[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2023

Memorie van toelichting

Nummer: 2022D34512, datum: 2022-09-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36200-IV-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36200 IV-2 Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2023.

Onderdeel van zaak 2022Z16139:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022–2023
36 200IV Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2023
Nr. 2

Memorie van toelichting

Geraamde uitgaven en ontvangsten

Koninkrijksrelaties (IV)

Figuur 1 Geraamde uitgaven verdeeld over beleidsartikelen en niet-beleidsartikelen Koninkrijksrelaties (bedragen x € 1 mln.). Totaal € 196.454.000

Figuur 2 Geraamde ontvangsten verdeeld over beleidsartikelen en niet-beleidsartikelen Koninkrijksrelaties (bedragen x € 1 mln.). Totaal € 1.090.372.000

BES-fonds (H)

Figuur 3 Geraamde uitgaven BES-fonds (bedragen x € 1 mln.). Totaal € 53.094.000

Figuur 4 Geraamde ontvangsten BES-fonds (bedragen x € 1 mln.). Totaal € 53.094.000

A. Artikelsgewijze toelichting bij het begrotingswetsvoorstel

Wetsartikel 1

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld.

In afwijking van het eerste lid is besloten de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties en de begrotingsstaat van het BES-fonds in één wet te laten vaststellen, op grond van artikel 2.3, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2016.

Het wetsvoorstel strekt ertoe om de onderhavige begrotingsstaten voor het aangegeven jaar vast te stellen.

Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor dat jaar. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota.

Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten vastgesteld. De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zogenoemde begrotingstoelichting).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

H.G.J.Bruins Slot

B. Artikelsgewijze toelichting bij de begrotingsartikelen

1. Leeswijzer

Algemeen

Voor u ligt de begroting 2023 voor Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H).

Groeiparagraaf

  1. De geschatte budgetflexibiliteit is naar aanleiding van de Rijksbegrotingsvoorschriften 2022 vanaf de ontwerpbegroting 2023 per begrotingsartikel opgedeeld in vier categorieën: juridisch verplicht, bestuurlijk gebonden, beleidsmatig gereserveerd en nog niet ingevuld dan wel vrij te besteden.
  2. Vanaf deze begroting worden ook de aflossingen op de leningen op artikel 5 geraamd zoals aangegeven in de brief aan de Kamer (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 477). Voorheen werden alleen de renteontvangsten geraamd.

Beleidsagenda

De beleidsagenda Koninkrijksrelaties geeft een overzicht van de hoofdlijnen van het beleid.

Het BES-fonds is een beleidsarm fonds en heeft daarom geen beleidsagenda. Via de vrije uitkeringen uit het BES-fonds ontvangen de Openbare Lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba middelen om de aan hen toebedeelde en deels wettelijke taken naar behoren uit te voeren, net zoals gemeenten middelen krijgen uit het gemeentefonds in Europees Nederland. Het gaat hierbij om vrij besteedbare middelen. Het is - net als bij gemeenten – aan de lokale democratie om ambities te formuleren, aanvullende inkomsten te genereren en beleidskeuzes te maken. Het is aan de eilanden om verantwoording af te leggen over de via het BES-fonds verstrekte middelen.

De beleidsagenda voor Koninkrijksrelaties (IV) wordt afgesloten met vijf overzichten:

  1. Belangrijkste beleidsmatige mutaties
  2. Strategische Evaluatie Agenda
  3. Overzicht risicoregelingen
  4. Implementatie van mensenrechtenverdragen
  5. Coronamaatregelen.

De begrotingsartikelen

De begroting van Koninkrijksrelaties bestaat uit vier beleidsartikelen en twee niet-beleidsartikelen. In de beleidsartikelen staat de beleidsinformatie en de financiële informatie over de voorgenomen uitgaven. In de niet-beleidsartikelen staan de voorgenomen uitgaven verantwoord die niet met beleid te maken hebben, zoals apparaatsuitgaven. De vier beleidsartikelen zijn:

  1. artikel 1. Versterken rechtsstaat
  2. artikel 4. Bevorderen sociaaleconomische structuur
  3. artikel 5. Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen
  4. artikel 8. Wederopbouw Bovenwindse Eilanden.

Een beleidsartikel is opgebouwd uit de volgende elementen:

  1. Algemene doelstelling
  2. Rol en verantwoordelijkheid
  3. Beleidswijzigingen
  4. Tabel budgettaire gevolgen van beleid
  5. Toelichting op de instrumenten.

De peildatum voor de onder onderdeel D gepresenteerde geschatte budgetflexibiliteit (het percentage juridisch verplicht) is 1 januari 2023.

De twee niet-beleidsartikelen zijn:

  1. artikel 6. Apparaat
  2. artikel 7. Nog onverdeeld.

Een niet-beleidsartikel is opgebouwd uit de volgende elementen:

  1. Tabel budgettaire gevolgen van beleid;
  2. Toelichting op de instrumenten.

De begroting van het BES-fonds kent één beleidsartikel:

  1. artikel 1. BES-fonds.

Het beleidsartikel van het BES-fonds is opgebouwd uit dezelfde vijf elementen als de beleidsartikelen van de begroting van Koninkrijksrelaties. De apparaatsuitgaven/-ontvangsten voor de uitvoering van het BES-fonds zijn opgenomen in de begroting van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).

Bijlagen

De bijlagen 1 en 2 bevatten de verdiepingsbijlagen voor Koninkrijksrelaties en het BES-fonds. Bijlage 3 is een overzicht van de moties en toezeggingen voor beide hoofdstukken.

Daarna volgt voor Koninkrijksrelaties een overzicht subsidies (bijlage 4), de Uitwerking Strategische Evaluatie Agenda (bijlage 5) en het overzicht Rijksuitgaven Caribisch Nederland (bijlage 6).

Met betrekking tot het BES-fonds volgen het Overzicht belasting- en premie ontvangsten Caribisch Nederland (bijlage 7), het Overzicht eilandelijke inkomsten (bijlage 8) en het Overzicht renteloze leningen Caribisch Nederland (bijlage 9).

