De waarschuwing van het PBL om van het stikstofdoel voor 2030 geen hoofddoel te maken
Schriftelijke vragen
Nummer: 2022D31033, datum: 2022-07-13, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2022Z15012).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R. Bisschop, Tweede Kamerlid (Ooit SGP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2022Z15012:
- Gericht aan: Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
- Indiener: R. Bisschop, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2021-2022 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2022Z15012
Vragen van het lid Bisschop (SGP) aan de Minister voor Natuur en stikstof over de waarschuwing van het PBL om van het stikstofdoel voor 2030 geen hoofddoel te maken (ingezonden 13 juli 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de waarschuwing van de directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) om van het coalitiedoel voor 2030 – 74% van de hectares stikstofgevoelige Natura 2000-natuur onder de kritische depositiewaarde – geen hoofddoel te maken?1
Vraag 2
Welke ruimte krijgen provincies voor maatregelpakketten die wel de natuurkwaliteit verbeteren, maar niet of onvoldoende de regionale stikstofneerslag (tijdig) onder de kritische depositiewaarden brengen?
Vraag 3
Hoe waardeert u de stelling van het PBL dat sprake is van een weeffout in het beleid?
Vraag 4
Bent u voornemens de genoemde weeffout in het beleid te herstellen? Zo ja, hoe?
Vraag 5
Hoe waardeert u de stelling van het PBL dat er tot op heden onvoldoende natuurdata en -analyses bestaan om tot een robuuste en eenduidige beoordeling van de natuurkwaliteit te komen en dat daarom sprake is van een focus op stikstof en kritische depositiewaarden?
Vraag 6
Wat bent u samen met de provincies voornemens te doen om voor voldoende natuurdata en -analyses te zorgen, zodanig dat een robuuste en eenduidige beoordeling van de natuurkwaliteit mogelijk is?
Vraag 7
Heeft u kennisgenomen van de moties die door meer dan vijftig gemeenteraden door het hele land zijn aangenomen, waarin aandacht gevraagd wordt voor de grote gevolgen van de stikstofplannen voor de agrarische sector en de leefbaarheid van het landelijk gebied en voor de grote twijfels bij de haalbaarheid ervan en waarin gevraagd wordt om aanpassing?2
. Hoe waardeert u deze moties en wat gaat u doen met deze oproepen?
Vraag 9
Is het uw voornemen om wat betreft het genoemde coalitiedoel alleen het jaartal in de wetgeving aan te passen (2030 in plaats van 2035) of bent u bereid ten minste verschillende varianten uit te werken die recht doen aan onder meer de kritiek van het PBL en van decentrale overheden?
Vraag 10
Heeft u tevens kennisgenomen van de analyse van de verspreiding van ammoniak op basis van korstmossenonderzoek?3 4
Vraag 11
Hoe waardeert u de uitkomst van het korstmossenonderzoek dat ondanks reductie van de ammoniakemissie en de ammoniakconcentraties in landbouwgebieden door landbouwmaatregelen, zoals het voorkomen van stikstofminnende korstmossen uitwijst, deze daling zich niet doorvertaalt in daling van de ammoniakconcentraties in natuurgebieden? Wat zou een mogelijke verklaring kunnen zijn?
Vraag 12
Bent u bereid de uitkomsten van het korstmossenonderzoek te betrekken bij de analyse van de verschillende modellen die gebruikt worden bij stikstofberekeningen (als opvolging van het door de commissie-Hordijk geadviseerde modellenensemble)?
Vraag 13
Deelt u de analyse van de heer Van Herk op basis van het korstmossenonderzoek dat de uitstoot van ammoniak door verkeer wordt onderschat omdat bij katalysatoren en toepassing van AdBlue ammoniak vrijkomt?
Vraag 14
Wat gaat u eraan doen om ervoor te zorgen dat we een goed beeld krijgen van de ammoniakuitstoot door het verkeer en dat dit in beleid en berekeningen meegenomen wordt?
de Volkskrant, 7 juli 2022, «Met een starre aanpak van het stikstofprobleem komen we er niet. Wel met een breder natuurbeleid»↩︎
O.a. Woensdrecht, Reimerswaal, Lopik, Opsterland, Zevenaar, Tubbergen, Staphorst, Midden-Groningen, Buren, Rhenen, Wijchen, Meppel, Zuidwolde, Oost Gelre, Altena, Goeree-Overflakkee, Markelo, De Wolden, Land van Cuijk, Vijfheerenlanden, Montfoort, Voorst, Schouwen-Duiveland, Barneveld, Woerden, Aa en Hunze, Emmen, Maasdriel, Asten, Aalten, Winterswijk, Noordoostpolder, Renswoude, Woudenberg, Leusden, Coevorden, Tynaarlo, Hoogeveen, Dinkelland, Hoeksche Waard, Veere, Dalfsen, Etten-Leur, Enschede, Kampen, Krimpenerwaard, Doetinchem, Hellendoorn, Druten, Buren, Neder-Betuwe, Eemnes.↩︎
De Groene Amsterdammer, 6 juli 2022, «Onder de dikste ammoniakdeken op aarde; korstmossen vertellen de waarheid over stikstof»↩︎
C.M. van Herk, 2021, «Monitoring van korstmossen in de provincie Overijssel, 1989−2020» (https://geo.overijssel.nl/arcgisonline/vitaalplatteland/Korstmossenrapport_Overijssel_2020.pdf)↩︎