Motie van het lid Helder c.s. over een maximale inspanning voor de erkenning van de aansprakelijkheid door de politie
Politie
Motie
Nummer: 2022D04852, datum: 2022-02-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29628-1057).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: L.M.J.S. Helder, Tweede Kamerlid (BBB)
- Mede ondertekenaar: M. van Nispen, Tweede Kamerlid (SP)
- Mede ondertekenaar: I.J.M. Michon-Derkzen, Tweede Kamerlid (VVD)
- Mede ondertekenaar: J.J. van der Werf, Tweede Kamerlid (D66)
- Mede ondertekenaar: R. Bisschop, Tweede Kamerlid (Ooit SGP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: B.C. Kathmann, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van kamerstukdossier 29628 -1057 Politie.
Onderdeel van zaak 2022Z02291:
- Indiener: L.M.J.S. Helder, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M. van Nispen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: I.J.M. Michon-Derkzen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J.J. van der Werf, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: R. Bisschop, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: B.C. Kathmann, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2022-02-08 17:00: Debat over het rapport over de zelfdoding van een undercoveragent (Plenair debat (debat)), TK
- 2022-02-15 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
29 628 Politie
Nr. 1057 MOTIE VAN HET LID HELDER C.S.
Voorgesteld 8 februari 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de commissie-Brouwer in haar rapport Uit het zicht heeft geconcludeerd dat er een relatie is tussen het overlijden van de infiltrant en zijn werk en dit een «een harde maar onvermijdelijke conclusie» noemt;
constaterende dat de politie heeft bevestigd de conclusies en aanbevelingen van de commissie-Brouwer geheel over te nemen;
constaterende dat de politie desondanks jegens de nabestaanden heeft aangegeven wel moreel maar niet juridisch aansprakelijk te zijn voor het overlijden van de infiltrant (undercoveragent);
van mening dat deze conclusie in strijd is met hetgeen de commissie-Brouwer heeft vastgesteld;
tevens van mening dat dit een enorme schoffering is van de nabestaanden en postuum ook van de overleden infiltrant;
verzoekt de regering om zich maximaal in te spannen voor de erkenning van de aansprakelijkheid door de politie voor het overlijden van de infiltrant zodat daarmee een of meerdere mogelijke jarenlange juridische procedure(s) wordt of worden voorkomen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Helder
Van Nispen
Michon-Derkzen
Van der Werf
Bisschop
Kathmann