Het uitgangspunt is om in de verdiepingsbijlage de beleidsmatige en technische mutaties toe te lichten die groter zijn dan of gelijk zijn aan de ondergrens zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften 2022 (RBV 2022) is opgenomen, de zogenaamde staffel, te weten:

1. Versterken rechtsstaat Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 2 mln.
4. Bevorderen sociaaleconomische structuur Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 2 mln.
5. Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 10 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 20 mln.
8. Wederopbouw Bovenwindse Eilanden Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
6. Apparaat Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
7. Nog onverdeeld Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
1. BES-fonds Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 4 mln.

2. Beleidsagenda

2.1 Beleidsprioriteiten

Een betere toekomst voor het hele Koninkrijk

In het Koninkrijk delen we een verleden én een toekomst. Na ruim tien jaar economische stagnatie en de klappen van orkanen, een pandemie en andere crises wil Nederland op voet van gelijkwaardigheid, wederkerigheid en wederzijds vertrouwen zich inspannen voor een betere, hoopvolle toekomst voor het gehele Koninkrijk.

Het kabinet zet zich in 2023 dan ook in om Caribisch Nederland een gelijkwaardig deel van Nederland te laten zijn. De uitdagingen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba zijn groot: de fysieke infrastructuur is nog niet op orde, maar bovenal is de diepgewortelde armoede een grote bron van zorg. De mondiale ontwikkelingen, zoals de stijging van prijzen, treffen veel inwoners van Caribisch Nederland hard. In 2023 worden belangrijke stappen gezet om de verschillen in (sociale) voorzieningen met Europees Nederland te verkleinen. De in het Coalitieakkoord ter beschikking gestelde middelen van structureel € 30 mln. spelen hierbij een belangrijke rol. Om de levenstandaard van de inwoners van Bonaire, Sint Eustatius en Saba te verbeteren, kunnen en moeten de overheden beter presteren. Dat geldt voor de rijksoverheid zelf (in Caribisch Nederland én Den Haag), de openbare lichamen en voor de samenwerking tussen rijksoverheid en openbare lichamen. Een belangrijke rol hierin spelen de in 2023 te maken bestuurlijke afspraken met de nieuwe bestuurscolleges, na de eilandsraadverkiezingen van 2023.

Ook spant het kabinet zich in 2023 in voor de drie autonome landen. Onderdeel van de inzet van het kabinet is om de samenwerking met en tussen de drie Landen op de langere termijn te bevorderen. Hiertoe streeft het kabinet ernaar uitvoering te geven aan de motie van Raak c.s. (Kamerstukken II, 2018-2019, 35099, nr. 23) en in gezamenlijk overleg tot een nadere invulling te komen van de verantwoordelijkheden van de landen afzonderlijk en het koninkrijk als geheel. Uitgangspunt blijft uiteraard dat de drie landen staatkundig autonoom zijn en een eigen verantwoordelijkheid hebben. In lijn met het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden kunnen de landen rekenen op hulp en bijstand, wanneer daarom verzocht en passend binnen de kaders van gemaakte afspraken. Een voorbeeld van huidige samenwerking is te vinden bij de landspakketten.

Caribisch Nederland (CN)

Coalitieakkoord en CN-enveloppe van € 30 mln.

Verbeteren van de bestaanszekerheid en verminderen van de armoede in Caribisch Nederland is een belangrijk thema. Ook de financiële middelen voor de openbare lichamen, in het bijzonder de hoogte van de vrije uitkering, staan al lange tijd onder druk. Met de extra financiële middelen in het Coalitieakkoord van structureel € 30 mln. vanaf 2023, kan een belangrijke bijdrage worden geleverd aan het beter in balans brengen van de inkomens en de kosten van levensonderhoud in Caribisch Nederland. Tevens worden de openbare lichamen in staat gesteld hun taken adequaat uit te voeren, inclusief hun taken op sociaaleconomisch terrein. Hierbij stellen we de inwoners centraal, hanteren we maatwerk, is het uitgangspunt dat wat lokaal kan ook lokaal gebeurt en zijn afspraken wederzijds verplichtend en wederkerig.

Bij de eerste suppletoire begroting van 2022 zijn de middelen toegevoegd aan de departementale begrotingen van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), Infrastructuur en Waterstaat (IenW), Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW), Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en de(ze) begroting van Koninkrijksrelaties en het BES-fonds. Bij de tweede suppletoire begroting van 2022 worden de middelen toegevoegd aan de departementale begroting van Economische Zaken en Klimaat (EZK). In 2023 wordt uitvoering gegeven aan deze afspraken, waarvan maatregelen verder in de verschillende begrotingen van verantwoordelijke departementen nader worden toegelicht. Voor wat betreft de eilandelijke middelen zijn in juni 2022 bestuurlijke afspraken gemaakt. Hierdoor kunnen de openbare lichamen hun eigen taken en bevoegdheden eigenstandig uitvoeren en als een gelijkwaardige partner zorgen voor een beter leven voor alle inwoners van Caribisch Nederland.

Bestuurlijke afspraken bij eilandgerichte aanpak

De (meerjarige) bestuurlijke afspraken met Bonaire, Sint Eustatius en Saba - afgesloten in 2022 - omvatten een gecoördineerde eilandgerichte aanpak (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 69). Het ministerie van BZK vervult daarin een centrale rol: het ziet toe op de coördinatie en het bevorderen van de interdepartementale samenwerking in Den Haag. De integrale bestuurlijke afspraken dragen bij aan een verbeterde samenwerking tussen de verschillende departementen in Den Haag die alle voor hun eigen taakgebied op de eilanden verantwoordelijk zijn.

Voor 2023 is de ambitie om de naleving van de bestuurlijke afspraken voor alle drie de eilanden voort te zetten. Per eiland is maatwerk geleverd qua prioritering en vorm. De prioritaire thema’s variëren per eiland van sociale zekerheid, goed bestuur, klimaat en natuur tot aan economische ontwikkeling.

