[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Memorie van toelichting

Nummer: 2022D20086, datum: 2022-05-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36120-XVI-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36120 XVI-2 Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota).

Onderdeel van zaak 2022Z09841:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021‒2022
36 120XVI Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2

MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2022 wijzigingen aan te brengen in:

  1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
  2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E.J.Kuipers

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De mutaties in deze suppletoire begroting bestaan uit herschikkingen binnen de begrotingsuitgaven, overboekingen van en naar andere begrotingshoofdstukken, financieringsverschuivingenen middelen die ten laste of ten gunste van het generale beeld aan de begroting van VWS worden toegevoegd of vrijvallen.

De gepresenteerde cijfers sluiten aan bij de Voorjaarsnota 2022, die de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer aanbiedt. Voor informatie over de uitgaven met betrekking tot COVID-19 wordt u tevens verwezen naar de reeds verzonden incidentele suppletoire begrotingen van VWS. Voor de volledigheid is er een overzicht met maatregelen tot en met de zesde incidentele suppletoire begroting 2022 opgenomen.

Om de leesbaarheid van de toelichting op de beleidsartikelen te bevorderen zijn de volgende uitgangspunten toegepast:

  1. Naast de politiek en beleidsmatig relevante mutaties worden de mutaties toegelicht als het totale mutatiebedrag voor de uitgaven en ontvangsten op de instrumenten binnen een subartikelonderdeel hoger is dan € 2,5 miljoen.
  2. Voor wat betreft de verplichtingenmutaties wordt per artikel enkel het saldo weergegeven. In een enkel geval wordt bij zeer grote verplichtingenmutaties een toelichting gegeven.

Voor wat betreft de uitgaven en ontvangsten behorend tot het Uitgavenplafond Zorg worden mutaties die groter zijn dan € 10 miljoen toegelicht.

2 Beleid

2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties

Vastgestelde begroting 2022
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) HPV vaccinatie 1 54.462
2) Griepvaccinatie 1 26.883
3) Kickstart Medicatieoverdracht 2 ‒ 29.180
4) Subsidieregeling onverzekerden 2 12.000
5) Stimuleringsregeling wonen en zorg 3 ‒ 14.500
6) Rijksbijdrage Wlz 3 1.000.000
7) Bijdrage Kosten Korting (BIKK) 3 31.400
8) Tegemoetkomingsregeling rapport cie. de Winter 5 17.700
9) Zorgtoeslag 8 99.614
10) Apparaatskosten Covid-19 10 13.273
11) Loon- en prijsbijstelling 11 120.076
Stand 1e suppletoire begroting 2022 1.331.728

Toelichting

  1. Dit betreft de benodigde aanvulling op het budget voor de HPV inhaalcampagne van 18-26 jaar.
  2. Door onder meer demografische ontwikkelingen is er een stijging van het aantal mensen dat in aanmerking kan komen voor een griepvaccin. Om aan de stijgende behoefte tegemoet te komen zijn voor de komende jaren meer middelen nodig.
  3. Door vertraging in de financiering van de Kickstart Medicatieoverdracht is de start van de VIPP Farmacie vertraagd. Een kasschuif van € 29,2 miljoen is benodigd om de VIPP Farmacie op één lijn te krijgen met Kickstart.
  4. Doordat zorgverleners vaker een beroep doen op de subsidieregeling medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerden (SOV) wordt in 2022 een tegenvaller van € 12 miljoen verwacht.
  5. Dit betreft een kasschuif van € 14,5 miljoen voor de stimuleringsregeling wonen en zorg.
  6. Dit betreft de bijstelling van de uitgavenraming rijksbijdrage Wlz naar aanleiding van actuele ramingen van het CPB.
  7. Aanpassing van de bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK) op basis van actuele ramingen van het CPB.
  8. Omdat aanzienlijk meer mensen een beroep hebben gedaan op de tegemoetkomingsregeling naar aanleiding van het rapport van cie. de Winter, zijn er aanvullende middelen beschikbaar gesteld.
  9. De raming van de Zorgtoeslag is aangepast op basis van de actuele raming van het CPB.
  10. Dit betreft extra personele kosten in verband met Covid -19. Gegeven de onzekerheid van het virus was hier in 2022 nog onvoldoende rekening gehouden met de personele uitgaven die aansluiten bij het beleid dat het ministerie van VWS maakt omtrent corona.
  11. Dit betreft de toevoeging van de loon- en prijsbijstelling tranche 2022.
Vastgestelde begroting 2022
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Structureel ophogen ontvangstenraming 1 29.640
2) Wanbetalers 2 ‒ 10.000
3) SPUK sport 6 37.000
Stand 1e suppletoire begroting 2022 56.640

Toelichting

  1. Op basis van de gerealiseerde meerontvangsten in de afgelopen vier jaar kan de ontvangstenraming vanaf 2022 structureel worden ophoogt.
  2. De ontvangsten in het kader van de aanpak van wanbetalers zijn lager dan eerder geraamd en worden bijgesteld.
  3. Dit betreft de specifieke uitkering stimulering sport (SPUK Sport), in verband met de verwachte teruggave van te veel verkregen compensatie.

3 Beleidsartikelen

3.1 Artikel 1 Volksgezondheid

Budgettaire gevolgen van beleid

Uitgaven 3.159.740 4.692.956 7.852.696 121.558 7.974.254 104.545 65.842 59.046 55.418
1. Gezondheidsbeleid 487.694 30.600 518.294 30.547 548.841 30.740 29.453 23.527 9.986
Subsidies 24.078 2.700 26.778 ‒ 3.522 23.256 0 0 0 0
(Lokaal) gezondheidsbeleid 23.812 2.700 26.512 ‒ 3.522 22.990 0 0 0 0
Overige 266 0 266 0 266 0 0 0 0
Opdrachten 3.741 6.000 9.741 2.332 12.073 0 0 0 0
(Lokaal) gezondheidsbeleid 3.741 6.000 9.741 2.332 12.073 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 126.749 9.000 135.749 4.135 139.884 760 306 320 306
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit 104.953 9.000 113.953 860 114.813 327 0 0 0
RIVM: wettelijke taken en beleidsondersteuning zorgbreed 21.039 0 21.039 3.557 24.596 433 306 320 306
Overige 757 0 757 ‒ 282 475 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 321.959 4.400 326.359 27.754 354.113 29.980 29.147 23.207 9.680
ZonMw: programmering 321.959 4.400 326.359 27.754 354.113 29.980 29.147 23.207 9.680
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 11.167 8.500 19.667 ‒ 152 19.515 0 0 0 0
Aanpak Gezondheidsachterstanden 11.031 8.500 19.531 ‒ 152 19.379 0 0 0 0
Overige 136 0 136 0 136 0 0 0 0
2. Ziektepreventie 2.512.444 4.633.606 7.146.050 92.536 7.238.586 73.740 36.315 36.048 45.878
Subsidies 394.006 33.350 427.356 50.491 477.847 62.760 39.422 40.338 38.804
Ziektepreventie 175.354 33.350 208.704 4.396 213.100 5.416 0 0 0
Bevolkingsonderzoeken 163.330 0 163.330 0 163.330 25.085 21.180 21.178 22.478
Vaccinaties 55.322 0 55.322 46.095 101.417 32.259 18.242 19.160 16.326
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Opdrachten 1.542.918 2.586.792 4.129.710 3.038 4.132.748 ‒ 7.172 ‒ 6.845 ‒ 6.845 ‒ 6.845
Ziektepreventie 1.542.918 2.570.592 4.113.510 440 4.113.950 ‒ 9.827 ‒ 9.500 ‒ 9.500 ‒ 9.500
Pandemische paraatheid 0 16.200 16.200 2.598 18.798 2.655 2.655 2.655 2.655
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdrage aan agentschappen 359.830 190.327 550.157 41.807 591.964 18.152 3.738 2.555 13.919
RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentra 179.044 169.927 348.971 11.551 360.522 7.758 5.572 5.642 4.475
RIVM: Bevolkingsonderzoeken 45.411 0 45.411 0 45.411 0 0 0 0
RIVM: Vaccinaties 135.362 0 135.362 30.256 165.618 10.394 ‒ 1.834 ‒ 3.087 9.444
Pandemische paraatheid 0 20.400 20.400 0 20400 0 0 0 0
Overige 13 0 13 0 13 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 0 510.656 510.656 0 510.656 0 0 0 0
Landelijke Coördinatie COVID-19 Bestrijding 0 510.656 510.656 0 510.656 0 0 0 0
Bijdrage aan medeoverheden 215.690 1.187.481 1.403.171 ‒ 2.800 1.400.371 0 0 0 0
Pandemische paraatheid 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 215.690 1.187.481 1.403.171 ‒ 2.800 1.400.371 0 0 0 0
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Garanties 0 125.000 125.000 0 125.000 0 0 0 0
Overige 0 125.000 125.000 0 125.000 0 0 0 0
3. Gezondheidsbevordering 127.343 28.750 156.093 ‒ 1.413 154.680 65 74 ‒ 529 ‒ 446
Subsidies 105.755 21.100 126.855 ‒ 42.614 84.241 ‒ 41.536 ‒ 41.369 ‒ 41.972 ‒ 41.889
Preventie van schadelijk middelengebruik 17.808 10.600 28.408 109 28.517 ‒ 375 ‒ 366 ‒ 360 ‒ 306
Gezonde leefstijl en gezond gewicht 19.269 10.500 29.769 ‒ 1.392 28.377 ‒ 165 ‒ 54 ‒ 29 0
Letselpreventie 4.532 0 4.532 1.046 5.578 634 634 0 0
Bevordering van seksuele gezondheid 62.953 0 62.953 ‒ 42.386 20.567 ‒ 41.630 ‒ 41.583 ‒ 41.583 ‒ 41.583
Overige 1.193 0 1.193 9 1.202 0 0 0 0
Opdrachten 4.347 4.900 9.247 1.091 10.338 658 500 500 500
Gezondheidsbevordering 4.347 4.900 9.247 1.091 10.338 658 500 500 500
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 1.330 2.750 4.080 ‒ 801 3.279 0 0 0 0
Overige 1.330 2.750 4.080 ‒ 801 3.279 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 147 0 147 0 147 0 0 0 0
Overige 147 0 147 0 147 0 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 15.764 0 15.764 40.911 56.675 40.943 40.943 40.943 40.943
Gezondheidsbevordering (incl. Heroïnebehandeling) 15.764 0 15.764 40.911 56.675 40.943 40.943 40.943 40.943
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
4. Ethiek 32.259 0 32.259 ‒ 112 32.147 0 0 0 0
Subsidies 28.563 0 28.563 ‒ 112 28.451 0 0 0 0
Abortusklinieken 18.133 0 18.133 ‒ 112 18.021 0 0 0 0
Medische Ethiek 10.430 0 10.430 0 10.430 0 0 0 0
Opdrachten 456 0 456 0 456 0 0 0 0
Medische Ethiek 456 0 456 0 456 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 3.240 0 3.240 0 3.240 0 0 0 0
CIBG: Uitvoeringstaken medische ethiek 3.240 0 3.240 0 3.240 0 0 0 0
Ontvangsten 40.803 30.625 71.428 29.640 101.068 10.000 10.000 10.000 10.000
Overige 40.803 30.625 71.428 29.640 101.068 10.000 10.000 10.000 10.000

Toelichting

1. Gezondheidsbeleid

Subsidies

(Lokaal) gezondheidsbeleid
In het kader van het actieprogramma Kansrijke Start is voor een extra jaar € 4,6 miljoen aan het Gemeentefonds toegevoegd voor gemeenten die een lokale coalitie willen vormen rondom de zorg en ondersteuning van kinderen in de eerste 1000 dagen.

In 2021 zijn structureel vanaf 2022 middelen aan het Gemeentefonds toegevoegd voor de uitvoering van het wetsvoorstel ‘Prenataal huisbezoek door de jeugdgezondheidszorg (PHB JGZ)’. Door vertraging van de inwerkingtreding van het wetsvoorstel (per 1 juli 2022 in plaats van per 1 januari 2022) zijn de niet benodigde middelen (€ 1,3 miljoen) vanwege deze vertraging voor het 1e halfjaar van 2022 teruggeboekt. De overige mutaties bedragen per saldo € 0,1 miljoen.

Bijdragen aan agentschappen

RIVM: wettelijke taken en beleidsondersteuning zorgbreed
Het budget is verhoogd met € 3,6 miljoen voor additionele opdrachten die aan het RIVM zijn verstrekt. Het betreft additionele opdrachten op het terrein van het programma Risicoschatting en beoordeling voor beleid (€ 1,0 miljoen) en het programma Volksgezondheid en Zorg (€ 2,6 miljoen).

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

ZonMw: programmering
Vanuit artikel 2 Curatieve Zorg worden middelen overgeheveld voor de uitvoering van het Onderzoeksprogramma Dementie (€ 2,5 miljoen), het Actieprogramma Grip op Onbegrip (€ 11,3 miljoen) de opdracht Gender en gezondheid (€ 1,8 miljoen) en het programma COVID-19 aanhoudende klachten en nazorg (3,3 miljoen) door ZonMw.

Daarnaast zijn vanuit artikel 3 Langdurige Zorg en ondersteuning middelen overgeheveld voor de uitvoering door ZonMw van het Onderzoeksprogramma Dementie (€ 4,0 miljoen), het programma Thuiswonende mensen met dementie (€ 1,9 miljoen) en het programma Kennisnetwerken voor specifieke doelgroepen (€ 1,3 miljoen).

De overige mutaties bedragen per saldo € 1,7 miljoen.

2. Ziektepreventie

Subsidies

Ziektepreventie

Meer mensen hebben, na een besmetting met het coronavirus, te kampen met long covid klachten. Er melden zich hierdoor meer patiënten bij C-support dan verwacht. In 2022 wordt daarom een aanvullend budget van € 4,2 miljoen beschikbaar gesteld.

De overige mutaties bedragen per saldo € 0,2 miljoen.

Vaccinaties

Door demografische ontwikkelingen (ouderen die in aanmerking komen voor de griepprik), stijgende opkomstpercentages en het uitbreiden van de doelgroep naar aanleiding van het advies van de Gezondheidsraad, zijn voor de komende jaren meer middelen (voor 2022 € 16,4 miljoen) nodig om aan de groeiende vraag voor griepvaccinaties te kunnen voldoen. Het betreft zowel kosten voor de vaccins als het zetten van het griepvaccin. Op dit instrument betreft het de kosten voor het zetten van het griepvaccin.

Voor de inhaalcampagne HPV-vaccinatie voor jongvolwassenen van 18 tot en met 26 jaar is aanvullend budget van € 31,7 miljoen benodigd. De verwachting is dat 60% van de mannen die niet eerder de mogelijkheid hebben gehad, en 50% van de vrouwen die zich niet (volledig) hebben laten vaccineren bereid zijn dit alsnog te doen. Eerder was uitgegaan van een opkomst van maximaal 20% bij zowel mannen en vrouwen voor deze groep jongvolwassenen Het betreft zowel additionele kosten voor het vaccin als het zetten van het hpv-vaccin. Op dit instrument gaat het om de kosten voor het zetten van het vaccin.

De overige mutaties bedragen per saldo minus € 2,0 miljoen.

Opdrachten

Pandemische paraatheid

Vanuit het instrument opdrachten Ziektepreventie is € 2,6 miljoen overgeheveld voor de uitvoering van opdrachten in het kader van Pandemische paraatheid.

Bijdragen aan agentschappen

RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentra

Voor de uitvoering van additionele opdrachten door het RIVM is binnen artikel 1 Volksgezondheid € 3,5 overgeheveld vanuit het instrument opdrachten Ziektepreventie voor Antimicrobiële resistentie. Daarnaast is € 3,0 miljoen overgeheveld van het instrument RIVM: Vaccinaties voor de implementatie van de invoering van HPV-vaccinatie voor jongens, een verlaging van het HPV-vaccinatiemoment voor zowel jongens als meisjes en een inhaalcampagne tot 18 jaar én voor de inkoop, opslag en distributie van PrEP medicatie.

Vanuit artikel 4 Zorgbreed beleid is € 2,4 miljoen overgeheveld voor de invoering van bevolkingsonderzoek naar kanker in Caribisch Nederland.

Verder is het budget met € 1,2 miljoen verhoogd voor de implementatie van de uitbreiding van de doelgroep van de griepvaccinatie met enkele risicogroepen.

