook minimumstandaarden t.a.v. detentieomstandigheden voortvloeien. Azerbeidzjan is aan deze standaarden gebonden. Uit verschillende bronnen blijkt dat gevangenissen in Azerbeidzjan veelal niet conformeren aan internationale standaarden.1

Vraag 3

Bent u van mening dat de rechtszaken tegen Armeense krijgsgevangenen en burgers die door Azerbeidzjaanse rechters worden bestraft, onafhankelijk en eerlijk verlopen?

Antwoord 3

Over het algemeen worden vraagtekens gezet bij de onafhankelijkheid van de rechtsgang in Azerbeidzjan. Zo krijgt Azerbeidzjan een zeer lage score wat betreft het functioneren van de rechtstaat van de NGO «Freedom House».2

Vraag 4

Bent u er bekend mee dat Azerbeidzjaanse rechters en openbaar aanklagers, die gelinkt worden aan deze rechtszaken, politiek gekleurde uitspraken hebben gedaan tegen oppositieleden, journalisten, bloggers, en activisten?

Antwoord 4

Met betrekking tot de onafhankelijkheid van de rechtsgang in Azerbeidzjan verwijs ik u naar het antwoord op vraag 3.

Vraag 5

Bent u er bekend mee dat deze Azerbeidzjaanse rechters en openbaar aanklagers op een zwarte lijst staan van een groep niet-gouvernementele organisaties (NGO’s), waaronder de Nederlandse NGO «Institute for Peace and Democracy»?

Antwoord 5

Ik ben ermee bekend dat deze NGO een dergelijke zwarte lijst met rechters hanteert.

Vraag 6

Bent u het ermee eens deze zaak urgentie vereist?

Antwoord 6

Ik ben het ermee eens dat de Armeense krijgsgevangenen en andere gedetineerden in het kader van het conflict zo snel mogelijk vrijgelaten dienen te worden. Ik verwijs u naar diverse EU verklaringen hierover, waaronder de EU verklaring van 28 april jl. in het Comité van Ministers van de Raad van Europa.3

Vraag 7

Bent u van mening dat de «andere mogelijkheden» en uw gesprekken op «ministerieel niveau»4 tot enige verandering voor de situatie van de Armeense krijgsgevangenen en burgers hebben geleid?

Antwoord 7

Het is onmogelijk om deze causaliteit vast te stellen. Over het algemeen is het kabinet ervan overtuigd dat internationale druk, maar ook dialoog, helpt. Er zijn verschillende groepen gevangenen vrijgelaten, maar helaas zitten er nog steeds Armeense gevangenen vast in Azerbeidzjan.

Vraag 8

Bent u het ermee eens dat daadkrachtige actie is vereist vanuit het Nederlandse kabinetsbeleid en vanuit de Nederlandse invloed op het EU-beleid inzake deze kwestie?

Antwoord 8

De EU is hierover eensgezind: de krijgsgevangenen en andere gedetineerden in het kader van het conflict moeten zo snel mogelijk worden vrijgelaten. Hiervoor hebben mijn voorgangers zich meermaals hard gemaakt in de Raad Buitenlandse Zaken en elders. Dat zal ik bij voorkomende gelegenheden ook blijven doen.

Vraag 9

Bent u voornemens enige maatregelen te nemen tegen de individuen die een kernfunctie hebben in de illegale vervolging van Azerbeidzjaanse oppositie en van Armeense krijgsgevangenen?

Antwoord 9

Het kabinet blijft zich via contacten met covoorzitters van de OVSE Minsk-groep en de EU inzetten voor de vrijlating van de Armeense krijgsgevangenen en andere gedetineerden i.h.k.v. het conflict. Het kabinet ziet een dialoog tussen Armenië en Azerbeidzjan en overeenstemming voor vertrouwenwekkende maatregelen als eerste noodzakelijke stappen op weg naar een duurzame en vreedzame oplossing van het conflict. Het kabinet acht het daarom een positief signaal dat de ministers van buitenlandse zaken van Armenië en Azerbeidzjan elkaar vorige week spraken en marge van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York. Deze ontmoeting vond plaats onder de auspiciën van de OVSE Minsk Groep covoorzitters. Een dergelijk dialoog kan ook bijdragen aan de oplossing van deze belangrijke kwestie. Het kabinet en de EU zullen de covoorzitters van de OVSE Minsk Group blijven steunen in hun moeilijke taak te bemiddelen in dit complexe conflict. Ook alle overige EU-lidstaten steunen deze benadering. Een eventueel pleidooi voor maatregelen zou daarom niet op steun in de EU kunnen rekenen.

Ten aanzien van de Azerbeidzjaanse politieke gevangenen die vastzitten in Azerbeidzjan voert de EU gesprekken in het kader van het jaarlijkse sub-comité Justitie, vrijheid en veiligheid, en mensenrechten en democratie. De EU maakt zich hard voor de vrijlating van gevangenen die op valse gronden zijn vastgezet. Het Comité van Ministers van de Raad van Europa houdt toezicht op de naleving door Azerbeidzjan van de uitspraken waarin het EHRM heeft geoordeeld dat oppositieleden ten onrechte strafrechtelijk zijn vervolgd en veroordeeld. In bilaterale contacten zal Nederland hierover ook op verschillende niveaus onze zorgen blijven delen met de Azerbeidzjaanse autoriteiten. Mensenrechten, de rechtsstaat en democratie zijn prioriteitsonderwerpen in de bilaterale relatie van Nederland met Azerbeidzjan. Naast gesprekken hierover ondersteunt de Nederlandse ambassade in Bakoe ook NGO’s die zich inzetten voor de bevordering van deze belangrijke thema’s.


  1. Algemeen ambtsbericht van Azerbeidzjan, september 2021, paragraaf 3.3.3.2; https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/ambtsberichten/2021/09/14/algemeen-ambtsbericht-azerbeidzjan-van-september-2021/Algemeen+ambtsbericht+Azerbeidzjan+2021-09.pdf↩︎

  2. Rapport Freedom House 2021, https://freedomhouse.org/country/azerbaijan/freedom-world/2021↩︎

  3. Verklaring EEAS, https://eeas.europa.eu/delegations/council-europe_en/97449/EU%20Statement%20on%20captives%20from%20the%20recent%20conflict%20between%20Armenia%20and%20Azerbaijan↩︎

  4. Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 3609↩︎