Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2021-2022

21 501-34 Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport

Nr. 371 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 januari 2022

Hierbij bied ik u, mede namens de Minister voor Primair- en Voortgezet Onderwijs, de geannoteerde agenda aan van de Informele Jeugd- en Onderwijsraad. Deze zal in hybride vorm op donderdag 27 januari plaatsvinden in Straatsburg onder het Frans voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie.

Op de agenda staat een beleidsdebat over het betrekken van jongeren bij het beschermen van de leefomgeving. In de bijlage wordt dit onderwerp en de inzet van Nederland tijdens het debat nader toegelicht.

Op het moment van schrijven zijn de achtergrondstukken nog niet uitgebracht. In afwachting hiervan, en mede gezien het recente aantreden van het kabinet, zal op een later moment besloten worden over een gepaste vertegenwoordiging vanuit Nederland.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. van Ooijen

GEANNOTEERDE AGENDA Informele Jeugd- en Onderwijsraad – donderdag 27 januari

Beleidsdebat: het betrekken van jongeren bij het beschermen van de leefomgeving

Doel en Inhoud Raadsbehandeling

Met het beleidsdebat wil het Frans Voorzitterschap de lidstaten aanmoedigen van gedachten te wisselen over de wijze waarop jongeren betrokken kunnen worden bij het beschermen van de leefomgeving. Daarbij zal naar verwachting aandacht zijn voor zowel klimaat als biodiversiteit.

Hiertoe zullen de lidstaten samen met hun jongerenvertegenwoordigers hun gezamenlijke inzichten delen. Namens Nederland zal een van de Europese Jongerenvertegenwoordigers van de Nederlandse Jeugdraad (NJR) hieraan bijdragen. Zij neemt ook deel aan de EU Jongerenconferentie, die vooraf gaat aan de Raad.

Achtergrond

Het huidige trio-voorzitterschap (Frankrijk, Tsjechië en Zweden) richt zich voor de implementatie van de EU-Jongerenstrategie 2019–2027 op «Samen aan de Slag voor een Duurzaam en Inclusief Europa» (Engaging Together for a Sustainable and Inclusive Europe) en op EU Jeugddoel 3 (Inclusive Societies) en 10 (Sustainable Green Europe).

Hiertoe beoogt het Franse voorzitterschap een set raadsconclusies aan te nemen over het betrekken van jongeren als facilitators voor verandering om de leefomgeving te beschermen. Deze Raadsconclusies hebben aandacht voor o.a. klimaat en biodiversiteit. De Raadsconclusies zullen naar verwachting worden aangenomen tijdens de OJCS-Raad op 4 en 5 april 2022.

Het Franse voorzitterschap organiseert van 24 tot 26 januari de virtuele EU Jongerenconferentie. Hier zullen jongerenvertegenwoordigers en beleidsmakers van alle lidstaten van gedachten wisselen over »Samen aan de Slag voor een Duurzaam en Inclusief Europa». Het beleidsdebat tijdens de Informele Jeugd- en Onderwijsraad vindt plaats in het verlengde van de EU Jongerenconferentie. De uitkomsten van de Conferentie en Raad zullen vermoedelijk worden verwerkt in de Raadsconclusies.

Inzet Nederland

Het beleidsdebat zal plaatsvinden aan de hand van een aantal discussievragen. Deze vragen zijn op dit moment nog niet bekend. Naar verwachting zal Nederland tijdens het debat benadrukken belang te hechten aan zinvolle jongerenparticipatie bij het maken van klimaat- en milieubeleid en enkele voorbeelden geven van de wijze waarop Nederland hier momenteel invulling aan geeft. Nederland zal daarbij aangeven dat het belangrijk is dat jongeren in de praktijk zien wat hun bijdrage oplevert. Het doen van concrete toezeggingen, bijvoorbeeld in de vorm van een actieagenda waarbij jongeren worden betrokken, kan daarbij helpen.

Nederland zal indien opportuun aangeven dat het onderwijs ook een bijdrage kan leveren aan jeugdparticipatie in relatie tot duurzaamheid. Nederland is voornemens om duurzaamheid te integreren in het vernieuwde curriculum voor het po en vo, en ook in het ho en mbo worden initiatieven ontplooid om studenten «groene» vaardigheden bij te brengen en kritisch te laten nadenken over duurzaamheid waardoor zij kunnen bijdragen aan een groene economie en aan het verwezenlijken van de duurzaamheidstransities.