Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2021-2022

28 676 NAVO

36 045 Situatie in de Oekraïne

Nr. 391 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 maart 2022

Op 16 maart komen de NAVO-ministers van Defensie (DMM) in Brussel bijeen voor een speciaal ingelaste bijeenkomst. De bijeenkomst staat in het teken van de Russische inval in Oekraïne, alsmede de veiligheidssituatie aan de oostflank van de NAVO en de bondgenootschappelijke afschrikking en verdediging. Afgelopen periode heeft de NAVO diverse maatregelen afgekondigd in het kader van de afschrikking en verdediging, om de veiligheid van de bondgenoten te blijven garanderen (Kamerstuk 36 045, nr. 3 en Kamerstuk 29 521, nr. 439). Het gaat om maatregelen binnen het gehele inzetgebied van SACEUR. Ook Nederland levert hier een bijdrage aan, onder andere door de inzet van extra gevechtsvliegtuigen voor air policing-taken boven het NAVO-verdragsgebied in Oost-Europa. Graag maak ik van de gelegenheid gebruik om uw Kamer te informeren dat Nederland, op verzoek van de NAVO, de inzet voor air policing verlengt t/m eind maart, naast de eerder aangekondigde air policing in het luchtruim van Bulgarije in april en mei. De verlenging van de air policing taak wordt binnen de defensiebegroting gefinancierd.

De Russische inval in Oekraïne vraagt om een verdere versterking van de bondgenootschappelijke afschrikking en verdediging, met name aan de oostflank. Tijdens de DMM zullen ministers ook van gedachten wisselen over de afschrikking en verdediging op de langere termijn, voortbouwend op lopende initiatieven, en met de intentie om tot een opdracht voor aanvullend militair en politiek-militair advies te komen. Dit laatste vindt plaats met het oog op besluitvorming op de reguliere DMM in juni en de NAVO-Top later die maand in Madrid.

Het kabinet steunt het eensgezinde optreden van de NAVO en internationale partners in reactie op de Russische inval in Oekraïne. Nederland staat gereed om bij te dragen aan maatregelen ter (verdere) versterking van de bondgenootschappelijke afschrikking en verdediging. De verdere inzet van het kabinet ten aanzien van de Russische inval in Oekraïne blijft ongewijzigd. De kern van die inzet is zo stevig mogelijke maatregelen richting Rusland als reactie op de inval in Oekraïne en zoveel mogelijk steun aan Oekraïne. Het kabinet heeft in dit kader besloten (economische) sancties af te kondigden tegen Rusland en militaire goederen aan Oekraïne te leveren.

Daarnaast wil ik uw Kamer graag informeren dat op 15 maart een bijeenkomst plaatsvindt van regeringsleiders van de landen die zijn aangesloten bij de Joint Expeditionary Force (JEF). De voornaamste onderwerpen zijn de situatie in Oekraïne en versterking van de defensie- en veiligheidssamenwerking in Noord-Europa. Namens de Minister-President zal ik Nederland vertegenwoordigen bij deze bijeenkomst, die wordt gehouden in Londen onder voorzitterschap van de Britse premier Boris Johnson. Andere aangesloten landen zijn Estland, Denemarken, Finland, IJsland, Letland, Litouwen, Noorwegen en Zweden. Op 25 februari jl. vond al een virtuele bijeenkomst van regeringsleiders plaats in dit verband.

De Minister van Defensie,
K.H. Ollongren