Motie van het lid Grinwis c.s. over het opnemen van onder meer het aantal geïsoleerde woningen en de aardgasbesparing in de rapportage over het Nationaal Isolatieprogramma
Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Motie
Nummer: 2022D15950, datum: 2022-04-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32813-1014).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.A. Grinwis, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
- Mede ondertekenaar: L. Bromet, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: F. Boulakjar, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: H. Bontenbal, Tweede Kamerlid (CDA)
- Mede ondertekenaar: P.C. (Peter) de Groot, Tweede Kamerlid (VVD)
Onderdeel van kamerstukdossier 32813 -1014 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid.
Onderdeel van zaak 2022Z07882:
- Indiener: P.A. Grinwis, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: H. Bontenbal, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: L. Bromet, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P.C. (Peter) de Groot, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: F. Boulakjar, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2022-04-19 19:15: Tweeminutendebat Klimaatakkoord gebouwde omgeving (CD d.d. 13/04) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
- 2022-05-10 15:05: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Nr. 1014 MOTIE VAN HET LID GRINWIS C.S.
Voorgesteld 19 april 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het doel van het Nationaal Isolatieprogramma is om 2,5 miljoen woningen, waarvan 1,5 miljoen slecht geïsoleerde woningen met een energielabel E, F of G, uiterlijk in 2030 goed te hebben geïsoleerd;
overwegende dat het kabinet van plan is te rapporteren over de voortgang van het Nationaal Isolatieprogramma in de jaarlijkse monitoring versnelling verduurzaming gebouwde omgeving;
verzoekt de regering in haar jaarlijkse rapportage over de voortgang van het Nationaal Isolatieprogramma, in ieder geval aan te geven:
• hoeveel woningen er in het betreffende jaar zijn geïsoleerd en in hoeveel gevallen het daarbij ging om een slecht geïsoleerde woning (energielabel E, F of G);
• hoeveel aardgas er is bespaard door de maatregelen in het kader van het Nationaal Isolatieprogramma;
• in welke mate het risico op energiearmoede is verminderd en in hoeverre de lokale aanpak eraan heeft bijgedragen dat woningen van huishoudens met weinig financiële mogelijkheden en/of bureaucratisch doenvermogen toch beter zijn geïsoleerd;
• welke obstakels, zoals capaciteit, zowel ambtelijk als in de markt, een tekort aan bouwmaterialen, welstandsbeleid et cetera, dat jaar een belemmering vormden om sneller, slimmer en socialer woningen te isoleren;
en vervolgens aan te geven wat de consequenties zijn voor de programmering in de daaropvolgende jaren, zodat de beoogde doelen in 2030 worden gerealiseerd,
en gaat over tot de orde van de dag.
Grinwis
Bontenbal
Peter de Groot
Boulakjar
Bromet