Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda voor de NAVO ministeriële bijeenkomst van 7 januari 2022
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2022D00192, datum: 2022-01-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2022D00192).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: G. Wilders, Tweede Kamerlid (PVV)
- Mede ondertekenaar: A.W. Westerhoff, griffier
Onderdeel van zaak 2022Z00085:
- Indiener: H.P.M. Knapen, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Defensie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2022-01-05 20:00: Ingelaste NAVO ministeriële d.d. 7 januari 2022 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2022-01-19 14:15: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-01-20 12:30: Procedurevergadering (digitaal) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2022-02-10 14:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2022D00192 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de geannoteerde agenda voor de NAVO ministeriële bijeenkomst van Ministers van Buitenlandse Zaken van 7 januari 2022.
De fungerend voorzitter van de commissie,
Wilders
De griffier van de commissie,
Westerhoff
Inhoudsopgave | blz. | |
I | Vragen en opmerkingen vanuit de fracties | 2 |
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie | 2 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie | 3 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie | 4 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie | 5 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie | 6 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie | 6 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van Volt | 7 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de Groep Van Haga | 8 | |
II | Antwoord / Reactie van de Minister | 9 |
III | Volledige agenda | 9 |
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de NAVO ministeriële van 7 januari 2022. Zij hebben hierover nog de volgende vragen en opmerkingen.
De leden van de VVD-fractie maken zich ernstige zorgen over de veiligheidssituatie in het oosten van Europa door de oplopende agressie en de troepenopbouw aan de Russische grens met Oekraïne. Gezien het grote belang is het daarom goed dat het onderwerp «Oekraïne» op de agenda van de aanstaande NAVO-Rusland Raad (NRR) staat. Deze leden vinden de-escalatie wenselijk, zonder daarbij afbreuk te doen aan de collectieve veiligheid en het principe van soevereiniteit. Welke stappen richting de-escalatie verwacht de Minister dat er realistisch gezien mogelijk zijn? Deelt de Minister de mening dat het van belang is dat deze discussie niet alleen tussen Rusland en de VS plaatsvindt, maar ook met relevante betrokkenen zoals de overige NAVO-landen, de EU en Oekraïne zelf?
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de conceptteksten voor nieuwe afspraken tussen Rusland en de NAVO, die Rusland december jongstleden heeft gepubliceerd. Deze leden vinden deze voorgestelde afspraken niet acceptabel, aangezien staten soeverein zijn in hun voorkeuren voor aansluiting bij bondgenootschappen. Het onderschrijven van deze voorstellen zou de soevereiniteit van onder andere Oekraïne en de collectieve veiligheid van NAVO-lidstaten aantasten en is dus niet gewenst. Tegelijkertijd wordt er gevreesd dat Rusland deze concept-afspraken wil gebruiken als «excuus» of aanleiding voor verdere agressie, indien deze niet door de NAVO worden geaccepteerd. Hoe beoordeelt de Minister deze kans? Wat is de inzet van Nederland om dit risico te mitigeren? Vindt de Minister dat de NAVO alternatieve afspraken moet voorstellen? En indien Rusland mislukte onderhandelingen aangrijpt voor een offensieve reactie, is de NAVO hier voldoende voorbereid op mogelijke scenario’s?
De leden van de VVD-fractie steunen de inzet van het kabinet om in een veiligheidsdialoog met Rusland afspraken te maken over wapenbeheersing, militaire transparantie en vertrouwenwekkende maatregelen. Kan de Minister aangeven welke vertrouwenwekkende maatregelen het kabinet voor ogen heeft? En wat is het standpunt van het kabinet ten aanzien van militaire ondersteuning van Oekraïne, juist nu er dreiging is van een Russische invasie? Is de Minister van mening dat NAVO-lidstaten wapens en militair materieel aan Oekraïne moeten kunnen blijven leveren en dat gezamenlijke trainingen mogelijk moeten blijven? Zo ja, hoe verhoudt zich dit tot eventuele afspraken met Rusland rondom wapenbeheersing?
