[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2022 (Vierde Incidentele Suppletoire Begroting inzake ventilatie en overlopende verplichtingen van onder andere zelftesten en Nationaal Programma Onderwijs)

Memorie van toelichting

Nummer: 2022D04143, datum: 2022-02-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36022-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36022 -2 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2022 (Vierde Incidentele Suppletoire Begroting inzake ventilatie en overlopende verplichtingen van onder andere zelftesten en Nationaal Programma Onderwijs).

Onderdeel van zaak 2022Z01948:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021-2022

36 022 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2022 (Vierde Incidentele Suppletoire Begroting inzake ventilatie en overlopende verplichtingen van onder andere zelftesten en Nationaal Programma Onderwijs)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

Wetsartikel 1

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2022 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Aangezien diverse besluiten in deze vierde Incidentele Suppletoire Begroting, bijvoorbeeld het overhevelen van de middelen voor zelftesten of het uitvoeren van de tegemoetkomingsregeling voor studenten in verband met covid-19, niet kunnen wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting worden de middelen die benodigd zijn nu toegevoegd aan de OCW-begroting. De middelen worden nu overgeboekt zodat zo spoedig mogelijk verplichtingen kunnen worden aangegaan voor de regelingen met betrekking tot zeftesten of in het geval van de tegemoetkomingsregeling zo spoedig mogelijk toekenningen kunnen worden gedaan aan studenten.

Normaliter wordt nieuw beleid pas in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. De uitvoering van de maatregelen die in deze vierde Incidentele Suppletoire Begroting zijn opgenomen kunnen echter niet wachten omdat er moet worden overgegaan tot het verplichten van bedragen voor de regelingen omtrent bijvoorbeeld zelftesten en zo snel mogelijk toekenningen kunnen worden gedaan in de tegemoetkomingsregeling aan studenten. Daarom zal het kabinet de uitvoering van de maatregelen starten. Met het voorgaande wordt gehandeld conform artikel 2.27, tweede lid, van de Comptabiliteitswet. Voor de indiening van deze Incidentele Suppletoire Begroting is uw Kamer vooraf geïnformeerd per brief van 13 december 2021 over Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142).

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.

Wetsartikel 2

De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro's.

Wetsartikel 3

Dit artikel regelt de inwerkingtreding van deze wet.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
R.H. Dijkgraaf

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,
A.D. Wiersma

B BEGROTINGSTOELICHTING

1. Inhoudelijke toelichting

Dit onderdeel van de memorie van toelichting bestaat uit een inhoudelijk deel en een artikelsgewijs deel. Per beleidsartikel wordt een overzicht van de wijzigingen gegeven, inclusief toelichting. Daarbij worden mutaties groter of gelijk aan onderstaande staffel toegelicht:

< 50 1 2
=> 50 en < 200 2 4
=> 200 < 1.000 5 10
=> 1.000 10 20

Ventilatie

In de brief van 3 februari 2022 over «Verbetering ventilatie op scholen» (Kamerstukken II 2021/22,..., nr...) is gemeld dat OCW € 20,0 miljoen gaat inzetten voor de verbetering van ventilatie op scholen. Deze middelen komen van de Aanvullende Post, waar € 160,0 miljoen staat gereserveerd voor ventilatie op scholen. Van de € 20,0 miljoen wordt € 17,3 miljoen ingezet voor de aanschaf van continue CO2-meters in elk klaslokaal in het funderdend onderwijs. Daarnaast zal € 2,7 miljoen worden ingezet voor een aanjaagteam. Dit zijn experts die op scholen een analyse uitvoeren op de ventilatiesituatie, het onderwijspersoneel instrueren, een behandelplan opstellen en een uniforme rapportage van de ventilatiesituatie opstellen.

Verlagen Nationaal Programma Onderwijs (NPO) reeks

In het Coalitieakkoord wordt aangegeven dat het budget voor het NPO in 2023 met € 230 miljoen euro wordt verlaagd. Deze middelen worden van Artikel 91 afgeboekt, waar een deel van de NPO reeks stond die nog niet was toebedeeld naar de verschillende artikelen.

