Geannoteerde Agenda Landbouw- en Visserijraad 18 juli 2022
Landbouw- en Visserijraad
Brief regering
Nummer: 2022D28959, datum: 2022-07-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-32-1452).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H. Staghouwer, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 32-1452 Landbouw- en Visserijraad.
Onderdeel van zaak 2022Z14014:
- Indiener: H. Staghouwer, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2022-07-06 11:15: Procedurevergadering LNV (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2022-07-11 14:00: Landbouw- en Visserijraad 18 juli (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2022-09-06 15:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-06-08 15:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
21 501-32 Landbouw- en Visserijraad
Nr. 1452 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 juli 2022
Door middel van deze brief informeer ik uw Kamer over de Landbouw- en Visserijraad die op 18 juli aanstaande plaatsvindt in Brussel. Hiernaast bevat deze brief de laatste stand van zaken rondom het NSP.
I. Verwachte agenda Landbouw- en Visserijraad
Prioriteiten Tsjechisch Voorzitterschap
Op de Landbouw- en Visserijraad van 18 juli zal het recent aangetreden Tsjechisch Voorzitterschap haar prioriteiten en programmering voor het komende halfjaar presenteren. Hierover zal een uitgebreide appreciatie worden opgesteld en worden meegestuurd met de Kwartaalrapportage in juli a.s.
Ontbossingsvrije producten
Het Frans voorzitterschap bracht op 28 juni 2022 tijdens de Milieuraad het voorstel Ontbossingsvrije producten in stemming, dit heeft geresulteerd in een algemene oriëntatie van de Raadspositie (akkoord).
Het specifieke doel van dit voorstel is om ontbossing en bosdegradatie veroorzaakt door EU consumptie en productie te minimaliseren en daarnaast om de vraag op de Europese markt naar goederen en producten die legaal en ontbossingsvrij zijn geproduceerd te vergroten. Op de informele Milieuraad van 20–21 januari 2022, de Landbouw- en Visserijraad van 21 februari en op de Milieuraad van 17 maart 2022 (Kamerstuk 21 501-08, nr. 849, Kamerstuk 21 501-32, nr. 1381 en Kamerstuk 21 501-08, nr. 863) stond het onderwerp geagendeerd en hebben lidstaten eerste politieke duiding kunnen geven.
De afgelopen maanden is in raadswerkgroepverband onderhandeld tussen de lidstaten over het compromis. Conform het BNC-fiche (Kamerstuk 22 112, nr. 3281) is er ingezet op een snelle implementatie van dit voorstel. Verder heeft Nederland in de raadswerkgroep ingezet op het uitbreiden van het voorstel met andere grondstoffen, producten en ecosystemen, en het behoud van vastgestelde controlequota voor alle risico-categorieën. Deze voorstellen hebben het compromis niet gehaald, op enkele toevoegingen van producten na (zoals houtskool en palm destillaat). Verder heeft Nederland successen behaald waar het gaat om het beter verankeren van mensenrechten en samenwerking met producerende landen.
Naar verwachting zal het Europees Parlement begin september 2022 met haar positie komen. Eurocommissaris voor Milieu, Oceanen en Visserij – Virginijus Sinkevičius – gaf tijdens de Milieuraad van 28 juni aan te hopen op een akkoord in de triloog voor het einde van 2022, zodat er spoedig gestart kan worden met implementatie van de verordening.
Gedachtenwisseling over de ontwikkelingen op de landbouwmarkten
Vanwege de aanhoudende oorlogssituatie in Oekraïne en de daaruit voortvloeiende marktverstoringen zal de Europese Commissie opnieuw een overzicht geven van de situatie op de Europese landbouwmarkten, inclusief de oogstverwachtingen dit jaar in de EU. De situatie met hoge kostprijzen voor de landbouwsectoren als gevolg van de gestegen energie-, kunstmest en voerprijzen door de Oekraïne crisis is weinig veranderd. Er is op dit moment nog geen VN-akkoord voor een mogelijke gedeeltelijke opheffing van de blokkade van de havens in de Zwarte Zee. Daarmee hebben de blokkades nog steeds grote effecten op de wereldwijde voedselvoorziening, hoewel de laatste weken de graanprijzen op de wereldmarkt zijn gedaald. De aandacht vanuit de EU blijft gericht op het vergroten van de uitvoer via de EU naar de wereldmarkt via de «solidariteitscorridors». Waarschijnlijk zal de Commissie de lidstaten eveneens informeren over de stand van zaken rond de uitvoering van de genomen (steun)maatregelen die onderdeel zijn van de mededeling voedselzekerheid die op 23 maart jl. is uitgebracht en waarover in de vorige Landbouwraden is gesproken.