Deelt de Minister de mening van de leden van de VVD-fractie dat de vooruitgeschoven aanwezigheid van de NAVO in onder andere de Baltische Staten gehandhaafd dient te blijven zolang het dreigingsbeeld daar aanleiding toe geeft? En deelt de Minister de mening dat een verslechtering van het dreigingsbeeld ertoe kan leiden dat de militaire inzet wordt uitgebreid?
De leden van de VVD-fractie ondersteunen het kabinet in de heldere boodschap aan Rusland dat agressief optreden tot scherpe verzwaring van sancties zal leiden. Op welke sancties zet het kabinet (in EU-verband) in? In hoeverre vindt het kabinet dat dit sanctiepakket concreet richting Rusland dient te worden gecommuniceerd? Deze leden zien hierin een dilemma. Enerzijds dient de boodschap over het sanctiepakket voldoende afschrikkende werking te hebben, anderzijds zorgt concrete communicatie voor minder verrassingseffect en stelt het Rusland in staat zich hierop voor te bereiden en een concrete afweging te maken. Los van dit dilemma hechten de leden van de VVD-fractie het grootste belang aan de voorbereiding van sanctiepakketten, zodat er geen tijd verspeeld wordt indien een slecht scenario zich voordoet. Zal Nederland erop aandringen dat specifieke sancties worden voorbereid?
Verder hebben de leden van de VVD-fractie onlangs kennisgenomen van de valse Russische aantijgingen dat Amerikaanse defensiebedrijven «tanks met niet-geïdentificeerde chemische componenten» in de Donetsk-regio gesmokkeld zouden hebben. Hoe vindt de Minister dat de NAVO op dergelijke vormen van desinformatie moet reageren? Vindt de Minister dat dergelijke aantijgingen systematisch moeten worden ontkracht door zowel individuele landen als de NAVO?
Tot slot, in hoeverre acht de Minister de actuele ontwikkelingen in Kazachstan van invloed op de Russische dreiging ten aanzien van Oekraïne en de Russische inzet in de veiligheidsdialoog met de NAVO?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geagendeerde stukken voor de ingelaste NAVO ministeriële d.d. 7 januari 2022. Deze leden hebben nog enkele vragen aan de Minister. Zij lezen dat Nederland voorstander is van een heldere boodschap aan Rusland en dat agressief optreden tot scherpe verzwaring van sancties zal leiden. Kan de Minister verder uitweiden over de precieze aard van deze mogelijke sancties? Is de Minister het met deze leden eens dat de afschrikkende werking van deze sancties alleen effectief zal zijn, als ze van tevoren duidelijk gecommuniceerd worden richting het Kremlin? Zo ja, zijn de gevolgen van agressief optreden en daaropvolgende precieze sancties duidelijk gecommuniceerd richting het Kremlin? Zo nee, kan de Minister toezeggen om dit op te brengen bij de aankomende ingelaste NAVO ministeriële, zodat dit mogelijk wel wordt gecommuniceerd?
De leden van de D66-fractie kijken met belangstelling naar de exacte definitie van mogelijke «verdere agressie» van Rusland waarop sancties zouden volgen. Wanneer is er volgens het kabinet sprake van «verdere Russische agressie»? Waar ligt volgens het kabinet de grens? Hoe definieert het kabinet deze twee elementen precies? Hoe denken de NAVO-bondgenoten hierover? Hoe denken de verschillende EU-lidstaten hierover? Is de Minister het met deze leden eens dat het bereiken van consensus, zowel binnen NAVO als in EU-verband, over zowel de definitie van «verdere Russische agressie» als over de hierop volgende precieze maatregelen, op korte termijn zeer urgent is? Indien deze consensus er nog niet is, kan de Minister toezeggen dat hij deze onderwerpen zal opbrengen bij de aankomende ingelaste NAVO ministeriële om vóór het overleg tussen de VS en Rusland van 9 en 10 januari tot een consensus te kunnen komen?
