[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Memorie van toelichting

Nummer: 2021D44199, datum: 2021-12-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35975-X-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 35975 X-2 Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota).

Onderdeel van zaak 2021Z20494:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021‒2022
35 975X Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
Nr. 2

MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Artikel 1 

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2021 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X).

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

DE MINISTER VAN DEFENSIE,

H.G.J. Kamp

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De voorliggende tweede suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de 1e suppletoire begroting 2021 van hoofdstuk X van de begroting van het Rijk.

In deze tweede suppletoire begroting van Defensie zijn de besluiten van het kabinet uit de Najaarsnota verwerkt. Deze suppletoire wet dient dan ook in samenhang te worden gezien met de Najaarsnota.

Defensie heeft als gevolg van COVID-19 extra kosten gemaakt en niet begrote uitgaven gedaan en zal dat naar verwachting ook blijven doen als gevolg van COVID-19. Defensie houdt hier zicht op door deze apart te registreren. Indien diensten of goederen aanvullend of afwijkend op de reguliere bedrijfsvoering moeten worden aangeschaft of kosten worden gemaakt en deze een directe relatie met COVID-19 hebben, moeten deze meteen en achteraf traceerbaar zijn. Wanneer de inzet van Defensie buiten de reguliere bijstandsconstructie van FNIK valt en in opdracht van een ander departement gebeurt loopt de financiering van deze inzet ook via het desbetreffende departement.

In paragraaf 2.1 wordt de cijfermatige aansluiting ten opzichte van de 1e suppletoire begroting uiteengezet. Vervolgens worden in paragraaf 2.2 de belangrijkste begrotingswijzigingen op deze begroting van het Ministerie van Defensie vermeld, waarna deze in paragrafen 2.3, overzicht uitgavenmutaties, en 2.4, overzicht ontvangstenmutaties, worden toegelicht. Afsluitend is in paragraaf 2.5 per artikel een tabel opgenomen met daarin de budgettaire gevolgen van beleid en de uitgaven- en ontvangstenmutaties. Per artikel worden de mutaties groter dan of gelijk aan onderstaande staffel op het niveau van de financiële instrumenten (en eventueel artikelonderdeel) toegelicht.

< 50 1 2
=> 50 en < 200 2 4
=> 200 < 1000 5 10
=> 1000 10 20

De toelichtingen op de uitgaven gelden ook voor de verplichtingen. Alleen indien sprake is van een groot verschil van de verplichtingenmutaties ten opzichte van de uitgavenmutaties wordt dit verschil apart toegelicht. Deze verschillen ontstaan bijvoorbeeld doordat verplichtingen zijn aangegaan die niet tot een uitgavenmutatie leiden of door regelingen waarvoor de verplichtingen dit jaar worden aangegaan terwijl de uitgaven pas volgend jaar (of in de jaren daarna) plaatsvinden.

2 Het beleid

2.1 Voorstel van wet

Met het onderhavige wetsvoorstel wordt voorgesteld de uitgavenbegroting 2021 van het Ministerie van Defensie (X) ten opzichte van de 1e suppletoire begroting met een bedrag van € 60,0 miljoen te verhogen. Voor het begrotingsbedrag van de ontvangsten 2021 wordt voorgesteld dit met € 15,5 miljoen te verhogen. Dit leidt voor het Ministerie van Defensie tot een uitgavenbudget van € 12.132,2 miljoen en een ontvangstenbudget van € 162,4 miljoen. De begroting voor de in 2021 aan te gane verplichtingen stijgt met € 270,2 miljoen tot € 16.245,2 miljoen. De cijfermatige aansluiting ten opzichte van 1e suppletoire begroting 2021 is als volgt:

Stand 1e suppletoire begroting 2021 € 12.072.177
Wijzigingen 2e suppletoire begroting 2021 € 60.008
Stand begroting Defensie (X) in de Najaarsnota 2021 € 12.132.185
Stand 1e suppletoire begroting 2021 € 146.974
Wijzigingen 2e suppletoire begroting 2021 € 15.466
Stand begroting Defensie (X) in de Najaarsnota 2021 € 162.440

2.2 Belangrijkste begrotingswijzigingen

De omvangrijkste begrotingswijziging voor deze tweede suppletoire begroting betreft het verhogen van de uitgavenbegroting met extra budget t.b.v. munitie, opleiding en training en extra budget t.b.v. veteranen ter hoogte van respectievelijk € 60,0 en € 30,0 miljoen. Beide bedragen zijn met de augustusbesluitvorming 2021 aan de defensiebegroting toegevoegd.

