Motie van de leden Ceder en Kuik over streven naar een besteding van 25% van de ODA-middelen via maatschappelijke organisaties
Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2022
Motie
Nummer: 2021D45886, datum: 2021-11-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35925-XVII-43).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
- Mede ondertekenaar: A. Kuik, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35925 XVII-43 Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2022.
Onderdeel van zaak 2021Z21534:
- Indiener: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A. Kuik, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2021-11-25 10:35: Begroting Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (35925-XVII) (voortzetting) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2021-11-30 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
- 2022-02-24 14:31: Regeling van Werkzaamheden - Naar aanleiding van de brief van de ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie d.d. 24 februari 2022 stelt de Voorzitter aan de orde de agendering van het debat over de situatie in Oekraïne (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
35 925 XVII Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2022
Nr. 43 MOTIE VAN DE LEDEN CEDER EN KUIK
Voorgesteld 25 november 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat volgens de meest recente gegevens van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking slechts 18% van het totale ODA-budget wordt besteed via maatschappelijke organisaties;
constaterende dat juist (lokale) maatschappelijke organisaties bij uitstek in staat zijn om de meest kwetsbaren tot in de haarvaten van de maatschappij te bereiken;
constaterende dat de Kamer in het verleden door middel van de aangenomen motie-Voordewind/Agnes Mulder (34 300-XVII, nr. 46) de regering heeft verzocht om toe te zien op de besteding van 25% van de ODA-middelen via het maatschappelijk middenveld;
verzoekt de regering te streven naar een besteding van 25% van de ODA-middelen via maatschappelijke organisaties, en de Kamer hierover te rapporteren bij de Voorjaarsnota,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ceder
Kuik