Antwoord op vragen van de leden Van der Laan en Romke de Jong over een suikertaks
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2022D29555, datum: 2022-07-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20212022-3421).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën
- Mede namens: M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van zaak 2022Z12150:
- Gericht aan: M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Gericht aan: M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën
- Indiener: J.M.P. van der Laan, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: R.H. (Romke) de Jong, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
3421
Vragen van de leden Van der Laan en Romke de Jong (beiden D66) aan de Staatssecretarissen van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Financiën over een suikertaks (ingezonden 15 juni 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Van Rij (Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst), mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 6 juli 2022).
Vraag 1
Herinnert u zich uw uitspraken tijdens het commissiedebat Leefstijlpreventie op 24 maart jongstleden: «In het coalitieakkoord is eigenlijk de meest eenvoudige maatregel getroffen, namelijk de bestaande belasting meteen verhogen. U heeft gelijk dat dat leidt tot een aantal neveneffecten die we nu niet kunnen repareren. Ik zie hier bijvoorbeeld flesjes water op tafel staan. Het is misschien goed om te zeggen dat water daarmee ook wat duurder wordt. Het is namelijk de meest simpele belastingmaatregel die getroffen is en die ook opgenomen is in het coalitieakkoord, waar ook de financiële effecten van zijn doorgerekend»?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de opvatting dat de in het coalitieakkoord luidende afspraak: «We verhogen de belasting op suikerhoudende dranken», niet uitgaat van de meest eenvoudige maatregel?
Antwoord 2
De afspraak «We verhogen de belasting op suikerhoudende dranken» is gebaseerd op het gebruikmaken van de bestaande verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken. Ik vind dit een eenvoudige maatregel omdat de bestaande belasting slechts hoeft te worden verhoogd.
Vraag 3
Deelt u de mening dat een suikerbelasting die leidt tot duurdere flesjes water geen suikerbelasting is?
Antwoord 3
Die mening deel ik. In het coalitieakkoord is afgesproken dat de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken wordt verhoogd per 1 januari 2023. Dit leidt ertoe dat de belasting op de gehele huidige grondslag toeneemt. Dat betekent dat ook de belasting op – kort gezegd – mineraalwaters wordt verhoogd. Die verhoging is tijdelijk.
In de budgettaire bijlage van het coalitieakkoord staat namelijk ook dat het kabinet voornemens is om met ingang van 1 januari 2024 mineraalwater niet langer deel uit te laten maken van de grondslag van de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken. Het gaat hierbij meer specifiek om water, natuurlijk of kunstmatig mineraalwater en spuitwater, zonder toegevoegde suiker(s) of andere zoetstoffen, noch gearomatiseerd.
Vraag 4
Deelt u de mening dat een effectieve suikerbelasting zou moeten leiden tot het minder consumeren van suikerhoudende producten?
Antwoord 4
Ja, die mening deel ik.
Vraag 5
Deelt u de mening dat het verhogen van de prijs van flesjes water tezamen met andere dranken niet leidt tot minder verbruik van suikerhoudende dranken?
Antwoord 5
Die mening deel ik niet. Ik verwacht dat een verhoogde prijs van suikerhoudende dranken wel leidt tot minder verbruik van suikerhoudende dranken.
Vraag 6
Kunt u uitleggen op welke wijze een verhoging van de verbruiksbelasting op niet-alcoholische dranken en mineraalwaters, past bij de preventie- en gezondheidsdoelstellingen van het kabinet?
Antwoord 6
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 3 is het kabinet voornemens om mineraalwater per 1 januari 2024 uit te zonderen van de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken. Met deze wijziging beoogt het kabinet de consumptie van mineraalwater als gezonde optie te stimuleren en consumptie van ongezonde alcoholvrije dranken te ontmoedigen. Het was niet uitvoerbaar om de waters met ingang van 1 januari 2023 uit te zonderen van deze belasting.
Het kabinet wil gezonde voedselkeuzes stimuleren en ongezonde keuzes ontmoedigen. Prijsmaatregelen kunnen hieraan bijdragen.
Vraag 7
Bent u bekend met de Britse suikertaks waarbij gebruik wordt gemaakt van tariefdifferentiatie op basis van het suikergehalte? Zo ja, bent u bereid om in de Nederlandse suikerbelasting ook een tariefdifferentiatie naar hoeveelheid suiker op te nemen? Zo nee, waarom niet? Indien dit uitvoeringsvraagstukken met zich brengt, kunt u toelichten op welke wijze tariefdifferentiatie wel mogelijk is?
Antwoord 7
Ja, ik ben hiermee bekend. In de recent aan uw Kamer verzonden brief over het «Plan van aanpak prijsmaatregelen voeding» is aangekondigd dat een onderzoek zal worden uitgevoerd naar of, en zo ja hoe, tariefdifferentiatie kan worden toegepast binnen de huidige verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken, zodat gezondere keuzes prijstechnisch worden gestimuleerd en ongezonde(re) keuzes prijstechnisch worden ontmoedigd.
Vraag 8
Kunt u deze vragen uiterlijk 4 juli aanstaande en ieder afzonderlijk beantwoorden?
Antwoord 8
De vragen zijn zo snel mogelijk beantwoord.