Nulmeting gebouwen en afhandeling van schade door zoutwinning
Mijnbouw
Brief regering
Nummer: 2022D29193, datum: 2022-07-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32849-212).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
Onderdeel van kamerstukdossier 32849 -212 Mijnbouw.
Onderdeel van zaak 2022Z14122:
- Indiener: J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2022-09-08 14:35: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-09-13 16:30: Procedurevergadering commissie EZK (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2022-09-29 17:00: Mijnbouw/Groningen (Commissiedebat), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2022-12-08 16:44: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
32 849 Mijnbouw
Nr. 212 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 juli 2022
Tijdens het Commissiedebat Mijnbouw/Groningen van 30 juni 2022 zijn door het lid Agnes Mulder vragen gesteld over nulmetingen aan gebouwen in relatie tot de afhandeling van schade door zoutwinning in Harlingen. Ik heb toegezegd uw Kamer hier voorafgaand aan het tweeminutendebat op 6 juli 2022 over te informeren. Met deze brief doe ik deze toezegging gestand.
Sinds september 2020 wordt er door Frisia Zout B.V. zout gewonnen onder de Waddenzee door middel van een schuine boring vanuit Harlingen. Bewoners en kleine bedrijven die mogelijk schade hebben aan hun woning of gebouw door bodembeweging als gevolg van de zoutwinning kunnen dit melden bij de onafhankelijke Commissie Mijnbouwschade. De Commissie Mijnbouwschade ontzorgt bewoners en kleine bedrijven bij het afhandelen van schade, doordat zij de schade alleen maar hoeven te melden. De Commissie Mijnbouwschade doet onderzoek naar de oorzaak en omvang van de schade en neemt daarmee de bewijslast van de schademelders over. Bewoners hoeven daardoor niet zelf aan te tonen dat hun schade het gevolg is van bodembeweging door zoutwinning.
In de pilot Harlingen zijn door Frisia Zout B.V., provincie Fryslân, gemeente Harlingen en Stichting Bescherming Historisch Harlingen afspraken gemaakt over een aanvullend meetnetwerk, naast de metingen die voorgeschreven zijn vanuit de Mijnbouwwet. Vanuit de Mijnbouwwet is voor elke mijnbouwactiviteit een meetplan voorgeschreven waar de metingen voor bodembeweging staan beschreven. Dit meetplan wordt jaarlijks herzien en Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) houdt hier toezicht op. In het kader van deze pilot worden er onder meer met tiltsensoren metingen aan gebouwen verricht. Met tiltsensoren kan de scheefstand van gebouwen worden gemeten. Aangezien de metingen gestart zijn voordat de zoutwinning begon, hebben deze metingen de nulsituatie vastgelegd. Bewoners en een meerderheid van provinciale staten Fryslân pleitten ervoor dat de Commissie Mijnbouwschade deze meetgegevens van de nulsituatie meeneemt bij de afhandeling van schades door bodembeweging als gevolg van de zoutwinning in Harlingen.
Nulmetingen kunnen behulpzaam zijn om vast te stellen of er sinds de nulmeting bewegingen hebben plaatsgevonden onder een gebouw waardoor schade kan zijn ontstaan. Met nulmetingen kan echter geen causaal verband tussen schade en een mijnbouwactiviteit vast worden gesteld. Scheefstand van gebouwen kan ook door andere oorzaken ontstaan, zoals natuurlijke bodemdaling of doorbuiging van onderliggende constructie. Om de relatie tussen de schade en bodembeweging door zoutwinning vast te stellen, kijkt de Commissie Mijnbouwschade naar de invloed van bodembeweging die zoutwinning heeft veroorzaakt. De Commissie maakt daarbij gebruik van meetgegevens over diepe bodemdaling en kijkt daarbij ook naar de mogelijke invloed van diepe bodemdaling op vervormingen van het aardoppervlak en de grondwaterstand. Ook kijkt de Commissie naar de door KNMI gemeten aardbevingen. De metingen van het KNMI laten de sterkte zien van de trillingen die aardbevingen in bepaalde gebieden hebben veroorzaakt. De Commissie kijkt op basis van deze gegevens en modellen of er een verband is tussen de invloed van mijnbouwactiviteiten in de diepe ondergrond en de gemelde schade. Ook wordt gekeken naar eventuele invloeden op het gebouw, vanuit de ondiepe ondergrond en de omgeving. Bodemdalingsmetingen en seismische metingen worden standaard toegepast in Nederland, dus ook voorafgaand aan nieuwe mijnbouwactiviteiten. Daarmee wordt er ook standaard een nulmeting van de bodembeweging in gebieden waar mijnbouwactiviteiten plaatsvinden verricht.
De Commissie Mijnbouwschade zal bij meldingen van mogelijke schade door bodembeweging als gevolg van zoutwinning in Harlingen gebruik maken van alle gegevens die bekend zijn, waaronder de bodemdalingsgegevens en gegevens van het seismisch meetnetwerk KNMI alsook de nulmetingen door tiltsensoren, foto’s of andere informatie uit de pilot Harlingen. De Commissie is onlangs al in gesprek geweest met Stichting Bescherming Historisch Harlingen. Na de zomer zal ook ik in gesprek gaan met bewoners uit Harlingen over dit onderwerp en ik zal daarbij ook de Commissie Mijnbouwschade uitnodigen.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
J.A. Vijlbrief