De leden van de D66-fractie zijn ontevreden met het feit dat de EU vooralsnog niet is uitgenodigd voor het overleg tussen Rusland en de VS van 9 en 10 januari. Hoe beoordeelt de Minister deze situatie? Is de Minister het met deze leden eens dat de EU aan tafel hoort te zitten bij dit overleg, aangezien het onder andere over een conflict gaat op ons eigen continent? Wat zijn de achterliggende redenen dat de EU vooralsnog niet is uitgenodigd voor dit overleg? Welke dialoog heeft er tussen de EU en de VS hierover plaatsgevonden? Op welke manier is de EU op dit moment wel betrokken bij dialogen tussen de VS en Rusland over Europese veiligheid? Wat is de inzet van de kabinet om de belangen van de EU en dus van Nederland aangaande dit onderwerp zo goed mogelijk te waarborgen, ook tijdens de aankomende ingelaste NAVO ministeriële? Kan de Minister toezeggen dat hij deze onderwerpen zal opbrengen bij deze aankomende ministeriële?
De leden van de D66-fractie zijn benieuwd naar de Nederlandse inzet bij de aankomende ingelaste NAVO ministeriële en de daaropvolgende NAVO-Rusland Raad (NRR). Wat is de Nederlandse inzet hierbij? Hoe oordeelt de Minister over de voorstellen die Rusland publiekelijk heeft gedaan in december jongstleden over de veiligheidssituatie in Europa? Deze leden constateren dat er bij deze voorstellen over de hoofden van de Oekraïne en de EU wordt onderhandeld zonder enige inspraak van beide partijen. Is de Minister het met deze leden eens dat deze voorstellen onacceptabel zijn en deze dus niet enigszins gehonoreerd kunnen worden? Is de Minister het ook eens met de constatering van deze leden dat er niet op enige manier onderhandeld kan worden over deze Russische voorstellen? Is de Minister het verder eens met deze leden dat elk land in Europa zelf mag bepalen of het lid wil worden van de NAVO? Hoe beoordeelt de Minister verder de analyse en het bijhorende risico dat Rusland een afwijzing van dergelijke voorstellen zou kunnen gebruiken als rechtvaardiging voor militaire actie in Oekraïne? Hoe groot acht de Minister dit risico? Welke precieze maatregelen kan de NAVO verder eisen van Rusland om het vertrouwen te wekken dat Rusland af zal zien van enige vorm van verdere agressie? Hoe denken de andere bondgenoten binnen de NAVO over de bovengenoemde vragen? Hoe denken de verschillende EU-lidstaten hierover?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie stellen dat de toenemende spanningen tussen het Westen en Rusland duidelijk niet in het belang zijn van Nederland. Deze leden zijn van mening dat Nederland gebaat zou zijn bij een goede verstandhouding met Rusland. Een dergelijke goede verstandhouding is alleen mogelijk als Rusland en de NAVO af zien van gebiedsuitbreiding in Europa. De leden van de PVV-fractie onderschrijven dat soevereine staten, zoals Oekraïne, zelf vrijelijk moeten kunnen beslissen of zij tot een bondgenootschap als de NAVO willen toetreden. Als er op Oekraïne van buitenaf dwang wordt uitgeoefend om te besluiten niet tot de NAVO toe te treden, dan is het uitsluitend aan Oekraïne om te beslissen hoe dat land daarop wil reageren. Er is geen belang voor Nederland om zich daar mee te bemoeien, aldus de leden van de PVV-fractie. Echter, dit laat onverlet dat het aan de landen van de NAVO is om te beslissen of zij wensen dat Oekraïne tot de NAVO zal toetreden. Wat deze leden betreft is dat in de huidige omstandigheden onwenselijk en zij dringen er dan ook op aan dat Nederland dat standpunt stellig zal uitdragen.