Zelftesten

Met betrekking tot het onderwerp zelftesten zijn er op verschillende momenten in 2021 middelen aan de OCW-begroting toegevoegd. Deze middelen staan verspreid op de begroting op Artikel 1, 3, 4, 6 en 7. In 2021 blijft budget over op de verschillende sectoren. Ook in 2022 zal OCW doorgaan met het inzetten van zelftesten in het onderwijs. Daarom worden alle niet uitgeputte middelen op het gebied van zelftesten op de OCW-begroting van 2021 via deze Incidentele Suppletoire Begroting bijgeboekt in 2022. Het gaat om circa € 185 miljoen. Hierdoor ontstaat er voldoende budget in 2022 om het beleid voor zelftesten voort te zetten. Dit is tevens gemeld in de brief van 13 december 2022 over Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van OCW (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142).

Nationaal Programma Onderwijs (NPO)

In de brief van 13 december 2022 over Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van OCW (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142) wordt tevens melding gemaakt van diverse mutaties omtrent het NPO. Via de vierde ISB worden deze mutaties verwerkt in 2022. Het betreft hier bijvoorbeeld een overlopende verplichting in het primair onderwijs (Artikel 1) om het juiste betaalritme voor schooljaar 2021/2022 te bewerkstelligen op de middelen voor de aanvullende bekostiging. Het gaat er dan om dat € 38,7 miljoen wordt uitbetaald in 2022 in plaats van in 2021. Daarnaast geldt ook voor de middelen ter ondersteuning van nieuwkomers dat € 14,5 miljoen in 2022 wordt uitbetaald in plaats van in 2021. Deze middelen worden beschikbaar gesteld op basis van de teldatum 1/11/2021. Hierdoor kon de uitbetaling niet eerder dan in 2022 plaatsvinden.

De grootste overlopende verplichting in het voortgezet onderwijs (Artikel 3) betreft de middelen voor de effectmeting van het hele NPO ter hoogte van € 7,0 miljoen. Als gevolg van een aanpassing in de planning van de effectmeting, moet ook het betaalritme worden aangepast. Dit resulteert in een overlopende verplichting van 2021 naar 2023 op Artikel 3.

In het middelbaar beroepsonderwijs (Artikel 4) gaat het om een overlopende verplichting op het gebied van onderzoek, monitoring en uitvoering bij DUO ter hoogte van € 2,8 miljoen.

Tot slot worden de reeksen voor de specifieke uitkering van het NPO aangepast. De specifieke uitkering NPO is een regeling voor twee schooljaren. Met deze mutatie worden enkel het betaalritme en de bijbehorende verplichtingen goed gezet. Het totale budget blijft hetzelfde.

Examens

Op Artikel 3 is bij de middelen voor de Examens onder het instrument Bekostiging sprake van een overlopende verplichting naar 2022. Drie scholen hadden op 1 juli 2021 de definitieve telling nog niet aangeleverd bij DUO. Conform regeling hebben zij in het najaar 2021 een aanvraag voor aanvullende bekostiging gedaan, nadat de telling ook voor deze scholen is vastgesteld. DUO kan deze pas begin 2022 uitvoeren. Hierdoor wordt € 0,1 miljoen toegevoegd aan de middelen van 2022. Dit is tevens gemeld in de brief van 13 december 2021 Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van OCW (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142).

Studiefinanciering

In 2020 zijn ondersteuningsmaatregelen genomen om studenten ook tegemoet te komen in verband met covid-19, bestaande uit een tegemoetkoming voor studenten die uit hun beursrecht lopen (het beursrecht deel) en een tegemoetkoming voor studenten die hun diploma vertraagd behalen (het diplomadeel). Studenten die hun diploma haalden voor 1 september 2021 konden oorspronkelijk tot eind december nog tegemoetkoming hiervoor ontvangen, maar een deel van de studenten zal pas in 2022 tegemoetkoming ontvangen vanwege een reparatie van de regeling. Hierdoor zijn er ook nog betaaldata in 2022. Daarom worden de niet bestede middelen ter hoogte van € 40,6 miljoen van 2021 doorgeschoven naar 2022.

Dit is tevens gemeld in de brief van 13 december 2021 Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van OCW (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142).

