[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Lijst van vragen over de Contourennota box 3-heffing op basis van werkelijk rendement (Kamerstuk 32140-105)

Herziening Belastingstelsel

Lijst van vragen

Nummer: 2022D21089, datum: 2022-05-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2022D21089).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2022Z07658:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2022D21089 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

De vaste commissie voor Financiën heeft over een brief van de Staatssecretaris van Financiën inzake de Contourennota box 3-heffing op basis van werkelijk rendement (Kamerstuk 32 140, nr. 105) de navolgende vragen ter beantwoording aan de Staatssecretaris voorgelegd.

De voorzitter van de commissie,
Tielen

De adjunct-griffier van de commissie,
Kling

Nr Vraag
1 Kunt u per categorie aangeven hoeveel geld er in Nederland omgaat in de vrijgestelde bezittingen, zoals opgesomd op de website van de Belastingdienst?
2 Welke belastingregelingen zijn er die van invloed zijn op box 3 en wat is het budgettaire belang van elke regeling?
3 Waarom gaat de contourennota over een nieuw box 3-stelsel op basis van werkelijk rendement niet in op de doorwerking naar en gevolgen voor de toeslagen en andere regelingen?
4 Kunt u uitgebreid ingaan op de verwachte doorwerking die een box 3-stelsel op basis van werkelijk rendement heeft op de toeslagen en andere regelingen? Bent u bereid de Kamer hier apart (per brief) over te informeren?
5 In de brief van 10 mei 2022 (Kamerstuk 32 140, nr. 107) over regelingen waarop het rechtsherstel box 3 invloed heeft, worden tien regelingen genoemd die een doorwerking naar box 3 hebben. Kunt u per regeling aangeven wat de gevolgen zijn van een nieuw box 3-stelsel op basis van werkelijk behaald rendement? Bent u bereid de Kamer hier apart (per brief) over te informeren?
6 Klopt het dat het nieuwe box 3-stelsel een grote impact op toeslagen en andere regelingen gaat hebben, omdat een kenmerk van het nieuwe stelsel is dat inkomsten in box 3 meer zullen fluctueren en dat daardoor toeslagen van jaar tot jaar sterk kunnen wijzigen?
7 In hoeverre wordt het aanvragen van een toeslag voor iemand met box 3-vermogen in het nieuwe stelsel deels een gok, aangezien het werkelijke rendement in een volgend jaar niet te voorspellen is?
8 Klopt het dat risico bestaat dat in het nieuwe stelsel een risico nemende belegger die in het ene jaar een hoog verzamelinkomen heeft doordat hij hele goede rendementen haalt en in het andere jaar een laag verzamelinkomen omdat hij veel verlies lijdt, over deze twee jaar gemiddeld (veel) meer toeslagen ontvangt dan een risicomijdende spaarder of belegger die in dezelfde twee jaar een stabiel verzamelinkomen had? Kunt u dit uitwerken in één of meerdere voorbeelden?
9 In hoeverre is het noodzakelijk om eerst alle gevolgen voor toeslagen en andere regelingen scherp te hebben, voordat een nieuw box 3-stelsel op basis van werkelijk rendement ingevoerd kan worden?
10 Kan het voorkomen dat wanneer heffing op werkelijk rendement in 2025 wordt ingevoerd en dat jaar bijvoorbeeld de huizenmarkt een daling inzet, de overheid voor een flinke kostenpost staat aangezien de waardedaling op tweede huizen kan worden gebruikt als verrekening voor andere winsten? Is het mogelijk om dit voor zeer fluctuerende vermogensbestanddelen tegen te gaan?
11 Wat is de verwachting over wanneer werkelijke waardedaling van onroerend goed kan worden meegenomen in het nieuwe stelsel?
12 Wordt er bij het nadenken over aftrekbaarheid van kosten ook nagedacht over een forfaitair kostenbedrag voor alle box 3-houders? Is de verwachting dat deze invulling tot juridische procedures zal leiden?
13 Kan er een inschatting worden gegeven over hoe de inkomsten uit het nieuwe stelsel fluctueren als wordt gekozen voor een langere/kortere termijn van verliesverrekening?
14 Zijn er redelijkheidseisen waarmee de Belastingdienst rekening moet houden als het gaat om de termijnen voor verliesverrekening?
15 Klopt het dat een lange periode voor verliesverrekening indirect dient als schokdemper voor fluctuerende waarde voor vermogen?
16 Wat zijn bij een vermogensaanwasbelasting de voor- en nadelen vanuit het perspectief van de burger? Kunt u deze vraag graag tevens beantwoorden voor de vermogenswinstbelasting?
