Het gebrek aan een planning rond afspraken over eergerelateerd geweld en zelfbeschikking uit het coalitieakkoord
Schriftelijke vragen
Nummer: 2022D08973, datum: 2022-03-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2022Z04391).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B. Becker, Tweede Kamerlid (VVD)
Onderdeel van zaak 2022Z04391:
- Gericht aan: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
- Gericht aan: E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Gericht aan: C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Indiener: B. Becker, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2022Z04391
Vragen van het lid Becker (VVD) aan de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en voor Justitie en Veiligheid over het gebrek aan een planning rond afspraken over eergerelateerd geweld en zelfbeschikking uit het coalitieakkoord (ingezonden 9 maart 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met de planningsbrieven van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het Ministerie van Justitie en Veiligheid die recent met de Tweede Kamer zijn gedeeld?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat een belangrijke opdracht uit het coalitieakkoord niet of nauwelijks worden genoemd, namelijk die tegen eergerelateerd geweld en voor zelfbeschikking?
Vraag 3
Kunt u uiteenzetten welke voortgang het kabinet deze regeerperiode wil boeken op het terrein van culturele onderdrukking binnen gesloten gemeenschappen waaronder het tegengaan van huwelijksdwang, achterlating, huwelijkse gevangenschap, gedwongen leven in isolement (zoals de schrijnende situatie van honderden verborgen vrouwen) het verbeteren van de situatie van LHBTI-ers en eergerelateerd geweld en welke planning hierbij hoort?
Vraag 4
Wanneer kan de Kamer een voorstel tegemoet zien om medeplichtigen van eergerelateerd geweld zwaarder te gaan straffen?
Vraag 5
Kunt u uiteenzetten welke voortgang het kabinet deze regeerperiode wil boeken op het gebied van het tegengaan en voorkomen van genitale verminking en welke planning hierbij hoort?
Vraag 6
Wanneer kan de Kamer een voorstel tegemoet zien om met preventieve gerechtelijke beschermingsbevelen te gaan werken om te voorkomen dat vrouwen worden meegenomen naar het buitenland?
Vraag 7
Kunt u uiteenzetten welke voortgang het kabinet deze regeerperiode wil maken op het terrein van integratie, het tegengaan van parallelle samenlevingen en het tegengaan van radicalisering en welke planning hierbij hoort?
Vraag 8
Wanneer kan de Kamer een voorstel tegemoet zien om een meldplicht voor medewerkers in de zorg en het onderwijs in te voeren bij eergerelateerd geweld, huwelijksdwang of vrouwelijke genitale verminking?
Vraag 9
Welke voortgang wilt u, al dan niet in samenwerking met het Ministerie van Financiën, deze regeerperiode maken op het gebied van financiële zelfredzaamheid van vrouwen en welke planning hoort hierbij?
Vraag 10
Wanneer kan de Kamer een voorstel tegemoet zien om de bij afgelopen begrotingsbehandeling structureel gemaakte post van 300.000 euro uit het integratiebudet jaarlijks in te vullen voor ondersteuning en hulp rond genoemde thema’s?
Vraag 11
Deelt u de mening dat de genoemde onderwerpen heel belangrijk zijn en volop aandacht van de bewindspersonen moeten krijgen en voorkomen moet worden dat door versnippering en verdeling tussen ministeries deze zaken onvoldoende prioriteit krijgen?
Vraag 12
Kunt u deze vragen een voor een beantwoorden voorafgaande aan het commissiedebat Inburgering en integratie van 30 maart aanstaande?
Kamerstuk 35 925-XV, nr. 88, Kamerstuk 35 925-XVI, nr. 67 en Kamerstuk 35 925-VI, nr. 132.↩︎