De overige mutaties bedragen per saldo € 1,4 miljoen.

RIVM: Vaccinaties

Door demografische ontwikkelingen (ouderen die in aanmerking komen voor de griepprik), stijgende opkomstpercentages en het uitbreiden van de doelgroep aan de hand van het advies van de Gezondheidsraad, zijn voor de komende jaren meer middelen (voor 2022 gaat het om € 10,5 miljoen voor het aanschaffen van extra vaccins) nodig om aan de groeiende vraag griepvaccinaties te kunnen voldoen.

Voor de inhaalcampagne HPV-vaccinatie voor jongvolwassenen van 18 tot en met 26 jaar is aanvullend budget van € 22,8 miljoen (additionele kosten voor de aanschaf van vaccins) benodigd. De verwachting is dat 50% van de mannen die niet eerder de mogelijkheid hebben gehad, en 60% van de vrouwen die zich niet (volledig) hebben laten vaccineren bereid zijn dit alsnog zouden willen laten doen. Eerder was uitgegaan van een opkomst van maximaal 20% bij zowel mannen en vrouwen voor deze doelgroep.

Binnen Artikel 1 Volksgezondheid is € 3,0 miljoen overgeheveld naar het instrument RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentra voor de implementatie van de invoering van HPV-vaccinatie voor jongens, een verlaging van het HPV-vaccinatiemoment voor zowel jongens als meisjes en een inhaalcampagne tot 18 jaar én voor de inkoop, opslag en distributie van PrEP medicatie.

Bijdrage aan medeoverheden

Overige

Er is € 2,5 miljoen overgeboekt naar het ministerie van Defensie voor hun inzet bij de teststraten. Daarnaast is € 0,3 beschikbaar gesteld aan gemeenten voor kosten in het kader van de handhaving van de quarantaineplicht.

3. Gezondheidsbevordering

Subsidies

Bevordering van seksuele gezondheid
De subsidieregelingen PrEP en Aanvullende Seksuele Gezondheid zijn Specifieke uitkeringen en dienen te worden verantwoord onder het instrument Bijdrage Medeoverheden. Voor de uitvoering van de subsidieregelingen is daartoe € 41,6 miljoen overgeheveld.
De overige mutaties bedragen per saldo minus € 0,8 miljoen.

Bijdrage Medeoverheden

Overig
De subsidieregelingen PrEP en Aanvullende Seksuele Gezondheid zijn Specifieke uitkeringen en dienen te worden verantwoord onder het instrument Bijdrage Medeoverheden. Voor de uitvoering van de subsidieregelingen is daartoe € 41,6 miljoen overgeheveld vanuit het instrument Subsidies Bevordering van seksuele gezondheid.
De overige mutaties bedragen per saldo minus € 0,7 miljoen.

Ontvangsten

Op basis van de gerealiseerde meerontvangsten op artikel 1 Volksgezondheid in de afgelopen vier jaar kan de ontvangstenraming vanaf 2022 structureel worden ophoogd. De meerontvangsten worden onder andere veroorzaakt door niet geraamde ontvangsten in verband met de afrekening van betaalde voorschotten uit voorgaande jaren voor de uitvoering van de bevolkingsonderzoeken naar Borstkanker, Baarmoederhalskanker en Darmkanker, voor de uitvoering van de Niet invasieve preventieve test (NIPT) en de uitvoering van het Rijksvaccinatieprogramma en het Nationaal Programma Grieppreventie.

3.2 Artikel 2 Curatieve Zorg

Budgettaire gevolgen van beleid

0
Uitgaven 3.430.531 119.010 3.549.541 ‒ 21.839 3.527.702 194.620 140.285 205.021 270.426
1. Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg 391.678 42.974 434.652 ‒ 45.401 389.251 ‒ 6.984 ‒ 8.198 10.686 20.334
Subsidies 238.958 22.250 261.208 ‒ 15.751 245.457 ‒ 11.166 ‒ 8.480 ‒ 2.444 7.204
Medisch specialistische zorg 72.264 7.200 79.464 ‒ 1.111 78.353 1.413 1.887 2.000 2.000
Curatieve ggz 34.966 2.000 36.966 ‒ 14.203 22.763 ‒ 10.748 ‒ 8.442 ‒ 2.519 4.129
Eerste lijnszorg 13.872 0 13.872 ‒ 704 13.168 ‒ 2.906 ‒ 3.000 ‒ 3.000 0
Lichaamsmateriaal 23.592 0 23.592 0 23.592 0 0 0 0
Medische producten 94.264 13.050 107.314 267 107.581 1.075 1.075 1.075 1.075
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Opdrachten 93.639 19.474 113.113 ‒ 29.650 83.463 4.182 282 13.130 13.130
Medisch specialistische zorg 704 5.500 6.204 0 6.204 0 0 0 0
Curatieve ggz 3.956 0 3.956 ‒ 350 3.606 0 0 0 0
Eerste lijnszorg 57.589 ‒ 26.650 30.939 ‒ 120 30.819 ‒ 100 0 0 0
Lichaamsmateriaal 2.326 0 2.326 0 2.326 0 0 0 0
Medische producten 29.064 40.624 69.688 ‒ 29.180 40.508 4.282 282 13.130 13.130
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 58.873 900 59.773 0 59.773 0 0 0 0
aCBG 1.712 900 2.612 0 2.612 0 0 0 0
aCBG 657 0 657 0 657 0 0 0 0
CIBG 54.317 0 54.317 0 54.317 0 0 0 0
Overige 2.187 0 2.187 0 2.187 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 208 0 208 0 208 0 0 0 0
Overige 208 0 208 0 208 0 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Garanties 0 350 350 0 350 0 0 0 0
Overige 0 350 350 0 350 0 0 0 0
3. Ondersteuning van het zorgstelsel 3.038.853 76.036 3.114.889 23.562 3.138.451 201.604 148.483 194.335 250.092
Subsidies 133.725 37.500 171.225 17.278 188.503 12.900 12.100 8.700 8.700
Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen 1.360 0 1.360 0 1.360 0 0 0 0
Regeling medisch noodzakelijke zorg onverzekerden 41.958 47.000 88.958 12.000 100.958 12.000 12.000 12.000 12.000
Regeling veelbelovende zorg 23.185 0 23.185 ‒ 2.000 21.185 ‒ 3.500 ‒ 3.500 ‒ 3.500 ‒ 3.500
Medisch-specialistische zorg 45.750 ‒ 9.500 36.250 5.500 41.750 4.400 3.600 200 200
Curatieve ggz 7.336 0 7.336 0 7.336 0 0 0 0
Eerste lijnszorg 14.125 0 14.125 0 14.125 0 0 0 0
Overige 11 0 11 1.778 1.789 0 0 0 0
Bekostiging 2.849.669 21.400 2.871.069 6.000 2.877.069 187.200 133.400 181.600 238.300
Rijksbijdrage Zorgverzekeringsfonds voor financiering van verzekerden 18- 2.810.500 21.400 2.831.900 0 2.831.900 181.200 127.400 175.600 232.300
Onverzekerbare vreemdelingen 39.169 0 39.169 6.000 45.169 6.000 6.000 6.000 6.000
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Inkomensoverdrachten 23.669 0 23.669 3.185 26.854 3.561 3.986 4.035 3.092
Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel 23.543 0 23.543 3.185 26.728 3.561 3.986 4.035 3.092
Overige 126 0 126 0 126 0 0 0 0
Opdrachten 15.922 17.136 33.058 ‒ 2.901 30.157 ‒ 2.057 ‒ 1.003 0 0
Risicoverevening 2.039 0 2.039 0 2.039 0 0 0 0
Uitvoering zorgverzekeringstelsel 823 0 823 79 902 0 0 0 0
Medisch-specialistische zorg 7.695 12.830 20.525 ‒ 3.250 17.275 ‒ 2.057 ‒ 1.003 0 0
Curatieve ggz 30 0 30 0 30 0 0 0 0
Eerste lijnszorg 102 0 102 0 102 0 0 0 0
Passende zorg 0 4.306 4.306 0 4.306 0 0 0 0
Overige 5.233 0 5.233 270 5.503 0 0 0 0
Bijdrage aan agentschappen 10.858 0 10.858 0 10.858 0 0 0 0
CJIB: Onverzekerden en wanbetalers 10.858 0 10.858 0 10.858 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 5.010 0 5.010 0 5.010 0 0 0 0
SVB: Onverzekerden 3.942 0 3.942 0 3.942 0 0 0 0
Overige 1.068 0 1.068 0 1.068 0 0 0 0
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 0 0 0 0 0 0 0 0 0
VenJ: Bijdrage C2000 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Ontvangsten 123.295 0 123.295 ‒ 4.000 119.295 5.000 4.000 3.000 2.000
Overige 123.295 0 123.295 ‒ 4.000 119.295 5.000 4.000 3.000 2.000

Toelichting

1. Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg

Subsidies

Curatieve GGZ

Een bedrag van € 11,3 miljoen is overgeboekt naar artikel 1 Volksgezondheid voor de uitvoering van het actieprogramma Grip op onbegrip voor personen met verward gedrag door ZonMW. Met dit actieprogramma faciliteren we gemeentelijke projecten en initiatieven die bijdragen aan het realiseren van een regionale sluitende aanpak voor personen met verward gedrag, de inzet van ggz-expertise in de wijk en flexibele inzet van zorg en begeleiding en pilots met vervoer van personen met verward gedrag door regionale ambulancevoorzieningen.

Vanuit VWS zetten we ons in voor suïcidepreventie met als doel minder suïcides en minder suïcidepogingen. Hiervoor zetten we verschillende beleidsinstrumenten in: een instellingsubsidie aan 113 Zelfmoordpreventie die inzet op hulpverlening, communicatie en trainingen, een landelijke agenda suïcidepreventie en is een opdracht verleend aan ZonMw voor een onderzoeksprogramma. Om suïcides te voorkomen is door het afgelopen kabinet de instellingssubsidie van 113 Zelfmoordpreventie geïntensiveerd. Deze intensivering loopt af per 2023. Het nieuwe kabinet heeft vanaf 2022 jaarlijks € 2 miljoen aanvullend gereserveerd. Omdat de intensivering van het vorige kabinet afloopt per 2023, is besloten de extra middelen voor 2022 door te schuiven naar 2023.

Daarnaast is er sprake van een aantal kleine mutaties. Per saldo leiden deze wijzigingen tot een verlaging van het budget voor subsidies curatieve ggz in 2022 (totaal € 14,2 miljoen).

Opdrachten


Medische producten

Door de eerdere problemen met de financiering van de Kickstart Medicatieoverdracht was de start van de versnelling informatie-uitwisseling patiënt en professioneel (VIPP) Farmacie vertraagd. De kasschuif van € 29,2 miljoen is benodigd om de VIPP Farmacie op één lijn te krijgen met de Kickstart. Dit betekent dat de uitvoering van VIPP-farmacie in de tijd opschuift maar de middelen (op basis van de regeling die gereed is) wel tot besteding zullen komen.

3. Ondersteuning van het zorgstelsel

Subsidies

Regeling medisch noodzakelijke zorg onverzekerden

Doordat zorgverleners vaker een beroep doen op de subsidieregeling medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerden (SOV) wordt in 2022 een tegenvaller van € 12 miljoen verwacht. Deze tegenvaller wordt structureel verondersteld.

Medisch-specialistische zorg

Het Versnellingsprogramma informatie-uitwisseling patiënt en professional (VIPP Babyconnect) is er voor instellingen in de geboortezorg. De bijbehorende subsidieregeling loopt voor de periode van 1 juli 2019 tot en met 31 december 2022 en richt zich op het bevorderen van de digitale informatie-uitwisseling in de geboortezorgketen in Nederland. In totaal was er € 15 miljoen beschikbaar gesteld voor dit programma. Door het programmabureau Babyconnect is een businesscase gemaakt waaruit blijkt dat de beschikbare middelen onvoldoende zijn om gegevensuitwisseling in de geboortezorg mogelijk te maken en de doelen van de subsidieregeling te kunnen behalen. Daarom zijn er meerjarig extra middelen beschikbaar gesteld. In 2022 gaat het om een bedrag van € 5,5 miljoen.

Bekostiging

Onverzekerbare vreemdelingen

Doordat zorgverleners vaker een beroep doen op de regeling Zorg aan illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen (OVV) wordt in 2022 een tegenvaller van € 6 miljoen verwacht. Deze tegenvaller wordt structureel verondersteld.

Inkomensoverdrachten

Overgangsregeling FLO/VUT-ouderenregeling ambulancepersoneel

Bij de afschaffing van de regelingen rond Functioneel Leeftijdsontslag/Vervoegde Uittreding (FLO/VUT) zijn afspraken gemaakt over de vergoeding van het overgangsrecht ouderenregelingen voor de verschillende ambulancediensten om de continuïteit van ambulancezorg te garanderen. De kosten van het overgangsrecht zijn in de tarieven voor de ambulancediensten verwerkt. Met de ambulancediensten is een overeenkomst gesloten, waarin is geregeld dat een groot deel van de kosten bij het ministerie van VWS gedeclareerd kan worden. De uitgaven voor de FLO/VUT-ouderenregeling ambulancepersoneel vallen dit jaar naar verwachting € 3,2 miljoen hoger uit, onder andere als gevolg van wijzigingen in regelgeving waarvan eerder is afgesproken dat de budgettaire risico’s hiervan voor het ministerie van VWS zijn.

Opdrachten

Medisch-specialistische zorg

Voor de uitvoering van het deelprogramma COVID-19 herstel- en nazorg door ZonMw is een meerjarige reeks van totaal € 6,3 miljoen overgeboekt naar artikel 1 Volksgezondheid. De overboeking leidt tot een verlaging van het budget opdrachten medisch-specialistische zorg in 2022 met € 3,25 miljoen.

Ontvangsten

Op basis van gerealiseerde ontvangsten in voorgaande jaren wordt de ontvangstenraming opgehoogd met € 6 miljoen. Daarnaast verwacht het CAK lagere reguliere ontvangsten (€ 10 miljoen) dan eerder geraamd doordat zowel de aantallen wanbetalers als het inningspercentage lager zijn dan waarmee bij het opstellen van de ramingen rekening is gehouden. Samen leidt dit in totaal tot een verlaging van de ontvangsten op dit artikel met € 4 miljoen.