2. Budgettaire consequenties beleidsartikelen

Beleidsartikel 1

Verplichtingen 13.093.371 81.456 13.174.827 2.500 0 0 0
Totale uitgaven 13.932.868 77.423 14.010.291 25.743 0 0 0
waarvan juridisch verplicht (%) 99,89%
Bekostiging 13.107.396 46.517 13.153.913 14.500 0 0 0
Bekostiging po-instellingen 11.978.647 9.900 11.988.547 14.500
Bekostiging Caribisch Nederland 22.346 22.346
Prestatiebox 0 0
Aanvullende bekostiging 155.536 155.536
Aanpak lerarentekort G5 30.696 30.696
Aanvullende bekostiging NP Onderwijs 920.171 36.617 956.788
Subsidies (regelingen) 114.585 170 114.755 0 0 0 0
Onderwijsvoorziening jonggehandicapten 23.724 23.724
Nederlands onderwijs buitenland 13.319 170 13.489
Humanistisch vormend en godsdienstonderwijs 15.008 15.008
Inhaal- en ondersteuningsprogramma's 0 0
Extra hulp voor de klas 0 0
Overige subsidies 62.534 62.534
Opdrachten 28.692 34.769 63.461 2.500 0 0 0
Opdrachten 28.692 5.526 34.218 2.500
Zelftesten1 0 29.243 29.243
Bijdrage aan agentschappen 32.246 0 32.246 0 0 0 0
Dienst Uitvoering Onderwijs 32.246 32.246
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 7.260 0 7.260 0 0 0 0
Stichting Vervangingsfonds en Particpatiefonds 4.702 4.702
UWV 2.558 2.558
Bijdrage aan medeoverheden 642.536 – 4.033 638.503 8.743 0 0 0
Gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid 521.212 521.212
Caribisch Nederland 20.394 20.394
Scholenprogramma Groningen 3.000 3.000
Nationaal Programma Onderwijs 97.930 – 4.033 93.897 8.743
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken 153 0 153 0 0 0 0
Brede scholen 0 0
BES(t)4kids 153 153
Ontvangsten 9.308 0 9.308 0 0 0 0
1 De term sneltesten is bij nader inzien aangepast naar zelftesten. Er worden zelftesten geleverd aan instellingen. Er bestaan ook sneltesten die geen zelftest zijn.

Toelichting

Het financieel instrument bekostiging wordt in 2022 incidenteel verhoogd met € 46,5 miljoen. Dit betreft de middelen voor de aanvullende bekostiging voor het Nationaal Programma Onderwijs. In 2021 is dit bedrag afgeboekt en in 2022 weer opgeboekt om het juiste betaalritme te bewerkstelligen. Daarnaast zit hier voor € 9,9 miljoen aan ventilatie middelen die aan po-instellingen worden verstrekt.

Het financieel instrument opdrachten wordt in 2022 verhoogd met € 36,0 miljoen en in 2023 met € 2,5 miljoen. De incidentele stijging in 2022 heeft te maken met de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet. Daarnaast wordt in 2022 een deel van de ventilatie middelen hier opgeboekt.

Het financieel instrument bijdrage aan medeoverheden wordt in 2022 verlaagd met € 4,0 miljoen. In 2023 wordt op ditzelfde instrument € 8,7 miljoen toegevoegd. Dit betreft een boeking om het betaalritme te corrigeren voor de specifieke uitkering op het beleid van het Nationaal Programma Onderwijs.

Beleidsartikel 3

Verplichtingen 9.143.909 100.339 9.244.248 6.500 0 0 0
Totale uitgaven 9.717.271 97.760 9.815.031 12.090 0 0 0
waarvan juridisch verplicht (%) 99,0%
Bekostiging 9.307.829 7.474 9.315.303 0 0 0 0
Bekostiging vo-instellingen 8.888.003 7.474 8.895.477
Resultaatafhankelijke bekostiging vsv aan vo-instellingen 18.057 18.057
Bekostiging Caribisch Nederland 17.336 17.336
Prestatiebox 0 0
Aanvullende regeling strategisch personeelsbeleid, begeleiding starters en thuiszitters 109.931 109.931
Aanvullende regelingen leerlingendaling1 4.540 4.540
Aanvullende bekostiging Nationaal Programma Onderwijs 269.962 269.962
Subsidies (regelingen) 210.679 0 210.679 0 0 0 0
Stichting Kennisnet (basissubsidie) po, vo, mbo 19.755 19.755
Pilots lente- en zomerscholen vo 9.000 9.000
Nieuwe leerweg 9.825 9.825
Inhaal- en ondersteuningsprogramma's 0 0
Extra hulp voor de klas 0 0
Regeling brede brugklas 102.000 102.000
Overige subsidies 70.099 70.099
Opdrachten 23.080 92.865 115.945 6.500 0 0 0
Opdrachten 23.080 – 1.000 22.080 6.500
Zelftesten 0 93.865 93.865
Bijdrage aan agentschappen 65.086 0 65.086 0 0 0 0
Dienst Uitvoering Onderwijs 65.086 65.086
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 47.700 0 47.700 0 0 0 0
College voor Toetsen en Examens 4.767 4.767
SLOA: onderwijs ondersteunende instellingen 42.933 42.933
Bijdrage aan medeoverheden 62.611 – 2.579 60.032 5.590 0 0 0
Nationaal Programma Onderwijs 62.611 – 2.579 60.032 5.590
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties 286 0 286 0 0 0 0
GRAZ (ECML) en PISA 286 286
Ontvangsten 7.391 0 7.391 0 0 0 0
1 Dit budget is in 2020 ook beschikbaar en maakt onderdeel uit van de regel: «bekostiging vo-instellingen»