Voor Bonaire zijn afspraken gemaakt die lopen tot aan de verkiezingen van 2023, waarmee nog lopende afspraken uit het bestaande Bestuursakkoord worden voortgezet en prioriteiten voor de korte termijn zijn vastgesteld. Prioritaire thema´s zijn: de sociale agenda, organisatieontwikkeling en dienstverlening, ruimtelijke ontwikkeling, economie en duurzaamheid. Ook is er aandacht voor de cultuursector (zoals de bibliotheek), voor wijkontwikkeling en jeugdparticipatie.

Voor Sint Eustatius zijn er bestuurlijke afspraken gemaakt die een looptijd hebben van juli 2022 tot juli 2023. De vier hoofdthema’s zijn hetzelfde als dat van het Meerjaren uitvoeringsplan 2022-2026 van het Openbaar Lichaam Sint Eustatius: welzijn, welvaart, circulariteit en goed bestuur. Binnen deze thema’s wordt er gewerkt aan tastbare projecten, zoals volkshuisvesting, infrastructuur en natuurbehoud. Ook zijn er afspraken gemaakt over minder tastbare prioriteiten, zoals uitvoeringskracht en goed bestuur . De afspraken ondersteunen daarnaast enkele criteria uit de Memorie van Toelichting van de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius, zodat deze duurzaam worden geïmplementeerd.

Voor Saba zijn meerjarige afspraken gemaakt op vier prioritaire thema’s en tien doelstellingen die gelden tot 2026, zoals het verbeteren van de bestaanszekerheid, economische en ruimtelijke ontwikkeling, klimaat en natuur en goed bestuur. Ook wordt met de jaarlijkse uitvoeringsagenda invulling gegeven aan een gezamenlijke integrale visie van het openbaar lichaam en het Rijk voor Saba.

Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht

In 2023 wordt verder gewerkt aan het versterken van de bestuurs- en uitvoeringskracht. Het ministerie van BZK richt samen met de eilanden en de vakdepartementen een programma uitvoeringskracht in. In het programma wordt ingezet op trainingen, opleidingen, technische bijstand en uitwisseling. Daarin wordt voortgebouwd op bestaande programma’s en activiteiten. Samen met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) wordt daarnaast, conform het advies van de Raad van State, een eenjarige pilot voor een uitwisselingsnetwerk tussen Europees Nederlandse gemeenten en het Caribisch deel van het Koninkrijk opgezet. Hierdoor kunnen de openbare lichamen verzoeken tot technische assistentie indienen, die vervolgens door de VNG gematcht worden met kennis en expertise uit Europees Nederlandse gemeenten. Ook wordt geïnvesteerd in het weerbaarder maken van het openbaar bestuur. Het Talent Ontwikkel Programma (TOP) Bonaire wordt voortgezet om jonge professionals, met Caribische roots, te faciliteren in hun terugkeer naar de eilanden door baankansen te creëren en ontwikkelmogelijkheden te bieden.

Dienstverlening Rijksdienst Caribisch Nederland

In 2023 zullen vervolgstappen worden gezet om de dienstverlening aan de inwoners van Caribisch Nederland te verbeteren onder andere door meer samenhang te brengen in de fysieke en digitale dienstverlening door Rijksdienst Caribisch Nederland (RCN). Hierbij is dienstverlening vanuit het perspectief van de inwoners leidend. In de tweede helft van 2022 is een kwartiermaker aangesteld die in 2023 en volgende jaren de verdere transitie van de RCN ter hand gaat nemen en de samenwerking tussen RCN en de openbare lichamen gaat bevorderen op basis van een gezamenlijk beeld over de staat van dienstverlening in CN. Ook zal in 2023 verder worden gewerkt aan het inrichten van een Chief Information Officer (CIO) office CN met als doel verbetering van de digitale dienstverlening.

Bestuurlijke ingreep Sint Eustatius

Op 8 juli 2020 is de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius aangenomen. De wet voorziet in een gefaseerde teruggave van bevoegdheden aan het lokale bestuur op Sint Eustatius. Per (sub)fase dient te worden voldaan aan criteria die in de Memorie van toelichting op hoofdlijnen zijn beschreven. De eerste fase van de wet is in oktober 2020 bereikt en heeft geleid tot de verkiezingen en het installeren van een eilandsraad met beperkte bevoegdheden. In 2021 heeft de regeringscommissaris een route-tijdtabel opgesteld waarin de criteria en de planning voor het behalen van de volgende fases zijn uitgewerkt. In het kader van de motie Wuite heeft de regeringscommis­saris samen met de eilandsraad de route-tijdtabel in 2022 bijgesteld (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 55). Voor de bijstelling is het uitgangspunt gebruikt dat voor het bereiken van een volgende (sub)fase minimaal moet worden voldaan aan randvoorwaarden die leiden tot een duurzame implementatie van de criteria. Op basis van de bijgestelde route tijdtabel wordt in 2023 gewerkt aan het bereiken van fase 2 en fase 3 van de wet. Met het behalen van fase 3.0 zijn de bestuurlijke verhoudingen langs de lijnen van de WolBES en de FinBES hersteld en kan worden overgegaan tot benoemen van een nieuwe gezaghebber.

Coördinerende rol van Koninkrijksrelaties

In het kader van de uitwerking van de aanbevelingen van de Raad van State en uit IBO-rapporten, wordt op verschillende manieren gewerkt aan verbetering van de bestuurlijke en financiële verhoudingen tussen Europees en Caribisch Nederland en aan het waarborgen van gelijkwaardigheid van Caribisch Nederland als onderdeel van Nederland. Dit vergt wel een wetstraject. In 2023 wordt verder gewerkt aan de herziening van de systeemwetten WolBES en FinBES.

Voorts wordt verder invulling gegeven aan de toepassing van het principe van 'comply or explain'. Dit principe houdt in dat nieuwe Europees-Nederlandse beleidsdoelen of beleidsintensiveringen, waaronder bijbehorende nieuwe regelgeving, ook van toepassing is in Caribisch Nederland, tenzij er redenen zijn om dat niet te doen. In dat kader zal met name worden ingezet op het aanpassen van verouderde wet- en regelgeving en het opstellen van bepaalde kaderwetgeving. In 2023 zal bovendien via een projectteam «comply or explain» inhoudelijk worden meegedacht over de toepassing van het 'comply or explain'-principe. Dit moet ervoor zorgen dat dit principe consistent door alle departementen wordt toegepast.