3.3 Artikel 3 Langdurige zorg en ondersteuning

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 13.945.269 352.090 14.297.359 913.361 15.210.720 753.762 ‒ 267.875 145.391 524.300
Uitgaven 13.780.847 352.090 14.132.937 992.710 15.125.647 753.762 ‒ 267.875 145.391 524.300
1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen 175.533 133.790 309.323 ‒ 34.441 274.882 44.374 39.815 41.203 43.320
Subsidies 48.833 4.500 53.333 492 53.825 12.198 22.845 32.933 38.050
Toegang tot zorg en ondersteuning 9.821 0 9.821 ‒ 200 9.621 0 0 0 0
Passende zorg en levensbrede ondersteuning 17.207 1.000 18.207 ‒ 298 17.909 ‒ 602 ‒ 205 ‒ 117 0
Inclusieve samenleving 6.975 3.500 10.475 ‒ 1.500 8.975 12.800 23.050 33.050 38.050
Kennis en informatiebeleid 11.079 0 11.079 0 11.079 0 0 0 0
Overige 3.751 0 3.751 2.490 6.241 0 0 0 0
Opdrachten 80.070 80.590 160.660 ‒ 1.533 159.127 4.176 4.470 4.470 4.470
Bovenregionaal gehandicaptenvervoer 61.349 0 61.349 0 61.349 0 0 0 0
Toegang tot zorg en ondersteuning 1.768 0 1.768 0 1.768 0 0 0 0
Passende zorg en levensbrede ondersteuning 1.273 1.850 3.123 ‒ 11 3.112 0 0 0 0
Inclusiviteit 4.403 78.740 83.143 ‒ 3.362 79.781 4.176 4.470 4.470 4.470
Kennis, informatie en innovatiebeleid 1.542 0 1.542 0 1.542 0 0 0 0
Aanbesteden Sociaal Domein 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 9.735 0 9.735 1.840 11.575 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 5.088 1.100 6.188 0 6.188 10.800 800 800 800
Overige 5.088 1.100 6.188 0 6.188 10.800 800 800 800
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 13.039 ‒ 500 12.539 0 12.539 0 0 0 0
Overige 13.039 ‒ 500 12.539 0 12.539 0 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 7.703 17.700 25.403 ‒ 18.900 6.503 11.200 3.200 3.000 0
Overige 7.703 17.700 25.403 ‒ 18.900 6.503 11.200 3.200 3.000 0
Storting/onttrekking begrotingsreserve 20.800 30.400 51.200 ‒ 14.500 36.700 6.000 8.500 0 0
Stimulerings regeling wonen en zorg 20.800 30.400 51.200 ‒ 14.500 36.700 6.000 8.500 0 0
2. Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten 13.605.314 218.300 13.823.614 1.027.151 14.850.765 709.388 ‒ 307.690 104.188 480.980
Subsidies 154.785 18.000 172.785 ‒ 9.244 163.541 26.673 31.597 32.577 20.332
Zorg merkbaar beter maken 71.550 8.200 79.750 ‒ 9.017 70.733 23.207 26.469 35.798 29.216
Kennis, informatie en innovatiebeleid 40.520 0 40.520 ‒ 1.611 38.909 1.966 3.628 5.279 9.116
Palliatieve zorg en ondersteuning 42.715 9.800 52.515 1.384 53.899 1.500 1.500 ‒ 8.500 ‒ 18.000
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bekostiging 13.284.600 200.000 13.484.600 1.031.400 14.516.000 665.200 ‒ 349.800 59.400 448.200
Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK) 4.184.600 0 4.184.600 31.400 4.216.000 415.200 550.200 559.400 598.200
Bijdrage Wlz 9.100.000 200.000 9.300.000 1.000.000 10.300.000 250.000 ‒ 900.000 ‒ 500.000 ‒ 150.000
Inkomendoverdrachten 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Opdrachten 24.191 300 24.491 1.854 26.345 2.006 1.550 1.550 550
Zorgdragen voor langdurige zorg 24.191 300 24.491 1.854 26.345 2.006 1.550 1.550 550
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 428 0 428 19 447 0 0 0 0
Overige 428 0 428 19 447 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 141.310 0 141.310 2.448 143.758 14.613 8.963 10.661 11.898
Uitvoeringskosten Sociale Verzekerings Bank 44.528 0 44.528 430 44.958 743 568 1.728 1.610
Uitvoeringskosten Centrum Indicatiestelling Zorg 96.782 0 96.782 2.018 98.800 13.870 8.395 8.933 10.288
Bijdragen aan medeoverheden 0 0 0 674 674 896 0 0 0
Overige 0 0 0 674 674 896 0 0 0
Ontvangsten 5.691 0 5.691 0 5.691 0 0 0 0
Overige 5.691 0 5.691 0 5.691 0 0 0 0

Toelichting

1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen

Opdrachten

Inclusiviteit

In de Voorjaarsnota 2022 heeft het kabinet een eerste raming van de omvang van de meerkosten in het sociaal domein opgenomen (€ 73 miljoen). De raming wordt geactualiseerd in de Najaarsnota, nadat onderzoek naar de omvang van de meerkosten heeft plaatsgevonden om tot een betrouwbare raming te komen voor de meerkosten in 2022. Op basis van die definitieve raming wordt de omvang van de compensatie vastgesteld en bij decembercirculaire 2022 uitgekeerd aan gemeenten. 

Bij de VWS-begrotingsbehandeling heeft de Tweede Kamer enkele amendementen op de begroting ingediend, onder meer € 1 miljoen voor psychosociale zorg bij kanker. Deze middelen zijn toegevoegd op dit instrument. Daarnaast zijn regeerakkoord-middelen voor Woon-zorg combinaties en het stimuleren langer thuis wonen (€ 3,2 miljoen) en het programma Eén tegen eenzaamheid (€ 1,5 miljoen).

Van de middelen op dit budget zijn inmiddels overboekingen gedaan voor onder meer het programma thuiswonende mensen met dementie (€ 1,9 miljoen) uitgevoerd door ZonMw (naar artikel 1), € 0,8 miljoen voor de campagne Eén tegen eenzaamheid, € 0,3 miljoen (naar artikel 10) en nog een aantal kleinere overboekingen naar artikelen binnen de VWS-begroting. In totaal gaat het om een bedrag van € 3,4 miljoen.

Bijdragen aan medeoverheden


Overige

In de bestedingsplannen van Respijtzorg en Eén tegen eenzaamheid staan voornemens om de Regeerakkoord-middelen via een specifieke uitkering (SPUK) aan gemeenten beschikbaar te stellen. In het geval van Respijtzorg is deze SPUK voor specifieke gemeenten die een plan indienen ten behoeve van lokale projecten met betrekking tot het ontwikkelen van innovatief (respijtzorg)aanbod. Het programma Eén tegen eenzaamheid stelt de middelen beschikbaar voor maatschappelijke initiatieven.

In het coalitieakkoord zijn middelen beschikbaar gesteld voor Respijtzorg en Eén tegen eenzaamheid die vanuit de aanvullende post aan de begroting van VWS worden toegevoegd. De middelen worden in deze eerste suppletoire begroting in het juiste kasritme gebracht door voor respijtzorg € 9,4 miljoen door te schuiven naar 2023 en voor Eén tegen eenzaamheid € 8 miljoen. Hiernaast is ook een bedrag van € 1,5 miljoen overgeboekt voor de invoering van een landelijke mantelzorgverklaring naar aanleiding van het amendement Otterloo en Sazias (Kamerstukken II, 2020/2021, 35570 XVI, nr. 69).

Storting/onttrekking begrotingsreserve

Stimuleringsregeling wonen en zorg

Voor financiering van de planontwikkeling van nieuwe woonvormen verstrekt de Rijkdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) leningen in het kader van de stimuleringsregeling wonen en zorg (SWZ) aan sociale ondernemers en bewonersinitiatieven. Er is voor 2022 € 20,8 miljoen bestemd voor het verstrekken van deze leningen. Voor Woon-zorg combinaties en het stimuleren van langer thuis wonen zijn er middelen beschikbaar gesteld vanuit het coalitieakkoord. Voor 2022 gaat het om € 15,9 miljoen voor de stimuleringsregeling.

2. Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten

Subsidies

Zorg merkbaar beter maken
Voor de uitvoering van het thema ‘Dementie de wereld uit’van de Nationale Dementiestrategie 2021-2030, voert ZonMw het onderzoeksprogramma Dementie 2021-2030 uit. Hiervoor is in 2022 € 4,0 miljoen benodigd. Daarnaast is € 1,0 miljoen naar de begroting van BZK overgeheveld om invulling te geven aan de afspraken die gemaakt zijn in het Groninger zorgakkoord. In het Groninger zorgakkoord is afgesproken dat partijen (o.a. VWS, BZK, woningcorporaties en zorgaanbieders) in gezamenlijkheid aardbevingsbestendige nieuwbouw in de zorg en goede kwaliteit van de zorg in de toekomst in het aardbevingsgebied in Groningen realiseren. Tevens laat het programma Waardigheid en trots een andere kasbehoefte zien dan vooraf geraamd. Daarom zal een deel van het budget pas in 2023 tot besteding komen (€ 4,7 miljoen). Het resterende saldo betreft een aantal kleinere mutaties.

Bekostiging

Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK)

De Bijdrage in de Kosten van Kortingen (BIKK) dient ter compensatie van gederfde premie-inkomsten door de toename van heffingskortingen.

De raming van de BIKK is aangepast naar aanleiding van de CPB raming van de omvang van de heffingskortingen in het Centraal Economisch Plan 2022.

Bijdrage Wet langdurige zorg

De rijksbijdrage Wlz is in 2022 met € 1 miljard verhoogd. Deze bijstelling resulteert vooral uit bijstellingen bij de Wlz-premie-inkomsten. De Wlz-premie-inkomsten 2021 zijn € 0,9 miljard lager uitgekomen dan geraamd in de begroting 2022 en de premie-inkomsten 2022 worden thans € 0,1 miljard hoger geraamd. Daarnaast blijkt uit het jaarverslag van het Fonds langdurige zorg 2020 dat de Wlz-uitgaven in 2020 bijna € 0,3 miljard hoger zijn uitgekomen. Per saldo vereist het opheffen van het tekort in het Fonds langdurige zorg een verhoging van de rijksbijdrage met € 1,0 miljard.

3.4 Artikel 4 Zorgbreed beeld

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 1.138.985 57.289 1.196.274 ‒ 60.916 1.135.358 9.234 16.669 13.767 16.847
Uitgaven 1.305.729 70.489 1.376.218 ‒ 5.760 1.370.458 22.519 19.808 16.906 16.847
1. Positie cliënt en transparantie van zorg 52.795 0 52.795 4.562 57.357 8.656 3.814 59 0
Subsidies 36.457 0 36.457 930 37.387 7.768 3.725 0 0
Patiënten- en gehandicaptenorganisaties 17.000 0 17.000 0 17.000 0 0 0 0
Transparantie van zorg 19.307 0 19.307 680 19.987 7.518 3.725 0 0
Overige 150 0 150 250 400 250 0 0 0
Opdrachten 8.689 0 8.689 3.632 12.321 888 89 59 0
Ondersteuning cliëntorganisaties 4.033 0 4.033 0 4.033 0 0 0 0
Transparantie van zorg 2.545 0 2.545 400 2.945 800 0 0 0
Overige 2.111 0 2.111 3.232 5.343 88 89 59 0
Bijdragen aan agentschappen 7.649 0 7.649 0 7.649 0 0 0 0
CIBG 7.649 0 7.649 0 7.649 0 0 0 0
2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt 665.275 86.750 752.025 ‒ 9.976 742.049 ‒ 38 ‒ 38 ‒ 15 ‒ 15
Subsidies 642.876 87.000 729.876 ‒ 10.000 719.876 0 0 0 0
Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt 642.876 87.000 729.876 ‒ 10.000 719.876 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Opdrachten 9.494 ‒ 250 9.244 24 9.268 ‒ 38 ‒ 38 ‒ 15 ‒ 15
Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt 9.494 ‒ 250 9.244 24 9.268 ‒ 38 ‒ 38 ‒ 15 ‒ 15
Bijdragen aan agentschappen 12.905 0 12.905 0 12.905 0 0 0 0
CIBG 12.905 0 12.905 0 12.905 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 0 0 0 0 0 0 0 0 0
ZiNL 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
3. Informatiebeleid 186.217 ‒ 70.508 115.709 821 116.530 12.037 13.517 14.747 14.747
Subsidies 121.447 ‒ 92.530 28.917 1.273 30.190 0 0 0 0
Informatiebeleid 14.297 2.147 16.444 1.273 17.717 0 0 0 0
Maatschappelijke diensttijd 94.677 ‒ 94.677 0 0 0 0 0 0 0
Overige 12.473 0 12.473 0 12.473 0 0 0 0
Opdrachten 37.599 13.672 51.271 ‒ 5.535 45.736 ‒ 4.207 ‒ 3.957 ‒ 3.957 ‒ 3.957
Informatiebeleid 28.685 13.672 42.357 ‒ 4.050 38.307 ‒ 1.750 ‒ 1.500 ‒ 1.500 ‒ 1.500
Overige 8.914 0 8.914 ‒ 1.485 7.429 ‒ 2.457 ‒ 2.457 ‒ 2.457 ‒ 2.457
Bijdragen aan agentschappen 27.171 8.350 35.521 5.083 40.604 16.244 17.474 18.704 18.704
Informatiebeleid 27.171 8.350 35.521 5.083 40.604 16.244 17.474 18.704 18.704
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
4. Inrichting Zorgstelsel 255.907 750 256.657 1.649 258.306 2.054 2.705 2.305 2.305
Subsidies 0 1.000 1.000 ‒ 800 200 400 400 0 0
Programma's Zorgstelsel 0 1.000 1.000 ‒ 800 200 400 400 0 0
Opdrachten 1.582 0 1.582 79 1.661 0 0 0 0
Programma's Zorgstelsel 1.027 0 1.027 79 1.106 0 0 0 0
Overige 555 0 555 0 555 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 254.325 ‒ 250 254.075 2.370 256.445 1.654 2.305 2.305 2.305
CAK 112.456 0 112.456 1.637 114.093 0 0 0 0
NZa 63.547 0 63.547 0 63.547 2.110 2.305 2.305 2.305
Zorginstituut Nederland 74.722 0 74.722 733 75.455 ‒ 456 0 0 0
CSZ 1.600 0 1.600 0 1.600 0 0 0 0
Overige 2.000 ‒ 250 1.750 0 1.750 0 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 0 0 0 0 0 0 0 0 0
EZK: ACM 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Begrotingsreserve 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland 145.535 53.497 199.032 ‒ 2.816 196.216 ‒ 190 ‒ 190 ‒ 190 ‒ 190
Subsidies 3.582 0 3.582 960 4.542 960 960 960 960
Zorg en Welzijn 3.582 0 3.582 960 4.542 960 960 960 960
Bekostiging 137.652 0 137.652 ‒ 137.652 0 ‒ 141.381 ‒ 145.904 ‒ 147.515 ‒ 154.760
Zorg en Welzijn 137.652 0 137.652 ‒ 137.652 0 ‒ 141.381 ‒ 145.904 ‒ 147.515 ‒ 154.760
Opdrachten 0 53.497 53.497 134.256 187.753 140.611 145.134 146.745 153.990
OPD COVID-19 0 53.497 53.497 0 53.497 0 0 0 0
OPD Zorg ZJCN (Z) 0 0 0 118.031 118.031 124.386 128.909 129.520 136.765
OPD Jeugd, Welzijn en Sport 0 0 0 16.225 16.225 16.225 16.225 17.225 17.225
Bijdragen aan medeoverheden 4.301 0 4.301 ‒ 380 3.921 ‒ 380 ‒ 380 ‒ 380 ‒ 380
Overige 4.301 0 4.301 ‒ 380 3.921 ‒ 380 ‒ 380 ‒ 380 ‒ 380
Ontvangsten 11.153 0 11.153 0 11.153 0 0 0 0
Wanbetalers en onverzekerden 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 11.153 0 11.153 0 11.153 0 0 0 0

Toelichting

1. Positie cliënt en transparantie van zorg

Opdrachten

Overige

Het betreft een herschikking van middelen uit andere artikelen ten behoeve van de uitvoering van VWS campagnes, zoals:

  1. NIX18, voorkomen dat jongeren onder de 18 roken en drinken;
  1. Hey het is oké 2022, wegnemen stigma psychische aandoeningen en drempel verlagen om erover te praten;
  1. Eenzaamheid 2022, doorbreken trend eenzaamheid onder ouderen;
  2. Voedselkeuze Logo, verbeteren aansluiting voedselkeuzelogo Nederland.

De inzet binnen de campagnes is divers van aard en omvat onder andere inzet binnen social media, conferenties, afstemming in comités en events.

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

Subsidies

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

Niet alle aangevraagde subsidie voor de tijdvakken 1 tot en met 3 van SectorplanPlus subsidie is gerealiseerd. Daardoor valt een bedrag van € 9,9 miljoen vrij.

3. Informatiebeleid

Opdrachten

Informatiebeleid

De neerwaartse bijstelling van € 4,0 miljoen wordt veroorzaakt door een aantal mutaties. Op het opdrachtenbudget wordt een taakstelling van € 3 miljoen ingevuld. Daarnaast vindt voor € 2,5 miljoen een interne herverdeling plaatst naar apparaatsuitgaven (artikel 10). Daar tegenover staat dat € 1,5 miljoen beschikbaar wordt gesteld voor versterking van de inlichtingendiensten voor Vitaal en Cybersecurity en dat vanuit de eindejaarsmarge 2021 een budget van € 0,4 miljoen beschikbaar komt ter dekking van overlopende kasuitgaven. Tot slot is er € 0,2 miljoen beschikbaar vanuit dit instrument voor extra subsidiebudget voor long-covid (Kamerstukken II, 2021/2022, 35 925 XVI, nr. 32).

Bijdrage aan agentschappen

Informatiebeleid

Het bedrag van € 5,1 miljoen laat zich verklaren door onder andere de hogere bijdrage aan de financiering van de Generieke digitale infrastructuur. Het ministerie van VWS krijgt de kosten hiervoor doorbelast via BZK/Logius voor € 29,1 miljoen. Het beschikbare budget was € 23,4 miljoen en wordt met € 5,7 miljoen verhoogd. Het restant van minus € 0,6 miljoen bestaat uit een bijdrage aan het RIVM (€ 0,4 miljoen) en het Zorginstituut Nederland (ZiNL) (€ 0,2 miljoen).