Toelichting

Het financieel instrument bekostiging wordt in 2022 verhoogd met € 7,4 miljoen. Dit betreft de ventilatie middelen die aan vo-instellingen worden verstrekt.

Het financieel instrument opdrachten wordt in 2022 verhoogd met € 92,9 miljoen en in 2023 met € 6,5 miljoen. De incidentele stijging in 2022 heeft te maken met de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet.

Het financieel instrument bijdrage aan medeoverheden wordt in 2022 verlaagd met € 2,6 miljoen. In 2023 wordt op ditzelfde instrument € 5,6 miljoen toegevoegd. Dit betreft een boeking om het betaalritme te corrigeren voor de specifieke uitkering op het beleid van het Nationaal Programma Onderwijs.

Beleidsartikel 4

Verplichtingen 4.936.743 18.194 4.954.937 0 0 0 0
Totale uitgaven 5.065.998 22.694 5.088.692 0 0 0 0
waarvan juridisch verplicht (%) 99,6%
Bekostiging 4.477.645 0 4.477.645 0 0 0 0
Bekostiging mbo-instellingen 4.030.302 4.030.302
Bekostiging Caribisch Nederland 8.616 8.616
Bekostiging vavo 69.883 69.883
Kwaliteitsafspraken investeringsbudget 252.785 252.785
Kwaliteitsafspraken resultaatafhankelijk budget 0 0
Regionaal Investeringsfonds 22.345 22.345
Salarismix Randstadregio's 52.664 52.664
Tegemoetkoming schoolkosten mbo 0 0
Regionaal Programma 30.550 30.550
Begeleidingsgesprekken jeugdwerkloosheid 10.500 10.500
Subsidies (regelingen) 349.947 3.364 353.311 0 0 0 0
Praktijkleren 295.358 295.358
Leven Lang Ontwikkelen 6.782 6.782
Actieplan Laaggeletterdheid/Tel mee met Taal 15.283 15.283
Loopbaanoriëntatie 1.809 1.809
Vakwedstrijden mbo 4.191 4.191
Inhaal- en ondersteuningsprogramma's 0 0
Extra hulp voor de klas 0 0
Zelftesten 0 3.364 3.364
Overige subsidies 26.524 26.524
Opdrachten 19.016 19.330 38.346 0 0 0 0
Opdrachten 19.016 2.800 21.816
Zelftesten 0 16.530 16.530
Bijdrage aan agentschappen 20.989 0 20.989 0 0 0 0
Dienst Uitvoering Onderwijs 17.439 17.439
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland 3.550 3.550
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 72.938 0 72.938 0 0 0 0
College voor Toetsen en Examens 9.638 9.638
Wet SLOA 1.127 1.127
SBB 62.173 62.173
Bijdrage aan medeoverheden 125.463 0 125.463 0 0 0 0
RMC's 42.703 42.703
Educatie 63.560 63.560
Caribisch Nederland 0 0
Regionaal Programma 19.200 19.200
Ontvangsten 4.000 0 4.000 0 0 0 0

Toelichting

Het financieel instrument opdrachten wordt in 2022 incidenteel verhoogd met € 19,3 miljoen. Voor subsidies (regelingen) geldt een incidentele verhoging van € 3,4 miljoen. Dit betreft beide voor het overgrote deel de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet.