2.3 Uitgavenmutaties

Vastgestelde begroting 2021 11.631.696
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 440.481
Stand 1e suppletoire begroting 2021 12.072.177
Belangrijkste suppletoire mutaties
1. COVID-19 meeruitgaven 2, 4, 7, 13 30.272
2. Budget ten behoeve van munitie, opleiding en training 13 60.000
3. Budget ten behoeve van veteranen 8 30.000
4. Hogere ontvangst ten behoeve van instandhouding materieel Marine 2, 13 5.000
5. Doorschuiven budget ten behoeve van Dutchbat 3 en Srebrenica 9 ‒ 12.740
6. Onderrealisatie programmaontvangsten DMO 7 ‒ 8.000
7. COVID-19 werkgelegensheidsgelden 9 ‒ 5.200
8. Interdepartementale budgetoverhevelingen 1, 2, 3, 4, 5, 7, 8, 9, 10, 13 ‒ 17.626
Overige mutaties ‒ 21.698
Stand 2e suppletoire begroting 2021 12.132.185

Toelichting overzicht uitgavenmutaties

1. COVID-19 meeruitgaven

De meeruitgaven als gevolg van COVID-19 worden generaal gecompenseerd en aan het budget van het Defensie toegevoegd. Het betreft hier onder meer de huur van extra tenten voor oefeningen en op kazernes om de 1,5 meter afstand houden te garanderen.

2. Budget ten behoeve van munitie, opleiding en training

Voor de tekorten ten aanzien van munitie, opleiding en training wordt structureel € 60 miljoen toegevoegd aan de defensiebegroting. Dit bedrag wordt via artikel 13 Bijdrage aan Defensiematerieelbegrotingsfonds toegevoegd aan de begroting van het Defensiematerieelbegrotingsfonds.

3. Budget ten behoeve van veteranen

Veteranen met uitzendgerelateerde aandoeningen kunnen compensatie aanvragen bij het Nationaal Fonds Ereschuld. De middelen op de begroting zijn echter ontoereikend. Meer (jonge) veteranen doen een beroep op compensatie. Daarom is door het Kabinet € 30 miljoen aanvullend beschikbaar gesteld in 2021 en is de begroting met € 20 miljoen structureel verhoogd.

4. Hogere ontvangst ten behoeve van instandhouding materieel Marine

De verwachte hogere overige ontvangsten, vanwege o.a. achterstallige verrekeningen voor onderhoud aan de Portugese M-fregatten, worden aangewend voor de instandhouding materieel Marine.

5. Doorschuiven Budget ten behoeve van Dutchbat III en Srebrenica

Het verwerken van de aanvragen voor de uitkeringsregeling Dutchbat III komt in 2021 niet volledig tot realisatie en zal voor een deel in 2022 tot uitbetaling leiden.

6. Onderrealisatie programmaontvangsten DMO

De te verwachten minder ontvangsten in de personele en materiële ontvangsten bij de DMO werken door op het uitgavenkader.

7. COVID-19 werkgelegensheidsgelden

Van de maatregel incidentele nood- en steunmaatregelen COVID-19 t.b.v. werkgarantie van € 7 miljoen komt € 1,8 miljoen tot realisatie in 2021.

8. Interdepartementale budgetoverhevelingen

Vanuit Defensie is onder andere € 12,7 miljoen overgeheveld naar Binnen­landse Zaken (BZK) voor diverse bedrijfsuitvoeringsuitgaven, dataorganisatie, innovatieve software en uitbreiding digitale opslagcapaciteit. Daarnaast heeft Defensie € 1,5 miljoen overgeheveld naar Infrastructuur en Waterstaat (I&W) voor de Infill-Radar.

Per saldo daalt de begroting van Defensie als gevolg van de interdeparte­mentale budgetoverhevelingen met € 17,6 miljoen.

2.4 Ontvangstenmutaties

Vastgestelde begroting 2021 160.097
Mutaties 1e suppletoire begroting 2021 ‒ 13.123
Stand 1e suppletoire begroting 2021 146.974
Belangrijkste suppletoire mutaties
1. COVID-19 minderontvangsten ‒ 5.546
2. Hogere ontvangst ten behoeve van instandhouding materieel Marine 5.000
3. Aflossing Lening ABP 25.873
4. Onderrealisatie programmaontvangsten DMO ‒ 8.000
Overige mutaties ‒ 1.861
Stand 2e suppletoire begroting 2021 162.440

1. COVID-19 minderontvangsten

Vanwege de voortdurende COVID-19 pandemie hebben diverse defensieonderdelen minder ontvangsten binnen gekregen.

2. Hogere ontvangst ten behoeve van instandhouding materieel Marine

De verwachte hogere overige ontvangsten, vanwege o.a. achterstallige verrekeningen voor onderhoud aan de Portugese M-fregatten, worden aangewend voor de instandhouding materieel Marine.

