Lijst van vragen, gesteld aan de regering, over het rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek 2021 bij de Koning (Kamerstuk 36100-I-2)
Jaarverslag en slotwet van de Koning 2021
Lijst van vragen
Nummer: 2022D21594, datum: 2022-05-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2022D21594).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: K.B. Hagen, voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: G.C. Honsbeek, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2022Z08692:
- Indiener: A.P. Visser, president van de Algemene Rekenkamer
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2022-05-19 13:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-05-25 14:00: Rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek 2021 bij de Koning (vragen aan de Algemene Rekenkamer) (36100-I-2) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2022-05-25 14:00: Rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek 2021 bij de Koning (vragen aan de regering) (36100-I-2) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2022-06-02 11:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-10-05 13:40: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2022D21594 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister-President, Minister van Algemene Zaken, over het rapport van de Algemene Rekenkamer inzake Resultaten verantwoordingsonderzoek 2021 bij de Koning (Kamerstuk 36 100 I, nr. 2).
De voorzitter van de commissie,
Hagen
De adjunct-griffier van de commissie,
Honsbeek
Nr | Vraag |
1 | Kunt u aangeven, met verwijzing naar relevante, juridische bronnen, waarom u de aanbeveling van de Algemene Rekenkamer om elke vijf jaar te bekijken of de B-component nog past bij de werkelijke uitgaven niet uitvoert nu de Algemene Rekenkamer constateert dat dit binnen de grenzen van artikel 41 Grondwet mogelijk is? |