Beleidsartikel 6

Verplichtingen 4.068.668 2.899 4.071.567 0 0 0 0
Totale uitgaven 4.479.775 2.899 4.482.674 0 0 0 0
waarvan juridisch verplicht (%) 100,00%
Bekostiging 4.447.971 0 4.447.971 0 0 0 0
Bekostiging onderwijsdeel1 4.036.677 4.036.677
Bekostiging ontwerp en ontwikkeling 89.904 89.904
Studievoorschot kwaliteitsafspraken2 314.840 314.840
Studievoorschotvouchers 1.228 1.228
Bekostiging flexibel hoger onderwijs voor volwassenen 5.322 5.322
Subsidies (regelingen) 3.340 2.899 6.239 0 0 0 0
Tegemoetkoming 2e lerarenopleiding 2.556 2.556
Zelftesten3 0 2.899 2.899
Overige subsidies 784 784
Bijdrage aan agentschappen 13.443 0 13.443 0 0 0 0
Dienst Uitvoering Onderwijs 13.443 13.443
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 15.021 0 15.021 0 0 0 0
NWO: Praktijkgericht onderzoek4 0 0
NWO: Promotiebeurs voor leraren 10.371 10.371
Nederland-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) 4.650 4.650
Ontvangsten 1.213 0 1.213 0 0 0 0

1 Inclusief de studievoorschotmiddelen voor specifieke stimulering van landelijke prioriteiten (10% van de studievoorschotmiddelen).

2 90% van de studievoorschotmiddelen die gekoppeld zijn aan de kwaliteitsafspraken.

3 De term sneltesten is bij nader inzien aangepast naar zelftesten. Er worden zelftesten geleverd aan instellingen. Er bestaan ook sneltesten die geen zelftest zijn.

4 Vanaf 2022 ondergebracht bij artikel 16 (Onderzoek- en wetenschapsbeleid).

Toelichting

Het financieel instrument subsidies (regelingen) wordt in 2022 incidenteel verhoogd met € 2,9 miljoen. Dit betreft de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet.

Beleidsartikel 7

Verplichtingen 5.993.862 36.705 6.030.567 0 0 0 0
Totale uitgaven 6.271.242 39.104 6.310.346 0 0 0 0
waarvan juridisch verplicht (%) 99,96%
Bekostiging 6.240.270 0 6.240.270 0 0 0 0
Bekostiging onderwijsdeel1 3.006.191 3.006.191
Bekostiging onderzoeksdeel 2.284.607 2.284.607
Bekostiging ondersteuning geneeskunde onderwijs en onderzoek 757.944 757.944
Studievoorschot kwaliteitsafspraken2 191.511 191.511
Studievoorschotvouchers 17 17
Profilering en zwaartepuntvorming3 0 0
Subsidies (regelingen) 24.928 1.531 26.459 0 0 0 0
Nuffic4 14.507 14.507
Studiekeuze1234 2.616 2.616
Vluchteling Studenten UAF4 2.511 2.511
Studentenwelzijn (Ecio)4 794 794
Interstedelijk Studentenoverleg (ISO)4 271 271
Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) 4 255 255
Open en online onderwijs 2.008 2.008
Zelftesten5 0 1.531 1.531
Overige subsidies 1.966 1.966
Opdrachten 3.153 37.573 40.726 0 0 0 0
Opdrachten 3.153 3.153
Zelftesten5 0 37.573 37.573
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties 2.891 0 2.891 0 0 0 0
Europees Universitair Instituut Florence (EUI) 1.859 1.859
United Nations University (UNU) 1.032 1.032
Nuffic, SK123, UAF, H&S, ISO en LSVb4 0 0
Ontvangsten 16 0 16 0 0 0 0

1 Inclusief de studievoorschotmiddelen voor specifieke stimulering van landelijke prioriteiten (10% van de studievoorschotmiddelen

2 90% van de studievoorschotmiddelen die gekoppeld zijn aan de kwaliteitsafspraken.

3 De 2%-middelen profilering en zwaartepuntvorming die conform de kwaliteitsafspraken tot en met 2022 zijn overgeheveld naar het onderwijsdeel van de hoofdbekostiging.

4 Tot en met 2020 opgenomen onder bijdragen aan (inter)nationale organisaties, vanaf 2021 ondergebracht bij het instrument subsidies omdat dit de basis is op grond waarvan de instellingen worden bekostigd.