3. Aflossing lening ABP

Dit betreft de aflossing van de ABP lening 2018 van de financieringsconstructie voor de overgang naar een kapitaaldekkende pensioenstelsel. In het financieringsarrangement van de overgang naar het kapitaaldekkingsstelsel (kamerstuk 26 686, nr. 5 d.d. 13 juli 2000) was voldoende saldo om de laatste lening van de staat aan ABP af te lossen. Het ABP had dit geld, via Defensie, geleend ter dekking van (tijdelijke) dubbele lasten die gemoeid zijn met de overgang van het omslagstelsel voor militaire pensioenen naar het kapitaaldekkingsstelsel. De terugbetaling van het ABP wordt vervolgens via Defensie teruggegeven aan het Ministerie van Financiën. Met deze laatste aflossing is het administratieve proces hiermee beëindigd.

4. Onderrealisatie programmaontvangsten DMO

DMO verwacht minder ontvangsten in de personele en materiële ontvangsten. Dit werkt ook door op het uitgavenkader, waardoor het budget naar beneden wordt bijgesteld.

2.5 Budgettaire gevolgen van beleid

Beleidsartikel 1 Inzet

Verplichtingen 179.626 203.962 0 ‒ 7.076 196.886
Uitgaven 207.375 234.711 0 ‒ 7.076 227.635
waarvan juridisch verplicht
Opdrachten 207.375 234.711 0 ‒ 7.076 227.635
Internationale Inzet (BIV) 199.882 213.182 0 ‒ 5.076 208.106
Financiering nationale inzet krijgsmacht 3.308 9.484 0 0 9.484
Overige inzet 4.185 12.045 0 ‒ 2.000 10.045
Programma ontvangsten 2.907 2.157 0 0 2.157
Internationale Inzet (BIV) 1.407 1.407 0 0 1.407
Overige Inzet 1.500 750 0 0 750

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 2,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

Internationale Inzet (BIV)

Vanuit het Budget Internationale Veiligheid (BIV) is er onder meer budget (€ 7,0 miljoen) overgeheveld naar artikel 9 Algemeen voor de financiering van de aanbevelingen van de onafhankelijke begeleidingscommissie Dutchbat III (commissie Borstlap).

Overige inzet

Door achterblijvende verwerving van de vervanging van de VPD-pakketten (deels COVID-19 gerelateerd) zorgt ervoor dat er minder budget wordt uitgegeven. Omdat de verwachting is dat dit niet verbetert voor het einde van het jaar, is er € 2 miljoen beschikbaar gesteld aan defensie algemene middelen.

Beleidsartikel 2 Koninklijke Marine

Verplichtingen 797.314 834.825 222.051 ‒ 19.686 1.037.190
Uitgaven 797.314 834.825 12.051 ‒ 19.686 827.190
waarvan juridisch verplicht
Opdrachten 35.473 46.032 0 ‒ 1.228 44.804
Gereedstelling 35.473 46.032 0 ‒ 1228 44.804
Personele uitgaven 757.762 786.731 8.599 ‒ 31.292 764.038
Eigen personeel 720.148 731.497 7.631 ‒ 20.913 718.215
Externe inhuur 1.853 10.853 ‒ 87 ‒ 502 10.264
Overige personele exploitatie 35.761 44.381 1.055 ‒ 9.877 35.559
Materiële uitgaven 4.079 2.062 3.452 12.834 18.348
Overige materiele exploitatie 4.079 2.062 3.452 12.834 18.348
Ontvangsten 10.796 11.319 5.000 ‒ 1.000 15.319

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 5,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

Personele en materiële uitgaven

In de categorie «eigen personeel» wordt de uitgaven in de kolom mutatie miljoenennota met name verklaard door de compensatie van € 5,4 miljoen die de Koninklijke Marine heeft gekregen voor de pensioenpremie en loonbijstelling. De overige mutaties binnen zowel de personele en materiële uitgaven worden grotendeels veroorzaakt door een incidentele herschikking tussen exploitatie en investeringen van € 15 miljoen. Dit omdat in 2019 met de tweede suppletoire begroting incidenteel geld vanuit de investeringen in materieel ingezet om extra instandhoudings- en gereed-stellingsuitgaven te compenseren.

Daarnaast heeft er met de 2e suppletoire begroting een herschikking ter waarde van ruim € 11 miljoen plaatsgevonden. Bijvoorbeeld teneinde DMO munitie te laten kopen, heeft de Marine budget naar DMO overgeheveld.

