[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

De antwoorden op Kamervragen over ondermaatse motoriek basisschoolleerlingen

Schriftelijke vragen

Nummer: 2022D22932, datum: 2022-06-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2022Z11153).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2022Z11153:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021-2022 Vragen gesteld door de leden der Kamer

2022Z11153

Vragen van het lid Rudmer Heerema (VVD) aan de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs over de antwoorden op Kamervragen over ondermaatse motoriek basisschoolleerlingen (ingezonden 3 juni 2022).

Vraag 1

Wat zijn de verschillen in vaardigheden na afronding van de post-initiële-hbo-opleiding bewegingsonderwijs enerzijds en het volgen van een volledige opleiding aan de ALO anderzijds?1.

Vraag 2

Beschikt u over onderzoeksresultaten die aantonen dat een docent met een post-initiële-hbo-opleiding even effectieve gymlessen geeft als een docent die een opleiding aan de ALO heeft gevolgd? Zo niet, kunt u hier onderzoek naar doen?

Vraag 3

Wat doet u beleidsmatig met alle rapporten die wijzen op de meerwaarde van leskrijgen van een ALO-opgeleide vakdocent bewegingsonderwijs? Heeft hier reeds een inventarisatie plaatsgevonden welke meerwaarde de ALO-opgeleide vakdocent heeft? Indien deze inventarisatie nog niet heeft plaatsgevonden, bent u bereid deze op korte termijn te doen en de resultaten met de Kamer te delen?

Vraag 4

Welke beleidsmatige voorstellen zijn de afgelopen jaren gedaan met betrekking tot de ALO-opgeleide vakdocent bewegingsonderwijs gedaan?

Vraag 5

Is de invoering van twee uur verplicht bewegingsonderwijs voldoende om het percentage kinderen met ondermaatse motoriek van 24% substantieel verder te laten dalen? Zo ja, waar is dit op gebaseerd? Zo nee, wat gaat u doen om dit percentage wel verder te laten dalen en is hier voor de ALO-opgeleide vakdocent een prominente rol weggelegd?

Vraag 6

Deelt u de mening dat het aannemen en opleiden van meer ALO-docenten helpt bij het oplossen van het lerarentekort?

Vraag 7

Wat gaat u doen om scholen ertoe te bewegen meer ALO-docenten aan te nemen?


  1. Aanhangsel van de Handelingen II, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2669; ALO: Academie voor Lichamelijke Opvoeding.↩︎