Toezeggingen, gedaan tijdens het commissiedebat georganiseerde criminaliteit en ondermijning van 27 januari 2022, over de aangehouden advocaat Youssef T.
Bestrijding georganiseerde criminaliteit
Brief regering
Nummer: 2022D05003, datum: 2022-02-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29911-343).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
Onderdeel van kamerstukdossier 29911 -343 Bestrijding georganiseerde criminaliteit.
Onderdeel van zaak 2022Z02359:
- Indiener: F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-02-15 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-02-16 14:30: Procedures en brieven (hybride) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-10-06 10:00: Juridische beroepen (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-11-03 14:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
29 911 Bestrijding georganiseerde criminaliteit
Nr. 343 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 februari 2022
Tijdens het Commissiedebat georganiseerde criminaliteit en ondermijning op 27 januari 2022 hebben mevrouw Michon-Derkzen (VVD) en de heer Van Nispen (SP) gevraagd hoe het staat met de aangehouden advocaat Youssef T. en wat er vanuit de advocatuur zelf is ondernomen richting deze advocaat. De Minister van Justitie en Veiligheid heeft tijdens het debat aangegeven deze vragen naar mij door te geleiden. Met deze brief reageer ik op uw vragen.
Op 8 oktober 2021 is Youssef T., de advocaat van Ridouan T., aangehouden in de Extra Beveiligde Inrichting in Vught op verdenking van deelneming aan een criminele organisatie. Uw Kamer is hierover bij brief van 8 oktober geïnformeerd.1 Sindsdien zit de advocaat in voorlopige hechtenis en deze is op 20 januari jl. verlengd.
Gelet op de rol en de positie van de advocatuur in onze samenleving vindt het toezicht op advocaten onafhankelijk van de Staat plaats. Daarbij hoort ook dat ik in beginsel terughoudend ben bij het reageren op een individuele casus.
Op grond van artikel 60ab, tweede lid, van de Advocatenwet kan een advocaat, op verzoek van de toezichthouder, met onmiddellijke ingang worden geschorst in de praktijkuitoefening wanneer de advocaat zich in voorlopige hechtenis bevindt. De duur van de schorsing is gelijk aan de duur van de voorlopige hechtenis. Voor zover mij bekend is geen verzoek ingediend.
Ik heb van de Nederlandse orde van advocaten (NOvA) vernomen dat de NOvA tegen Youssef T. een klacht heeft ingediend op grond van artikel 46c van de Advocatenwet bij de deken Midden-Nederland. Deze klacht zal worden behandeld overeenkomstig de bepalingen uit de Advocatenwet.
Ook heb ik inmiddels van de NOvA vernomen dat Youssef T. vrijdag 4 februari jl. op eigen verzoek is geschrapt van het tableau. Dat betekent dat hij geen advocaat meer is.
De Minister voor Rechtsbescherming,
F.M. Weerwind
Kamerstuk 29 911, nr. 332↩︎