Ik ondersteun de ingezette lijn om op EU-niveau situatie op de landbouwmarkten en de effecten van de Oekraïne crisis nauw te blijven monitoren. Markten lijken zich enigszins te stabiliseren met prijzen die voor een aantal belangrijke producten als tarwe, mais en oliehoudende zaden recent zijn gedaald. Desondanks blijven de hoge prijzen en de onzekerheden voor landen in Noord Afrika en het Midden Oosten uiterst zorgelijk. De EU blijft voor deze landen deels een belangrijke bron voor import van granen. Inspanningen vanuit de EU dienen er op gericht te blijven de uitvoer van landbouwgoederen uit de Oekraïne op gang te brengen en te blijven faciliteren, ook voor de middellange termijn.
GLB-Nationaal Strategische Plannen
Door het nieuwe Tsjechische voorzitterschap is het goedkeuringsproces van de GLB-Nationaal Strategische Plannen geagendeerd. Tijdens de Raad zal de Europese Commissie een stand van zaken van het EU-brede goedkeuringsproces geven en zullen de Ministers toelichten in welke fase van het goedkeuringsproces zij zich bevinden. Een inhoudelijke discussie over de plannen zelf is in de Raad niet voorzien. Deze discussie vindt ook voor Nederland nog steeds plaats in de bilaterale overleggen met de Commissie aan de hand van de brief met de bevindingen over het Nederlandse strategische GLB-Plan, welke Nederland op 1 april heeft ontvangen. Ik zal in mijn interventie het belang van een snelle voortgang van het goedkeuringsproces blijven benadrukken. Waar het de meer politieke punten betreft, zoals GLMC 4 (bufferstroken), zal ik benadrukken dat mijn uitgangspunt in het Nederlandse strategische GLB-Plan blijft om het 7e Nitraatactieprogramma te blijven volgen. Daarnaast heeft de Commissie in bilaterale overleggen aangegeven meer inzicht te willen krijgen in de nationale maatregelen die Nederland voor de landbouw voorziet en de samenhang ervan met het GLB, zoals bijvoorbeeld de link met het NPLG. De goedkeuring van het NSP is daarmee ook mede afhankelijk van andere dossiers zoals het 7e NAP, de derogatie en het nationale beleid. Daarnaast worden er met de Commissie veel technische details besproken. Omwille van een spoedige voortgang zal ik onderstrepen dat NL vanzelfsprekend alle informatie zal verstrekken waar we over beschikken, maar ik wel van mening ben dat de goedkeuring van het NSP zich moet focussen op het GLB en niet op de bredere inzet die Nederland heeft voor het nationale beleid.
Gewasbeschermingsmiddelen
De Europese Commissie heeft op 22 juni jl. een voorstel gepubliceerd voor een verordening inzake duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Dit voorstel leidt tot het intrekken van Richtlijn 2009/128/EG. Ik ben dit voorstel aan het bestuderen, de Tweede Kamer krijgt het BNC-fiche z.s.m. De verwachting is dat de Commissie tijdens de Landbouw- en Visserijraad een presentatie zal geven over het voorstel. Ik zal – mocht daar de mogelijkheid toe zijn – pleiten voor een kritische beoordeling van het voorstel en een studievoorbehoud maken.
Conclusies van de Raad over strategische richtsnoeren voor aquacultuur
Het voorzitterschap heeft naar aanleiding van de mededeling «Strategic guidelines for a more sustainable and competitive EU aquaculture forthe period 2021 to 2030» van de Commissie Raadsconclusies opgesteld.
