De reactie van de minister op het meerderheidsverzoek van de commissie VWS van 4 februari 2022 om een spoedige reactie te geven op het bericht dat positief geteste zorgmedewerkers toch kunnen worden ingezet in ziekenhuizen
Schriftelijke vragen
Nummer: 2022D09434, datum: 2022-03-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2022Z04617).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. Agema, Tweede Kamerlid (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van zaak 2022Z04617:
- Gericht aan: E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: M. Agema, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2022Z04617
Vragen van het lid Agema (PVV) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de reactie van de Minister op het meerderheidsverzoek van de commissie VWS van 4 februari 2022 om een spoedige reactie te geven op het bericht dat positief geteste zorgmedewerkers toch kunnen worden ingezet in ziekenhuizen en de consequenties daarvan op de wetgeving die nog altijd niet is ingetrokken die voorstelt de coronatoegangsbewijzen uit te breiden met werk (ingezonden 11 maart 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met uw reactie van 7 maart 2022 op het verzoek van de commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport op het bericht dat positief geteste zorgmedewerkers toch kunnen worden ingezet in ziekenhuizen en de consequenties daarvan voor uitbreiding van het coronatoegangsbewijs (ctb) met werk?1
Vraag 2
Waarom reageert u in de brief niet op de consequentie van het inzetten van positief geteste medewerkers in ziekenhuizen voor de wetgeving die nog altijd niet is ingetrokken en die voorstelt de coronatoegangsbewijzen uit te breiden met werk?
Vraag 3
Waarom verwees u naar de stand van zakenbrief van 15 februari 2022 waarin zou staan hoe het kabinet denkt over coronatoegangsbewijzen terwijl daarin staat: «Het wetsvoorstel voor inzet van het coronatoegangsbewijs op de arbeidsplaats wil ik aanhouden vanuit de wens nader af te wegen of het verstandig is om dit instrument «in de gereedschapskist» te hebben om een coronatoegangsbewijs te kunnen vragen aan werknemers in sectoren waar het coronatoegangsbewijs voor bezoekers wordt toegepast. Eerder gaf de Raad van State aan dat het niet logisch is om op plaatsen wel een ctb aan bezoekers te vragen, maar niet aan medewerkers die met de bezoekers in contact komen. Ik wil de tijd nemen voor nader onderzoek ten behoeve van verbetering van de regeling op iets langere termijn»?
Vraag 4
Deelt u de mening dat wanneer positief geteste medewerkers kunnen worden ingezet op hun werk, uitbreiding van de coronatoegangsbewijzen met werk niet anders dan van de baan moet zijn en het wetsvoorstel Tijdelijke wet verbreding inzet coronatoegangsbewijzen derhalve moet worden ingetrokken? Zo nee waarom niet? Kunt u deze keer wel een uitgebreide inhoudelijke reactie geven?2