Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2021-2022

31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

31 524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie

Nr. 968 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juli 2022

Hierbij bied ik u het eindrapport «Onbedoelde zelfselectie: drempels die gekwalificeerde jongeren ervan weerhouden om een specifieke opleiding in het hoger onderwijs te kiezen» en het tussenrapport «Wel of niet naar de hogeschool? Achterliggende mechanismen van onbedoelde zelfselectie in het keuzeproces van mbo 4-studenten» aan. Bij het tussenrapport hoort een recent verschenen addendum. De rapporten zijn geschreven door de Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie).

Het onderzoek van de inspectie naar zelfselectie is uitgevoerd naar aanleiding van de motie van het lid Van den Hul uit 2019.¹ In de motie wordt de regering verzocht om onderzoek te doen naar de factoren die ervoor zorgen dat jongeren afzien van een vervolgstudie in het hoger onderwijs (ho) terwijl ze wel de benodigde kwalificaties hebben.

In juni 2021 heeft de inspectie de resultaten van het eerste deel van het onderzoek naar zelfselectie gepubliceerd in een tussenrapportage. Deze tussenrapportage gaat in op zelfselectie bij de afweging wel of niet verder te studeren na afronding van een mbo-4-opleiding. In juni 2022 is het eindrapport aan mij aangeboden. Het eindrapport beschrijft welke rol zelfselectie speelt bij de afweging om al dan niet voor de ho-opleiding van voorkeur te kiezen. De inspectie heeft daarbij gekeken naar drempels in opleidingen, achtergrondkenmerken van studenten en specifieke persoonlijkheidskenmerken.

Recent heeft uw Kamer de nota naar aanleiding van het verslag (Kamerstuk 35 765, nr. 6) bij het wetsvoorstel toevoeging van loting aan het selectie-instrumentarium ontvangen.² De bevindingen van de inspectie benadrukken het belang van het bieden van de mogelijkheid aan instellingen om loting toe te passen bij het selecteren van studenten voor opleidingen met een capaciteitsfixus. In de beantwoording van uw vragen over dit wetsvoorstel, wordt hier op verschillende plaatsen al op ingegaan.

Ik zal uw Kamer in het najaar van 2022 van een verdere inhoudelijke reactie op de bevindingen en aanbevelingen van het rapport voorzien.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
R.H. Dijkgraaf

---

1. Kamerstuk 31 288, nr. 705.↩︎

2. Volledige naam: Wet tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met het toevoegen van decentrale loting als selectiemethode voor opleidingen met capaciteitsfixus in het hoger onderwijs (Kamerstuk 35 765).↩︎