Beleidsartikel 3 Koninklijke Landmacht

Verplichtingen 1.383.777 1.396.689 431 ‒ 29.550 1.367.570
Uitgaven 1.383.777 1.396.689 431 ‒ 29.550 1.367.570
waarvan juridisch verplicht
Opdrachten 78.047 62.832 0 ‒ 5.529 57.303
Gereedstelling 78.047 62.832 0 ‒ 5.529 57.303
Personele uitgaven 1.281.567 1.286.899 5.785 ‒ 13.225 1.279.459
Eigen personeel 1.221.614 1.192.565 20.517 9.483 1.222.565
Externe inhuur 3.485 20.051 ‒ 4.377 ‒ 3.648 12.026
Overige personele exploitatie 56.468 74.283 ‒ 10.355 ‒ 19.060 44.868
Materiële uitgaven 24.163 46.958 ‒ 5.354 ‒ 10.796 30.808
Overige materiele exploitatie 24.163 46.958 ‒ 5.354 ‒ 10.796 30.808
Ontvangsten 10.375 9.588 0 ‒ 3.586 6.002

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 10,0 miljoen of meer toegelicht

Toelichting op de uitgaven

Personele uitgaven

Per saldo is het budget voor Overige personele exploitatie met € 29,4 miljoen naar beneden bijgesteld. Door de COVID-19 maatregelen zijn er minder uitgaven aan gereedstelling en personele exploitatie (door bijvoorbeeld afname van dienstreizen, binnenslapers en opleidingen). Deze middelen zijn ingezet ten behoeve van het financieren van hogere uitgaven aan eigen personeel onder andere door de geringe stijging van burgerpersoneel door het alternatief vullen van militaire vacatures. Ook het doorschuiven van middelen naar 2022 voor het met terugwerkende kracht kunnen uitbetalen van uitkeringen verminderd pensioen perspectief (pensioencompensatie eindloon middelloon) heeft een effect.

Materiële uitgaven

Per saldo zijn de overige materiële uitgaven met € 16,2 miljoen naar beneden bijgesteld. Ook deze bijstelling wordt onder andere verklaard door de COVID-19 situatie, waardoor evenementen (zoals 4-daagse) geen doorgang vinden en ondersteuning van de Landmacht niet nodig is. Ook zijn er minder zelfstandige aanschaffen gedaan. Daarnaast is er budget overgedragen aan andere defensieonderdelen (DMO en DOSCO) voor aanschaf IT-middelen en voor kleine infrastructurele aanpassingen.

Beleidsartikel 4 Koninklijke Luchtmacht

Verplichtingen 664.006 678.677 4.792 9.588 693.057
Uitgaven 664.284 678.955 4.514 9.588 693.057
waarvan juridisch verplicht
Opdrachten 23.525 22.575 ‒ 36 ‒ 883 21.656
Gereedstelling 23.525 22.575 ‒ 36 ‒ 883 21.656
Personele uitgaven 623.152 635.570 3.952 10.630 650.152
Eigen personeel 525.043 532.530 2.656 1.273 536.459
Externe inhuur 0 1.898 150 0 2.048
Overige personele exploitatie 98.109 101.142 1.146 9.357 111.645
Materiële uitgaven 17.607 20.810 598 ‒ 159 21.249
Overige materiele exploitatie 17.607 20.810 598 ‒ 159 21.249
Ontvangsten 12.032 13.612 0 ‒ 960 12.652

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 5,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

Personele uitgaven

De uitgaven voor Overige Personele Exploitatie zijn met € 10,5 miljoen gestegen. Dit komt voornamelijk doordat € 9,7 miljoen is toegevoegd om de betalingsachterstand bij de F-16 vliegeropleidingen in Tucson in te lopen. Deze betalingsachterstand was ontstaan doordat de Foreign Military Sales opvragen van Amerikaanse zijde achterbleven bij de afname van diensten.

Beleidsartikel 5 Koninklijke Marechaussee

Verplichtingen 463.056 513.227 2.004 ‒ 8.031 507.200
Uitgaven 463.056 513.227 2.004 ‒ 8.031 507.200
waarvan juridisch verplicht
Opdrachten 6.842 5.759 ‒ 285 ‒ 475 4.999
Gereedstelling 6.842 5.759 ‒ 285 ‒ 475 4.999
Personele uitgaven 445.369 487.452 2.334 ‒ 5.003 484.783
Eigen personeel 427.381 462.227 1.334 ‒ 10.590 452.971
Externe inhuur 0 2.135 1.000 5.882 9.017
Overige personele exploitatie 17.988 23.090 0 ‒ 295 22.795
Materiële uitgaven 10.845 20.016 ‒ 45 ‒ 2.553 17.418
Overige materiele exploitatie 10.845 20.016 ‒ 45 ‒ 2553 17.418
Ontvangsten 4.376 8.069 0 0 8.069

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 5,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

Personele uitgaven

De daling van eigen personeel van € 9,3 miljoen wordt voornamelijk veroorzaakt doordat de overschotten voor versterken Grenstoezicht Carib € 4,7 miljoen en Breed Offensief Tegen Ondermijnende Criminaliteit (BOTOC) € 2 miljoen aan de ministeries J&V en BZK overgeheveld zijn. Daarnaast zorgt het schuiven naar de materiële exploitatie van budget (€ 1,2 miljoen) voor versterking grenstoezicht Carib voor een verdere daling.