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

Bekostiging

De mutatie op het instrument bekostiging is technisch van aard en schuift budget naar het juiste instrument (opdrachten). Het gaat om een bedrag van € 134, 2 miljoen.

Daarnaast is er € 2,5 miljoen overgeboekt naar de directie Publieke Gezondheid (artikel 1) onder meer voor een bijdrage aan het RIVM voor de uitvoering van het bevolkingsonderzoeken borstkanker op Caribisch Nederland. Tevens is er € 0,6 miljoen overgeheveld van het instrument bekostiging naar het instrument subsidie, zodat deze uitgaven onder het juiste instrument worden verantwoord.

Opdrachten

Op het moment dat de ontwerpbegroting 2022 tot stand kwam was er geen instrument opdrachten. Daardoor zijn de middelen abusievelijk op bekostiging geboekt. Deze technische mutatie betreft de overheveling van €134,2 miljoen van het instrument bekostiging naar het instrument opdrachten.

3.5 Artikel 5 Jeugd

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 117.641 0 117.641 22.129 139.770 17.030 30 30 30
Uitgaven 117.641 0 117.641 22.129 139.770 17.030 30 30 30
3. Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel 117.641 0 117.641 22.129 139.770 17.030 30 30 30
Subsidies 106.485 0 106.485 ‒ 3.194 103.291 ‒ 8.000 ‒ 25.000 ‒ 25.000 ‒ 25.000
Kennis en informatiebeleid 12.744 0 12.744 0 12.744 0 0 0 0
Jeugdbeleid 59.544 0 59.544 ‒ 12.094 47.450 ‒ 8.000 ‒ 25.000 ‒ 25.000 ‒ 25.000
Jeugdstelsel 34.197 0 34.197 8.900 43.097 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Opdrachten 9.545 0 9.545 548 10.093 30 30 30 30
Kennis en informatiebeleid 1.696 0 1.696 0 1.696 0 0 0 0
Jeugdbeleid 7.349 0 7.349 518 7.867 0 0 0 0
Jeugdstelsel 500 0 500 30 530 30 30 30 30
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 1.386 0 1.386 0 1.386 0 0 0 0
Overige 1.386 0 1.386 0 1.386 0 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 0 0 0 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000
Overige 0 0 0 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 225 0 225 ‒ 225 0 0 0 0 0
Overige 225 0 225 ‒ 225 0 0 0 0 0
Ontvangsten 2.085 0 2.085 0 2.085 0 0 0 0
Overige 2.085 0 2.085 0 2.085 0 0 0 0

Toelichting

3. Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel

Subsidies

Jeugdbeleid

Een van de maatregelen uit het rapport van cie. de Winter betreft de tegemoetkomingsregeling. Omdat er aanzienlijk meer mensen een beroep hebben gedaan op de regeling dan waar vooraf rekening mee was gehouden, zijn er aanvullende middelen beschikbaar gesteld van € 17,7 miljoen voor 2022 en € 8 miljoen voor 2023. In totaal wordt er een bedrag van € 21,4 miljoen in 2022 en € 8 miljoen in 2023 overgeboekt naar het ministerie van J&V voor de uitvoering van deze regeling.

Voor de financiering van de instandhouding en doorontwikkeling van de expertisecentra jeugdhulp, is € 25 miljoen overgeboekt naar het instrument bijdragen aan medeoverheden (zie toelichting aldaar).

De overige mutaties op dit hoofdbudget betreffen diverse overboekingen voor (inter)departementale samenwerkingen op het gebied van jeugdhulp, waaronder de departementale overboeking van € 2,7 miljoen ten behoeve van de subsidie voor inkoop sociaal domein.

Jeugdstelsel

Dit voorjaar zijn VNG en het Rijk overeengekomen om de looptijd van de subsidieregeling ‘continuïteit cruciale jeugdzorg’ te verlengen. Ten behoeve van de subsidieregeling is hiervoor € 8,9 miljoen overgeboekt vanuit het Gemeentefonds naar het hoofdbudget Jeugdstelsel, waarmee het beschikbare budget conform de subsidieregeling nu € 10 miljoen bedraagt. Aan het einde van de subsidieregeling vloeien deze financiële middelen weer terug in het Gemeentefonds.

Bijdragen aan medeoverheden

Overige

Voor de specifieke uitkeringen (SPUKS) aan gemeenten is € 25 miljoen overgeboekt van het budget subsidies zorg voor de Jeugd naar het instrument bijdragen aan medeoverheden. Deze SPUKS betreffen de financiering voor de instandhouding en doorontwikkeling van de expertisecentra jeugdhulp. Dit betreft een technische correctie naar het juiste hoofdbudget voor hetzelfde doel om een uitkering te kunnen verstrekken aan gemeenten.

3.6 Artikel 6 Sport en bewegen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 368.244 191.400 559.644 ‒ 69.153 490.491 ‒ 10.109 0 0 0
Uitgaven 383.244 192.979 576.223 7.738 583.961 0 0 0 0
1. Passend sport- en beweegaanbod 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Subsidies 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Passend sport- en beweegaanbod 0 0 0 0 0 0 0 0 0
4. Sport verenigt Nederland 383.244 192.979 576.223 7.738 583.961 0 0 0 0
Subsidies 164.226 115.479 279.705 ‒ 2.658 277.047 0 0 0 0
Sportakkoord 76.923 114.579 191.502 ‒ 2.658 188.844 0 0 0 0
Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties 75.794 0 75.794 0 75.794 0 0 0 0
Kennis en innovatie 11.509 900 12.409 0 12.409 0 0 0 0
Inkomensoverdrachten 15.266 0 15.266 0 15.266 0 0 0 0
Financiële voorziening topsporters 15.266 0 15.266 0 15.266 0 0 0 0
Opdrachten 1.738 3.000 4.738 1.261 5.999 0 0 0 0
Sportakkoord 1.465 3.000 4.465 840 5.305 0 0 0 0
Kennis en innovatie 223 0 223 66 289 0 0 0 0
Overige 50 0 50 355 405 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 2.975 0 2.975 0 2.975 0 0 0 0
Dopingautoriteit 2.975 0 2.975 0 2.975 0 0 0 0
Bijdragen aan medeoverheden 195.422 74.500 269.922 8.000 277.922 0 0 0 0
Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties 185.259 0 185.259 8.000 193.259 0 0 0 0
Sportakkoord 10.163 74.500 84.663 0 84.663 0 0 0 0
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties 3.525 0 3.525 1.135 4.660 0 0 0 0
Dopingbestrijding 325 0 325 335 660 0 0 0 0
Organisaties in de Sport 3.200 0 3.200 800 4.000 0 0 0 0
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 92 0 92 0 92 0 0 0 0
Sportakkoord 92 0 92 0 92 0 0 0 0
Ontvangsten 15.740 0 15.740 45.000 60.740 23.000 12.000 0 0
Overige 15.740 0 15.740 45.000 60.740 23.000 12.000 0 0

Toelichting

4. Sport verenigt Nederland

Subsidies

Sportakkoord
Het uitgavenkader wordt verlaagd. Onderliggend heeft dit betrekking op een aantal mutaties in verband met lagere uitvoeringskosten voor COVID-regelingen dan eerder geraamd (- € 1,6 miljoen), lagere bijdrages aan de projecten Eurogames en VeiligheidNL (- € 0,25 miljoen) en technische correcties binnen artikel 6 (- € 0,8 miljoen).

Eind 2021 is door de Tweede Kamer een amendement aangenomen, waarbij er € 1 miljoen incidenteel op artikel 6 Sport wordt vrijgemaakt om te zorgen dat Thialf eventuele tegenvallers met betrekking tot vervanging van installatie en machines kan opvangen en optimaal kan blijven functioneren. De middelen voor Thialf zullen aan de provincie Friesland beschikbaar gesteld worden.

Bijdrage medeoverheden

Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties

Het uitgavenkader wordt verhoogd. Het hogere uitgavenkader is via een technische desaldering vanuit een hogere ontvangstenraming binnen artikel 6 mogelijk gemaakt. Deze systematiek wordt jaarlijks toegepast om de vaststellingen van de SPUK-regelingen 2020 en de uitvoeringskosten die hiervoor nodig zijn af te ronden.

Ontvangsten

De ontvangstenraming wordt verhoogd. De hogere ontvangstenraming heeft betrekking op de specifieke uitkering stimulering sport (SPUK Sport), in verband met teruggave van te veel verkregen compensatie. Een deel van dit bedrag (€ 8 miljoen) wordt via een technische desaldering toegevoegd aan het uitgavenkader voorde uitvoeringkosten voor de vaststellingen van de SPUK-regeling 2020.

3.7 Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering WOII

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 214.056 0 214.056 ‒ 1.815 212.241 ‒ 1.467 ‒ 1.311 0 0
Uitgaven 216.942 0 216.942 ‒ 179 216.763 0 0 0 0
1. De zorg- en dienstverlening aan verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WOII en de herinnering aan WO II 29.574 0 29.574 ‒ 179 29.395 0 0 0 0
Subsidies 28.517 0 28.517 ‒ 179 28.338 0 0 0 0
Nationaal Comité 6.494 0 6.494 0 6.494 0 0 0 0
Nationale herinneringscentra 2.632 0 2.632 0 2.632 0 0 0 0
Collectieve Erkenning Indisch Nederland 1.567 0 1.567 0 1.567 0 0 0 0
Zorg- en dienstverlening 6.380 0 6.380 0 6.380 0 0 0 0
Overige 11.444 0 11.444 ‒ 179 11.265 0 0 0 0
Bekostiging 400 0 400 0 400 0 0 0 0
Overige 400 0 400 0 400 0 0 0 0
Opdrachten 431 0 431 0 431 0 0 0 0
Overige 431 0 431 0 431 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties 226 0 226 0 226 0 0 0 0
Overige 226 0 226 0 226 0 0 0 0
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
2. Pensioenen en uitkeringen voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WO II 187.368 0 187.368 0 187.368 0 0 0 0
Inkomensoverdrachten 177.423 0 177.423 0 177.423 0 0 0 0
Wetten en regelingen verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen 177.423 0 177.423 0 177.423 0 0 0 0
Bijdragen aan ZBO's/RWT's 9.945 0 9.945 0 9.945 0 0 0 0
SVB 8.725 0 8.725 0 8.725 0 0 0 0
PUR 1.220 0 1.220 0 1.220 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Ontvangsten 2.901 0 2.901 0 2.901 0 0 0 0
Overige 2.901 0 2.901 0 2.901 0 0 0 0

3.8 Artikel 8 Tegemoetkoming specifieke kosten

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 5.614.749 72.186 5.686.935 104.614 5.791.549 499.249 332.751 427.874 471.677
Uitgaven 5.614.749 72.186 5.686.935 104.614 5.791.549 499.249 332.751 427.874 471.677
Inkomensoverdrachten 5.614.749 72.186 5.686.935 104.614 5.791.549 499.249 332.751 427.874 471.677
Zorgtoeslag 5.546.800 72.186 5.618.986 104.614 5.723.600 499.249 332.751 427.874 471.677
Tegemoetkoming specifieke zorgkosten 67.949 0 67.949 0 67.949 0 0 0 0
Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Toelichting

1. Inkomensoverdrachten

Inkomensoverdrachten

Zorgtoeslag

De uitgaven voor de zorgtoeslag worden in 2022 met € 0,1 miljard verhoogd. Deze stijging resulteert uit de verwerking van het Centraal Economisch Plan van het CPB en uit de verwerking van de zeer voorlopige inschatting van de premiestijging 2023, die voor één twaalfde neerslaat in december 2022.

4 Niet-beleidsartikelen

4.1 Artikel 9 Algemeen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 25.054 0 25.054 24 25.078 774 ‒ 226 ‒ 226 ‒ 226
Uitgaven 28.022 0 28.022 24 28.046 774 ‒ 226 ‒ 226 ‒ 226
1. Internationale samenwerking 8.654 0 8.654 250 8.904 1.000 0 0 0
Opdrachten 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 900 0 900 0 900 0 0 0 0
Overige 900 0 900 0 900 0 0 0 0
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties 7.754 0 7.754 250 8.004 1.000 0 0 0
World Health Organization 2.968 0 2.968 250 3.218 1.000 0 0 0
EMA 3.802 0 3.802 0 3.802 0 0 0 0
Overige 984 0 984 0 984 0 0 0 0
3. Eigenaarsbijdrage RIVM 14.368 0 14.368 ‒ 226 14.142 ‒ 226 ‒ 226 ‒ 226 ‒ 226
Bekostiging 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdragen aan agentschappen 14.368 0 14.368 ‒ 226 14.142 ‒ 226 ‒ 226 ‒ 226 ‒ 226
Eigenaarsbijdrage RIVM 14.368 0 14.368 ‒ 226 14.142 ‒ 226 ‒ 226 ‒ 226 ‒ 226
Eigenaarsbijdrage aCBG 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Eigenaarsbijdrage CIBG 0 0 0 0 0 0 0 0 0
4. Begrotingsreserve achterborg WFZ-garanties 5.000 0 5.000 0 5.000 0 0 0 0
Garanties 5.000 0 5.000 0 5.000 0 0 0 0
Overige 5.000 0 5.000 0 5.000 0 0 0 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Toelichting

1. Internationale samenwerking

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

World Health Organization

Ten behoeve van de organisatie van het World Local Production Forum in 2023 worden vanuit de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS) middelen aan de VWS-begroting toegevoegd. Het gaat om € 0,25 miljoen in 2022 en € 1 miljoen in 2023. Dit Forum gaat over het beter organiseren van lokale productie van geneesmiddelen. Nederland zal als gastheer optreden.

4.2 Artikel 10 Apparaat Kerndepartement

Apparaatsuitgaven departement Budgettaire gevolgen

Verplichtingen 407.873 41.399 449.272 97.299 546.571 91.941 25.624 27.308 19.190
Uitgaven 447.390 37.405 484.795 101.030 585.825 91.941 25.624 27.308 19.190
Personele uitgaven 361.239 34.177 395.416 80.321 475.737 72.968 13.217 12.802 9.464
eigen personeel 313.787 4.104 317.891 48.045 365.936 59.638 9.267 8.852 5.514
inhuur externen 44.094 30.073 74.167 32.876 107.043 13.930 4.550 4.550 4.550
overige personele uitgaven 3.358 0 3.358 ‒ 600 2.758 ‒ 600 ‒ 600 ‒ 600 ‒ 600
Materiële uitgaven 86.151 3.228 89.379 20.709 110.088 18.973 12.407 14.506 9.726
ICT 12.424 2.038 14.462 3.729 18.191 2.983 ‒ 22 1.978 1.978
bijdrage aan SSO's 49.504 6 49.510 5.955 55.465 12.113 12.504 12.603 7.823
overige materiële uitgaven 24.223 1.184 25.407 11.025 36.432 3.877 ‒ 75 ‒ 75 ‒ 75
Ontvangsten 8.594 0 8.594 6.025 14.619 0 0 0 0
Overige 8.594 0 8.594 6.025 14.619 0 0 0 0
Totaal apparaatsuitgaven Ministerie 447.390 37.405 484.795 101.030 585.825 91.941 25.624 27.308 19.190
Personele uitgaven 247.057 34.177 281.234 85.185 366.419 72.556 12.805 12.390 9.052
eigen personeel 201.893 4.104 205.997 53.532 259.529 58.626 8.255 7.840 4.502
inhuur externen 42.638 30.073 72.711 31.653 104.364 13.930 4.550 4.550 4.550
overige personele uitgaven 2.526 0 2.526 0 2.526 0 0 0 0
Materiële uitgaven 61.434 3.228 64.662 19.654 84.316 18.973 12.407 14.506 9.726
ICT 6.652 2.038 8.690 2.373 11.063 2.983 ‒ 22 1.978 1.978
bijdrage aan SSO's 45.155 6 45.161 5.955 51.116 12.113 12.504 12.603 7.823
overige materiële uitgaven 9.627 1.184 10.811 11.326 22.137 3.877 ‒ 75 ‒ 75 ‒ 75
Personele uitgaven inspecties 89.506 0 89.506 ‒ 4.407 85.099 ‒ 2.606 ‒ 2.606 ‒ 2.606 ‒ 2.606
eigen personeel 87.598 0 87.598 ‒ 3.807 83.791 ‒ 2.006 ‒ 2.006 ‒ 2.006 ‒ 2.006
inhuur externen 1.076 0 1.076 0 1.076 0 0 0 0
overige personele uitgaven 832 0 832 ‒ 600 232 ‒ 600 ‒ 600 ‒ 600 ‒ 600
Materiële uitgaven inspecties 18.623 0 18.623 0 18.623 0 0 0 0
ICT 5.250 0 5.250 0 5.250 0 0 0 0
bijdrage aan SSO's 3.950 0 3.950 0 3.950 0 0 0 0
overige materiële uitgaven 9.423 0 9.423 0 9.423 0 0 0 0
Personele uitgaven SCP en raden 24.676 0 24.676 ‒ 457 24.219 3.018 3.018 3.018 3.018
eigen personeel 24.296 0 24.296 ‒ 1.680 22.616 3.018 3.018 3.018 3.018
inhuur externen 380 0 380 1.223 1.603 0 0 0 0
overige personele uitgaven 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Materiële uitgaven SCP en raden 6.094 0 6.094 1.055 7.149 0 0 0 0
ICT 522 0 522 1.356 1.878 0 0 0 0
bijdrage aan SSO's 399 0 399 0 399 0 0 0 0
overige materiële uitgaven 5.173 0 5.173 ‒ 301 4.872 0 0 0 0

Toelichting apparaatsuitgaven kerndepartement

Personele uitgaven

Eigen personeel

Met betrekking tot het budget van eigen personeel kerndepartement vindt voor 2022 een mutatie plaats van per saldo € 53,5 miljoen. Ten behoeve van corona gerelateerde uitgaven wordt € 38,8 miljoen aan dit artikelonderdeel toegevoegd voor 2022. Voor 2023 betreft het een bijstelling van € 49,5 miljoen. In verband met de verdeling van de middelen, die samenhangen met Pandemische Paraatheid, wordt aan dit budget eveneens een structurele toevoeging gedaan van € 3,4 miljoen. Voor de periode 2022-2025 wordt het budget daarnaast verhoogd in verband met de kosten ter ondersteuning van de derde bewindspersoon (€ 2,6 miljoen/jaar).

