Toezeggingen gedaan tijdens het vragenuur van 19 april 2022, over dagbesteding, onderwijs en asielprocedure voor kinderen in Ter Apel
Vreemdelingenbeleid
Brief regering
Nummer: 2022D16285, datum: 2022-04-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-19637-2884).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (VVD)
Onderdeel van kamerstukdossier 19637 -2884 Vreemdelingenbeleid.
Onderdeel van zaak 2022Z08091:
- Indiener: E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-05-10 16:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-05-18 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-06-30 14:30: Vreemdelingen- en asielbeleid (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-07-06 12:00: Vreemdelingen- en asielbeleid (voortzetting tweede termijn) (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2023-09-05 15:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (ð origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
19 637 Vreemdelingenbeleid
27 062 Alleenstaande minderjarige asielzoekers
Nr. 2884 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21Â april 2022
In het vragenuur d.d. 19 april jl. heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over eventuele mogelijkheden voor de dagbesteding van kinderen in Ter Apel, over de mogelijkheid om enige vorm van onderwijs in het leven te roepen voor de kinderen in Ter Apel, en over het aantal kinderen in een asielprocedure, verblijvend in Ter Apel of elders, die geen onderwijs krijgen (Handelingen II 2021/22, nr. 74, Vragen van het lid Podt over het bericht «Kinderombudsvrouw: kinderen in Ter Apel verwaarloosd»). Met deze brief doe ik deze toezeggingen gestand. Daarnaast heb ik ook toegezegd uw Kamer te informeren over het tijdspad ten aanzien van een dwingend juridisch instrumentarium voor de reguliere asielopvang. Ook deze toezegging doe ik met deze brief gestand, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Dagbesteding en onderwijs
Ik ben het met uw Kamer eens dat de situatie voor kinderen in Ter Apel hoogst onwenselijk is. Deze situatie is schrijnend en heeft zowel mijn aandacht als die van het COA maar ook van andere relevante partijen zoals Nidos.
De opvang in Ter Apel is bedoeld als eerste opvanglocatie voor asielzoekers. Op deze locatie worden zowel kinderen in gezinnen opgevangen als alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amvâs) van 15 jaar of ouder. Het is de bedoeling dat de asielzoekers slechts drie tot maximaal tien dagen verblijven in Ter Apel, voordat zij worden doorgeplaatst naar een locatie elders in het land. Vanwege de hoge instroom, het tekort aan opvangplekken, de uitstroom naar huisvesting en de doorlooptijden bij de IND is de doorstroom echter zeer moeizaam gebleken en dit heeft tot gevolg gehad dat het verblijf in Ter Apel, ook voor kinderen, langer duurt dan het gebruikelijke maximum van 10 dagen.
Omdat de locatie bedoeld is voor zeer kortstondig verblijf is er geen vorm van structurele dagbesteding aanwezig. De eerste, en ook de meest duurzame, oplossingsrichting is en blijft daarom het terugdraaien van de verblijfsduur in Ter Apel en het zo snel mogelijk doorplaatsen naar een andere opvanglocatie waar wél sprake is van structurele dagbesteding en ook toegang tot onderwijs. Uw Kamer is bekend met de inzet die ik op dat gebied pleeg en de afhankelijkheid die er op dat gebied is van de gemeenten. Verderop in deze brief zal ik uw Kamer informeren over het tijdspad ten aanzien van een dwingend juridisch instrumentarium voor de reguliere asielopvang.
De situatie in Ter Apel vraagt echter om een acute oplossing. Om die reden worden er nu interculturele coaches en straatcoaches ingezet om de amvâs mentaal te ondersteunen. Ook is er voor deze amvâs een activiteitenaanbod vanuit onder andere stichting De Vrolijkheid en krijgen de amvâs drie ochtenden in de week Nederlandse les van een medewerker van het COA. Daarnaast heeft de wethouder Jeugd van de gemeente Westerwolde aangeboden om samen met de lokale school extra faciliteiten aan te bieden ten behoeve van de amvâs in Ter Apel. Op deze wijze wordt getracht om deze doelgroep te voorzien in een vorm van dagbesteding en aanvullende begeleiding en ondersteuning.
Voor alle kinderen in Nederland geldt dat zij recht hebben op onderwijs, ongeacht hun verblijfsstatus. Ook kinderen van asielzoekers en amvâs gaan zo snel mogelijk naar school. In ieder geval, zo volgt uit artikel 14 van de Opvangrichtlijn, binnen drie maanden nadat ze hun asielaanvraag hebben ingediend. Gemeenten zorgen voor het onderwijs aan leerplichtige kinderen en het Ministerie van OCW en het COA ondersteunen hierbij. Tezamen wordt zo gezorgd dat kinderen zo snel mogelijk, en in ieder geval binnen drie maanden naar school kunnen.