Het budget voor externe inhuur stijgt met € 6,8 miljoen als gevolg van een verhoogde inzet inhuurcapaciteit voor Grenstoezicht Carib en BOTOC.

Beleidsartikel 7 Defensie Materieel Organisatie

Verplichtingen 597.449 592.173 ‒ 8.714 ‒ 20.953 562.506
Uitgaven 597.449 592.173 ‒ 8.714 ‒ 20.953 562.506
waarvan juridisch verplicht
Opdrachten 142.187 128.305 ‒ 7.000 ‒ 26.895 94.410
Gereedstelling 142.187 128.305 ‒ 7.000 ‒ 26.895 94.410
Personele uitgaven 438.972 450.356 ‒ 1.634 ‒ 14 448.708
Eigen personeel 385.037 384.035 ‒ 735 2219 385.519
Externe inhuur 35.346 44.289 ‒ 873 ‒ 1122 42.294
Overige personele exploitatie 18.589 22.032 ‒ 26 ‒ 1111 20.895
Materiële uitgaven 16.290 13.512 ‒ 80 5.956 19.388
Overige materiële exploitatie 16.290 13.512 ‒ 80 5956 19.388
Ontvangsten 43.405 34.376 0 ‒ 9131 25.245

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 5,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

Opdrachten

Het budget voor gereedstelling is met ongeveer € 33,9 miljoen neerwaarts bijgesteld. Dit is onder andere te verklaren door lager brandstofgebruik. Het tank- en transportvliegtuig de Airbus A330 MRTT, als opvolger van de KDC-10, is namelijk veel zuiniger. Hierdoor komt € 6,3 miljoen ten gunste van het investeringenbudget. Ook is het de verwachting is dat er in 2021, mede door het niet doorgaan van de multinationale oefening Frisian Flag minder brandstof à € 7 miljoen nodig is. In z’n algemeenheid geldt dat in 2021 over de hele linie sprake is (geweest) van minder oefeningen door COVID-19 en beperkte personele capaciteit. Verder is sprake van het vertragen van een aantal leveringen, bijvoorbeeld door de afkeuring van een levering scheepsdiesel. Dit heeft echter geen effect op de leverbetrouwbaarheid en daarmee op de gereedheid.

Materiële uitgaven

Het budget voor overige materiële exploitatie neemt toe met ongeveer € 6,0 miljoen, vanwege een grote behoefte aan met name bedrijfsmatige uitgaven. Voorbeelden variëren van het aanpassen van overlegruimtes, tot de aanschaf van klimatologische trilmachines en freesbanken.

Toelichting op de ontvangsten

De ontvangsten zijn afgenomen met € 9,1 miljoen, voornamelijk vanwege de verwachte minderontvangsten bij personeel en materieel in 2021.

Beleidsartikel 8 Defensie Ondersteuningscommando

Verplichtingen 1.150.195 1.173.048 15.224 ‒ 12.604 1.175.668
Uitgaven 1.150.195 1.173.048 15.224 ‒ 12.604 1.175.668
waarvan juridisch verplicht
Inkomensoverdrachten 60.769 42.920 57.500 ‒ 1.720 98.700
Nationaal Fonds Ereschuld 57.069 39.472 57.500 28 97.000
Reservering schadevergoedingen chroom 6 Defensie 3.700 3.448 0 ‒ 1748 1.700
Personele uitgaven 808.400 844.566 ‒ 26.599 ‒ 6.059 811.908
Eigen personeel 637.108 658.703 ‒ 30.117 ‒ 7.880 620.706
Externe inhuur 2.865 2.865 18.885 1.080 22.830
Overige personele exploitatie 154.732 168.733 ‒ 15.367 741 154.107
Attaches 13.695 14.265 0 0 14.265
Materiële uitgaven 281.026 285.562 ‒ 15.677 ‒ 4.825 265.060
Overige materiële exploitatie 273.742 278.278 ‒ 15.677 ‒ 4.825 257.776
Attaches 7.284 7.284 0 0 7.284
Ontvangsten 68.478 58.487 0 ‒ 1430 57.057

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 10,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

Inkomensoverdrachten

Het budget voor de inkomensoverdachten stijgt per saldo met € 55,8 miljoen. De uitgaven van het Nationaal Fonds Ereschuld stijgen doordat meer (en ook jongere) veteranen een beroep op compensatie vanuit het fonds doen en door de gewijzigde te hanteren rekenrente. Om de gestegen uitgaven op te vangen is er door het kabinet € 30,0 miljoen incidenteel beschikbaar gesteld in 2021 (vanaf 2022 € 20,0 miljoen structureel). Daarnaast heeft er een interne herschikking plaatsgevonden van € 27,5 miljoen vanuit onder andere de personele en materiële uitgaven naar het Nationaal Fonds Ereschuld.

