Reactie op de motie van het lid Beckerman over pfas en de Hedwigepolder (Kamerstuk 28089-238)
Gezondheid en milieu
Brief regering
Nummer: 2022D30882, datum: 2022-07-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-28089-243).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
Onderdeel van kamerstukdossier 28089 -243 Gezondheid en milieu.
Onderdeel van zaak 2022Z14952:
- Indiener: Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
- Volgcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2022-09-07 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-09-14 12:15: Procedurevergadering Infrastructuur en Waterstaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2023-02-02 15:00: PFAS en gezondheidseffecten (Commissiedebat), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2023-02-08 12:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 |
28 089 Gezondheid en milieu
35 334 Problematiek rondom stikstof en PFAS
Nr. 243 MINISTER VOOR NATUUR EN STIKSTOF
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 juli 2022
Uw Kamer heeft op 5 juli 2022 de motie van het lid Beckerman (Kamerstuk 28 089, nr. 238) aangenomen (Handelingen II 2021/22, nr. 100, Stemmingen), waarin zij de regering verzoekt alsnog het deel van het dictum van de nader gewijzigde motie van de leden Beckerman en Hagen van 17 mei 2022 (Kamerstuk 30 175, nr. 413) uit te voeren, waarin wordt verzocht eerst vast te stellen dat er geen negatieve effecten optreden voor natuurontwikkeling en een gezonde leefomgeving, en het afgraven van de zeedijk van de Hedwigepolder tot die tijd te pauzeren.
Allereerst wil ik benadrukken dat ik uw zorg over de hoge gehaltes aan PFAS in de Westerschelde deel en dat de regering zich zal blijven inzetten voor het blijvend terugdringen van de emissies van PFAS vanwege de risico’s voor de volksgezondheid en de leefomgeving. Het beperken van de emissies is immers de enige manier om de PFAS-concentraties in de Westerschelde op termijn structureel te laten dalen.
Op 6 juli 2022 heeft de Vlaamse overheid een overeenkomst bereikt met 3M om locaties in de directe omgeving van 3M te saneren. Dit is een nieuwe stap om PFAS-vervuiling tegen te gaan en op te ruimen. Ook Nederland bekijkt welke mogelijkheden er zijn om 3M aansprakelijk te stellen voor de PFAS-schade in de Westerschelde. De lozingsnormen van 3M zijn eerder al fors naar beneden bijgesteld, zowel voor 3M als voor alle andere vergunningen in Vlaanderen. Ook is het toezicht op de naleving verscherpt.
In antwoord op nader gewijzigde motie van de leden Beckerman en Hagen heb ik u aangegeven dat ik op basis van de resultaten van elf concrete onderzoeken en metingen zou besluiten of deze aanleiding geven om de planning van de ontpoldering van de Hedwigepolder aan te passen. In mijn brief van 20 juni 2022 (Kamerstukken 35 334 en 30 862, nr. 188) heb ik u laten weten dat de resultaten van de onderzoeken en metingen hiertoe geen aanleiding geven, dat de graafwerkzaamheden aan de zeedijk kunnen worden hervat en dat volgens planning eb en vloed eind september of begin oktober 2022 in de Hedwigepolder zal terugkeren.
De motie Beckerman vraagt mij om aanvullend onderzoek en doelt daarbij mogelijk op een bevolkingsonderzoek. Een dergelijk onderzoek om te bezien hoe de blootstelling aan PFAS in het verleden zich heeft vertaald in bloedwaarden van de Zeeuwse bevolking maakt geen onderdeel van uit van de betrokken onderzoeken en metingen. Dit onderzoek geeft geen inzicht in de effecten van het toelaten van water in de Hedwigepolder, waardoor de resultaten van dit onderzoek voor de besluitvorming over uitstel van de ontpoldering geen toegevoegde waarde hebben.
In dit verband meld ik u ook dat de GGD Zeeland op 6 juli 2022 kenbaar heeft gemaakt het niet zinvol te vinden om een bevolkingsonderzoek in te stellen naar de hoeveelheid PFAS in het bloed van de Zeeuwse bevolking. Volgens de GGD Zeeland draagt zo'n onderzoek niet bij aan een betere gezondheidszorg en zegt het bloedonderzoek niets over de oorzaak van de hoeveelheid PFAS en de gevolgen ervan op de persoonlijk gezondheid.
Ik concludeer, mede namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, dat er daarmee voor mij geen verdere uitvoering is te geven aan de motie Beckerman. Ik zal de werkzaamheden aan het afgraven van de zeedijk daarom niet laten pauzeren. Temeer omdat uitstel ook risico’s met zich meebrengt.
Uitstel van de ontpoldering van de Hedwigepolder zou namelijk betekenen dat het afgraven van de zeedijk (halverwege) moet worden gestopt en pas na het stormseizoen (oktober-maart) kan worden hervat. Het inlaten van het water zal, om ecologische redenen (rugstreeppad), niet eerder kunnen dan in september. De uitvoerende aannemer zal in dat geval vanwege een jaar uitstel een forse schadevergoeding eisen.
Uitstel is echter geen optie. De ontpoldering van de Hedwigepolder wordt uitgevoerd in één grensoverschrijdend project. De zeedijk van de aangrenzende Prosperpolder is al zeer ver afgegraven. Er bestaat dan ook een groot risico dat het water uit de Westerschelde vanaf oktober via de aangrenzende Prosperpolder ongecontroleerd de Hedwigepolder instroomt, hetgeen de inrichting en het afgraven en verwijderen van de zeedijk ernstig bemoeilijkt, zo niet onmogelijk maakt. Op dat moment kan niet meer onder droge omstandigheden worden gewerkt (machines en werknemers staan in het water of in de modder). Materiaal uit het restant van de zeedijk van de Prosperpolder stroomt met het water mee de Hedwigepolder in, waardoor dit materiaal niet gebruikt kan worden voor het opwerpen van de Panoramaheuvel en dit terecht komt in het reeds gegraven kreken- en geulenstelsel.
De Vlaamse overheid geeft aan dat er ook geen tijd en materiaal is om in de resterende weken de dijken op te hogen; bovendien is veel tijd nodig om een nieuwe kleilaag te laten inklinken. Een snel opgeworpen dijk zal het daarom sneller begeven. Het materiaal uit de (oude) zeedijk is reeds verwerkt, onder andere in de nieuwe zeedijk.
Overigens voldoet de huidige hoogte van de huidige zeedijk van de Hedwigepolder ook niet meer aan de eisen, die Nederland stelt aan zeedijken. De graafwerkzaamheden zijn sinds mijn besluit op 20 juni 2022 weer hervat. De nieuwe zeedijk, die na de ontpoldering de nieuwe waterkering vormt, is overigens recent goedgekeurd door het waterschap, zodat vroegtijdig instromen van water via de Prosperpolder geen gevaar voor omwonenden tot gevolg heeft.
Met het voortzetten van de ontpoldering van de Hedwigepolder komen we de afspraken met Vlaanderen na en kan Vlaanderen verder met de afronding van de werkzaamheden op basis van de reeds afgegeven vergunning. Ook komen we met het voortzetten van ontpoldering onze verplichting na voor de herstelplicht voor natuur in het Schelde-estuarium op grond van de Vogel- en Habitatrichtlijnen. Daarmee voorkomen we dat Vlaanderen en de Europese Commissie een nieuwe inbreukprocedure zullen starten.
De Minister voor Natuur en Stikstof,
C. van der Wal-Zeggelink