Antwoord op vragen van de leden Werner en Van den Berg over het bericht 'Mensen met handicap onterecht dubbel verzekerd'
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2022D21314, datum: 2022-05-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20212022-2873).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport
Onderdeel van zaak 2022Z06981:
- Gericht aan: E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: L.M. Werner, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J.A.M.J. van den Berg, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
2873
Vragen van de leden Werner en Van den Berg (beiden CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Mensen met handicap onterecht dubbel verzekerd» (ingezonden 8 april 2022).
Antwoord van Minister Helder (Langdurige Zorg en Sport) (ontvangen 25 mei 2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2580.
Vraag 1
Kent u het bericht «Mensen met handicap onterecht dubbel verzekerd»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat vindt u ervan dat mensen met een verstandelijke beperking al jarenlang dubbel verzekerd zijn via de Zorgverzekeringswet (Zvw) en via de Wet langdurige zorg (WLz)?
Antwoord 2
Een basisverzekering in de zin van de Zvw wordt afgesloten bij een zorgverzekeraar. Een basisverzekering vergoedt tandheelkundige zorg voor personen onder de 18 jaar. Voor personen boven de 18 jaar wordt tandheelkundige zorg vergoed voor zover het – kort gezegd – gaat om bepaalde chirurgische tandheelkundige hulp.2
Voor een deel van Wlz-cliënten komt tandheelkundige zorg ten laste van de Wlz.
Dit zijn Wlz-cliënten die «verblijf met behandeling» ontvangen.3 Voor Wlz-cliënten die «verblijf zonder behandeling» ontvangen, bestaat geen aanspraak op tandheelkundige zorg op grond van de Wlz. Wlz-cliënten kunnen via het zorgkantoor en de zorginstelling waar zij verblijven, nagaan of zij verblijf met of zonder behandeling ontvangen en daarmee in hoeverre zij voor tandheelkundige zorg verzekerd zijn op grond van de Wlz.
Voor met name Wlz-cliënten die verblijf zonderbehandeling ontvangen, kan het zinvol zijn een aanvullende tandartsverzekering af te sluiten. Deze cliënten hebben immers geen aanspraak op tandheelkundige zorg vanuit de Wlz en de Zvw kent slechts een beperkte vergoeding van tandheelkundige zorg voor personen boven de 18 jaar.
Een aanvullende tandartsverzekering is geen basisverzekering in de zin van de Zvw. Een aanvullende tandartsverzekering wordt uitgevoerd door een aanvullende ziektekostenverzekeraar. Er is daarom geen sprake van een dubbele verzekering in de zin van de Zvw én de Wlz.
De Wlz wordt uitgevoerd door zorgkantoren. Per regio is één zorgkantoor aangewezen voor deze uitvoering. Een zorgkantoor maakt altijd deel uit van een concern waartoe ook een zorgverzekeraar behoort, maar functioneert daarvan onafhankelijk. Gegevens over Wlz-cliënten mogen – in verband met de privacy – slechts zeer beperkt worden gedeeld. De gegevens over een Wlz-cliënt mogen door het zorgkantoor niet met een aanvullende ziektekostenverzekeraar worden gedeeld voor het beoordelen en accepteren van een aspirant-verzekerde voor bijvoorbeeld een aanvullende tandartsverzekering, ook niet als het zorgkantoor, de zorgverzekeraar en de aanvullende ziektekostenverzekeraar deel uitmaken van dezelfde onderneming.
Hieruit vloeit voort dat gegevens over Wlz-cliënten niet bekend zijn bij de aanvullende ziektekostenverzekeraar. Dit is slechts anders indien een persoon uit zichzelf aan de aanvullende ziektekostenverzekeraar gegevens over zijn Wlz-indicatie meldt. De aanvullende ziektekostenverzekeraar kan de Wlz-cliënt er vervolgens op wijzen dat hij op grond van de Wlz mogelijkerwijs al aanspraak kan maken op vergoeding van tandheelkundige zorg.
Vraag 3
Is het u bekend dat ouders en belangenorganisaties al jarenlang bezig zijn om het probleem van het dubbel verzekerd zijn aanhangig te maken?
Antwoord 3
De signalen zijn mij bekend. De aanspraak op tandheelkundige zorg binnen de Wlz geldt als gezegd niet voor alle cliënten, maar alleen voor cliënten die verblijf met behandeling ontvangen. Dat is ingewikkeld.
Vraag 4
Weet u hoeveel mensen met een verstandelijke of meervoudige beperking in Nederland dubbel verzekerd zijn?
Antwoord 4
Voor de duidelijkheid merk ik nogmaals op: het gaat hier niet om een dubbele verzekering in de zin van de Zvw én de Wlz. Het gaat om Wlz-cliënten die mogelijk aanspraak maken op dezelfde tandheelkundige zorg zowel op grond van de Wlz als op grond van een aanvullende tandartsverzekering.