Personele uitgaven

Het budget voor de personele uitgaven daalt per saldo met € 32,7 miljoen. Het budget voor eigen personeel wordt met € 38,0 miljoen verlaagd vanwege de lagere militaire personele vulling. Hiervan wordt € 18,0 miljoen ingezet voor het Nationaal Fonds Ereschuld en € 20,0 miljoen is intern herschikt voor alternatieve vulling middels externe inhuur van personeel. Daarnaast is het budget voor de overige personele exploitatie met € 14,6 miljoen verlaagd vanwege een € 5,6 miljoen lagere afdracht aan de Belastingdienst voor de werkkostenregeling (WKR) over 2020 en een lagere realisatie van onder andere dienstreizen als gevolg van de maatregelen tegen COVID-19. Dit budget is overgeheveld naar instandhouding vastgoed in het Defensiematerieelbegrotingsfonds voor het verminderen van achterstallig onderhoud.

Materiële uitgaven

Het budget voor de materiële uitgaven daalt per saldo met € 20,5 miljoen. Dit komt onder andere door de herschikking van € 9,5 miljoen naar het Nationaal Fonds Ereschuld en de overheveling van € 7,8 miljoen naar instandhouding vastgoed in het Defensiematerieelbegrotingsfonds. Dit wordt met name veroorzaakt door lagere uitgaven aan transport door het in 2021 afgelasten van diverse oefeningen in verband met COVID-19.

Niet-Beleidsartikel 9 Algemeen

Verplichtingen 162.600 187.777 4.463 ‒ 10.441 181.799
Uitgaven 162.600 187.777 4.463 ‒ 10.441 181.799
Subsidies 31.529 39.736 1.800 0 41.536
Subsidies 31.529 39.736 1.800 0 41.536
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken 46.192 47.096 ‒ 237 0 46.859
Kennisopbouw TNO via EZ 43.621 44.475 ‒ 296 0 44.179
Kennisopbouw NLR via EZ 534 544 56 0 600
Kennisopbouw MARIN via EZ 1.726 1.760 240 0 2.000
Overige Bijdragen 311 317 ‒ 237 0 80
Opdrachten 12.080 8.760 9.000 ‒ 5.531 12.229
Opdrachten beleid 8.531 6.624 9.000 ‒ 8.351 7.273
opdrachten milieu beleid 2.033 590 0 2.752 3.342
overige opdrachten 1.516 1.546 0 68 1.614
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 68.983 67.454 ‒ 4.800 ‒ 2.400 60.254
Bijdrage aan de NAVO 53.194 54.236 0 768 55.004
Bijdrage aan internationale samenwerking 5.228 4.550 0 700 5.250
Overige bijdragen 10.561 8.668 ‒ 4.800 ‒ 3.868 0
Bekostiging 3.816 3.891 0 0 3.891
Bekostiging diverse instellingen 3.816 3.891 0 0 3.891
Inkomensoverdrachten 0 20.840 ‒ 1.300 ‒ 2.510 17.030
Reservering Regeling Uitkering chroom 6 Defensie 0 1.300 ‒ 1.300 3.254 3.254
Civielrechtelijke regeling Srebrenica 2020 0 19.540 0 ‒ 5.764 13.776
Ontvangsten 0 0 0 2.300 2.300

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 2,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

Opdrachten

Het budget opdrachten is met € 4,5 miljoen toegenomen. Dit komt voornamelijk door een toevoeging van het budget voor de maatregel incidentele nood- en steunmaatregelen COVID-19 ten behoeve van werkgarantie ter hoogte van € 7 miljoen euro. Hiervan is een deel overgeheveld naar andere Defensieonderdelen voor projecten en naar verwachting wordt € 5,2 miljoen euro niet gerealiseerd. Daarnaast is € 2 miljoen toegevoegd aan het budget ten behoeve van Taskforce Personeel om externe personeel te werven en is € 2 miljoen toegevoegd aan het budget milieu beleid voor stikstofproblematiek.

Inkomensoverdrachten

Het budget voor inkomensoverdrachten is € 3,8 miljoen afgenomen. Dit komt voornamelijk doordat het budget voor de civielrechterlijke regeling Srebrenica 2020 met € 5,8 miljoen is afgenomen, omdat een deel van de uitkeringen in 2022 plaatsvinden. Daarnaast is er een toevoeging van het budget op Chroom 6 van circa € 2,5 miljoen.

