Motie van de leden Paul en Van Meenen over ongewenste praktijken en effecten rond de oprichting van nieuwe scholen onderzoeken en aanpakken
Wijziging van diverse onderwijswetten door het wijzigen van de systematiek van het in aanmerking brengen voor bekostiging van nieuwe openbare en bijzondere scholen zodat er meer ruimte is voor een nieuw onderwijsaanbod (Wet meer ruimte voor nieuwe scholen)
Motie
Nummer: 2022D15339, datum: 2022-04-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35050-51).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.L.J. Paul, Tweede Kamerlid (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: P.H. van Meenen, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35050 -51 Wijziging van diverse onderwijswetten door het wijzigen van de systematiek van het in aanmerking brengen voor bekostiging van nieuwe openbare en bijzondere scholen zodat er meer ruimte is voor een nieuw onderwijsaanbod (Wet meer ruimte voor nieuwe scholen).
Onderdeel van zaak 2022Z07582:
- Indiener: M.L.J. Paul, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P.H. van Meenen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2022-04-14 17:10: Tweeminutendebat Aanvragen en ouderverklaringen in het kader van de wet Meer ruimte voor nieuwe scholen (35050-48) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
- 2022-04-19 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
35 050 Wijziging van diverse onderwijswetten door het wijzigen van de systematiek van het in aanmerking brengen voor bekostiging van nieuwe openbare en bijzondere scholen zodat er meer ruimte is voor een nieuw onderwijsaanbod (Wet meer ruimte voor nieuwe scholen)
Nr. 51 MOTIE VAN DE LEDEN PAUL EN VAN MEENEN
Voorgesteld 14 april 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat er signalen zijn dat er op oneigenlijke wijze ouderverklaringen worden verzameld;
overwegende dat hierdoor een vertekend beeld kan ontstaan van de behoefte en grondslag voor een nieuw op te richten school;
overwegende dat de oprichting van nieuwe scholen een grote financiële opgave met zich meebrengt voor gemeenten;
overwegende dat een eerste evaluatie van deze wet wordt voorzien in 2026;
overwegende dat de wet in de tussentijd negatieve impact kan hebben op de onderwijskwaliteit en de levensvatbaarheid van bestaande scholen;
verzoekt de regering ongewenste praktijken en effecten rond de oprichting van nieuwe scholen te onderzoeken en aan te pakken en in gesprek te gaan met de VNG over de positie van gemeenten in de uitwerking van de wet;
verzoekt de regering jaarlijks te rapporteren over het gebruik van de wet,
en gaat over tot de orde van de dag.
Paul
Van Meenen