Motie van de leden Bouchallikh en Van Ginneken over doelen formuleren voor het aandeel thuiswerken en deze verwerken in de IMA
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2022
Motie
Nummer: 2022D14520, datum: 2022-04-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35925-A-60).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: K. Bouchallikh, Tweede Kamerlid (Ooit GroenLinks-PvdA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: L.M. van Ginneken, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35925 A-60 Vaststelling van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2022.
Onderdeel van zaak 2022Z07147:
- Indiener: K. Bouchallikh, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: L.M. van Ginneken, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2022-04-11 10:00: Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) (Notaoverleg), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2022-04-19 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
- 2022-07-05 16:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-09-29 14:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2021-2022 |
35 925 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2022
Nr. 60 MOTIE VAN DE LEDEN BOUCHALLIKH EN VAN GINNEKEN
Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 11 april 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de meest duurzame reis de reis is die niet is gemaakt;
overwegende dat de helft van alle werknemers in Nederland in staat is een of twee dagen per week thuis te werken;
overwegende dat hierdoor miljarden overbodige reizigerskilometers op de drukste trajecten en tijden voorkomen kunnen worden en dat dit noodzakelijk is voor het klimaat, de natuur, leefbaarheid, verkeersveiligheid, en een goede werk-privébalans;
overwegende dat ook het coalitieakkoord de baten van thuiswerken inziet;
verzoekt de regering om concrete doelen te formuleren voor het aandeel thuiswerken en dit mogelijk te maken met wetgeving, werkgeversafspraken en (fiscale) stimuleringsmaatregelen;
verzoekt de regering om de gestelde doelen te verwerken in de IMA, en de Kamer te rapporteren over de gevolgen voor de mobiliteitsbehoefte,
en gaat over tot de orde van de dag.
Bouchallikh
Van Ginneken