17 Wat zijn bij een vermogensaanwasbelasting de voor- en nadelen vanuit het perspectief van ketenpartners? Kunt u deze vraag graag tevens beantwoorden voor de vermogenswinstbelasting?
18 Hoe worden deze voor- en nadelen gewogen? Welke groep weegt daarbij voor het kabinet het zwaarst bij de dilemma’s?
19 Wat zijn per systeem de budgettaire (invoering-)gevolgen?
20 Hoe zal per systeem worden omgegaan met incourante vermogensbestanddelen?
21 Hoe zal per systeem (met name dat van vermogensaanwasbelasting) worden omgegaan met nog niet gerealiseerde winsten in situaties dat vermogen «vastzit» en niet op korte termijn kan worden verzilverd om belasting te kunnen betalen?
22 Is het kabinet bereid om tevens, naast onroerend goed, met forfaitaire regelingen te gaan werken ten aanzien van vermogensbestanddelen?
23 Hoe wordt per systeem aangekeken tegen vermogensverminderingen en -verliezen? In hoeverre en hoelang zijn deze verrekenbaar?
24 Hoe wordt omgegaan met waarderingen van bijvoorbeeld kunst, antiek en oude auto’s? Hoe wordt omgegaan met cryptocurrency?
25 Hoe wordt omgegaan met arbitragemogelijkheden (bijvoorbeeld box 2)?
26 Hoe wordt omgegaan met planning en/of misbruik rondom het systeem? Welke maatregelen bestaan daartegen?
27 Hoe kijkt het kabinet aan tegen tegemoetkomingen in het nieuwe stelsel ten aanzien van groene beleggingen?
28 Hoe kijkt het kabinet aan tegen tegemoetkomingen in het nieuwe stelsel ten aanzien van durfkapitaal? Hoe kijkt het kabinet aan tegen zorgen rondom de invoering, met name vanwege het samenvallen met de laagste koersen in tien jaar wat gevaarlijk is als «reëel rendement» sinds invoering wordt berekend?
29 Hoe kijkt het kabinet aan tegen de groep ouderen die geen tot weinig pensioen hebben opgebouwd? Hoe beziet het kabinet dat in relatie tot de fiscale (uitstel) van mensen die pensioen in box 1 opbouwen en pas later (en tegen lager tarief in eerste schijf) worden belast op het moment van uitkering, gelet op het feit dat in tegenstelling tot pensioenreserve van werknemers/ambtenaren bij een pensioenfonds, waar nog geen loonbelasting over is ingehouden, het gespaarde-al of niet belegde- vermogen van particulieren en ondernemers jaarlijks wordt belast met een box 3-heffing ook als dit de enige pensioenpot is?
30 Hoe kijkt het kabinet aan tegen het feit dat ondernemers en gepensioneerden worden benadeeld in hun oudedagsvoorziening in box 3 doordat enerzijds dividend en rente worden belast zonder inflatiecorrectie die belast wordt als winst en anderzijds de totale belastingdruk van box 2 lager is dan de belastingdruk van de inkomstenbelasting – maar het geen heffingsvrije voet zoals inkomstenbelasting heeft?
31 Hoe gaat het kabinet om met het feit dat voor veel ondernemers box 3 vermogen een buffer voor onverzekerde/onverzekerbare risico's is om investeringen te kunnen doen omdat bankkrediet vaak moeizaam/duur is en tenslotte als pensioen?
32 Is het de verwachting dat bij het aanbieden van een betalingsregeling voor het voldoen van box 3-belasting het liquiditeitsprobleem nog een rol van betekenis speelt?
33 Welke keuzes bij de inrichting van de vermogensaanwasbelasting kunnen worden gemaakt om de opbrengsten voorspelbaarder en gelijkmatiger te maken?
34 Is het mogelijk een bandbreedte aan te geven van de mogelijke opbrengsten van de nieuwe belasting?
35 Is het mogelijk om naast de vermogensaanwasbelasting een pure vermogensbelasting te hanteren? Zo ja, zijn er landen die twee soorten vermogensbelasting naast elkaar hanteren?
36 Zijn er gedragseffecten bij een overgang van het huidige stelsel naar een vermogensaanwasbelasting? Zo ja, welke?
37 Kan er een overzicht worden gegeven van uitvoeringsproblemen die in het verleden zijn benoemd en die een eerdere invoering van de vermogensaanwasbelasting in de weg stonden?
38 Wat zijn mogelijke oplossingsrichtingen voor het nadeel van een vermogensaanwasbelasting dat het kan voorkomen dat een belastingplichtige onvoldoende liquide middelen heeft om de box 3-heffing te voldoen?
39 In welke landen bestaat een vermogensbelasting? Kan per land worden aangegeven wat de grondslag is en wat het tarief is?
40 Voor welke vermogensbestanddelen is de overgang naar het nieuwe stelsel naar verwachting niet mogelijk per 2025?
41 Op welke wijze zal de waardeontwikkeling van onroerende zaken forfaitair worden vastgesteld?
