[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen, gesteld door het lid Van der Plas tijdens het debat over het Nederlands conceptplan voor het coronaherstelfonds op 10 mei 2022, over het Programma Natuur in het Herstel- en Veerkrachtplan,

Natuurbeleid

Brief regering

Nummer: 2022D34323, datum: 2022-09-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-33576-321).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 33576 -321 Natuurbeleid.

Onderdeel van zaak 2022Z16317:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021-2022

33 576 Natuurbeleid

Nr. 321 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR NATUUR EN STIKSTOF

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 september 2022

Op dinsdag 10 mei werden door het lid Van der Plas (BBB), tijdens het debat over het Nederlands conceptplan voor het coronaherstelfonds, vragen gesteld aan de Minister van Financiën over het Programma Natuur in het Herstel- en Veerkrachtplan (Handelingen II 2021/22, nr. 77, item 33). Conform toezegging van de Minister van Financiën worden de vragen door de Minister voor Natuur en Stikstof beantwoord.

De Minister voor Natuur en Stikstof,
Ch. van der Wal-Zeggelink

Vragen, gesteld aan de Minister van Financiën tijdens het debat over het Nederlands conceptplan voor het coronaherstelfonds op 10 mei 2022, over het Programma Natuur in het Herstel- en Veerkrachtplan, door het lid Van der Plas (BBB)

1

Waarom wordt de claim van RIVM dat «stikstof uit zee zou komen» niet gecorrigeerd door de Minister terwijl het RIVM nu heeft erkend dat dit een meetfout was?

Antwoord

Het betreft een verschil tussen de berekende totale depositie en de gemeten waarden van ammoniak in duingebieden. Volgens onderzoek van het RIVM in 2014 zou dit voor een groot deel veroorzaakt worden door ammoniak uit zee. Op basis van nieuwe inzichten is echter duidelijk geworden dat de invloed van ammoniak uit zee op de duingebieden minder zeker is dan eerder gedacht. Om deze reden wordt nader onderzoek gedaan door het RIVM om het verschil tussen de berekende totale depositie en de gemeten waarden van ammoniak in duingebieden te verklaren.

De berekende depositiewaarde wordt gecorrigeerd op basis van meetresultaten. Totdat het nieuwe onderzoek helderheid biedt, wordt uitgegaan van de gemeten waarde en wordt het verschil aangeduid als een meetcorrectie.

2

Er is toch al sprake van monitoring, gaat dit door het TBO zelf worden gedaan, of wordt dit extern uitgevoerd?

Antwoord

In Nederland vindt inderdaad natuurmonitoring plaats binnen en buiten de Natura 2000-gebieden. Het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM), met de inzet van duizenden vrijwilligers, is hiervoor ingericht. Ook zijn er afspraken met provincies over de natuurmonitoring, zoals via het Subsidiestelsel Natuur en Landschap. Voor het Programma Natuur wordt momenteel in beeld gebracht of er extra monitoring gewenst is. Uitvoering hiervan zal zoveel mogelijk in het reguliere proces worden gedaan, dus door soortenorganisaties. TBO’s zijn hier beperkt bij betrokken.

3

Vraag over biologische maatregelen in natuurgebieden en oppervlaktewater. Kan de Minister aangeven welke maatregelen bedoeld worden met hydrologische maatregelen – en wordt daarbij extra aanleggen van natte natuurgebieden hierbij betrokken? Met toename vogelgriep is het onwenselijk om natuurgebieden toe te voegen. Of gaan we toch doen en boeren na vele generaties wegjagen als er vogels uit te lucht vallen?

Antwoord

Met hydrologische maatregelen wordt bedoeld dat de hydrologie van een gebied wordt geoptimaliseerd voor de aanwezige natuurwaarden. Hydrologische maatregelen zijn veelzijdig. Het kan bijvoorbeeld gaan over het verhogen van het grondwaterpeil of het terugbrengen van bepaalde dynamiek. In de gebiedsaanpak worden deze maatregelen door de provincies geconcretiseerd. Het extra aanleggen van nieuwe natte natuurgebieden valt niet onder deze maatregelen.

4

Een deel van de middelen gaat naar grondverwerving. Van wie is die grond, Van TBO's?

Antwoord

Versneld verwerven en inrichten wordt ingezet voor uitbreiding van de leefgebieden en het robuuster maken van natuursystemen. Van wie deze grond is, is afhankelijk van de situatie. Dit wordt concreet in het gebiedsproces van de provincie.

5

Kan de Minister aangeven waarom de TBO’s een verhoging voor hun beheers lasten nodig hebben?

Antwoord

Voor de beheervergoedingen vanuit het Subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL) zijn extra middelen beschikbaar gesteld. Met de oorspronkelijke vergoeding van 75% van de standaardkostprijs kon de beheerder niet in alle gevallen het beheer voeren dat nodig is om natuurwaarden te behouden of te verbeteren. De beheervergoeding is daarom verhoogd naar 84% van de standaardkostprijs.