Momenteel zijn er in Ter Apel inderdaad kinderen die niet (direct) naar school gaan. Gelet op onder andere de schommelingen in de in- en uitstroom is het niet mogelijk om exact aan te geven hoeveel kinderen dit betreft. Wanneer de procedure van een kind nog niet gestart is, gaan zij nog niet naar school. Reden hiervoor is dat de periode waarin de procedure nog niet gestart is en kinderen in Ter Apel verblijven normaliter erg kort is. Alle kinderen en jongeren verhuizen daarna door naar een andere opvanglocatie en dat geldt ook voor jongeren die in de amv-opvang verblijven. Hoewel het verblijf in Ter Apel op het moment langer duurt dan gewenst, is het niet voorgekomen dat amvâs langer dan drie maanden in Ter Apel verblijven. Het ligt daarom niet in de rede om structureel onderwijs te organiseren voor deze groep in Ter Apel en zij worden dan ook allen doorgeplaatst naar een locatie waar wel onderwijs beschikbaar is, binnen voornoemde Europese termijn van drie maanden.
Ten aanzien van de overige COA-locaties kan ik u melden dat er op dit moment geen problemen bekend zijn met de aansluiting op onderwijs. Ook bij de amv-noodopvanglocatie Duiven, waar uw Kamer naar vroeg, zijn geen problemen in die zin bekend. Helaas zijn er wel noodopvanglocaties geweest in de afgelopen periode waar de aansluiting op onderwijs langer duurde dan voorgeschreven staat. Door snelle verhuisbewegingen zijn er voor zover bekend vrijwel geen kinderen die op deze locaties meer dan drie maanden geen onderwijs hebben gehad: binnen die drie maanden verhuisden de meeste kinderen al door naar een andere opvanglocatie. Er wordt door lokale partijen hard gewerkt om bij alle opvanglocaties het onderwijs snel en goed te organiseren en vanuit OCW worden de ontwikkelingen, samen met COA, LOWAN en de Inspectie van het Onderwijs in de gaten gehouden. Waar nodig wordt door deze partijen met de betreffende gemeenten en schoolbesturen intensief overleg gevoerd om het onderwijs te organiseren.
Voor ontheemde kinderen uit Oekraïne geldt dat ook voor hen de aansluiting op onderwijs wordt georganiseerd en ook hier in is de inzet dit zo snel mogelijk en ten minste binnen 3 maanden te organiseren. Gezien de grote aantallen en de mate van verspreiding brengt dit evenwel uitdagingen met zich mee. Over de wijze waarop onderwijs voor hen wordt georganiseerd wordt uw Kamer regelmatig op de hoogte gebracht middels verzamel- en separate kamerbrieven.
Tijdspad dwingend juridisch instrumentarium reguliere asielopvang
Bij het vragenuur d.d. 19Â april jl. verzocht uw Kamer om een tijdspad ten aanzien van het juridisch instrumentarium voor de opvang van asielzoekers. Uw Kamer is bij brief van 12Â april jl. toegezegd dat u voor de zomer uitkomsten van een verkenning naar een mogelijk juridisch instrumentarium voor de opvang van asielzoekers zal ontvangen (Kamerstuk 19Â 637, nr. 2856).
Ik vind het belangrijk dat er met een juridisch instrumentarium en beleid een gedegen oplossing komt waarmee de capaciteitsproblemen in de reguliere asielopvang worden weggenomen. Dit vergt serieuze doordenking die ik in de toegezegde verkenning wil doen. Hiermee wil ik voorkomen dat een nieuwe wettelijke taak of opdracht bij gemeenten wordt neergelegd zonder dat duidelijk is binnen welke kaders gemeenten deze moeten uitvoeren en wat de rolverdeling tussen Rijk, gemeenten en COA is. Ook dient overleg plaats te vinden met de medeoverheden. Op dit moment worden de verschillende mogelijkheden in kaart gebracht. Op basis daarvan kan besloten worden hoe het juridisch instrumentarium het meest effectief ingevuld kan worden en welke stappen dit vraagt. Dat zal ik zo snel mogelijk vormgeven en daarover zal ik uw Kamer vervolgens direct informeren, uiterlijk begin juni.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
E. van der Burg