[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op verzoek commissie over de petitie van UN Women Nederland ‘Stop Geweld tegen Vrouwen’

Aanpak huiselijk geweld

Brief regering

Nummer: 2021D49823, datum: 2021-12-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-28345-254).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 28345 -254 Aanpak huiselijk geweld.

Onderdeel van zaak 2021Z23453:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021-2022

28 345 Aanpak huiselijk geweld

Nr. 254 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 december 2021

Uw vaste commissie van VWS heeft mij verzocht te reageren op de petitie van UN Women Nederland «Stop Geweld tegen Vrouwen». Om te beginnen onderschrijf ik het doel van de petitie, «Stop Geweld Tegen Vrouwen», van harte. Geweld tegen meisjes en vrouwen is onacceptabel. Zolang dit geweld nog frequent voorkomt is er ruimte voor verbeteringen in de aanpak. Om die reden waardeer ik de kritische en constructieve zienswijze, zoals beschreven in de petitie van UN Women Nederland die zij in nauwe samenwerking hebben opgesteld met Zonta Nederland en de Unie van Soroptimistenclubs in Nederland, Suriname en Curaçao.

In deze reactie ga ik in op de verschillende onderdelen die genoemd worden in de petitie. In zijn algemeenheid kan gezegd worden dat de inhoud van de petitie in lijn is met de verdragsverplichtingen die Nederland is aangegaan met de ratificatie van het Verdrag van Istanbul, het verdrag tegen huiselijk geweld en geweld tegen vrouwen. Vanuit de rijksoverheid wordt gewerkt aan implementatie van het Verdrag van Istanbul. Ik heb naar de verschillende onderdelen die in de petitie genoemd worden gekeken vanuit de vraag hoe deze kunnen helpen in het bereiken van de doelen van dit Verdrag.

Laagdrempelig melden

In de petitie wordt een aantal opmerkingen en verbetervoorstellen genoemd waar het gaat om laagdrempelig melden.

Bekendheid meldpunten – In de petitie wordt gesteld dat de bestaande meldpunten niet algemeen bekend zijn. Op 25 februari 2021 is tijdens het VAO Huiselijk geweld/Kindermishandeling een motie aangenomen van Kamerlid Wörsdörfer waarin aandacht wordt gevraagd voor voldoende laagdrempelige hulp1. In deze motie wordt de regering gevraagd de beschikbare laagdrempelige online hulp te inventariseren en waar mogelijk te bundelen voor slachtoffers van mishandeling (Kamerstuk 28 345, nr. 248). Naar aanleiding van deze motie laat ik een onderzoek uitvoeren, samen met de VNG. In dit onderzoek voeg ik vragen toe over de mate waarin bestaande meldpunten bekend zijn. Dit onderzoek zal in januari starten en heeft naar verwachting een looptijd van 6 maanden.

Reikwijdte meldpunten en hulplijnen & centraal meldpunt – In de petitie wordt tevens genoemd dat niet voor alle vormen van geweld meldpunten of hulplijnen bestaan, zoals seksuele intimidatie en misbruik in de kerk of bij sportclubs. Ook wordt gepleit voor één centraal meldpunt voor alle vormen van geweld.

Veilig Thuis is er voor iedereen die advies en ondersteuning wil bij of een melding wil maken van (vermoedens van) huiselijk geweld en kindermishandeling. Onder huiselijk geweld vallen verschillende vormen van geweld zoals lichamelijke mishandeling, psychische mishandeling, financiële uitbuiting, verwaarlozing en seksueel misbruik. De focus van Veilig Thuis ligt op veiligheid creëren bij geweld in huiselijke kring.

Iedereen die kortgeleden te maken heeft gehad met seksueel geweld, kan voor hulp en advies terecht bij één van de Centra voor Seksueel Geweld (CSG) die zich op 16 locaties in Nederland bevinden. Vanuit de CSG’s zetten artsen, verpleegkundigen, politie en hulpverleners zich in voor slachtoffers van aanranding en verkrachting. Het CSG is zowel telefonisch als via de chat te bereiken.

Voor grensoverschrijdend gedrag in de sport is er een centraal meldpunt ingericht, namelijk Centrum Veilige Sport Nederland. Het Centrum Veilige Sport Nederland werkt samen met andere meldpunten en verwijst door wanneer nodig, zowel naar formele als naar informele organisaties. De online campagne «Blijf je stil of praat je erover» beoogt de meldingsbereidheid en de bekendheid van het meldpunt verder te verhogen. Het Centrum Veilige Sport Nederland beschikt ook over een chatfunctie en een anonieme contactmogelijkheid, ter bevordering van laagdrempelig contact.

De Rooms Katholieke Kerk (RKK) heeft een eigen meldpunt opgericht voor grensoverschrijdend gedrag binnen de RKK dat telefonisch en online te bereiken is.

Voor volwassenen die als kind geweld in de jeugdzorg hebben meegemaakt is er een centraal informatie – en expertisepunt. Dit informatie – en expertisepunt biedt een luisterend oor en ondersteuning bij het zoeken naar hulp. Contact is mogelijk per telefoon, mail en binnenkort ook per chat.

De Minister voor Rechtsbescherming gaat een meldplicht verkennen voor bestuurders, toegespitst op seksueel misbruik door beroepskrachten of vrijwilligers binnen hun particuliere organisatie. Meer informatie hierover leest u op pagina 15 en 16 van de Kamerbrief van 18 juni 2021, waarmee de Voortgangsrapportage van het programma Geweld hoort Nergens Thuis is aangeboden aan de Tweede Kamer2.