Vanwege de Faciliteitenregeling medezeggenschap wordt het budget structureel verhoogd met € 2,4 miljoen. Tevens is sprake van overlopende uitgaven vanuit 2021 in 2022 voor een bedrag van € 2,2 miljoen die door middel van de eindejaarsmarge aan de begroting worden toegevoegd. De ontvangen pseudopremies Eigen Risicodragerschap (ERD) worden gedesaldeerd met een hoger budget voor eigen personeel (€ 2,1 miljoen), zie ook de toelichting bij de ontvangsten.

Verder zijn er nog een aantal kleine bijstellingen. Zo wordt rekening gehouden met hogere uitvoeringkosten van € 3,1 miljoen in verband met de COVID-regelingen Sport en van diverse andere regelingen door DUS-I. Vanwege de toegenomen dienstverlening op het gebied van de bedrijfsvoering vindt een budgetaanpassing van € 0,6 miljoen plaats. Voor het ministerie van JenV voert VWS de kinderbeschermingsmaatregelen uit, dit leidt tot een budgetoverheveling vanuit dat departement van € 0,4 miljoen. Verder wordt het budget voor attachés vanuit de HGIS met € 0,2 miljoen verhoogd. Een groot aantal kleinere mutaties leiden tot een budgetbijstelling van € 1,1 miljoen. Aangezien Maatschappelijke Diensttijd (MDT) overgaat naar het ministerie van OCW, worden de bijbehorende personele budgetten ook overgeheveld naar dat departement (-/- € 1,6 miljoen). Voor de dienstverlening vanuit het ministerie van BZK vindt een overboeking plaats van € 0,4 miljoen. Ten behoeve van de uitvoeringskosten van het Financieel Dienstencentrum (FCD) wordt € 0,2 miljoen overgeboekt naar het ministerie van SZW. Als laatste is sprake van een korting op het totale budget van € 1,3 miljoen, omdat rekening wordt gehouden met enige onderuitputting.

Inhuur externen

Het budget voor inhuur externen voor 2022 wordt met per saldo € 31,7 miljoen verhoogd. Voor de uitvoering van regelingen door DUS-I voor het ministerie van OCW wordt vanuit het ministerie van OCW € 7,3 miljoen aan budget overgeboekt. Vanwege de overgang van MDT naar het ministerie van OCW, worden het bijbehorende budget overgeheveld (-/- € 0,6 miljoen). Ten behoeve van corona gerelateerde kosten wordt € 9,5 miljoen aan dit artikelonderdeel toegevoegd, onder meer vanwege de inhuur van communicatiecapaciteit (€ 1,4 miljoen), juridische capaciteit (€ 4 miljoen) en inhuur bij de Dienst Testen (€ 3,6 miljoen) en voorbereidingskosten voor een parlementaire enquête (€ 0,5 miljoen).

Voor het programma Open op Orde wordt € 5,7 miljoen vanuit het ministerie van BZK overgeboekt. Met een beroep op de eindejaarsmarge 2021 wordt € 5,6 miljoen aan dit budget toegevoegd.

Het budget voor de inhuur van juridische ondersteuning en advies wordt structureel verhoogd om dit in evenwicht te brengen met de meerjarige historische uitputting (€ 1,1 miljoen). Ten behoeve van de aanbesteding van het beheer van het Subsidieplatform wordt € 1 miljoen aan het budget toegevoegd. De overige mutaties en interne herschikkingen leiden tot een mutatie van per saldo € 2,2 miljoen.

De kosten voor externe inhuur komen boven de «Roemer-norm»

uit, hetgeen nog eens wordt versterkt met de nu doorgevoerde mutaties. Hierbij is enerzijds sprake van tijdelijke uitbreiding van formatie in verband met piekbelasting, o.m. vanwege coronagerelateerde activiteiten welke ook nog doorlopen in 2023, bijvoorbeeld de afhandeling van Woo-verzoeken. Anderzijds gaat het ook om de inhuur van specifieke kennis daarbij, bijvoorbeeld bij de realisatie van digitale ondersteuning. Daarnaast komen de budgetmutaties ook voort uit de overhevelingen van budget in verband met dienstverlening welke voor overige departementen wordt verricht, zoals bij DUS-I.

Materiële uitgaven

ICT

Op het budget voor ICT van het kerndepartement vindt een mutatie plaats van per saldo € 2,4 miljoen. Ten behoeve van de (doorbelasting van) kosten van het Financieel Dienstencentrum (FDC) wordt € 0,9 miljoen overgeboekt naar het ministerie van SZW. Ten behoeve van corona gerelateerde kosten wordt € 2 miljoen aan dit onderdeel toegevoegd, in verband met kosten voor de voorbereiding van een parlementaire enquête (€ 1,6 miljoen) en ondersteuning bij de Dienst Testen (€ 0,4 miljoen).

Voor de herijking van de inkoopfunctie wordt het budget verhoogd met € 0,9 miljoen. Voor de uitvoering van regelingen door DUS-I wordt € 0,4 miljoen aan budget overgeboekt vanuit het ministerie van OCW. Overige mutaties zorgen per saldo voor een verlaging van het budget met € 0,1 miljoen.

Bijdrage aan SSO's

Ten behoeve van bijdragen aan SSO's vindt een budgetbijstelling plaats van per saldo € 6 miljoen. Dit wordt onder meer veroorzaakt door hogere overheadkosten in verband met een hogere externe inhuur vanwege corona gerelateerde WOB-verzoeken en de kosten ten behoeve van Zylab-licenties (€ 2,8 miljoen), hogere kosten voor overhead vanwege een hogere vaste formatie ( € 1,74 miljoen structureel) en tariefstijging bij de SSO's en invoering van het digitaal vergaderen (€ 2,1 miljoen). Met een beroep op de eindejaarsmarge 2021 wordt € 0,5 miljoen aan dit artikelonderdeel toegevoegd.

Vanwege de doorbelasting aan VWS-directies van kosten voor de Flexpool/FlexBeleid wordt het budget met € 0,2 miljoen verhoogd. Dit betreft de overheadkosten welke aan SSO’s worden betaald voor de medewerkers van de Flexpool/Flexbeleid.

Ten behoeve van de oplossing van budgettaire problematiek wordt een structurele taakstelling opgelegd van € 1,4 miljoen. Er wordt in totaal nog € 0,3 miljoen overgeboekt naar andere departementen, onder meer naar het ministerie van OCW, in verband met de overgang van MDT.


Overige materiële uitgaven

De mutaties voor 2022 op de overige materiële uitgaven bedragen per saldo € 11,3 miljoen. Dit houdt verband met de bijstellingen vanwege corona gerelateerde kosten, onder meer voor uitbesteding onderzoek in verband met de voorbereiding op een parlementaire enquête (€ 8,9 miljoen) en hogere materiele uitgaven bij de Dienst Testen (€ 1,3 miljoen). Daarnaast vindt een incidentele bijstelling plaats voor externe expertise (€ 0,5 miljoen).Tenslotte is sprake van interne herschikkingen van € 0,6 miljoen.

Toelichting apparaatsuitgaven inspecties, SCP en raden

Personele- en materiële uitgaven inspecties, SCP en raden

Ten behoeve van het toezicht op de farmaceutische sector wordt aan het budget van de IGJ een structurele bijdrage verleend van € 1,8 miljoen (vanaf 2023).

De mutatie op het budget voor eigen personeel SCP en raden houdt verband met het herstel van een in het verleden foutief doorgevoerde extrapolatie van het budget van het SCP (€ 2,8 miljoen structureel vanaf 2023). Daarnaast vindt een overheveling van budget voor eigen personeel plaats naar de Gezondheidsraad, ad € 0,3 miljoen, waarvan € 0,2 miljoen structureel vanuit het ministerie van LNV. Dit als bijdrage in de kosten van adviezen. Met een beroep op de eindejaarsmarge 2021 is € 0,3 miljoen aan dit artikelonderdeel toegevoegd. De overige mutaties betreffen herschikkingen binnen het begrotingsartikel.

Ontvangsten

Er is sprake van hogere ontvangsten welke via een desaldering aan het uitgavenbudget worden toegevoegd van € 6 miljoen. Enerzijds betreft dit de ontvangsten pseudopremies Eigen Risicodragerschap (ERD) (€ 2,1 miljoen). Daarnaast is sprake van een ontvangst van het surplus van het eigen vermogen van de agentschappen aCBG en CIBG aan het moederdepartement (€ 3,9 miljoen).

4.3 Artikel 11 Nog onverdeeld

Budgettaire gevolgen Nog onverdeeld

Verplichtingen 0 0 0 125.457 125.457 117.878 108.721 106.770 105.435
Uitgaven 0 0 0 125.457 125.457 117.878 108.721 106.770 105.435
Nog onverdeeld 0 0 0 125.457 125.457 117.878 108.721 106.770 105.435
Loonbijstelling 0 0 0 110.457 110.457 107.878 98.721 95.922 95.435
Prijsbijstelling 0 0 0 15.000 15.000 10.000 10.000 10.848 10.000
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Toelichting

Loonbijstelling

Deze mutatie betreft de toevoeging van de loonbijstelling tranche 2022 (€ 110,5 miljoen).

Prijsbijstelling

Deze mutatie betreft de toevoeging van de prijsbijstelling tranche 2022 (€15 miljoen).

5 Agentschappen

5.1 Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)

Baten
- Omzet 601.000 40.660 641.660
waarvan omzet moederdepartement 479.500 34.660 514.160
waarvan omzet overige departementen 90.500 6.000 96.500
waarvan omzet derden 31.000 31.000
Rentebaten
Vrijval voorzieningen
Bijzondere baten
Totaal baten 601.000 40.660 641.660
Lasten
Apparaatskosten 582.900 45.000 627.900
- Personele kosten 232.500 16.300 248.800
waarvan eigen personeel 200.400 13.100 213.500
waarvan inhuur externen 22.200 3.200 25.400
waarvan overige personele kosten 9.900 9.900
- Materiële kosten 350.400 28.700 379.100
waarvan apparaat ICT 35.900 1.000 36.900
waarvan bijdrage aan SSO's 4.700 4.700
waarvan overige materiële kosten 309.800 27.700 337.500
Rentelasten
Afschrijvingskosten 8.400 360 8.760
- Materieel 8.400 360 8.760
waarvan apparaat ICT 6.200 200 6.400
waarvan overige materiële afschrijvingskosten 2.200 160 2.360
- Immaterieel
Overige lasten 9.700 ‒ 4.700 5.000
waarvan dotaties voorzieningen 9.700 ‒ 4.700 5.000
waarvan bijzondere lasten
Totaal lasten 601.000 40.660 641.660
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening
Agentschapsdeel Vpb-lasten
Saldo van baten en lasten

Toelichting

Mutaties hebben betrekking op COVID-19 opdrachten (€ 33,5 miljoen), de oprichting van LEXCES, oprichting van het Landelijk Expertisecentrum Stoffen gerelateerde Beroepsziekten (€ 6,0 miljoen), uitvoering van het programma Open op orde (€ 1,2 miljoen) en aanpassing van de dotatie aan de voorzieningen (€ 4,7 miljoen).

1. Rekening courant RHB 1 januari +  depositorekeningen 35.505 148.886 184.391
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) 601.000 73.500 674.500
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) ‒ 592.280 ‒ 73.500 ‒ 665.780
2. Totaal operationele kasstroom 8.720 8.720
Totaal investeringen (-/-) ‒ 15.000 5.000 ‒ 10.000
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)
3. Totaal investeringskasstroom ‒ 15.000 5.000 ‒ 10.000
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) ‒ 4.725 ‒ 4.725
Eenmalige storting door moederdepartement (+)
Aflossingen op leningen (-/-)
Beroep op leenfaciliteit (+) 15.000 ‒ 15.000
4. Totaal financieringskasstroom 15.000 ‒ 19.725 ‒ 4.725
5. Rekening courant RHB 31 december (=1+2+3+4) 44.225 134.161 178.386

Toelichting

De mutaties hebben betrekking op het in overeenstemming brengen van de beginstand Rijkshoofdboekhouding (RHB) per 1 januari 2022 met de stand van de RHB per 31 december 2021, COVID-19 opdrachten, aanpassen van het investeringsniveau aan nieuwe inzichten en het afstorten van het surplus van het eigen vermogen per 31 december 2022 aan het moederdepartement. Er wordt in 2022 geen beroep gedaan op de leenfaciliteit.

6 Financieel Beeld Zorg

6.1 Inleiding

In deze eerste suppletoire begroting 2022 worden de budgettaire ontwikkelingen voor 2022-2026 vanaf de ontwerpbegroting 2022 toegelicht binnen de Zorgverzekeringswet (Zvw), de Wet langdurige zorg (Wlz) en de begrotingsgefinancierde zorguitgaven.

Het Financieel Beeld Zorg (FBZ) geeft een actueel beeld van de zorguitgaven en de ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg. Na de ontwerpbegroting 2022 is een Nota van Wijziging opgemaakt naar aanleiding van de aangenomen motie Hijink en Bikker om extra middelen voor zorgsalarissen vrij te maken (kamerstukken II, 35 925 XVI, nr. 10). De uitgaven met betrekking tot COVID-19 zijn reeds eerder opgenomen in de 6e incidentele suppletoire begroting (kamerstukken II, 36 086 XVI, nr. 2).

In deze eerste suppletoire begroting 2022 worden naast de Startnota mutaties, alle overige mutaties die hebben plaatsgevonden naar aanleiding van de voorjaarsbesluitvorming 2022 gepresenteerd en toegelicht.

Het FBZ bestaat uit de volgende onderdelen:

  1. Paragraaf 6.1: Inleiding
  2. Paragraaf 6.2: Ontwikkeling van de netto zorguitgaven en het Uitgavenplafond Zorg.

    In deze paragraaf wordt ingegaan op de ontwikkeling van de netto zorguitgaven, de ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg en de toetsing van de netto zorguitgaven aan het Uitgavenplafond Zorg.

  3. Paragraaf 6.3: Verticale ontwikkeling van de zorguitgaven

    In deze paragraaf wordt de verticale ontwikkeling van de Zvw, Wlz en begrotingsgefinancierde zorguitgaven toegelicht.