Bijlage subsidies

De tabel met de door Defensie toegekende subsidies is aangepast. In de bijlage is de nieuwe tabel met de maximaal toegekende subsidiebedragen en toelichting opgenomen.

Niet-Beleidsartikel 10 Apparaat kerndepartement

Verplichtingen 1.627.606 1.600.751 ‒ 37.637 ‒ 31.891 1.531.223
Uitgaven 1.627.606 1.600.751 ‒ 37.637 ‒ 31.891 1.531.223
Personele uitgaven 1.590.473 1.563.828 ‒ 34.232 ‒ 21.131 1.508.465
Eigen personeel 271.493 273.966 ‒ 5.064 ‒ 7.711 261.191
Externe Inhuur 970 10.971 1.677 ‒ 1.348 11.300
Overige personele exploitatie 14.341 13.562 125 ‒ 848 12.839
Uitkeringen (pensioenen en wachtgelden) 1.303.669 1.265.329 ‒ 30.970 ‒ 11.224 1.223.135
Materiële uitgaven 37.133 36.923 ‒ 3.405 ‒ 10.760 22.758
Overige materiele exploitatie 37.133 36.923 ‒ 3.405 ‒ 10.760 22.758
Ontvangsten 7.728 9.366 25.873 ‒ 1.600 33.639

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 10,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

Personele uitgaven

Het budget op personele uitgaven is met € 55,3 miljoen afgenomen Dit komt voornamelijk door een aflossing ter hoogte van € 25,8 miljoen voor de aflossing van de laatste lening van het financieringsarrangement ABP ten behoeve van de overgang naar kapitaaldekking van de pensioenuitkeringen (zie ook de nadere toelichting bij de ontvangsten). Daarnaast is er een hogere vrijval als gevolg van de versoepeling van de Regeling Vervroegd Uittreden uit het Pensioenakoord dan verwacht ter hoogte van € 11,6 miljoen. Tot slot is er een vrijgave van de lagere realisatie op pensioen en uitkeringen van € 6,8 miljoen en op formatie van € 4,5 miljoen. Deze bedragen zijn door middel van een defensiebrede heroverweging beschikbaar gesteld voor het opvangen van een aantal tegenvallers bij andere defensieonderdelen.

Materiële uitgaven

Het budget op materiële uitgaven is met € 14,2 miljoen afgenomen. Dit komt voornamelijk door een overheveling budget naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken voor bedrijfsvoeringskosten van € 3,7 miljoen, voor de dataorganisatie van € 1,5 miljoen en andere werkzaamheden van € 3 miljoen. Daarnaast is er een overheveling van het budget Life Cycle Cost, een project binnen Defensie om inzicht te verkrijgen in de levensduurkosten van onze activa, naar het Defensiematerieelbegrotingsfonds van € 1,3 miljoen, een bijdrage van € 1,0 miljoen aan het project Luchtruimherziening van het ministerie van LNV.

Ontvangsten

Het budget van ontvangsten is met € 24,2 miljoen toegenomen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de verwerking van het financieringsarrangement ABP ten behoeve van de overgang naar kapitaaldekking van de pensioenuitkeringen. In het financieringsarrangement van de overgang naar het kapitaaldekkingsstelsel (kamerstuk 26 686, nr. 5 d.d. 13 juli 2000) was voldoende saldo om de laatste lening van de staat aan ABP af te lossen. Het ABP had dit geld, via Defensie, geleend ter dekking van (tijdelijke) dubbele lasten die gemoeid zijn met de overgang van het omslagstelsel voor militaire pensioenen naar het kapitaaldekkingsstelsel. De terugbetaling van het ABP wordt vervolgens via Defensie teruggegeven aan het Ministerie van Financiën. Met deze laatste aflossing is het administratieve proces hiermee beeindigd.

Niet-Beleidsartikel 11 Geheim

Verplichtingen 15.068 16.765 0 ‒ 1.900 14.865
Uitgaven 15.068 16.765 0 ‒ 1.900 14.865

Niet-Beleidsartikel 12 Nog onverdeeld

Verplichtingen 51.629 180.339 ‒ 100 ‒ 7781 172458
Uitgaven 51.629 180.339 ‒ 100 ‒ 7781 172458
Loonbijstelling
Prijsbijstelling
Nog overdeeld 51.629 180.339 ‒ 100 ‒ 7781 172.458
Ontvangsten

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 2,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

Op 22 oktober 2021 is door sociale partners van Defensie een uitkomst van het arbeidsvoorwaardenoverleg gepresenteerd. Momenteel vindt er een achterbanraadplegingplaats. Zodra de uitslag van de achterbanraadpleging op 2 december bekend is, kunnen de gevolgen van de uitkomst van het arbeidsvoorwaardenoverleg worden verwerkt in de begroting. U wordt hierover bij de Slotwet geïnformeerd.