Er zijn dus al verschillende meldpunten voor verschillende vormen van geweld, voor verschillende doelgroepen. De aandacht die in de petitie wordt gevraagd voor vormen van geweld waarvoor mogelijk geen meld- of hulpdiensten bestaan, neem ik desondanks ter harte. Ik ben het er namelijk mee eens dat voor slachtoffers van huiselijk geweld, en in het kader van de petitie specifiek voor meisjes en vrouwen, adequate, laagdrempelige hulp beschikbaar dient te zijn en dat deze voldoende bekend moet zijn. De vraag of het wenselijk is om voor alle vormen van geweld aparte meld- of hulplijnen in het leven te roepen neem ik tevens mee in het eerder genoemde onderzoek dat ik uit laat voeren. Specifieke meld- en hulppunten kunnen een meerwaarde hebben naast het algemene meld- en adviespunt van Veilig Thuis.

Praktische bereikbaarheid – In de petitie wordt tevens gepleit voor vormen van melden of het verkrijgen van laagdrempelig advies, anders dan telefonisch of per mail. Deze zienswijze delen betrokken partijen – waaronder de VNG en de Veilig Thuis-organisaties – en ik. Het is wenselijk dat ook slachtoffers die niet in de gelegenheid zijn te bellen, op een laagdrempelige wijze contact kunnen maken met een hulpverlener. De chat is hier een geschikt middel voor dat past in deze tijd en inmiddels is geïmplementeerd bij alle Veilig Thuis-organisaties. Gedurende de periode van de avondklok was deze chat ook beschikbaar in de avonduren en in weekenden. Momenteel worden gesprekken gevoerd met de VNG en de Veilig Thuis-organisaties over de voortzetting van de chat in 2022.

Passende hulp voor alle vormen van geweld

In de petitie wordt gepleit voor passende hulp die in voldoende mate beschikbaar is en die de autonomie van vrouwen respecteert. Deze uitgangspunten komen terug in zowel de Wmo2015 als de Jeugdwet. Verschillende betrokken partijen waaronder de VNG, Veilig Thuis en Valente (de brancheorganisatie van onder meer de vrouwenopvang), werken voortdurend aan de realisatie van deze uitgangspunten in de praktijk. Het bestaan van wachtlijsten in de hulpverlening en de afwezigheid van voldoende betaalbare beschikbare woningen vormen hierbij een grote uitdaging. Om te zorgen voor voldoende opvangplekken voor vrouwen en kinderen die niet veilig kunnen verblijven in de eigen omgeving, is vanuit het Kabinet in 2020 structureel 14 miljoen euro beschikbaar gesteld aan gemeenten zodat zij de knelpunten in de vrouwenopvang aan kunnen pakken en mede daardoor zorg kunnen dragen voor voldoende opvangplekken. Daarnaast zijn in 2021 incidentele middelen aan gemeenten toegekend voor het voorkomen en aanpakken van wachttijden in de jeugdhulp (€ 255 miljoen).

In de petitie wordt ook aandacht gevraagd voor een gendersensitieve aanpak van geweld tegen vrouwen en meisjes. De wens en het streven deel ik. Door de aanpak van huiselijk geweld en geweld tegen vrouwen en meisjes meer genderspecifiek te maken, wordt deze effectiever. Samen met collega’s van de departementen van JenV, OCW en SZW werk ik hieraan, in navolging van de verdragsverplichtingen van het Verdrag van Istanbul. Gesprekken worden gevoerd met partijen als Veilig Thuis en de politie over welke stappen en in dit kader gezet kunnen worden.

De coördinatie van de aanpak van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld ligt bij het Ministerie van VWS en valt onder mijn verantwoordelijkheid als bewindspersoon. Bij de aanpak zijn verschillende departementen en alle gemeenten betrokken en samenwerking is hierin van groot belang. In navolging van de verdragsverplichtingen van het Verdrag van Istanbul, is deze samenwerking steviger geworden en krijgen de uitgangspunten en aanpak steeds meer een gezamenlijke basis. Het benoemen van een nationaal coördinator zoals in de petitie genoemd, heeft mijns inziens op dit moment dan ook geen meerwaarde. De nationale coördinatiefunctie is immers al belegd. De afgelopen kabinetsperiode heeft dat geleid tot het vormgeven van een gecoördineerde aanpak in het programma Geweld hoort nergens thuis, in gezamenlijke opdracht van de ministers voor Rechtsbescherming en van VWS en het bestuur van de VNG, onder leiding van een programmadirecteur. Deze aanpak heeft tot goede resultaten geleid, met een solide infrastructuur die partijen op landelijk en regionaal niveau verbindt en die wij, vooruitlopend op de komst van een nieuw kabinet, in 2022 zullen voortzetten.

Tot slot benoem ik in het kader van de oproep tot een coördinator de taak van attenderen, kritisch meekijken en agendasetting. Deze wordt uitgevoerd door organisaties als UN Women, Zonta Nederland en de Unie van Soroptimistenclubs in Nederland, Suriname en Curaçao. Maar ook door organisaties als het College van de Rechten van de Mens, de Nationale ombudsman, Valente. Daarnaast beoordeelt GREVIO, het monitoringsinstituut van het Verdrag van Istanbul naleving van de verdragsverplichtingen. Mijns inziens werkt dit goed, omdat er een grote mate van betrokkenheid is bij onder meer deze partijen. Wij streven hetzelfde doel na, namelijk het stoppen van geweld tegen vrouwen. Ieder heeft hierin zijn eigen rol, verantwoordelijkheden en mogelijkheden. Door die bijeen te brengen kunnen we stappen zetten en om die reden zie ik de opgestelde petitie als een belangrijke stimulans.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
P. Blokhuis


  1. Handelingen II 2021/22, nr. 59, item 18↩︎

  2. Kamerstukken 28 345 en 31 015, nr. 252↩︎