De mededeling met richtsnoeren heeft tot doel een gemeenschappelijke visie te bieden voor de verdere ontwikkeling van de aquacultuursector binnen de EU. De richtsnoeren en aanbevolen acties zijn met name bedoeld om bij te dragen aan de opbouw van een aquacultuursector in de EU die concurrerend en veerkrachtig is, de voorziening van voedzaam en gezond voedsel waarborgt en minder afhankelijk is van de invoer van zeevoedsel. Daarnaast zijn het creëren van economische kansen en banen en het zijn van een mondiale referentie voor duurzaamheid (zoals welzijn en milieu) ambities die in deze richtsnoeren benoemd worden.
De Raad trekt een 20-tal conclusies zoals het belang van het vergroten van de veerkracht en het concurrentievermogen, het voorlichten van de consument en meer coherentie tussen duurzame groei van aquacultuur en de milieuregelgeving. De voorgestelde conclusies betreffen ook voor Nederland belangrijke aandachtsgebieden zoals de mogelijkheid voor kweek in recirculatiesystemen voor biologische certificering en het vergroten van kennis en innovatie. Ik hecht belang aan een duurzame ontwikkeling van de aquacultuur in Nederland en de EU. Ik kan de Raadsconclusies ondersteunen.
Herziening van de EU-verordening dierenwelzijn bij transport (AOB)
In navolging van het position paper voor een nieuw wetgevingskader voor de houderij, hebben de Vughtgroeplanden (Nederland, Denemarken, Duitsland, Zweden en België), onder aanvoering van Denemarken ook een gezamenlijke position paper opgesteld met betrekking tot diertransporten. Met het oog op de aangekondigde herziening van de bestaande EU-dierenwelzijnsregelgeving worden hierin de problemen geschetst en de gewenste aanpassingen die wat de Vughtgroep betreft meegenomen moeten worden in de herzieningsvoorstellen van de Europese Commissie voor de transportverordening1. De belangrijkste zaken zijn op een rij gezet, zoals transportduur, exporten naar niet-EU landen en vereisten voor drenken en voederen. Een onderwerp dat voor Nederland grote prioriteit heeft is diertransport bij extreme temperaturen. Dit komt ook in het paper aan de orde.
Op 7 juni is dit position paper door de penvoerder Denemarken naar Eurocommissaris Kyriakides gestuurd. Een afschrift hiervan is als bijlage bij deze geannoteerde agenda bijgevoegd. Denemarken zal het position paper tijdens de vergadering van 18 juli presenteren.
De Commissie hoopt eind 2023 met wetgevingsvoorstellen te komen.
II. Update laatste stand van zaken rondom het Nationaal Strategisch Plan
Op 22 juni is er een bestuurlijk overleg geweest met de provincies en waterschappen waarin overeenstemming is bereikt over de voorgestelde wijzigingen in het NSP, zoals verwoord in de brief van 17 juni aan de Tweede Kamer (Kamerstuk 28 625, nr. 339). Het indienen van het definitieve NSP zal naar verwachting meer tijd vergen, gezien de hierboven genoemde verwevenheid met andere trajecten en het benodigde detailniveau. Mijn streven is nog steeds om in de zomer op de hoofdlijnen van het NSP overeenstemming te bereiken met de Commissie. Daarmee zal voor de boeren en de uitvoering de op dat moment maximaal mogelijke duidelijkheid ontstaan.
De verwerking van de uitkomsten van de onderhandeling en de technische details in het plan zal naar verwachting echter meer tijd in beslag nemen. Nadat deze verwerking heeft plaatsgevonden zal de Commissie, voorafgaand aan de definitieve indiening, de aanpassingen nog beoordelen. Daardoor hebben we als Nederland meer zekerheid dat het plan op goedkeuring van de Commissie kan rekenen. De definitieve indiening van het aangepaste NSP zal daarom mogelijk pas in september haalbaar zijn. De formele goedkeuring van de Commissie zal daarna nog een aantal weken in beslag nemen. Ik ben mij ervan bewust dat deze termijn zeer krap is met het oog op de voorbereiding van de uitvoering. Hier spreek ik momenteel ook over met de uitvoeringsorganisaties.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
H. Staghouwer
EU verordening Nr. 1/2005 van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten.↩︎