Financieel toezicht

Het ministerie van BZK ziet erop toe dat de openbare lichamen het financieel beheer op een adequaat niveau brengen en vervolgens houden. Het niveau van het financieel beheer in Caribisch Nederland is gemengd. Daar waar Saba al jaren een goedkeurende accountantsverklaring kan voorleggen als bewijs van goed financieel beheer, hebben de projecten om het financieel beheer op Bonaire en Sint Eustatius te verbeteren nog niet geleid tot voldoende verbeteringen en de afgifte van een goedkeurende accountantsverklaring. Om de benodigde voortgang te bewerkstelligen werken Bonaire en Sint Eustatius met verbeterplannen voor het financieel beheer. Voor de uitvoering van de verbeterplannen heeft het ministerie van BZK financiële middelen verstrekt aan Bonaire en Sint Eustatius. Waar nodig zal het ministerie ook expertise aanbieden om de verbeteringen te bewerkstelligen. Jaarlijks informeert het ministerie van BZK de Tweede Kamer over de stand van het financieel- en begrotingsbeheer en de verbeterplannen van de openbare lichamen.

Het College financieel toezicht BES (Cft BES) adviseert de minister van BZK over de financiën van Bonaire en Saba. Voor Sint Eustatius heeft het Cft BES haar adviserende taak stapsgewijs hervat. Op grond van de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius adviseert het Cft BES bij de ontwerpbegroting en begrotingswijzigingen. Dit ter ondersteuning van de regeringscommissaris en gezien het feit dat de advisering op de begroting een elementair onderdeel is van het proces van budgettering en financieel beheer. Met het gedeeltelijk hervatten van de adviserende rol van het Cft BES wordt gezorgd voor een geleidelijke opbouw naar het reguliere toezicht van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (FinBES).

Landen

Overheidsfinanciën, financieel beheer, en financieel toezicht

Duurzaam houdbare overheidsfinanciën zijn een randvoorwaarde voor de economische ontwikkeling. Het begrotingsbeleid in de Landen vormt evenwel al jaren een uitdaging met sterk oplopende overheidsschuld als gevolg. Door de Covid-19 pandemie zijn de overheidsfinanciën wereldwijd verslechterd. Ook in Aruba, Curaçao en Sint Maarten was dit het geval. Door het stilvallen van het toerisme, de belangrijkste economische pijler, daalden de belastinginkomsten sterk en liepen de tekorten op. Met de liquiditeitssteun van Nederland konden de landen tijdens de pandemie de publieke dienstverlening continueren en waren er middelen om het bedrijfsleven en inwoners te ondersteunen. Begin 2022 kende een krachtig economisch herstel, dat ook voor verbetering van de overheidsfinanciën zorgde, maar van volledig herstel is nog geen sprake. De economisch groei vertaalt zich met enige vertraging in hogere belastinginkomsten. Er is nog wel sprake van begrotingstekorten. Of er in 2023 wel begrotingsevenwicht zal zijn, is afhankelijk van de mate waarin de Landen de groei weten te benutten en tegelijkertijd de uitgaven weten te beheersen. Begrotingsevenwicht is van groot belang voor duurzaam houdbare overheidsfinanciën. Hierbij is ook de mate waarin de hervormingen uit de Landspakketten effectief worden geïmplementeerd van grote invloed. Zo zal de hervorming van de belastingdienst kunnen bijdragen aan een hogere bereidheid tot het doen van belastingaangifte, zal verbetering van financieel beheer de sturing op inkomsten en uitgaven kunnen bevorderen en kan middels hervorming van de publieke sector de effectiviteit en de beoogde kostenverlaging van de publieke sector het vertrouwen van investeerders en consumenten verhogen.

Het op orde brengen van het financieel beheer in Aruba, Curaçao en Sint Maarten is een belangrijk thema en doelstelling in de Landspakketten. Naast specifieke knelpunten die een goedkeurende accountantsverklaring bij de jaarrekening in de weg staan, wordt de problematiek veroorzaakt door fundamentele problemen in de wetgeving, de financiële organisatie, de financiële processen en de administratie. Er zijn concrete stappen geformuleerd om in de komende jaren het financieel beheer in de Landen op orde te brengen in de vorm van zogenaamde routekaarten. In 2023 worden de uitvoering en implementatie verder ter hand genomen en worden de verbeteringen in de getrouwheid van de financiële informatie, de financiële processen en de wetgeving zichtbaar.

Door middel van het financieel toezicht en de Landspakketten wordt zo gewerkt aan duurzaam houdbare overheidsfinanciën. Het College Aruba financieel toezicht (CAft) en het College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Cft) adviseren daarnaast de Rijksministerraad en de Landen over de overheidsfinanciën van de Landen, gericht op het bewerkstelligen van een duurzame financiële overheidshuishouding. Dit doen het Cft en het CAft op basis van de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Rft) respectievelijk de Landsverordening Aruba financieel toezicht (LAft) in combinatie met het Protocol Aruba-Nederland uit 2018. Beoogd is dat het CAft in 2023 zijn toezicht uitoefent op grond van de nieuwe Rijkswet Aruba financieel toezicht. Deze ligt nu ter vaststelling voor in de parlementen van Aruba en Nederland.

Versterken van de rechtsstaat op Aruba, Curaçao en Sint Maarten

Een goed functionerende rechtsstaat is een randvoorwaarde voor economische ontwikkeling en houdbare overheidsfinanciën en ziet toe op rechtmatigheid van bestedingen. Goed bestuur, rechtshandhaving en veiligheid zijn aangelegenheden van de autonome Landen. Nederland ondersteunt Aruba, Curaçao en Sint Maarten hierbij. Het ministerie van BZK werkt hierin nauw samen met de ministeries van Justitie en Veiligheid, Financiën en Defensie.