Niet-Beleidsartikel 13 Bijdrage aan Defensiematerieelbegrotingsfonds

Verplichtingen 8.448.390 8.596.764 108.212 99.828 8.804.804
Uitgaven 4.511.343 4.662.917 108.212 99.885 4.871.014
Bijdrage aan Defensiematerieelbegrotingsfonds 4.511.343 4.662.917 108.212 99.885 4.871.014

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 10,0 miljoen of meer toegelicht.

Toelichting op de uitgaven

De mutatie van € 208,0 miljoen betreft de bijdrage vanuit de begroting Hoofdstuk X Defensie aan hoofdstuk K Defensiematerieelbegrotingsfonds ten behoeve van uitgaven die op het fonds worden verantwoord.

3 Bijlage subsidieoverzicht

Stichting Nederlandse Veteranendag (NLVD)2 2.6583 2.758 2.733 0 0 0 2017 2022 2022
Stichting Veteranen Platform (VP)2 335 304 135 0 0 0 2017 2022 2022
Stichting Veteraneninstituut (Svi)2 6.6113 7.0393 6.057 0 0 0 2017 2022 2022
Stichting de Basis2 4.3953 3.891 3.891 0 0 0 2017 2022 2022
Subtot. Stichting NL Veteraneninstituut 12.816 13.050 21.783 8.733 Uitbreiding werkzaamheden Stichting n.a.v. fusie op gebied van Zorgcoördinatie en LZV-keten, loongevolgen CAO harmonisatie.
Nationaal Comité Herdenking Capitulatie 1945 Wageningen 25 25 0 0 25 25 Evaluatie geweest, subsidie verlengd. 2013 20204 2020
Stichting Veteranen Platform (VP) 200 200 200 0
Stichting Koninklijke Defensiemusea 16.300 16.550 16.550 16.550 16.902 352 Prijsbijstelling 2019 2024 20245
Stichting Nationale Taptoe 276 276 276 276 282 6 Prijsbijstelling 2017 2022 2022
Universiteit van Amsterdam 74 74 74 74 74 0 2017 2022 2022
Stichting Maritiem Kenniscentrum 23 28 28 28 51 23 Betaling 2020 is vertraagd en in 2021 betaald. 2017 2022 2022
Stichting Phantasy in Blue 25 25 25 11 ‒ 14 Vertraagde aanvraag 2019/2020 betaald in 2021, totaal in 2021 lager ivm voldoende reserves. 2017 2022 2022
Stichting Historische Vlucht 110 111 111 111 112 1 Prijsbijstelling 2017 2022 2022
SWoon NLDA 10 15 22 22 22 0 2017 2022 2022
ASL BISL Foundation 40 40 40 0 ‒ 40 In 2021 geen subsidie toekenning ivm voldoende reserves. 2017 2022 2022
Stichting Power of Freedom, Invictus Games 150 5.000 0 0 n.v.t. 2022 2022
Stichting monument Nagasaki/ is reeds betaald 25 0 0 Eenmalige subsidie
Subsidies te verstrekken na evaluatie6 25 25 0 ‒ 25 Naar NCHC 1945 Wageningen
Totaal subsidies 30.967 36.161 30.167 30.401 39.4627 9.061
  1. De genoemde standen betreffen het maximaal toe te kennen subsidiebedrag
  2. Sinds 1 januari 2021 zijn deze stichtingen, inclusief bijdrage zorgcoördinatie, gefuseerd tot een enkele stichting, de stichting NL Veteranen Instituut (NLVI). Voor het VP betreft dit een deel van de subsidie.
  3. De subsidie is tijdelijk verhoogd in verband met het project Governance Uitvoering Veteranenbeleid. De evaluatie van deze tijdelijke subsidie is onderdeel van de vijfjaarlijkse evaluatie van de Svi, NLVD, de Basis en het VP.
  4. In 2015 zijn concrete afspraken gemaakt tussen Defensie en de Stichting Nationaal Comité Herdenking Capitulaties voor de periode van 2016 ‒ 2020.
  5. Onderliggende verplichtingen, volgend uit o.a. de publieke-private samenwerking die hierbij van toepassing is, lopen echter door tot 2040 (Kamerstuk 33 864, nr. A/1).
  6. Wanneer een eventuele verlenging nog in afwachting is van een evaluatie wordt het budget onder deze post geplaatst.
  7. Dit bedrag valt lager uit dan de stand subsidies van Artikel 9 Algemeen. Het verschil tussen deze bedragen is de resterende ruimte die nog beschikt kan worden.