Verdieping van de zorguitgaven in deelsectoren

Het verdiepingshoofdstuk wordt integraal als open data beschikbaar gesteld op: Overzicht Datasets | Ministerie van Financiën - Rijksoverheid (rijksfinancien.nl) . Hierin worden de financiële bijstellingen per sector tussen de ontwerpbegroting 2022 en 1e suppletoire begroting 2022 voor de jaren 2022-2026 gepresenteerd en toegelicht.

6.2 Ontwikkeling van de netto zorguitgaven en het Uitgavenplafond Zorg

In deze paragraaf wordt ingegaan op de ontwikkeling van de netto zorguitgaven, de ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg en de toetsing van de netto zorguitgaven aan het Uitgavenplafond Zorg.

6.2.1 Ontwikkeling van de netto zorguitgaven

De netto zorguitgaven zijn de bruto zorguitgaven verminderd met de ontvangsten (eigen betalingen Zvw en eigen bijdragen Wlz).

In tabel 1 is vanaf de stand ontwerpbegroting 2022 de ontwikkeling van de netto zorguitgaven voor de jaren 2022-2026 op hoofdlijnen te zien.

1 Netto zorguitgaven ontwerpbegroting 2022 81.358 84.630 88.642 92.784 97.173
2 Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022 599 621 649 679 711
Zorgverzekeringswet 373 373 389 406 423
Wet langdurige zorg 235 248 260 273 287
Begrotingsgefinancierd ‒ 10 0 0 0 0
3 Netto zorguitgaven NvW ontwerpbegroting 2022 (= 1+2) 81.957 85.250 89.291 93.464 97.884
4 Bijstellingen maatregelen Startnota 368 742 408 ‒ 651 ‒ 1.311
Zorgverzekeringswet 0 ‒ 385 ‒ 671 ‒ 1.134 ‒ 1.651
Wet langdurige zorg 0 ‒ 60 ‒ 335 ‒ 770 ‒ 868
Begrotingsgefinancierd (aanvullende post Financiën) 368 1.187 1.414 1.253 1.208
5 Netto zorguitgaven stand Startnota (= 3+4) 82.325 85.992 89.699 92.813 96.573
6 Bijstellingen na Startnota 89 2.324 3.699 5.165 6.654
Zorgverzekeringswet 36 1.639 2.442 3.340 4.030
Wet langdurige zorg 167 664 1.184 1.730 2.384
Begrotingsgefinancierd ‒ 114 20 73 96 240
7 Bijstellingen 1e suppletoire begroting 2022 (= 4+6) 456 3.066 4.106 4.514 5.344
8 Netto zorguitgaven stand 1e suppletoire begroting 2021 (= 3+7) of (5+6) 82.414 88.316 93.397 97.978 103.227
1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.
Bron: VWS

Toelichting

Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022

Dit betreft de bijstellingen als gevolg van de aangenomen motie Hijink en Bikker om extra financiële middelen vrij te maken voor zorgsalarissen. Deze bijstellingen zijn opgenomen en toegelicht in de Nota van Wijziging ontwerpbegroting 2022 (kamerstukken II, 35 925 XVI, nr. 10).

Bijstellingen maatregelen Startnota

Dit betreft de bijstellingen als gevolg van het coalitieakkoord.

Bijstellingen na Startnota

Dit betreft de bijstellingen als gevolg van de voorjaarsbesluitvorming 2022.

Alle bijstellingen als gevolg van de maatregelen Startnota en de voorjaarsbesluitvorming worden in paragraaf 6.3 verder toegelicht.

6.2.2 Ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg

Het Uitgavenplafond Zorg is bij de start van het kabinet Rutte VI voor de periode 2022-2025 vastgesteld bij Startnota (Kamerstukken II, 35 925, nr. 143). Voor het vaststellen van het Uitgavenplafond Zorg is uitgegaan van de netto zorguitgaven bij miljoenennota 2022 en de budgettaire aanpassingen die sindsdien zijn verwerkt. Hieronder vallen de maatregelen van de aangenomen motie Hijink en Bikker om extra financiële middelen voor zorgsalarissen vrij te maken (kamerstukken II, 35 925 XVI, nr. 10) en de maatregelen uit de Startnota.

De uitgavenplafonds zijn in de Startnota ex ante vastgesteld. Bij de Startnota is afgesproken dat na de nieuwe macro-economische raming van het CPB de uitgavenplafonds definitief worden vastgesteld, uiterlijk bij voorjaarsnota 2022.

In deze 1e suppletoire begroting 2022 is het Uitgavenplafond Zorg na de Startnota bijgesteld met de mutaties uit de voorjaarsbesluitvorming 2022.

In tabel 2 is de opbouw van het Uitgavenplafond Zorg vanaf de stand ontwerpbegroting 2022 te zien.

1 Netto zorguitgaven stand ontwerpbegroting 2022 81.358 84.630 88.642 92.784
2 Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022 599 621 649 679
- Waarvan verhoging zorgsalarissen 594 621 649 679
- Waarvan overig ‒ 10 0 0 0
- Maatregelen corona 15 0 0 0
3 Netto zorguitgaven stand NvW ontwerpbegroting 2022 (= 1+2) 81.957 85.250 89.291 93.464
4 Bijstellingen maatregelen Startnota 368 742 408 ‒ 651
5 Uitgavenplafond Zorg stand Startnota (= 3+4) 82.325 85.992 89.699 92.813
6 Bijstellingen Uitgavenplafond Zorg na Startnota 89 2.324 3.699 5.165
- Waarvan loon- en prijsontwikkeling 80 2.506 3.949 5.429
- Waarvan overboekingen tussen Uitgavenplafonds ‒ 92 ‒ 117 ‒ 120 ‒ 134
- Waarvan maatregelen corona 230 43 0 0
- Waarvan overige ‒ 129 ‒ 108 ‒ 130 ‒ 130
7 Uitgavenplafond Zorg stand 1e suppletoire begroting 2022 (= 5+6) 82.414 88.316 93.397 97.978
1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.
Bron: VWS

Toelichting

Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022

Dit betreffen de bijstellingen als gevolg van de aangenomen motie Hijink en Bikker om extra financiële middelen vrij te maken voor zorgsalarissen. Deze bijstellingen zijn opgenomen en toegelicht in de Nota van Wijziging ontwerpbegroting 2022 (kamerstukken II, 35 925 XVI, nr. 10).

Bijstellingen maatregelen Startnota

Dit betreffen de bijstellingen als gevolg van het coalitieakkoord. Deze bijstellingen zijn opgenomen en toegelicht in paragraaf 6.3.

Bijstellingen Uitgavenplafond Zorg na Startnota

Loon- en prijsontwikkeling

Het Uitgavenplafond Zorg is op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB) opwaarts bijgesteld met € 80 miljoen in 2022, oplopend tot € 5,4 miljard in 2025, voornamelijk als gevolg van een hogere loon- en prijsontwikkeling dan eerder geraamd.

Overboekingen tussen de Uitgavenplafonds

Het Uitgavenplafond Zorg is verlaagd met € 92 miljoen in 2022, oplopend tot € 134 miljoen in 2025, als gevolg van diverse overboekingen vanuit het Uitgavenplafond Zorg naar de VWS-begroting (Uitgavenplafond Rijksbegroting). Het gaat hierbij onder andere om de overboekingen:

  1. Woon-zorg combinaties en stimulering langer thuis wonen € 37,5 miljoen in 2022 oplopend tot € 100 miljoen in 2025.
  2. Respijtzorg € 10 miljoen vanaf 2022 structureel.
  3. Overige kleinere overboekingen.

Noodmaatregelen corona

Het Uitgavenplafond Zorg is opwaarts bijgesteld met € 230 miljoen in 2022 en € 43 miljoen in 2023. Dit is het saldo van de onderstaande bijstellingen:

  1. Verlengen voorwaardelijke toelating paramedische herstelzorg in verband met corona (€ 30 miljoen in 2022 en € 43 miljoen in 2023)
  2. Meerkostenregeling in verband met corona bij de Wlz (€ 200 miljoen in 2022)

Overige bijstellingen

De overige bijstellingen betreffen diverse mutaties uit de voorjaarsbesluitvorming 2022. Het gaat hierbij voornamelijk om de onderstaande bijstellingen:

  1. De neerwaartse bijstelling van de tijdelijke middelen kwaliteitskader verpleeghuiszorg met € 79 miljoen in 2022 en € 87 structureel vanaf 2023.
  2. De opwaartse bijstelling van het regionaal stimuleringsbudget zorgkantoren met € 30 miljoen in 2022 en € 31 miljoen structureel vanaf 2023.
  3. Een kasschuif bij het Integraal Zorgakkoord van € 79,8 van 2022 naar latere jaren (€ 19,8 miljoen in 2023 en € 20 miljoen vanaf 2024 tot en met 2026).
  4. Een opwaartse bijstelling van de verwachte opbrengsten van het eigen risico met € 25,7 miljoen in 2023, € 26,6 miljoen in 2024, € 26,9 miljoen in 2025 en € 26,7 miljoen in 2026.
  5. Voor de rest betreft het diverse kleinere beleidsmatige bijstellingen.

De bijstellingen als gevolg van de maatregelen Startnota en de voorjaarsbesluitvorming 2022 worden in paragraaf 6.3 verder toegelicht.

6.2.3 Toetsing van de netto zorguitgaven aan het Uitgavenplafond Zorg

Om te toetsen of het Uitgavenplafond Zorg overschreden dan wel onderschreden is, worden de netto zorguitgaven getoetst aan het Uitgavenplafond Zorg.

Tabel 3 laat de toetsing van de netto zorguitgaven aan het Uitgavenplafond Zorg zien voor de jaren 2022-2025.

A Netto zorguitgaven
1 Stand Startnota 82.325 85.992 89.699 92.813
2 Bijstellingen na Startnota 89 2.324 3.699 5.165
3 Stand 1e suppletoire begroting 2022 82.414 88.316 93.397 97.978
B Uitgavenplafond Zorg
4 Stand Startnota 82.325 85.992 89.699 92.813
5 Bijstellingen na Startnota 89 2.324 3.699 5.165
6 Stand 1e suppletoire begroting 2022 82.414 88.316 93.397 97.978
C + Overschrijding/- Onderschrijding
7 Stand Startnota (= 1-4) 0,0 0,0 0,0 0,0
8 Stand 1e suppletoire begroting 2022 (= 3-6) 0,0 0,0 0,0 0,0
1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.
Bron: VWS

Toelichting

In deze eerste suppletoire begroting 2022 wordt zowel het Uitgavenplafond Zorg als de netto zorguitgaven gecorrigeerd. In tabel 3 zijn zowel de netto zorguitgaven als het Uitgavenplafond Zorg ten opzichte van de Startnota opwaarts bijgesteld met circa € 0,1 miljard in 2022, oplopend tot circa € 5,2 miljard in 2025 (zie regel 2 en 5). Hierdoor is er geen sprake van een overschrijding of onderschrijding (zie regel 7 en 8) van het Uitgavenplafond Zorg.

De bijstelling van de netto zorguitgaven en het Uitgavenplafond Zorg is opgenomen in de paragrafen 6.2.1 (tabel 1) en 6.2.2 (tabel 2).

6.3 Verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten

De verticale toelichting geeft een cijfermatig overzicht van de budgettaire veranderingen voor de jaren 2022 tot en met 2026, sinds het opstellen van de ontwerpbegroting 2022. Na de ontwerpbegroting 2022 is een Nota van Wijziging ingediend naar aanleiding van de aangenomen motie Hijink en Bikker om extra financiële middelen voor zorgsalarissen vrij te maken (kamerstukken II, 35 925 XVI, nr. 10). De uitgaven met betrekking tot COVID-19 zijn reeds eerder opgenomen in de 6e incidentele suppletoire begroting (kamerstukken II, 36 086 XVI, nr. 2).

In deze 1e suppletoire begroting 2022 worden naast de Startnota mutaties, alle overige mutaties die hebben plaatsgevonden na de Nota van Wijziging ontwerpbegroting 2022, gepresenteerd en toegelicht.

De afzonderlijke posten worden toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag hoger is dan € 10 miljoen.

6.3.1 Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten

Tabel 4 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2022 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten op basis van de Zvw zien. Onder de tabel is een toelichting van de verschillende mutaties uit de Startnota en de voorjaarsbesluitvorming 2022 opgenomen.

Bruto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2022 54.463,9 56.437,5 58.885,0 61.398,5 64.029,3
Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022 376,1 375,7 391,9 408,9 426,6
Bruto Zvw-uitgaven NvW ontwerpbegroting 2022 54.839,9 56.813,2 59.276,9 61.807,3 64.455,9
Bijstellingen
Autonoom 19,0 1.657,0 2.502,1 3.407,0 4.139,7
Verwerking MLT 2022-2025 0,0 1.630,2 2.452,8 3.332,1 4.032,3
Loon- en prijsontwikkeling 19,0 26,8 49,3 74,9 107,4
Beleidsmatig 16,8 ‒ 456,8 ‒ 886,7 ‒ 1.522,6 ‒ 2.082,7
Valpreventie bij 65-plussers 0,0 ‒ 50,0 ‒ 80,0 ‒ 95,0 ‒ 102,8
Passende zorg als norm (enkel bewezen effectieve zorg) in Zvw 0,0 0,0 0,0 ‒ 23,0 ‒ 70,0
Integraal Zorgakkoord 0,0 ‒ 540,0 ‒ 853,9 ‒ 1.170,7 ‒ 1.554,0
Juiste zorg op de juiste plek 0,0 0,0 0,0 ‒ 100,0 ‒ 200,0
Stimuleren anderhalvelijnszorg 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Sturing op doelmatigheid via de tarieven 0,0 0,0 ‒ 120,0 ‒ 140,0 ‒ 147,0
Doelmatige inkoop geneesmiddelen en medische technologie 0,0 ‒ 15,0 ‒ 35,0 ‒ 50,0 ‒ 65,0
Eigen risico gelijk houden tot en met 2025 en andere vormgeving van het eigen risico voor de medisch-specialistische zorg 0,0 120,0 240,0 94,0 94,0
Standaardisatie gegevensuitwisseling 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Standaardisatie inkoop- en verantwoordingseisen Zvw 0,0 0,0 ‒ 30,0 ‒ 30,0 ‒ 30,0
Verlengen voorwaardelijke toelating paramedische herstelzorg i.v.m. corona 30,0 43,0 0,0 0,0 0,0
Overig beleidsmatig ‒ 13,2 ‒ 14,8 ‒ 7,8 ‒ 7,9 ‒ 7,9
Totaal bijstellingen 35,7 1.200,2 1.615,4 1.884,4 2.057,0
Bruto Zvw-uitgaven 1e suppletoire begroting 2022 54.875,7 58.013,4 60.892,4 63.691,7 66.512,9
Zvw-ontvangsten ontwerpbegroting 2022 3.236,8 3.378,8 3.530,3 3.681,7 3.836,2
Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022 2,6 2,8 2,9 3,1 3,2
Zvw-ontvangsten NvW ontwerpbegroting 2022 3.239,4 3.381,6 3.533,3 3.684,8 3.839,5
Bijstellingen
Autonoom 0,0 20,0 26,2 32,3 74,7
Verwerking MLT 2022-2025 0,0 20,0 26,2 32,3 74,7
Beleidsmatig 0,0 ‒ 74,3 ‒ 181,2 ‒ 353,8 ‒ 397,3
Integraal zorgakkoord 0,0 ‒ 37,0 ‒ 73,9 ‒ 76,7 ‒ 80,0
Eigen risico gelijk houden tot en met 2025 en andere vormgeving van het eigen risico voor de medisch-specialistische zorg 0,0 ‒ 103,0 ‒ 209,0 ‒ 383,0 ‒ 385,0
Eigen risico totaaleffect 0,0 40,0 75,0 79,0 41,0
Raming eigen risico 0,0 25,7 26,6 26,9 26,7
Totaal bijstellingen 0,0 ‒ 54,2 ‒ 155,1 ‒ 321,5 ‒ 322,5
Zvw-ontvangsten 1e suppletoire begroting 2022 3.239,4 3.327,4 3.378,2 3.363,3 3.516,9
Netto Zvw-uitgaven NvW ontwerpbegroting 2022 51.600,6 53.431,6 55.743,7 58.122,5 60.616,4
Bijstellingen in de netto Zvw-uitgaven 35,7 1.254,5 1.770,5 2.205,8 2.379,5
Netto Zvw-uitgaven 1e suppletoire begroting 2022 51.636,3 54.686,1 57.514,2 60.328,4 62.996,0
1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Toelichting

Uitgaven

Autonoom

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange termijnverkenning (MLT) 2022–2025 van het Centraal Planbureau (CPB).