Ook de militaire samenwerking tussen NAVO en NAVO-lidstaten enerzijds en Oekraïne anderzijds is volgens de leden van de PVV-fractie onwenselijk. Nederland zou daar niet aan moeten deelnemen. Een toetreding van Oekraïne tot de NAVO c.q. militaire samenwerking met Oekraïne zal naar verwachting leiden tot escalatie van de spanningen met Rusland. Dat is niet in het belang van Nederland, vinden zij.
Een eventuele Russische interventie in Oekraïne zou een slechte ontwikkeling zijn. Het is goed om in een dergelijke situatie te bezien hoe daarop gereageerd zou moeten worden. De leden van de PVV-fractie vinden het daarnaast van belang dat Rusland afziet van bemoeienis met de gang van zaken binnen Oekraïne en andere Europese buurlanden van Rusland. In het verlengde daarvan zal van Rusland gevraagd kunnen worden om te erkennen dat de soevereiniteit van die landen binnen hun grondgebied hersteld moet worden en zal van Rusland gevraagd kunnen worden om daar ook aan mee te werken. Tot slot zij opgemerkt, dat de leden van de PVV-fractie geen prijs stellen op bemoeienis van de EU met buitenlands beleid. Nederland moet niet door ambitieuze grotere landen worden meegesleept in risicovolle avonturen die niet in het Nederlands belang zijn.
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de NAVO ministeriële bijeenkomst van 7 januari aanstaande. Zij hebben nog enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de CDA-fractie vinden de Russische militaire opbouw bij Oekraïne en de dreigementen vanuit Moskou jegens Oekraïne en het NAVO-bondgenootschap uiterst zorgwekkend en onacceptabel. Wat deze leden betreft, dient Rusland de soevereiniteit van Oekraïne volledig te respecteren en af te zien van militaire invasie en destabiliserende acties. Rusland bepaalt niet welke landen al dan niet lid worden van de NAVO. De internationale rechtsorde dient te worden gerespecteerd. Soevereine staten hebben het recht om hun eigen keuzes te maken.
De leden van de CDA-fractie onderschrijven de inzet van het kabinet om een heldere boodschap af te geven aan Rusland dat agressief optreden zal leiden tot scherpe verzwaring van sancties. De leden van de CDA-fractie zijn benieuwd naar de sancties die Nederland voor zal stellen tijdens de NAVO-vergadering. De afgelopen weken is uitgelekt dat Washington overweegt om Russische banken en financiële instellingen uit te sluiten van het internationale betalingsverkeer. Hoe kijkt de Minister aan tegen dit voorstel, vragen deze leden, en hoe wordt hier in EU-verband over gedacht? Daarnaast heeft de Amerikaanse president Joe Biden zijn Oekraïense ambtgenoot verzekerd dat de Verenigde Staten en hun bondgenoten «resoluut» zullen reageren als Rusland Oekraïne binnenvalt. De leden van de CDA-fractie zijn benieuwd naar de concrete invulling van het begrip «resoluut». Kan de Minister bevestigen dat militair optreden vanuit de NAVO is uitgesloten, vragen deze leden.
Tevens zijn de leden van de CDA-fractie benieuwd hoe het kabinet ervoor wil zorgen dat de belangen van de Europese Unie voldoende worden gediend. In de geannoteerde agenda staat dat Nederland hecht aan gecoördineerd optreden tussen de NAVO en de EU. Hebben de lidstaten van de Europese Unie die tevens lid zijn van de NAVO, al een gezamenlijk standpunt ingenomen voorafgaand aan het NAVO-overleg, vragen deze leden. En zal de EU Hoge Vertegenwoordiger van de Unie voor Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid deelnemen aan de NAVO ministeriële, vragen deze leden.