In 2023 worden verdere stappen gezet in de implementatie van de extra structurele middelen, die beschikbaar zijn gemaakt vanuit het akkoord over de derde tranche liquiditeitssteun (Kamerstukken II 2020/21, 35570 IV nr. 13). Deze komen onder andere ten goede aan de versterking van het grenstoezicht en de uitbreiding van de duurzame ondermijningsaanpak op Aruba, Curaçao en Sint Maarten.

Het kabinet is tevens betrokken bij de structurele verbeteringen van het gevangeniswezen van Sint Maarten, gelet op het naleven van de mensenrechtenstandaarden. In 2023 stelt BZK middelen beschikbaar voor de bouw van een nieuwe gevangenis en structurele verbeteringen van de huidige detentieomstandigheden. Daarnaast is de Samenwerkingsregeling Waarborging Plannen van Aanpak Landstaken Curaçao en Sint Maarten met twee jaar verlengd (lopend tot 2024), omdat de plannen van aanpak Politie en Detentiewezen op Sint Maarten nog niet zijn afgerond.

Wederopbouw

In 2017 trokken de orkanen Irma en Maria over de Bovenwindse Eilanden met verwoestende gevolgen. Met name het land Sint Maarten werd zwaar getroffen. Als autonoom land binnen het Koninkrijk is het zelf verantwoordelijk voor de wederopbouw. Nederland ondersteunt Sint Maarten financieel bij de wederopbouw, met de inzet van de Wereldbank (trustfonds) en met technische assistentie. Het trustfonds is actief tot eind 2025.

Het trustfund is volledig overgegaan in de fase van uitvoering. Hierdoor zijn steeds meer zichtbare en tastbare resultaten voor de bevolking van Sint Maarten geboekt. Deze lijn wordt doorgetrokken in 2023. Uiteraard zal daarbij worden ingezet op de realisatie van de blijvende Nederlandse prioriteiten: herstel van de luchthaven, afvalproblematiek en good governance.

Bevorderen sociaaleconomische structuur

Als onderdeel van de steun aan de Caribische Landen in het kader van de pandemie zijn afspraken gemaakt over sociale, financiële, economische en institutionele hervormingen en ontwikkelingen die gewenst zijn om de weerbaarheid van Caribische Landen na COVID-19 te verhogen. Deze afspraken zijn neergelegd in landspakketten die elk van de landen met Nederland is overeengekomen. De Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) biedt de landen ondersteuning bij het doorvoeren van hervormingen van bestuurlijke aard, het realiseren van duurzame overheidsfinanciën en het versterken van hun economie en gaat de uitvoering van de hervormingsmaatregelen door de landen monitoren. De maatregelen en hervormingen uit de landspakketten zien op de volgende thema’s: financieel beheer, kosten en effectiviteit publieke sector, belastingen, financiële sector, economische hervormingen, zorg, onderwijs en versterking van de rechtsstaat.

2.2 Belangrijkste beleidsmatige mutaties

Uitgaven Koninkrijksrelaties

Stand ontwerpbegroting 2022 376.298 170.708 159.561 178.667 178.667
Mutatie nota van wijziging 20221 46.718 2.878 249 249 249
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 ‒ 1.084 21.507 9.648 ‒ 9.913 8.011 8.954
Extrapolatie 176.667
Belangrijkste mutaties
1) Kasschuif detentie Sint Maarten 1 ‒ 6.000 6.000 0 0 0 0
2) Teruggekomen betalingen uit 2021 1,4 6.320 0 0 0 0 0
3) Capacity building (Saba Package) 4 ‒ 1.600 ‒ 667 ‒ 667 ‒ 667 ‒ 667 ‒ 667
4) Island Backlogs (Saba Package) 4 ‒ 800 0 0 0 0 0
5) Kasschuif Tijdelijke Werkorganisatie 4 ‒ 7.000 ‒ 3.000 2.500 2.500 2.500 2.500
6) Inzet geraamde ontvangsten voor RCN 6 2.044 0 0 0 0 0
7) Personele vergoedingen voor landspakketten 6 ‒ 651 0 0 ‒ 1.000 ‒ 1.000 ‒ 1.000
8) Motie Van den Berg en Kuiken: extra middelen vrije uitkering Saba 7 ‒ 1.000 ‒ 1.000 ‒ 1.000 ‒ 571 ‒ 571 ‒ 571
9) Loon- en prijsbijstelling compensatie 2021 BES-fonds 7 ‒ 571 ‒ 571 ‒ 571 0 0 0
10) Wisselkoerscorrectie BES-fonds 7 ‒ 2.573 ‒ 8.205 0 0 0 0
11) Kasschuif wisselkoersreserve 7 ‒ 4.500 4.500 0 0 0 0
12) Kasschuif stormwaterpompen 8 ‒ 2.300 2.300 0 ‒ 280 ‒ 280 ‒ 280
Stand ontwerpbegroting 2023 404.158 196.454 169.707 168.985 186.909 185.603
  1. nota van wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 32)

Toelichting

1. Teruggekomen betalingen uit 2021

Dit betreft een teruggekomen betalingen voor het versterken van het grenstoezicht, noodpakketten en pensioenen. Deze facturen waren in 2021 betaald en zijn teruggekomen in januari 2022. Door deze boeking kunnen de betreffende facturen alsnog in 2022 betaald worden.

2. Capacity Building (Saba Package)

De middelen voor de Capacity Building uit de Saba Package worden via het BES-fonds verstrekt, zoals overeengekomen in de Saba Package overeenkomst. Hier worden onder andere middelen vrijgemaakt ter ondersteuning voor de eilandssecretaris.

3. Island Backlogs (Saba Package)

De middelen voor de Island Backlogs uit de Saba Package worden via het BES-fonds verstrekt, zoals overeengekomen in de Saba Package overeenkomst. Hierin is overeengekomen dat deze middelen onder andere worden ingezet voor het oorkaanbestendig maken van woningen en het weerbaarder maken van Saba's financiën.