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

Beleidsmatig

Valpreventie bij 65-plussers

Gemeenten krijgen de taak om valpreventieprogramma’s aan te (laten) bieden voor hun inwoners van 65 jaar en ouder. Hiervoor zijn investeringen nodig in het ontwikkelen en aanbieden van valpreventieprogramma’s. Om te zorgen dat deze aansluiten bij de behoefte van 65-plussers is ook opsporing en screening nodig. Deze investeringen vanuit het preventieakkoord leiden tot besparingen op de Zvw-uitgaven (minder medische zorgkosten door minder valincidenten). De besparing op de Zvw-uitgaven wordt vanaf 2023 verondersteld.

Passende zorg als norm (enkel bewezen effectieve zorg) in Zvw

Passende zorg is gericht op gepast gebruik en zinnige zorg maar ook op gezondheid, functioneren en kwaliteit van leven. Daarbij is het van belang dat zorg op de juiste plek geleverd wordt. Toezichthouders en uitvoerders worden in staat gesteld om adequaat te kunnen sturen op passende zorg. De toets op het basispakket op basis van een kader voor passende zorg wordt verbeterd en verbreed. Het Zorginstituut Nederland wordt ten behoeve van de afdwingbaarheid verzocht om (in het verlengde van het lopende traject van ZINL met NZa over passende zorg) kwaliteit van zorg scherper te definiëren en transparantie hierover af te dwingen. Uitgaande van de invoering van passende zorg wordt een besparing in de Zvw-uitgaven verondersteld.

Integraal Zorgakkoord

Met alle zorgsectoren in de Zvw wordt een integraal hoofdlijnenakkoord afgesloten voor de periode vanaf 2023 (de huidige akkoorden lopen tot en met 2022). Hierin worden afspraken gemaakt over zorginhoud en de budgettaire kaders zoals opgenomen in het coalitieakkoord. De zorginhoudelijke afspraken zien in ieder geval op het substantieel terugdringen van regeldruk, verminderen van ongecontracteerde zorg, substitutie, samenwerking en gepast gebruik.

Juiste zorg op de juiste plek

Om de Juiste Zorg op de Juiste Plek en substitutie te realiseren, zijn randvoorwaarden nodig. Zeer belangrijk is dat er voldoende transitiemiddelen, capaciteit en organisatiekracht is, zowel aan de ontvangende als de substituerende kant. Vanaf 2025 moet deze beweging leiden tot een besparing op de zorgkosten.

Stimuleren anderhalvelijnszorg

Een verschuiving van complexe medisch specialistische zorg (msz) naar de ‘basis-msz’ (anderhalvelijnszorg) wordt gestimuleerd door de introductie van een nieuwe betaaltitel en door de vrijblijvendheid van het meekijkconsult weg te nemen. Deze maatregel leidt tot een besparing van € 50 miljoen vanaf 2027.

Sturing op doelmatigheid via de tarieven

Om doelmatigheid te bevorderen wordt ingezet op tariefstelling, door normatieve elementen toe te voegen in sectoren waar vaste of maximumtarieven worden gehanteerd. Dit leidt tot een besparing van € 120 miljoen in 2024, oplopend tot € 147 miljoen vanaf 2026.

Doelmatige inkoop geneesmiddelen en medische technologie

De prijsonderhandelingen over dure, nieuwe geneesmiddelen worden uitgebreid naar alle middelen met een verwachte jaarlijkse uitgave boven € 10 miljoen. Voor dure hulpmiddelen en medische technologie wordt na analyse van de verwachte effecten de keuze gemaakt tussen centrale prijsonderhandelingen of inzet op gecoördineerde inkoop.

Eigen risico gelijk houden tot en met 2025 en andere vormgeving van het eigen risico voor de medisch-specialistische zorg

De hoogte van het verplicht eigen risico in de Zvw blijft € 385 tot en met 2025, dit leidt naar verwachting tot een lager remgeldeffect van het eigen risico. Daarnaast wordt er gewerkt aan een nieuw systeem van eigen betalingen per verrichting per 2025. De nieuwe systematiek per 2025 leidt er naar verwachting toe, dat mensen niet na één behandeling hun volledige eigen risico volmaken. Dat betekent dat de nieuwe systematiek per 2025 leidt tot een hoger remgeldeffect. Per saldo is de verwachting dat het remgeldeffect van het eigen risico afneemt, waardoor het zorggebruik en daarmee de zorguitgaven toenemen.

Standaardisatie gegevensuitwisseling

De gegevensuitwisseling in de zorg wordt gestandaardiseerd. Er wordt gekeken naar de meest doelmatige modaliteit. Deze maatregel leidt in 2027 en 2028 tot een besparing van € 113,3 miljoen respectievelijk € 226,6 miljoen. Vanaf 2029 is de besparing structureel € 340,0 miljoen.

Standaardisatie inkoop- en verantwoordingseisen Zvw

De niet-concurrentiële inkoop- en verantwoordingseisen aan zorgaanbieders worden gestandaardiseerd. Het gaat om een aanvulling op een eerder ingeboekte taakstelling van € 50 miljoen in 2023 en € 100 miljoen vanaf 2024.

Verlengen voorwaardelijke toelating paramedische herstelzorg i.v.m. corona

Vanwege de besmettingen met het coronavirus is het nodig om de voorwaardelijke toelating paramedische herstelzorg opnieuw met één jaar te verlengen per 1-8-2022, zodat behandeling na besmetting mogelijk blijft.

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van kleine beleidsmatige bijstellingen.

Ontvangsten

Autonoom

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange termijnverkenning (MLT) 2022–2025 van het Centraal Planbureau (CPB).

Beleidsmatig

Integraal zorgakkoord

De besparingen op grond van het Integraal Zorgakkoord leiden tot lagere zorguitgaven. Daarmee samenhangend worden lagere ontvangsten op grond van het verplicht eigen risico verwacht.

Eigen risico gelijk houden tot en met 2025 en andere vormgeving van het eigen risico voor de medisch-specialistische zorg

De hoogte van het verplicht eigen risico in de Zvw blijft € 385 tot en met 2025. Daarnaast wordt er gewerkt aan een nieuw systeem van eigen betalingen per verrichting per 2025. Deze maatregelen leiden per saldo tot een neerwaartse bijstelling van de verwachte opbrengsten uit het eigen risico.

Eigen risico totaaleffect

Het totale pakket aan maatregelen uit het coalitieakkoord die leiden tot een bijstelling van de Zvw-zorguitgaven, werkt ook door in de opbrengst van het eigen risico.

Raming eigen risico

Jaarlijks wordt de raming van het eigen risico op de begroting van VWS geüpdatet met de nieuwste verdeling van zorgkosten en geijkt aan de raming van het eigen risico uit het onderzoek naar de risicoverevening, beide op basis van data van de Erasmus Universiteit. Daarnaast wordt de doorwerking van de mutaties in de Zvw zorguitgaven uit de voorjaarsbesluitvorming 2022 verwerkt op de eigen risico opbrengsten. Dit jaar leidt dat in totaal tot een structurele opwaartse bijstelling van de verwachte opbrengsten van het eigen risico.

6.3.2 Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten

Tabel 5 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2022 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten van de Wlz zien. Onder de tabel is een toelichting van de verschillende mutaties uit de Startnota en de voorjaarsbesluitvorming 2022 opgenomen.

Bruto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2022 30.186,0 31.777,3 33.565,3 35.398,4 37.369,1
Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022 235,2 247,7 259,9 273,3 287,4
Bruto Wlz-uitgaven NvW ontwerpbegroting 2022 30.421,2 32.025,0 33.825,2 35.671,7 37.656,4
Bijstellingen
Autonoom 42,3 777,1 1.319,3 1.898,4 2.580,7
Verwerking MLT 2022-2025 19,1 727,7 1.230,1 1.765,1 2.386,6
Loon- en prijsontwikkeling 23,2 49,5 89,2 133,3 194,1
Beleidsmatig 194,2 ‒ 69,6 ‒ 362,3 ‒ 805,4 ‒ 907,8
Valpreventie bij 65-plussers 0,0 ‒ 20,0 ‒ 30,0 ‒ 35,0 ‒ 37,8
Verplichten meerjarige contracten ouderenzorg 0,0 0,0 ‒ 70,0 ‒ 135,0 ‒ 70,0
Verplichten meerjarige contracten ghz en ggz 0,0 0,0 ‒ 55,0 ‒ 110,0 ‒ 65,0
Doorontwikkeling Kwaliteitskader verpleeghuiszorg 0,0 0,0 ‒ 100,0 ‒ 200,0 ‒ 350,0
Overhevelen behandeling en geneesmiddelen van Wlz naar Zvw 0,0 0,0 0,0 ‒ 170,0 ‒ 170,0
Integraal Zorgakkoord 0,0 0,0 0,0 0,0 ‒ 15,0
Scheiden wonen en zorg 0,0 ‒ 43,1 ‒ 86,2 ‒ 129,5 ‒ 173,1
Scheiden wonen en zorg (regiobudget t.b.v. transitie) 39,7 40,0 40,0 40,0 40,0
Niet doorgaan integrale vergelijking 220,0 320,0 430,0 540,0 760,0
Dekking niet doorgaan integrale vergelijking ‒ 220,0 ‒ 320,0 ‒ 430,0 ‒ 540,0 ‒ 760,0
Meerkostenregeling i.v.m. corona 200,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Zorginfrastructuur ‒ 1,5 ‒ 11,0 ‒ 27,1 ‒ 32,4 ‒ 34,4
Tijdelijke middelen Kwaliteitskader verpleeghuiszorg ‒ 79,0 ‒ 87,0 ‒ 87,0 ‒ 87,0 ‒ 87,0
Regionaal stimuleringsbudget zorgkantoren 30,0 31,0 31,0 31,0 31,0
Overig beleidsmatig 5,0 20,5 22,0 22,5 23,5
Technisch ‒ 69,7 ‒ 106,5 ‒ 106,5 ‒ 106,5 ‒ 106,5
LP-indexatie Wmo beschermd wonen ‒ 68,5 ‒ 68,5 ‒ 68,5 ‒ 68,5 ‒ 68,5
Volume-indexatie Wmo beschermd wonen ‒ 1,2 ‒ 38,0 ‒ 38,0 ‒ 38,0 ‒ 38,0
Totaal bijstellingen 166,8 601,0 850,5 986,4 1.566,4
Bruto Wlz-uitgaven 1e suppletoire begroting 2022 30.588,0 32.626,0 34.675,7 36.658,1 39.222,8
Wlz-ontvangsten ontwerpbegroting 2022 2.073,3 2.113,0 2.180,8 2.244,8 2.313,4
Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Wlz-ontvangsten NvW ontwerpbegroting 2022 2.073,3 2.113,0 2.180,8 2.244,8 2.313,4
Bijstellingen
Autonoom 0,0 0,0 7,6 36,2 68,4
Verwerking MLT 2022-2025 0,0 0,0 7,6 36,2 68,4
Beleidsmatig 0,0 ‒ 3,1 ‒ 6,2 ‒ 9,5 ‒ 18,1
Scheiden wonen en zorg 0,0 ‒ 3,1 ‒ 6,2 ‒ 9,5 ‒ 13,1
Totaal bijstellingen 0,0 ‒ 3,1 1,4 26,7 50,3
Wlz-ontvangsten 1e suppletoire begroting 2022 2.073,3 2.109,9 2.182,2 2.271,5 2.363,7
Netto Wlz-uitgaven NvW ontwerpbegroting 2022 28.347,9 29.912,0 31.644,4 33.426,9 35.343,0
Bijstellingen in de netto Wlz-uitgaven 166,8 604,1 849,1 959,7 1.516,1
Netto Wlz-uitgaven 1e suppletoire begroting 2022 28.514,7 30.516,1 32.493,5 34.386,6 36.859,1
1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.
Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

Toelichting

Uitgaven

Autonoom

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange termijnverkenning (MLT) 2022–2025 van het Centraal Planbureau (CPB).

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

Beleidsmatig

Valpreventie bij 65-plussers

Gemeenten krijgen de taak om valpreventieprogramma’s aan te (laten) bieden voor hun inwoners van 65 jaar en ouder. Dit leidt tot een lager beroep op langdurige zorg.

Verplichten meerjarige contracten ouderenzorg

Voor de ouderenzorg wordt een verplichting ingesteld tot meerjarige contracten met budgetafspraken, afgesloten tussen Wlz-uitvoerders en zorgaanbieders, gecombineerd met een meerjarige contracteerruimte. Dit geeft zorgaanbieders meer financiële zekerheid, waardoor bijvoorbeeld meer externe inhuur in vaste dienst kan worden genomen.

Verplichten meerjarige contracten ghz en ggz

Voor de gehandicaptenzorg en geestelijke gezondheidszorg wordt een verplichting ingesteld tot meerjarige contracten met budgetafspraken, afgesloten tussen Wlz-uitvoerders en zorgaanbieders, gecombineerd met een meerjarige contracteerruimte. Dit geeft zorgaanbieders meer financiële zekerheid, waardoor bijvoorbeeld meer externe inhuur in vaste dienst kan worden genomen.

Doorontwikkeling Kwaliteitskader verpleeghuiszorg

De afgelopen jaren is de personeelsbezetting in de verpleeghuiszorg sterk toegenomen dankzij de implementatie van het Kwaliteitskader verpleeghuiszorg. Om tegen de achtergrond van de steeds krapper wordende arbeidsmarkt voor de zorg het kwaliteitskader op de lange termijn houdbaar en uitvoerbaar te houden, vindt onder regie van het Zorginstituut een doorontwikkeling plaats. Er komt (meer) aandacht voor de inzet van innovatie en technologie en het gebruik van context gebonden, flexibele werkroosters (lichter dan in het dienstrooster van de NZa zoals verondersteld bij de doorrekening van het Kwaliteitskader). De overheid neemt een nadrukkelijkere rol in met betrekking tot de kwaliteit van zorg. Zorginstituut Nederland wordt ten behoeve van de afdwingbaarheid verzocht om (in het verlengde van het lopende traject van ZINL met NZa over passende zorg) kwaliteit van zorg scherper te definiëren en transparantie hierover af te dwingen. De reeds van kracht zijnde wet Aanscherping toetsing voorgedragen kwaliteitsstandaarden («noodremprocedure») kan worden ingezet om te voorkomen dat de uitgaven substantieel stijgen als gevolg van een aanpassing van onderdelen van het Kwaliteitskader. Dit leidt tot gelijke goede zorg tegen lagere uitgaven in de langdurige zorg. Hiervoor wordt taakstellend een korting ingeboekt.

Overhevelen behandeling en geneesmiddelen van Wlz naar Zvw

Voor de helft van de Wlz-cliënten komen in de huidige situatie behandelvormen ten laste van de Wlz en voor de andere helft van die cliënten komen deze behandelingen ten laste van de Zvw. Deze rechtsongelijkheid wordt opgeheven door de aanspraak voor alle Wlz-cliënten gelijk te trekken. De aanspraak mondzorg blijft behouden in de Wlz.

Integraal Zorgakkoord

Als onderdeel van het Integraal Zorgakkoord wordt beoogd afspraken te maken over het afschaffen van particuliere keurmerken; dit heeft naast de Zvw ook een uitgaven-beperkend effect in de Wlz.

Scheiden wonen en zorg

Zorgkantoren gaan bij de inkoop sturen op extramurale leveringsvormen (VPT, MPT, pgb) zodat ouderen langer thuis kunnen wonen en in hun eigen omgeving oud kunnen worden. Dit leidt tot een lager beroep op langdurige zorg met verblijf.

Scheiden wonen en zorg (regiobudget t.b.v. transitie)

Om de beweging scheiden wonen en zorg op gang te krijgen, wordt voor de jaren 2022 t/m 2026 een bedrag van € 40 miljoen miljoen (€ 39,7 miljoen in 2022) vanuit de gereserveerde transitiemiddelen beschikbaar gesteld voor een regiobudget scheiden wonen en zorg. Zorgkantoren kunnen deze middelen inzetten om plannen te bekostigen die bijdragen de beweging scheiden wonen en zorg op gang te brengen binnen de specifieke regionale context.