De leden van de CDA-fractie zijn bezorgd over de beperkte Russische gasleveranties aan de Europese Unie. Gedurende het afgelopen jaar kwam de gasstroom vanuit Rusland via de Yamal-leiding op een steeds lager pitje te staan en ongeveer een week voor Kerst viel die helemaal stil. Hoe kunnen we Rusland ertoe bewegen voldoende gas te blijven leveren aan de EU, ongeacht het conflict in Oekraïne, vragen deze leden. Worden de contracten aan Russische zijde in voldoende mate nageleefd? En hoe gaan we Russische gasleveranciers aan hun contracten houden, indien dat niet het geval is?
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie delen de zorg over dreigende escalatie aan de oostflank van Europa. Een zorgvuldige reactie op Rusland is nodig. Inzetten op de-escalatie is van groot belang. Deze leden keuren Russische inmenging in Oekraïne ten zeerste af, maar vragen ook hoe het kabinet kijkt naar de zorg van Poetin over de aanwezigheid van NAVO-eenheden dan wel materieel in Oekraïne. Kan het kabinet aangeven hoeveel NAVO-troepen zich bevinden in Oekraïne? Wat voor NAVO-materieel bevindt zich in Oekraine? Voor welk bedrag zijn de afgelopen jaren door NAVO-lidstaten wapens geëxporteerd naar Oekraïne? Om welke wapens ging het?
Uit oogpunt van de gewenste de-escalatie is het niet verstandig om NAVO-lidmaatschap van Oekraïne te bevorderen. De leden van de SP-fractie vragen of het kabinet deze mening deelt.
Het kabinet verwijst naar de Slotakte van Helsinki, waarin is afgesproken dat het aan soevereine staten zelf is of zij een bondgenootschap aangaan en hoe zij dat doen, daarmee implicerend dat Oekraïne zelf mag bepalen of het al dan niet NAVO-lid wil worden. De leden van de SP-fractie vragen wat in de jaren negentig precies is afgesproken over NAVO-lidmaatschap van Oekraïne. Is het juist dat de NAVO heeft beloofd om niet richting het oosten uit te breiden? Zo nee, wat is dan wel afgesproken?
De Minister wijst op een «prominente rol» van de OVSE. De leden van de SP-fractie onderschrijven dit en zouden graag van de Minister vernemen hoe de OVSE kan bijdragen aan de-escalatie van de spanning met Rusland.
De leden van de SP-fractie vragen tot slot of het kabinet de mening deelt dat kernwapens de wereld uit moeten. Op welke manier gaat het kabinet dit doel bevorderen, aangezien het ook in het regeerakkoord staat? Deelt het kabinet de mening dat kernontwapening noodzakelijk onderdeel is van de-escalatie tussen Rusland en de NAVO?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie delen de zorgen van het kabinet aangaande de aanblijvende grootschalige aanwezigheid van Russische troepen aan de grens met Oekraïne. Het is van belang dat in de interacties met Rusland wordt duidelijk gemaakt dat Oekraïne een soeverein land is, dat zelf haar oriëntatie en lidmaatschap van internationale organisaties bepaalt. Dit essentiële principe druist rechtstreeks in tegen de eisen die president Poetin aan de NAVO heeft gesteld en die zodoende onacceptabel zijn. Op welke manier tracht de Minister tijdens de NAVO-Rusland Raad (NRR) deze boodschap luid en duidelijk over te brengen? Daarnaast vinden de leden van de PvdA-fractie het zorgwekkend dat de EU – ondanks dat deze acute dreiging op het Europese continent plaatsvindt en dat de posities van landen als Zweden en Finland in het eisenpakket van Poetin zijn genoemd – nog altijd onvoldoende betrokken is bij de gesprekken. Op welke manier is er en wordt er getracht om de EU aan tafel te krijgen? Hoe wordt voorkomen dat er over het hoofd van de Oekraïense bevolking afspraken worden gemaakt over hun veiligheid? En hoe is tot op heden de samenwerking verlopen met de Verenigde Staten in het adresseren van deze urgente kwestie?
