Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over voorhang Ontwerpbesluit tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WEB, houdende maatstaven voor studiesucces in het mbo (Kamerstuk 31524-505)
Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2022D15736, datum: 2022-04-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2022D15736).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I.J.M. Michon-Derkzen, voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VVD)
- Mede ondertekenaar: M.H.R.M. Arends, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2022Z06400:
- Indiener: R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2022-04-07 15:05: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-04-14 10:15: Procedurevergadering (hybride) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2022-04-19 10:00: Voorhang Ontwerpbesluit tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WEB, houdende maatstaven voor studiesucces in het mbo (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2022-05-19 14:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2022-05-25 13:15: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2022D15736 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over de brief van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap d.d. 1 april 2022 inzake de voorhang van het ontwerpbesluit tot wijziging van het uitvoeringsbesluit WEB1, houdende maatstaven voor studiesucces in het mbo2 (Kamerstuk 31 524, nr. 505).
De voorzitter van de commissie,
Michon-Derkzen
De adjunct-griffier van de commissie,
Arends
Inhoud | blz. | ||
I | Vragen en opmerkingen uit de fracties | 2 | |
• | Inbreng van de leden van de D66-fractie | 2 | |
• | Inbreng van de leden van de CDA-fractie | 2 | |
• | Inbreng van de leden van de PvdA-fractie | 2 | |
II | Reactie van Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | 3 |
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
Inbreng van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de voorhang inzake het ontwerpbesluit tot Wijziging van het uitvoeringsbesluit WEB, houdende maatstaven voor studiesucces in het mbo. Zij hebben nog enkele vragen die zij willen voorleggen aan de Minister.
De leden van de D66-fractie zijn van mening dat het zeer belangrijk is dat alle studenten kwalitatief goed onderwijs ontvangen. Kan de Minister toelichten welke extra stappen hij gaat zetten om studiesucces voor elke student te bewerkstelligen? Op welke wijze draagt dit ontwerpbesluit daaraan bij? Tot slot vragen zij welke implicaties dit wetsvoorstel heeft voor niet-bekostigde opleidingen.
Inbreng van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorliggende ontwerpbesluit. Deze leden steunen de voorgenomen wijzigingen van het uitvoeringsbesluit WEB, naar aanleiding van het amendement Bisschop, Van Meenen en Rog, waarin regels opgesteld worden hoe studiesucces gemeten en beoordeeld kan worden. Tevens hebben deze leden nog een enkele vraag.
Maatwerksituaties, entree- en niet-bekostigde opleidingen
De leden van de CDA-fractie willen graag weten hoe vaak het voorkomt dat studenten die zich in willen schrijven voor een entreeopleiding geweerd worden omdat ze al een schooldiploma bezitten. Tevens vragen zij om welke diploma’s dit dan met name gaat. Hoe vaak gaan studenten en/of ouders in bezwaar vanwege het genoemde tweede lid waardoor studenten wel toelaatbaar zijn, zo vragen de voornoemde leden.
Inbreng van de leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het onderhavige ontwerpbesluit. Zij onderschrijven het grote belang dat de Minister hecht aan kwalitatief goed onderwijs voor iedere student en voor de samenleving als geheel en onderkennen dat in dit verband het laagste inspectie-oordeel over de kwaliteit van middelbaar beroepsonderwijs als «zeer zwak» goed moet worden geborgd. Een bekostigde beroepsopleiding wordt voortaan zeer zwak genoemd indien niet alleen het studiesucces daar onvoldoende is, maar ook de zorgplicht inzake het onderwijsprogramma en de examinering, de beroepspraktijkvorming of de regels op het gebied van veiligheid daar onvoldoende worden uitgevoerd. De leden vragen wat de consequenties worden wanneer het beroepsopleidingen betreft die niet bekostigd worden. Vindt de Minister het in zulke gevallen acceptabel dat jongeren zonder startkwalificatie hun opleiding afsluiten? De Minister vermeldt ook dat dit besluit geen gevolgen heeft voor Caribisch Nederland, omdat de Wet educatie en beroepsonderwijs BES geen wettelijke opdracht kent om normen voor studiesucces vast te stellen in de regelgeving. Kan de Minister nader toelichten welke overwegingen hieraan ten grondslag liggen? Geeft de Minister op enige andere wijze gestalte aan het grote belang dat toch ook hij zal hechten aan kwalitatief goed beroepsonderwijs op Caribisch Nederland? Tot slot vragen zij welke waarborgen hij daartoe in bouwt.