4. Inzet geraamde ontvangsten RCN

De geraamde ontvangsten van de Rijksdienst Caribisch Nederland (RCN) worden weer ingezet voor RCN.

5. Kasschuif Tijdelijke Werkorganisatie

Deze kasschuif komt voor uit een herziening van de uitgaven van de Tijdelijke Werkorganisatie (TWO). In 2022 worden niet alle middelen uitgeput vanwege het trager verlopen van de uitvoering, onder andere door de vertraging van de Rijkswet. Voor de Tijdelijke Werkorganisatie worden de verplichtingen de kas in het juiste te verwachte ritme gezet.

5. Personele vergoedingen voor landspakketten

Personele vergoedingen voor 2022 worden overgeboekt naar de Ministeries van VWS en EZK voor van de ondersteuning van de Landen bij de landspakketten voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Daarnaast betreft dit de personele vergoeding van het Ministerie van Financiën voor 2021 en 2022 voor hun ondersteuning aan de Landen.

6. Motie van den Berg en Kuiken: extra middelen vrije uitkering Saba

Dit betreft de uitvoering van de motie van de Leden Kuiken en Van Den Berg die oproepen tot verhoging van vrije uitkering aan Saba met € 1,5 mln. (Kamerstukken II 2021/22, 35925, nr. 58). Hiervoor wordt € 1 mln. uit de post Onvoorzien overgeheveld van de begroting van Koninkrijksrelaties (IV) naar de begroting van het BES-fonds (H). Daarnaast krijgt Saba volgens de vaste verdeelsleutel € 0,8 mln. vanuit de totaal € 4,1 mln. aan middelen uit de CN enveloppe, die per eerste suppletoire begroting zijn toegevoegd.

7. Loon- en prijsbijstelling compensatie 2021 BES-fonds

In 2021 was er een negatieve loon- en prijsontwikkeling voor het BES-fonds. In 2021 is dit incidenteel gedekt vanuit de begroting Koninkrijksrelaties en deels generale middelen. Dit jaar is ervoor gekozen om de negatieve loon- en prijsontwikkeling van 2021 structureel vanaf 2022 te compenseren vanuit de begroting Koninkrijksrelaties.

8. Wisselkoerscorrectie BES-fonds

De vrije uitkering van het BES-fonds is vastgelegd in dollars. Door de huidige wisselkoers van de dollar ten opzichte van de euro is er naar verwachting sprake van een wisselkoerstegenvaller in 2022 en 2023. Dit wordt gedekt vanuit de wisselkoersreserve op begrotingsartikel 7 van de begroting van Koninkrijksrelaties (IV).

9. Kasschuif wisselkoersreserve

Om de wisselkoerstegenvaller in 2023 op het BES-fonds te kunnen dekken, worden gelden van 2022 naar 2023 overgeheveld.

10. Kasschuif stormwaterpompen

Dit betreft een kasschuif om de aanschaf van stormwaterpompen op Sint Maarten in 2023 te kunnen betalen. De aanschaf is een onderdeel van de crisismaatregelen op Sint Maarten om overtollige water af te voeren in geval van plotselinge overstromingen door hevige stormen.

Ontvangsten Koninkrijksrelaties

Stand ontwerpbegroting 2022 34.588 31.068 30.950 30.950 30.950
Mutatie nota van wijziging 20221 0 0 0 0 0 0
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 4.689 0 0 30.950
Extrapolatie
Belangrijkste mutaties 0 0 0
1) Teruggekomen betalingen uit 2021 1,4 6.320 0 0 147.696 167.368 91.145
2) Raming aflossingen leningen 5 8.316 1.057.101 17.911 0 0 0
3) Wisselkoerscorrectie ontvangsten 5 2.285 2.203 0 0 0 0
4) Geraamde ontvangsten van RCN 6 2.044 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 58.242 1.090.372 48.861 178.646 198.318 122.095
  1. nota van wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 32)

Toelichting

1. Teruggekomen betalingen uit 2021

Dit betreft een teruggekomen betalingen voor het versterken van het grenstoezicht, noodpakketten en pensioenen. Deze facturen waren in 2021 betaald en zijn teruggekomen in januari 2022. Door deze boeking kunnen de betreffende facturen alsnog in 2022 betaald worden.

2. Raming aflossingen leningen

Vanaf deze begroting worden ook de aflossingen op de leningen geraamd zoals eerder aan de Kamer gemeld (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 477). Voorheen werden alleen de renteontvangsten geraamd.

3. Wisselkoerscorrectie ontvangsten

Als gevolg van de huidige wisselkoers van de dollar ten opzichte van de euro zijn er meer- en minderontvangsten op de rente over de uitstaande leningen. Deze uiteindelijke wisselkoersmeevaller wordt toegevoegd aan de wisselkoersreserve op begrotingsartikel 7 van deze begroting.

4. Geraamde ontvangsten van RCN

De geraamde ontvangsten van de Rijksdienst Caribisch Nederland (RCN) worden weer ingezet voor RCN.

Uitgaven BES-fonds

Stand ontwerpbegroting 2022 42.390 35.272 35.272 35.272 35.272
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 4.926 6.976 8.645 11.546 11.141 10.735
Extrapolatie 35.272
Belangrijkste mutaties
1) Motie Van den Berg en Kuiken: extra middelen vrije uitkering Saba 1 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000
2) Capacity Building (Saba Package) 1 1.600 667 667 667 667 667
3) Island Backlogs (Saba Package) 1 800 0 0 0 0 0
4) Arbeidsbemiddeling (Saba) 1 0 200 200 200 200 200
5) Loon- en prijsbijstelling compensatie 2021 1 571 571 571 571 571 571
6) Loon- en prijsbijstelling tranche 2022 1 144 203 228 226 213 0
7) Wisselkoerscorrectie 1 2.573 8.205 0 0 0 0
Overige mutaties 0 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 54.004 53.094 46.583 49.482 49.064 48.445

Toelichting

1. Motie Van den Berg en Kuijken: extra middelen vrije uitkering Saba

Dit betreft de uitvoering van de motie van de Leden Kuiken en Van Den Berg die oproepen tot verhoging van vrije uitkering aan Saba met € 1,5 mln. (Kamerstukken II 2021/22, 35925, nr. 58). Hiervoor wordt € 1 mln. uit de post Onvoorzien overgeheveld van de begroting van Koninkrijksrelaties (IV) naar de begroting van het BES-fonds (H). Daarnaast krijgt Saba volgens de vaste verdeelsleutel € 0,8 mln. vanuit de totaal € 4,1 mln. aan middelen uit de CN enveloppe, die per eerste suppletoire begroting zijn toegevoegd.