42 Kunt u nader toelichten hoe investeringskosten, onderhoudskosten en financieringskosten van onroerende zaken worden meegenomen in de forfaitaire heffing op onroerende zaken?
43 Wat zijn de voor- en nadelen om voor de categorie onroerende zaken structureel met een forfaitaire heffing te blijven werken in het licht van de complexiteit van het vaststellen en verzamelen van de gegevens over het werkelijk rendement op onroerend goed?
44 Kunt u aangeven welke elementen worden meegenomen bij het in beeld brengen van de effecten van de verschillende maatregelen en de samenhang daartussen? Kun u daarbij tevens aangeven wanneer de Kamer de uitwerking hiervan tegemoet kan zien?
45 Kunt u nader toelichten hoe de andere behandeling van schulden in het nieuwe box 3-stelsel tot gevolg heeft dat schulden en bezittingen niet meer worden gesaldeerd?
46 Wordt ook overwogen om alle bijbehorende kosten als aftrekbaar te zien en hiermee rekening te houden bij de bepaling van het belastingtarief om rechtszaken en hoge uitvoeringskosten te voorkomen?
47 Wat is de ratio achter een heffingsvrij inkomen?
48 Is het kabinet voornemens vast te houden aan dezelfde grondslag als die voor de vermogensrendementsheffing?
49 Blijft inkomen uit maatschappelijke beleggingen onbelast net als een deel van de inkomsten uit groene beleggingen? Zo ja, waarom?
50 Wordt kunst in Nederland als vermogen gezien? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet? Hoeveel vermogen zit er in Nederland in kunst?
51 Worden plezierjachten in Nederland als vermogen gezien? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet? Hoeveel vermogen zit er in Nederland in de vorm van plezierjachten?
52 Acht het kabinet het logisch om vermogensinkomsten en waardestijgingen op te tellen bij het reguliere inkomen en zo al het inkomen te belasten volgens het progressieve systeem in box 1? Kan het antwoord worden toegelicht?
53 Is het de inzet om de budgettaire opbrengst van box 3 gelijk te houden?
54 Worden fiscalisten uit de praktijk betrokken bij de inventarisatie en uitwerking van technische en praktische vraagstukken die opkomen bij het omvormen van box 3?
55 Kunt u een eerste inschatting maken van de te verwachten gedragseffecten van belastingplichtigen met box 3-vermogen in aanloop naar de invoering per 2025 en na de invoering in 2025 van het nieuwe box 3-stelsel? Hoe worden de te verwachten gedragseffecten meegenomen bij de uitwerking van de nieuwe box 3-wetgeving?
56 Kunt u toelichten welke consequenties deze ingrijpende wijziging van de box 3-heffing heeft voor de verhouding met en het evenwicht tussen de boxen 1, 2 en 3? Hoe wordt gewaarborgd dat de samenhang van de nieuwe box 3 met box 1 en box 2 behouden blijft en indien mogelijk verbeterd?
57 Wat wordt in de zin «Bij het verder uitwerken van het nieuwe stelsel zal steeds nadrukkelijk aandacht zijn voor het thema doenvermogen.» bedoeld met aandacht? Aan welke voorstellen wordt, gelet op het feit dat er namelijk wordt gemeld dat het ingewikkeld gaat worden voor burgers, gedacht om het eenvoudiger te maken?
58 Klopt het dat een nieuw box 3-stelsel ook leidt tot een administratieplicht voor burgers die onder het heffingsvrij inkomen in box 3 vallen, omdat zij eerst dienen te berekenen dat hun werkelijke rendement onder het heffingsvrije inkomen valt?
59 Kunt u nader ingaan op de invloed die het fluctueren van box 3-opbrengsten in het nieuwe stelsel en de mogelijke uitschieters van enkele miljarden hebben op de overheidsfinanciën van Nederland en de mogelijke voor- en nadelen op dit punt? Kunt u nader ingaan op de invloed die dit heeft op het EMU-saldo?
60 Is het tijdspad voor de implementatie van het nieuwe box 3-stelsel getoetst bij ketenpartners? Zo nee, waarom niet?
61 Welke risico’s levert, gelet op het feit dat CapGemini opmerkt dat de ketenpartners pas zullen starten met hun werkzaamheden ter voorbereiding van de implementatie als de wetgeving is gepubliceerd in het Staatsblad, dit op voor het tijdspad?
62 In hoeverre maakt de Belastingdienst zich afhankelijk van ketenpartners in het nieuwe box 3-stelsel en welke risico’s zijn er voor de Belastingdienst op dit punt?
63 In hoeverre is een goede samenwerking met ketenpartners essentieel en hoe wordt dit gewaarborgd voor en na de invoering van het nieuwe box 3-stelsel? Hoe worden afspraken met ketenpartners gemaakt en vastgelegd?
64 Is er op dit moment contact met alle relevante ketenpartners en hoe verloopt dit contact?