Niet doorgaan integrale vergelijking/Dekking niet doorgaan integrale vergelijking

De integrale vergelijking verpleeghuiszorg gaat niet door. Het kabinet heeft besloten om andere maatregelen uit te voeren, zoals het scheiden van wonen en zorg, het verplichten van meerjarige contracten ouderenzorg en de doorontwikkeling van het Kwaliteitskader verpleeghuiszorg.

Meerkostenregeling i.v.m. corona

Dit betreft de compensatie van extra kosten als gevolg van corona voor aanbieders in de langdurige zorg op grond van de hiervoor door de NZa opgestelde beleidsregel.

Zorginfrastructuur

De middelen voor versterking van de zorginfrastructuur in de langdurige zorg worden vanuit de begroting, artikel 3, ingezet ten behoeve van de gespecialiseerde cliëntondersteuning, de toekomstagenda gehandicaptenzorg en de ramingsbijstelling van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Doordat de middelen via de begroting worden ingezet vindt er onder het uitgavenplafond zorg een negatieve bijstelling plaats.

Tijdelijke middelen Kwaliteitskader verpleeghuiszorg

Op de begroting waren tijdelijk extra middelen geraamd voor het Kwaliteitskader verpleeghuiszorg die uitgingen boven het structurele bedrag van € 2,1 miljard (in prijspeil 2017) dat vanaf 2027 was gereserveerd. Nu het structurele bedrag van € 2,1 miljard per 2022 in de integrale tarieven is verwerkt en de verpleeghuizen daarmee aan het kwaliteitskader kunnen voldoen is het mogelijk om de tijdelijke extra middelen gericht in te zetten. Dit betreft de dekking voor het Wlz-brede regionale stimulerings­ budget, de ophoging van het budget voor de beleidsregel innovatie van de NZa en enkele andere uitgaven die vanuit instrumenten op de begroting, artikel 3, lopen Deze bijstelling was mogelijk zonder het beschikbaar gestelde Wlz-kader te verlagen.

Regionaal stimuleringsbudget zorgkantoren

Dit betreft de gereserveerde middelen voor een regionaal stimuleringsbudget voor de ouderenzorg en gehandicaptenzorg binnen de Wlz. De middelen kunnen worden ingezet voor ter bevordering van goed werkgeverschap, regionale samenwerking en (opschaling van) technologie en innovatie. Op deze manier draagt de inzet bij aan de opgaven uit het coalitieakkoord om te komen tot toekomstbestendige, betaalbare, toegankelijke en kwalitatief goede Wlz-zorg.

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van kleine beleidsmatige bijstellingen, waaronder het ophogen van het budget voor de beleidsregel innovatie van de NZa met € 7,5 miljoen in 2022 en € 10 miljoen in de jaren 2023 t/m 2026.

Technisch

LP-indexatie Wmo beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de loon- en prijsindexatie naar het budget voor beschermd wonen in het gemeentefonds.

Volume-indexatie Wmo beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de volumegroei in voor Wmo beschermd wonen.

Ontvangsten

Autonoom

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange termijnverkenning (MLT) 2022–2025 van het Centraal Planbureau (CPB).

Beleidsmatig

Scheiden wonen en zorg

Zorgkantoren gaan bij de inkoop sturen op extramurale leveringsvormen (VPT, MPT, pgb) zodat ouderen langer thuis kunnen wonen en in hun eigen omgeving oud kunnen worden. Dit leidt tot lagere ontvangsten van eigen bijdragen.

6.3.3 Verticale ontwikkeling begrotingsgefinancierde zorguitgaven

Bij de begrotingsgefinancierde zorguitgaven gaat het met name om middelen die op grond van de Wmo beschermd wonen onder het Uitgavenplafond Zorg beschikbaar zijn. Naast de Wmo beschermd wonen vallen enkele andere begrotingsgefinancierde posten onder de zorguitgaven. Tot deze categorie horen een deel van de uitgaven voor zorgopleidingen, de uitgaven voor zorg, jeugd en welzijn in Caribisch Nederland, de subsidie(regelingen) NIPT, abortusklinieken, overgang integrale tarieven medische-specialistische zorg (MSZ) en kwaliteit, transparantie en patiëntveiligheid. Deze uitgaven worden bij de artikelen 1, 2 en 4 verantwoord en toegelicht. Ten slotte zijn een aantal maatregelen uit de Startnota opgenomen op de aanvullende post van het Ministerie van Financiën, die onder de zorguitgaven vallen.

In tabel 6 wordt de ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde zorguitgaven weergegeven. De bijstellingen voor beschermd wonen en de aanvullende post van Financiën worden respectievelijk in tabel 6A en tabel 6B gespecificeerd en toegelicht. In tabel 6C is de stand van de aanvullende post van Financiën opgenomen.

Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven ontwerpbegroting 2022 2.018,4 1.906,7 1.903,2 1.914,1 1.924,1
Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022 ‒ 9,5 0,0 0,0 0,0 0,0
Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven NvW ontwerpbegroting 2022 2.008,9 1.906,7 1.903,2 1.914,1 1.924,1
Bijstellingen
Beschermd wonen (gemeentefonds), zie tabel 6A 69,7 106,5 106,5 106,5 106,5
Aanvullende post Financiën, zie tabel 6B 197,6 1.083,2 1.301,0 1.126,4 1.184,6
Autonoom 18,5 91,4 161,2 192,2 231,6
Loon- en prijsontwikkeling 18,5 91,4 161,2 192,2 231,6
Beleidsmatig ‒ 32,0 ‒ 74,1 ‒ 82,1 ‒ 76,4 ‒ 74,7
Zorg, jeugd en welzijn in Caribisch Nederland (Artikel 4) ‒ 18,9 ‒ 16,3 ‒ 16,3 ‒ 16,3 ‒ 16,3
Overig ‒ 13,1 ‒ 57,8 ‒ 65,8 ‒ 60,1 ‒ 58,5
Totaal bijstellingen 253,9 1.207,1 1.486,6 1.348,7 1.448,0
Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven NvW ontwerpbegroting 2022 2.008,9 1.906,7 1.903,2 1.914,1 1.924,1
Bijstellingen in de netto Zvw-uitgaven 253,9 1.207,1 1.486,6 1.348,7 1.448,0
Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven 1e suppletoire begroting 2022 2.262,8 3.113,8 3.389,8 3.262,8 3.372,1
1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.
Bron: VWS.

In tabel 6A wordt de ontwikkeling van de zorguitgaven Wmo beschermd wonen gepresenteerd en toegelicht.

Netto uitgaven beschermd wonen ontwerpbegroting 2022 1.425,7 1.426,4 1.426,9 1.427,5 1.428,1
Bijstellingen
Technisch 69,7 106,5 106,5 106,5 106,5
LP-indexatie Wmo beschermd wonen 68,5 68,5 68,5 68,5 68,5
Volume-indexatie Wmo beschermd wonen 1,2 38,0 38,0 38,0 38,0
Totaal bijstellingen 69,7 106,5 106,5 106,5 106,5
Netto uitgaven beschermd wonen 1e suppletoire begroting 2022 1.495,5 1.532,9 1.533,4 1.534,0 1.534,6
1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.
Bron: VWS.

Toelichting

Loon- en prijsbijstelling Wmo beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de loon- en prijsindexatie naar het budget voor Wmo beschermd wonen in het gemeentefonds.

Volume-indexatie beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de volumegroei voor Wmo beschermd wonen in het gemeentefonds.

In tabel 6B wordt de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven op de aanvullende post van Financiën gepresenteerd en toegelicht. De middelen maken onderdeel uit van het Uitgavenplafond Zorg. In de tabel zijn de maatregelen uit de Startnota en de middelen welke overgeheveld zijn naar de VWS-begroting opgenomen en toegelicht. Daarnaast zijn er enkele overige bijstellingen in de tabel verwerkt.

Netto Zorguitgaven aanvullende post Financiën ontwerpbegroting 2022 0,8 0,8 0,8 0,8 0,8
Bijstellingen
Beleidsmatig
Startnota 367,5 1.187,0 1.413,5 1.253,0 1.207,7
Integraal Zorgakkoord (transformatiemiddelen) 80,0 208,0 208,0 208,0 208,0
Meer tijd voor huisartsen 0,0 4,0 8,0 12,0 48,0
Woon-zorg combinaties en stimulering langer thuis 37,5 75,0 87,5 100,0 0,0
Respijtzorg 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0
Juiste zorg op de juiste plek (transformatiemiddelen) 0,0 380,0 380,0 380,0 380,0
Standaardisatie gegevensuitwisseling 0,0 200,0 400,0 200,0 200,0
Valpreventie bij 65-plussers 0,0 60,0 60,0 60,0 61,7
Passende zorg als norm in Zvw (investeringsmiddelen) 40,0 50,0 60,0 83,0 100,0
Scheiden wonen en zorg 200,0 200,0 200,0 200,0 200,0
Overhevelingen naar de VWS-begroting ‒ 52,3 ‒ 90,7 ‒ 101,2 ‒ 114,6 ‒ 10,6
Integraal Zorgakkoord ‒ 0,2 0,0 0,0 0,0 0,0
Woon-zorg combinaties en stimulering langer thuis ‒ 37,5 ‒ 75,0 ‒ 87,5 ‒ 100,0 0,0
Respijtzorg ‒ 10,0 ‒ 10,0 ‒ 10,0 ‒ 10,0 ‒ 10,0
Passende zorg als norm in Zvw ‒ 4,3 ‒ 5,7 ‒ 3,7 ‒ 4,6 ‒ 0,6
Scheiden wonen en zorg ‒ 0,3 0,0 0,0 0,0 0,0
Overige bijstellingen ‒ 117,6 ‒ 13,1 ‒ 11,2 ‒ 12,0 ‒ 12,5
Scheiden wonen en zorg (regiobudget t.b.v. transitie) ‒ 39,7 ‒ 40,0 ‒ 40,0 ‒ 40,0 ‒ 40,0
Integraal Zorgakkoord (kasschuif) ‒ 79,8 19,8 20,0 20,0 20,0
Loon- en prijsbijstelling 1,9 7,1 8,8 8,0 7,5
Totaal bijstellingen 197,6 1.083,2 1.301,0 1.126,4 1.184,6
Netto zorguitgaven aanvullende post Financiën 1e suppletoire begroting 2022 198,4 1.084,0 1.301,8 1.127,2 1.185,4
1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.
Bron: VWS.

Toelichting

Startnota

Integraal Zorgakkoord (transformatiemiddelen)

De transformatiemiddelen worden opnieuw beschikbaar gesteld ter ondersteuning van de zorginhoudelijke afspraken tot en met 2026, met een extra intensivering in 2022, alvorens deze in 2027 komen te vervallen.

Meer tijd voor huisartsen

Het coalitieakkoord maakt middelen beschikbaar om meer huisartsen op te leiden. Dit moet ertoe leiden dat huisartsen meer tijd voor hun patiënten krijgen, zodat zij het goede gesprek in de spreekkamer kunnen voeren.

Woon-zorg combinaties en stimulering langer thuis

Het doel van deze maatregel is ervoor te zorgen dat we als samenleving voorbereid zijn op een ouder wordende populatie, ouderen langer in hun eigen omgeving kunnen blijven wonen en minder snel een beroep doen op (zwaardere vormen van) ondersteuning en zorg en het vergroten van de inzet van digitale zorg en ondersteuning. Om dit te realiseren wordt er ingezet op drie hoofdonderdelen, namelijk het creëren van meer geschikte woonplekken voor ouderen, digitale zorg en ondersteuning en de voorbereiding op een ouder worden populatie door het sociale netwerk van ouderen o.a. te versterken.

Respijtzorg

Respijtzorg heeft als doel dat meer mensen die voor een naaste zorgen zich gefaciliteerd en ondersteund voelen om hun zorgtaken uit te voeren via een innovatief (respijt)zorgaanbod en aandacht voor overbelasting (op o.a. werk en school). Om het ‘zorgen voor je naaste’ te faciliteren, wordt er met deze maatregel ingezet op het bereiken van resultaten op twee gebieden: innovatie van het respijtzorg aanbod en opvolging van de landelijke aanpak Samen Sterk voor Mantelzorg.

Juiste zorg op de juiste plek (transformatiemiddelen)

De hoog-complexe zorg wordt versterkt door te sturen op meer concentratie. Hiervoor wordt financiering en/of regulering aangepast om tot de gewenste verplaatsing van zorg te komen. Er wordt rekening gehouden met een transitieperiode van vijf jaar.

Standaardisatie gegevensuitwisseling

De gegevensuitwisseling in de zorg wordt gestandaardiseerd. Er wordt gekeken naar de meest doelmatige modaliteit.

Valpreventie bij 65-plussers

Gemeenten krijgen de taak om valpreventieprogramma’s aan te (laten) bieden voor hun inwoners van 65 jaar en ouder. Hiervoor zijn investeringen nodig in opsporing en screening en het ontwikkelen en aanbieden van valpreventieprogramma’s.

Passende zorg als norm (enkel bewezen effectieve zorg) in Zvw (investeringsmiddelen)

De sturing op effectieve zorg in het basispakket wordt versterkt. Hiertoe wordt grootschalig geïnvesteerd in effectiviteitsonderzoek. De capaciteit en bevoegdheden van uitvoerders en toezichthouders worden uitgebreid om te borgen dat de vertaalslag van onderzoeksresultaten naar de praktijk wordt gemaakt.

Scheiden wonen en zorg

Er wordt in de jaren 2022 t/m 2026 in totaal € 1,0 miljard gereserveerd om deze transitie scheiden wonen en zorg op gang te brengen.

Overhevelingen naar de VWS-begroting

Integraal Zorgakkoord

Om het Integraal Zorgakkoord mogelijk te maken, worden middelen overgeheveld vanuit de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting.

Woon-zorg combinaties en stimulering langer thuis

Deze middelen worden overgeheveld vanuit de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting.

Respijtzorg

De middelen worden overgeheveld vanuit de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting.

Passende zorg als norm in Zvw

Een deel van de beschikbare middelen wordt overgeheveld van de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting.

Scheiden wonen en zorg

Een deel van de transitiemiddelen scheiden wonen en zorg wordt overgeheveld van de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting om onderzoek op dit terrein te bekostigen.

Overige bijstellingen

Scheiden wonen en zorg (regiobudget t.b.v. transitie)

Om de beweging scheiden wonen en zorg op gang te krijgen, wordt voor de jaren 2022 t/m 2026 van € 40 miljoen (€ 39,7 miljoen in 2022) van de transitiemiddelen beschikbaar gesteld voor een regiobudget scheiden wonen en zorg. Zorgkantoren kunnen deze middelen inzetten om plannen te bekostigen die bijdragen de beweging scheiden wonen en zorg op gang te brengen binnen de specifieke regionale context.

Integraal Zorgakkoord (kasschuif)

Met deze kasschuif worden de transformatiemiddelen bij het Integraal Zorgakkoord voor het jaar 2022 verplaatst naar de jaren dat het beoogde akkoord geldt.

Loon- en prijsbijstelling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

In tabel 6C is de stand van de zorguitgaven op de aanvullende post van Financiën gepresenteerd. Dit betreft de stand van de middelen op de aanvullende post van Financiën na verwerking van de maatregelen uit de Startnota, de overhevelingen naar de VWS-begroting en overige bijstellingen.

Integraal Zorgakkoord (transformatiemiddelen) 0,0 227,8 228,0 228,0 228,0
Meer tijd voor huisartsen 0,0 4,0 8,0 12,0 48,0
Juiste zorg op de juiste plek (transformatiemiddelen) 0,0 380,0 380,0 380,0 380,0
Standaardisatie gegevensuitwisseling 0,0 200,0 400,0 200,0 200,0
Valpreventie bij 65-plussers 0,0 60,0 60,0 60,0 61,7
Passende zorg als norm in Zvw (investeringsmiddelen) 35,7 44,3 56,3 78,4 99,4
Scheiden wonen en zorg 160,0 160,0 160,0 160,0 160,0
Loon- en prijsbijstelling 2,7 7,9 9,6 8,8 8,3
Stand aanvullende post Financiën 1e suppletoire begroting 2022 198,4 1.084,0 1.301,8 1.127,2 1.185,4
1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.
Bron: VWS.