2. Capacity Building (Saba Package)

De middelen voor de Capacity Building uit de Saba Package worden via de vrije uitkering verstrekt, zoals overeengekomen in de Saba Package overeenkomst. Hier worden onder andere middelen vrijgemaakt ter ondersteuning voor de eilandssecretaris.

3. Island Backlogs (Saba Package)

De middelen voor de Island Backlogs uit de Saba Package worden via de vrije Uitkering aan Saba toegekend. In de Saba Package is overeengekomen dat deze middelen onder andere worden ingezet voor het oorkaanbestendig maken van woningen en het weerbaarder maken van Saba's financiën.

4. Arbeidsbemiddeling (Saba)

In het Coalitieakkoord zijn middelen vrijgemaakt voor arbeidsbemiddeling van de BES-eilanden. Het aandeel voor Saba wordt nu toegekend via de vrije uitkering.

5. Loon- en prijsbijstelling compensatie 2021

In 2021 was er een negatieve loon- en prijsontwikkeling voor het BES-fonds. In 2021 is dit incidenteel gedekt vanuit de begroting Koninkrijksrelaties en deels generale middelen. Dit jaar is ervoor gekozen om de negatieve loon- en prijsontwikkeling van 2021 structureel vanaf 2022 te compenseren vanuit de begroting Koninkrijksrelaties.

6. Loon- en prijsbijstelling tranche 2022

Dit betreft de loon- en prijsbijstelling tranche 2022 voor de per eerste suppletoire begroting 2022 toegevoegde CN-enveloppe.

7. Wisselkoerscorrectie

De vrije uitkering van het BES-fonds is vastgelegd in dollars. Door de huidige wisselkoers van de dollar ten opzichte van de euro is er naar verwachting sprake van een wisselkoerstegenvaller in 2022 en 2023. Dit wordt gedekt vanuit de wisselkoersreserve op begrotingsartikel 7 van de begroting van Koninkrijksrelaties (IV).

Ontvangsten BES-fonds

Stand ontwerpbegroting 2022 42.390 35.272 35.272 35.272 35.272
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 4.926 6.976 8.645 11.546 11.141 10.735
Extrapolatie 35.272
Belangrijkste mutaties
1) Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba 1 6.688 10.846 2.666 2.664 2.651 2.438
Overige mutaties 0 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 54.004 53.094 46.583 49.482 49.064 48.445

Toelichting

1. Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Op basis van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (FinBES) dienen de uitgaven en ontvangsten over ieder uitkeringsjaar voor het BES-fonds gelijk te zijn. Ten behoeve van de dekking van deze uitgaven is een post ontvangsten geraamd. De voeding van het BES-fonds is direct afkomstig uit de belastingontvangsten van het Rijk.

2.3 Strategische Evaluatie Agenda

De Strategische Evaluatie agenda (SEA) is een instrument dat is ontwikkeld aan de hand van de vierde voortgangsrapportage Inzicht in Kwaliteit (Kamerstukken II 2020/21, 31865, nr. 184). De SEA biedt een overzicht van de beleidsthema’s, een korte toelichting op de inzichtbehoefte per thema, en een daarbij passende agendering van evaluatieonderzoek. Het doel is om meer inzicht in de beleidsthema’s te krijgen, en continue verbetering van beleid en uitvoering te stimuleren.

De SEA bevat een overzicht van alle geplande beleidsdoorlichtingen per beleidsartikel eens in de vier tot zeven jaar. Ook biedt de SEA een overzicht van alle overige ex-ante, ex-durante en ex-post onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid. Hieronder vallen ook de evaluaties van subsidies en andere instrumenten, agentschappen en zelfstandige bestuursorganen (ZBO).

Bijlage 5 Uitwerking strategische evaluatie agenda bevat een nadere toelichting op de SEA. Daarnaast kan hier de volledige onderzoeksprogrammering gevonden worden.

Een Koninkrijk met wederzijdse betrokkenheid Beleidsdoorlichting 2022 Beleidsdoorlichting artikel 1 Versterken rechtsstaat 1 Versterken rechtsstaat
Ex-durante 2022 Evaluatie Rijkswet financieel toezicht 2021 4 Bevorderen sociaaleconomische structuur
Beleidsdoorlichting 2023 Beleidsdoorlichting artikel 4 Bevorderen sociaaleconomische structuur
Ex-post 2023 Evaluatie financieel beheer BES
Ex-durante 2024 Evaluatie Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten
Ex-post 2026 Evaluatie Rijkswet Aruba financieel toezicht
Ex-post 2022 Evaluatie van de herfinanciering van de liquiditeitsleningen aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten 5 Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen
Beleidsdoorlichting 2023 Beleidsdoorlichting artikel 5 Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen
Beleidsdoorlichting 2022 Beleidsdoorlichting artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden

2.4 Overzicht risicoregelingen

Artikel 5 Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen 9e Europees Ontwikkelingsfonds verlenging 1.877 0 1.877 0 0 0 0 0 0
Totaal 1.877 0 1.877 0 0 0 0 0 0

Toelichting

Voorschotten 9e Europees Ontwikkelingsfonds (EOF)

Doel en werking garantieregeling

De garantstelling is op verzoek van de Europese Commissie (EC) in het kader van het Europees Ontwikkelingsfonds verstrekt door Nederland. De garantstelling betrof het Bonaire riolerings- en waterzuiveringsprogramma. Dit programma is in oktober 2021 afgerond. De Stichting Ontwikkelingsfonds Nederlandse Antillen (SONA) heeft de eindverantwoording voor het project op 12 mei 2022 ingediend. De EC heeft op 9 juni 2022 de eindrapportage geaccepteerd. De EC heeft nog wel een vordering ingesteld, waartegen SONA op 14 juni 2022 een verzoek tot kwijtschelding heeft ingediend.