Het is bekend hoeveel mensen een aanvullende ziektekostenverzekering hebben afgesloten. In 2022 heeft 83,5% van de verzekerden met een basisverzekering een aanvullende ziektekostenverzekering afgesloten, hiervan heeft ongeveer 80% (ook) een tandartsverzekering. Het is echter niet bekend wie een aanvullende verzekering heeft afgesloten. Het is dan ook niet bekend hoeveel mensen dubbel verzekerd zijn.
Vraag 5
Vindt u dat instellingen waar cliënten verblijven, er actief of actiever op moeten wijzen dat mensen met een verstandelijke handicap die een behandeling ontvangen, geen aanvullende verzekering hoeven af te sluiten? Waarom wel of waarom niet?
Antwoord 5
Zorginstellingen kunnen Wlz-cliënten behulpzaam zijn bij de beantwoording van de vraag welke aanspraken een cliënt heeft op grond van de Wlz. Zij kunnen hier een actieve rol hebben door cliënten die verblijf met behandeling ontvangen te wijzen op het feit dat zij mogelijk geen aanvullende tandartsverzekering nodig hebben.
Het gebeurt ook dat zorgverzekeraars cliënten met een Wlz-indicatie een brief sturen waarin staat dat ze een mogelijke aanvullende verzekering wellicht op
kunnen zeggen omdat ze een Wlz-indicatie hebben. Ook kunnen aanvullende verzekeraars persoonlijk advies geven. Mede aan de hand van deze informatie, kan een Wlz-cliënt ervoor kiezen om een aanvullende ziektekostenverzekering af te sluiten. De keuze hiervoor berust echter ook op een persoonlijke afweging van de cliënt. Hierin kan de zorginstelling (of de aanvullende verzekeraar) niet treden.
Vraag 6
Vindt u dat zorgverzekeraars of zorgkantoren ook moeten controleren of deze specifieke doelgroep dubbel verzekerd is of niet? Waarom wel of waarom niet?
Antwoord 6
Wlz-gegevens zijn zeer gevoelige gegevens. Het betreffen immers gegevens over iemands gezondheid. Met verstrekking van deze gegevens dient dan ook terughoudend te worden omgegaan. In de Wlz is daarom vastgelegd dat deze gegevens alleen voor bepaalde doelen mogen worden verstrekt. Het is niet toegestaan de gegevens over een Wlz-cliënt te delen met een aanvullende ziektekostenverzekeraar.
Ik vind deze bescherming van de privacy belangrijker dan het creëren van de mogelijkheid om Wlz-gegevens aan aanvullende verzekeraars (commerciële partijen) te verstrekken, zodat deze kunnen nagaan of een Wlz-cliënt «dubbel verzekerd» is. Dit vind ik te meer omdat aanvullende verzekeraars voorlichting en een persoonlijk advies kunnen geven waarmee aspirant-verzekerden een weloverwogen keuze kunnen maken bij het afsluiten van een aanvullende verzekering.
Vraag 7
Deelt u de stellingname van een zorgverzekeraar dat de wetgeving inzake de persoonlijke levenssfeer het controleren op een overbodige verzekering in de weg zit? Waarom wel of waarom niet? Zo ja, wat zou er dan moeten gebeuren zodat zorgverzekeraars dit wel kunnen controleren?
Antwoord 7
Omdat de kwestie uit het programma «Max Meldpunt» ter beoordeling bij de rechter ligt, laat ik mij niet uit over de stellingname van de aanvullende verzekeraar.
In zijn algemeenheid merk ik op dat met het verstrekken van bijzondere persoonsgegevens (zoals een Wlz-indicatie) zeer terughoudend moet worden omgegaan. Deze gegevens mogen door een Wlz-uitvoerder niet worden gedeeld met een aanvullende verzekeraar.
Vraag 8
Wat vindt u van de stellingname van de zorgverzekeraar dat de verantwoordelijkheid bij de verzekerde – of in dit geval zijn vertegenwoordigers – ligt?
Antwoord 8
Omdat de kwestie uit het programma «Max Meldpunt» ter beoordeling bij de rechter ligt, laat ik mij niet uit over de stellingname van de verzekeraar.
Vraag 9 en 10
Deelt u de stellingname dat dit complexe materie is en dat wettelijke vertegenwoordigers dit niet allemaal kunnen weten of kunnen overzien?
Wat kunt u concreet doen aan het probleem van de dubbele verzekering van mensen met een verstandelijke handicap die behandeling ontvangen?
Antwoord 9 en 10
Het vertegenwoordigen van een Wlz-cliënt kan – gelet op de complexe materie – ingewikkeld zijn. Ik besef dan ook dat het moeilijk kan zijn om hierin keuzes te maken.
Aanvullende ziektekostenverzekeraars kunnen aspirant-verzekerden voorlichting en een persoonlijk advies geven om een weloverwogen keuze te maken bij het afsluiten van een aanvullende ziektekostenverzekering. Ik zal – via Zorgverzekeraars Nederland – aandacht vragen voor deze belangrijke rol.