Incident Justitiële Jeugdinrichting (JJI) Den Hey-Acker
Justitiële Inrichtingen
Brief regering
Nummer: 2022D00829, datum: 2022-01-13, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-24587-823).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
Onderdeel van kamerstukdossier 24587 -823 Justitiële Inrichtingen.
Onderdeel van zaak 2022Z00414:
- Indiener: F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-01-20 13:00: Procedures en brieven (hybride) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-01-25 15:35: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-03-17 10:00: Justitiële jeugd (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2023-04-13 14:20: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
24 587 Justitiële Inrichtingen
Nr. 823 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 januari 2022
Hierbij informeer ik uw Kamer over een incident op 12 januari jl., waarbij een jongere die was geplaatst in de Justitiële Jeugdinrichting (JJI) Den Hey-Acker is gevlucht en om het leven is gekomen.
De jongere verbleef in de JJI op basis van een PIJ-maatregel (Plaatsing in een Inrichting voor Jeugdigen). In de laatste fase van de behandeling van de PIJ-maatregel wordt een verlofplan opgesteld. De jongere had sinds augustus 2021 onbegeleid verlof en werkte door de week buiten de inrichting. Op 12 januari kreeg Den Hey-Acker een melding van de werkgever dat de jongere die dag drie uur afwezig was geweest. Hierop zijn twee medewerkers de jongere gaan halen om hem terug te brengen naar de inrichting.
Na vertrek met de jongere naar de JJI bleek de jongere over een vuurwapen te beschikken. De medewerkers zijn onder dwang van het vuurwapen naar België gereden en daar door de jongere uit de auto gezet. De medewerkers hebben direct de Belgische politie gebeld. Bij een vuurgevecht met de Belgische politie is de jongere geraakt en ondanks reanimatie ter plekke overleden.
De betrokken medewerkers zijn gelukkig fysiek ongedeerd gebleven. Er is nazorg voor het betrokken personeel en de medegedetineerden. De nabestaanden van de jongere zijn geïnformeerd.
Dit is een verschrikkelijk incident dat veel vragen oproept. Daarom wordt dit grondig onderzocht. Zowel de Belgische als de Nederlandse politie doen onderzoek naar het incident. Zoals gebruikelijk bij dergelijke incidenten is de Dienst Justitiële Inrichtingen gestart met een onderzoek naar de toedracht. Het incident is ook gemeld bij de inspecties. De gezamenlijke inspecties hebben mij laten weten onderzoek te doen naar het incident.1
Over de uitkomsten van de onderzoeken zal ik uw Kamer te zijner tijd informeren.
De Minister voor Rechtsbescherming,
F.M. Weerwind
Inspectie Justitie en Veiligheid, Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Inspectie van het Onderwijs↩︎