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van Volt
De leden van de fractie van Volt stellen dat het feit dat de EU niet uitgenodigd is voor het gesprek tussen Poetin en Biden laat zien hoe schrijnend het gesteld is met de strategische autonomie van de EU. Zelfs in de eigen regio kan de EU zonder de VS geen vuist maken tegen Poetin, aldus deze leden. We kunnen er niet meer omheen: we hebben een Europees leger nodig om daadkrachtig en eensgezind op te kunnen treden. Voor de huidige situatie bij de grens tussen Oekraïne en Rusland zijn we te laat voor een eensgezind Europees militair optreden. We moeten deze situatie echter wel met beide handen aanpakken om de gewenste Europese reactie in een vergelijkbare situatie in de toekomst gedetailleerd uit te werken. Zo krijgen we een goed overzicht van de tekortkomingen die deze gewenste reactie onmogelijk maken, waardoor we tot concrete voorstellen kunnen komen voor het aanpakken van deze tekortkomingen. De leden van de fractie van Volt vragen dan ook of er al wordt gesproken over eventueel militair optreden. Is de Minister bereid om een voortrekkersrol te spelen bij het uitwerken van de gewenste Europese militaire reactie in deze situatie en het in kaart brengen van de huidige tekortkomingen die een eensgezinde Europese militaire reactie momenteel in de weg staan? De leden van de fractie van Volt vragen voorts op welke termijn de uitkomst van een dergelijk onderzoek kan worden verwacht.
De tekortkomingen zullen aanwijzingen zijn voor de investeringen die nodig zijn, aldus de leden van de fractie van Volt. Vervolgens kunnen de lidstaten afspraken maken over welk land zich waarin verder zal specialiseren. In het onlangs gepresenteerde coalitieakkoord staat dat Nederland de militaire samenwerking met omringende landen zal verdiepen en «onze specialismen» daarbij zal versterken. Is het al helder wat de Nederlandse militaire specialismen in Europees verband zijn, vragen deze leden. Welke specialismen zijn dit? Hoe gaat de Minister ervoor zorgdragen dat de Nederlandse specialismen een aanvulling zijn op de specialismen van de andere lidstaten?
De VS dreigen om uitsluiting van SWIFT in te zetten als sanctie tegen Rusland. Dit idee wordt breed gesteund in het Europees Parlement. Dit is echter een zeer onverstandige actie die voor veel backlash kan zorgen, aldus de leden van de fractie van Volt. Het als wapen inzetten van SWIFT drijft niet alleen Rusland verder in de armen van China, maar spoort ook bondgenoten zoals India aan om zich aan te sluiten bij dit alternatieve betalingssysteem. De sanctie zou het internationale betalingsverkeer tijdelijk moeilijk kunnen maken voor Rusland, maar op de langere termijn leg je een bom onder dit internationale betalingssysteem, zo menen deze leden. De bekende filosoof Mahbubani legt uit dat het inzetten van de dollar als wapen het vertrouwen in de dollar als wereldreservemunt schaadt en dat dit landen aanzet minder afhankelijk te worden van de dollar. Door eerdere sancties op het gebruik van Amerikaanse creditcards zijn de Russen al grotendeels op Chinese creditcards overgestapt en de eerdere dreigementen om Rusland uit te sluiten van SWIFT, hebben er al toe geleid dat Rusland een alternatief betalingssysteem heeft opgezet. Net als China. Nu is het alleen nog zaak om die betalingssystemen op elkaar aan te laten sluiten. China en Rusland zijn al vergevorderd en de huidige Amerikaanse dreigementen zullen dit proces versnellen. Bovendien kan deze sanctie het zeer moeilijk en misschien wel onmogelijk voor Europese landen maken om Rusland te betalen voor gas. De leden van de fractie van Volt vragen of de Minister ook ziet dat het als wapen inzetten van SWIFT (een van origine politiek neutraal instituut) gevolgen heeft voor het vertrouwen in dit internationale betalingssysteem? Heeft de Minister (en hebben zijn collega’s) deze lange termijn nadelen voldoende op de radar om de overweging te kunnen maken of het strategische voordeel op de korte termijn opweegt tegen de nadelen op de lange termijn? Zo ja, hoe worden die nadelen ondervangen en hoe wordt dit in het overleg van aankomende vrijdag meegenomen? Is de Minister bereid om zijn collega’s te wijzen op de negatieve gevolgen van het inzetten van SWIFT als sanctiemiddel en naar alternatieven te zoeken?