5 De term sneltesten is bij nader inzien aangepast naar zelftesten. Er worden zelftes-ten geleverd aan instellingen. Er bestaan ook sneltesten die geen zelftest zijn.

Toelichting

Op Artikel 7 wordt op het instrument subsidies (regelingen) en op het instrument opdrachten incidenteel totaal € 39,1 miljoen toegevoegd in 2022. Dit betreft de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet.

Beleidsartikel 11

Verplichtingen 4.836.822 40.617 4.877.439 0 0 0 0
Totale uitgaven 4.836.822 40.617 4.877.439 0 0 0 0
waarvan juridisch verplicht (%) 100%
Inkomensoverdracht 1.328.826 40.517 1.369.343 0 0 0 0
Basisbeurs gift (R) 423.616 423.616
Aanvullende beurs gift (R) 769.726 769.726
Reisvoorziening gift (R) – 42.705 – 42.705
Caribisch Nederland gift (R) 2.894 2.894
Overige uitgaven (R) 175.295 40.517 215.812
Leningen 3.367.673 0 3.367.673 0 0 0 0
Basisbeurs prestatiebeurs (NR) – 193.415 – 193.415
Aanvullende beurs prestatiebeurs (NR) 120.024 120.024
Reisvoorziening (NR) 160.180 160.180
Rentedragende lening (NR) 2.972.723 2.972.723
Collegegeldkrediet (NR) 254.231 254.231
Leven lang leren krediet (NR) 25.834 25.834
Overige uitgaven (NR) 28.096 28.096
Bijdrage aan agentschappen 140.323 100 140.423 0 0 0 0
Dienst Uitvoering Onderwijs 140.323 100 140.423
Ontvangsten 1.211.951 0 1.211.951 0 0 0 0
Ontvangsten (R) 73.432 0 73.432 0 0 0 0
Ontvangen rente (R) 52.280 52.280
Overige ontvangsten (R) 20.932 20.932
Ontvangsten Caribisch Nederland (R) 220 220
Ontvangsten (NR) 1.138.519 0 1.138.519 0 0 0 0
Terugontvangen lening (NR) 1.138.519 1.138.519

Toelichting

Het financieel instrument inkomensoverdracht wordt incidenteel met € 40,5 miljoen verhoogd. Het betreft hier de middelen voor de tegemoetkomingsregeling voor studenten in verband met covid-19. Deze middelen zijn in 2021 niet geheel uitgeput en worden in 2022 gebruikt om de overige betalingen aan studenten uit te keren.

Niet-beleidsartikel 91

Verplichtingen 585.126 0 585.126 – 230.000 0 0 0
Uitgaven 585.126 0 585.126 – 230.000 0 0 0
Loonbijstelling 0 0 0 0 0 0 0
waarvan programma 0 0 0 0 0 0 0
waarvan apparaat 0 0 0 0 0 0 0
Prijsbijstelling 0 0 0 0 0 0 0
waarvan programma 0 0 0 0 0 0 0
waarvan apparaat 0 0 0 0 0 0 0
Onvoorzien 585.126 0 585.126 – 230.000 0 0 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0

Toelichting

Het budget onvoorzien wordt in 2023 incidenteel verlaagd met € 230,0 miljoen. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan de maatregel uit het Coalitieakkoord.

Niet-beleidsartikel 95

Verplichtingen 276.492 1.750 278.242 500 0 0 0
Uitgaven 276.492 1.750 278.242 500 0 0 0
Personele uitgaven 216.309 1.750 218.059 500 0 0 0
waarvan eigen personeel 206.028 1.750 207.778 500
waarvan externe inhuur 6.029 6.029
waarvan overige personele uitgaven 4.252 4.252
Materiële uitgaven 60.183 0 60.183 0 0 0 0
waarvan ICT 10.170 10.170
waarvan bijdrage aan SSO's 21.155 21.155
waarvan overige materiële uitgaven 28.858 28.858
Begrotingsreserve schatkistbankieren 0 0 0 0 0 0 0
Ontvangsten 567 0 567 0 0 0 0

Toelichting

De personele uitgaven worden incidenteel verhoogd met € 1,8 miljoen in 2022 en € 0,5 miljoen in 2023. Het betreft hier de uitvoeringskosten voor het Nationaal Programma Onderwijs en de coördinatie van het beleid op de zelftesten in het onderwijs.