Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2021-2022

36 100 III Jaarverslag en slotwet Ministerie van Algemene Zaken, het Kabinet van de Koning en de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2021

Nr. 6 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 8 juni 2022

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister-President, Minister van Algemene Zaken over het Jaarverslag Ministerie van Algemene Zaken, het Kabinet van de Koning en de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2021 (Kamerstuk 36 100 III, nr. 1).

De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 7 juni 2022. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,
Hagen

Adjunct-griffier van de commissie,
Honsbeek

Vraag 1

Hoe vaak heeft u in 2021 collega-bewindspersonen gewezen op de afspraken die er bestaan over het informeren van de Kamer?

Antwoord op vraag 1

Afspraken over het informeren van de Kamer zijn meerdere malen en op verschillende wijzen aan de orde geweest in het kabinet. Op 30 april 2021 is bijvoorbeeld gesproken over de beleidslijn actieve openbaarmaking nota’s. Ik houd niet bij hoe vaak ik hierover spreek met collega bewindspersonen.

Vraag 2

Gebruiken uw ministerie en de bijbehorende uitvoeringsinstanties algoritmen bij de uitvoering van het werk? Kunt u een limitatieve lijst geven?

Antwoord op vraag 2

Nee, bij het Ministerie van Algemene Zaken wordt geen gebruik van algoritmen bij de uitvoering van het werk.

Vraag 3

Zijn er op ICT-systemen en het verwerken van data binnen uw ministerie en/of bij uitvoeringsinstanties Privacy Impact Analyses (PIA) of Gegevensbeschermingeffectbeoordeling (GEB) uitgevoerd in 2021? Kunt u deze rapportages naar de Kamer zenden?

Antwoord op vraag 3

In 2021 zijn er door mijn ministerie geen data protection impact assessments (DPIA’s) vastgesteld.

Vraag 4

Hoeveel extern advies is er ingewonnen door uw ministerie in 2021?

Antwoord op vraag 4

Voor zover hier bedoeld is onderzoeken zij verwezen naar het antwoord op vraag 6. Voorts heeft het Ministerie van Algemene Zaken 8,3 miljoen euro besteed aan de inhuur van externen die vooral diende als een aanvulling van het vaste apparaat mede als gevolg van een krapte op de arbeidsmarkt. De inzet van externen betrof circa 50 fte. Zie daarvoor bijlage 3 van het jaarverslag.

Vraag 5

Wat is de verhouding fte als het gaat om externe krachten, vaste contracten en tijdelijke contracten op uw ministerie en bij de diensten?

Antwoord op vraag 5

In 2021 was de totale bezetting 443,24 fte. Hiervan was 380,55 fte vast personeel en 62,69 fte tijdelijk personeel. Het tijdelijk personeel bestaat uit tijdelijke contracten en detacheringen (hoofdzakelijk binnen de rijksoverheid). De inzet van externen betrof circa 50 fte in 2021.

Vraag 6

Welke onderzoeken zijn extern uitgevoerd in 2021 en door wie?

Antwoord op vraag 6

Binnen het Ministerie van Algemene Zaken zijn in 2021 een beperkt aantal externe onderzoeken uitgevoerd. Voor de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) is een aantal wetenschappelijke onderzoeken uitgevoerd door universiteiten en andere kennis- en onderzoeksbureaus. Op het gebied van ICT zijn enkele pen-testen en andere cybersecurity gerelateerde onderzoeken uitgevoerd door partijen die gespecialiseerd zijn in cybersecurity. De Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) heeft de wettelijke taak de communicatie over en voor het Koninklijk Huis te verzorgen. In dit kader heeft de RVD in 2021 een communicatie onderzoek laten uitvoeren door onderzoeksbureau Ferro Explore.

Vraag 7

Hoeveel heeft het extern advies uw ministerie en/of haar diensten gekost in 2021?

Antwoord op vraag 7

In 2021 heeft het Ministerie van Algemene Zaken 8,3 miljoen euro besteed aan de inhuur van externen.

Vraag 8

Hoe is de Chief Information Officer bij uw ministerie gepositioneerd?

Antwoord op vraag 8

De CIO is de plaatsvervangend directeur bedrijfsvoering en valt niet rechtstreeks onder de SG. De CIO is geen actief lid van de Bestuursraad, maar heeft hier wel rechtstreeks toegang toe.

Vraag 9

Hoe analyseert uw ministerie zogenaamde «burgersignalen» die bij publieksvoorlichting binnenkomen?

Vraag 10

Krijgt en bespreekt u de «burgersignalen»?

Antwoord op vraag 9 en 10

Het Ministerie van Algemene Zaken/ het agentschap Dienst Publiek en Communicatie (DPC) is verantwoordelijk voor de 1e lijns publieksvoorlichting van alle departementen. Dit doen wij via het loket Informatie rijksoverheid (IR) dat als contactpunt bij de website www.rijksoverheid.nl hoort. IR is bereikbaar via verschillende kanalen en draagt zorg voor het beantwoorden van algemene vragen over de wet- en regelgeving. Indien de voorlichters van het contactcenter de vraag niet kunnen beantwoorden dan sturen wij deze door naar het BackOffice van het verantwoordelijke ministerie (de 2e lijn). Signalen over o.a. beleid (lees meningen, suggesties, etc.) die bij IR binnenkomen, sturen wij altijd door naar de 2e lijn van het verantwoordelijke ministerie. Het desbetreffende ministerie draagt zelf zorg voor eventuele analyse en bespreking hiervan. De ministeries ontvangen (minimaal) maandelijks cijfermatige rapportages over het aantal gestelde vragen en over welke onderwerpen de vragen gingen.

Vraag 11

Hoe bepaalt uw ministerie welke van uw contacten en afspraken publiek worden gemaakt? Welke handreiking ligt daarvoor bij de afdeling communicatie?

Antwoord op vraag 11

Op basis van de uitvoeringsrichtlijn «Openbare agenda» (zie: www.rijksoverheid.nl/documenten/richtlijnen/2018/04/19/uitvoeringsrichtlijn-openbare-agenda%E2%80%99s-bewindslieden), de notitie «Openbare agenda bewindslieden» en de handleiding «Openbare agenda» wordt bepaald welke afspraken publiek worden gemaakt. Namen van personen worden niet geopenbaard als zij in redelijkheid kunnen aangeven waarom openbaarmaking hun belangen zou schaden.

Vraag 12

Welke kosten heeft uw ministerie gemaakt aan juridische procedures?

Antwoord op vraag 12

Bij het Ministerie van Algemene Zaken bestaan de kosten voor juridische procedures uit griffierechten, welke neerkomen op € 541.

Vraag 13

Wat heeft de inzet van de Landsadvocaat namens uw ministerie gekost?

Antwoord op vraag 13

De kosten voor de inzet van de Landsadvocaat namens het Ministerie van Algemene Zaken bedragen in 2021 € 37.341,98.

Vraag 14

Hoeveel geld heeft uw ministerie uitgegeven aan extern juridisch advies in het algemeen?

Antwoord op vraag 14

Naast de bij vraag 13 aangegeven kosten voor de inzet van de Landsadvocaat, heeft het Ministerie van Algemene Zaken in 2021 geen geld uitgegeven voor het inwinnen van extern juridisch advies.