De leden van de fractie van Volt menen dat, door zoals Bondskanselier Scholz te bepleiten dat Nordstream 2 gesteund wordt zolang Rusland gas niet inzet als «geopolitiek wapen», de verantwoordelijkheid bij Rusland gelegd wordt. Hoe staat de Minister nu tegenover het stopzetten van Nordstream 2 als sanctie tegen Rusland? President Biden zal zich wellicht gedwongen voelen om Poetin te beloven dat Oekraïne (voorlopig) geen NAVO-lid zal worden om de spanningen af te doen nemen en Poetin de mogelijkheid te geven om zich zonder gezichtsverlies terug te trekken. Er heerst echter wel een pro-Europees sentiment in veel voormalige Sovjetlanden zoals Belarus, Oekraïne en Kazachstan. Ook zijn er veel Europagezinde Russen. Door niets te doen om Oekraïne te ondersteunen, wint (de angst voor) Poetin, zo stellen de leden van de fractie van Volt. Wordt het EU kandidaat-lidmaatschap van Oekraïne in plaats van het NAVO-lidmaatschap op dit moment serieus overwogen als strategische zet om een inval af te wenden en de strategische autonomie van de EU te versterken? Ziet de Minister heil in deze strategie?
Vragen en opmerkingen van de leden van de Groep Van Haga
De leden van de Groep Van Haga achten de eigen soevereiniteit van landen hoog en zijn in beginsel tegen inmenging in dit soort conflicten. De leden van de Groep Van Haga spreken echter wel hun grote bezorgdheid uit over de veiligheidssituatie aan de oostflank van de NAVO en de Russische troepenopbouw aan de grens met Oekraïne. Zij steunen de lijn van het kabinet om in te zetten op de-escalatie en onderschrijven met de grootst mogelijke nadruk het belang om de verhoudingen tussen Rusland en Oekraïne te herstellen langs diplomatieke weg. Een militair conflict moet voorkomen worden in het belang van de veiligheid van de inwoners van Europa en omringende landen. Tegelijkertijd biedt toelating van Oekraïne tot de NAVO geen oplossing voor dit conflict; dit kan zelfs tot verdere escalatie leiden. Is de Minister het hiermee eens en kan hij toezeggen dit standpunt uit te dragen? De leden van de Groep Van Haga maken zich zorgen over de opmerkingen van de president van de Verenigde Staten, die niet uitsluit dat Oekraïne lid wordt van de NAVO en dit als een soort «dreigement» in besprekingen gebruikt. Is de Minister het met deze leden eens dat dit ongepast is en kan hij dat standpunt uitdragen?
II Antwoord/ Reactie van de Minister
III Volledige agenda
Geannoteerde agenda voor de NAVO ministeriële bijeenkomst op 7 januari 2022 – 2022Z00085 – Brief regering – Minister van Buitenlandse Zaken, B. Knapen, d.d. 5 januari 2022
Verslag van de NAVO ministeriële bijeenkomst van 30 november en 1 december 2021 – 28 676, nr. 382 – Brief regering – Minister van Buitenlandse Zaken, B. Knapen, d.d. 13 december 2021