Totaal verstrekte leningen 2.643.696
Artikel 5 Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen 2.605.117
Totaal leningen Curaçao 1.533.614
Lening lopende inschrijving Curaçao 2,75% ANG 139.735 55.720 15 jaar (2010-2025)
Lening lopende inschrijving Curaçao 2,875 ANG 370.000 147.539 20 jaar (2010-2030)
Lening lopende inschrijving Curaçao 3,0% ANG 474.900 189.369 25 jaar (2010-2035)
Lening lopende inschrijving Curaçao 3,125% ANG 582.391 232.231 30 jaar (2010-2040)
Lening lopende inschrijving Curaçao 2,75% ANG 62.604 25.226 30 jaar (2013-2043)
Lening lopende inschrijving Curaçao 2,45% ANG 247.036 103.186 30 jaar (2014-2044)
Lening lopende inschrijving Curaçao 1,6% ANG 188.181 100.241 30 jaar (2015-2045)
Lening lopende inschrijving Curaçao 1,62% ANG 33.296 17.997 30 jaar (2015-2045)
Lening lopende inschrijving Curaçao 1,0% ANG 59.050 29.702 30 jaar (2016-2046)
Lening lopende inschrijving Curaçao 1,24% ANG 60.000 28.448 30 jaar (2017-2047)
Lening lopende inschrijving Curaçao 0,92% ANG 69.100 34.167 30 jaar (2019-2049)
Onderhandse lineare lening Curaçao 0,00% ANG 82.000 41.132 15 jaar (2020-2035)
Liquiditeitslening Curaçao 0,00% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Curaçao 0,00% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Curaçao 0,00% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Curaçao 0,00% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Curaçao 0,00% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Lening ter afwikkeling van de Girobank 0,00% ANG 170.000 80.338 16 jaar (2021-2037)
Liquiditeitslening Curaçao 0,00% ANG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Curaçao 0,00% ANG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Curaçao 0,00% ANG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Curaçao 0,00% (verlenging) ANG 911.000 448.318 1,5 jaar (2022-2023)
Totaal leningen Sint Maarten 364.448
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,625% ANG 73.500 29.461 15 jaar (2010-2025)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,75 % ANG 78.571 31.494 20 jaar (2010-2030)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,875% ANG 50.000 20.042 25 jaar (2010-2035)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 3,0% ANG 50.000 20.042 30 jaar (2010-2040)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,25% ANG 58.652 24.765 15 jaar (2014-2029)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,375% ANG 44.818 18.739 20 jaar (2014-2034)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 2,45% ANG 39.526 16.510 30 jaar (2014-2044)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 1,8% ANG 23.208 10.346 30 jaar (2014-2044)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 0,83% ANG 15.917 7.514 25 jaar (2017-2032)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 0,74% ANG 30.631 15.324 30 jaar (2019-2049)
Lening lopende inschrijving Sint Maarten 0,5% ANG 10.400 5.602 7 jaar (2016-2023)
Onderhandse lineare lening 0,00% ANG 49.875 22.985 15 jaar (2020-2035)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% ANG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% ANG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% ANG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% ANG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% ANG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0% (verlenging) ANG 292.400 141.624 1,5 jaar (2022-2023)
Totaal leningen Aruba 705.714
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% 0 30 jaar (1991-2021)
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% 429 30 jaar (1992-2022)
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% 488 30 jaar (1993-2023)
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% 279 30 jaar (1994-2024)
Maatregel Tussenbalans begrotingslening Aruba 2,5% 58 30 jaar (1995-2025)
Water en Energiebedrijf Aruba 2,5% AWG 6.283 3.079 30 jaar (1995-2025)
Liquiditeitslening Aruba 0% AWG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Aruba 0% AWG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Aruba 0% AWG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Aruba 0% AWG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Aruba 0% AWG 0 0 2 jaar (2020-2022)
Liquiditeitslening Aruba 0% AWG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Aruba 0% AWG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Aruba 0% AWG 0 0 1 jaar (2021-2022)
Liquiditeitslening Aruba 0% AWG 0 0 0 jaar (2022-2022)
Rentelastverlichting 2021 Aruba 2,64% AWG 177.100 83.826 8 jaar (2021-2028)
Rentelastverlichting 2022 Aruba 2,64% AWG 346.000 175.371 8 jaar (2022-2029)
Liquiditeitslening Aruba 0% (verlenging) AWG 915.500 442.184 1,5 jaar (2022-2023)
Ontwikkelingsbank van de Nederlandse Antillen 1.341
Lening Ontwikkelingsbank Nederlandse Antillen 1.341 29 jaar (2001-2030)
Artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden 38.579
Liquiditeitslening Sint Maarten 0,0% ANG 50.000 22.790 30 jaar (2018-2048)
Liquiditeitslening Sint Maarten 0,0% ANG 32.600 15.789 30 jaar (2018-2048)

Toelichting

De leningen aan de landen worden meestal afgesloten in Antilliaanse guldens (ANG) of Arubaanse florins (AWG) en vastgelegd in de begroting in euro's (€). Deze vastlegging gebeurt op basis van de geldende koers op het moment van aangaan van de lening (historische waarde). De aan Caribisch Nederland verstrekte renteloze leningen in dollars (USD) zijn in bijlage 9 te vinden.

De huidige stand van de leningen afgesloten in voorgaande boekjaren zijn geactualiseerd tot 1 augustus 2022. De in 2022 afgesloten leningen zijn opgesteld op basis van de gerealiseerde dagkoers. Het Ministerie van Financiën voert het beheer over deze leningen, de belasting vindt plaats op hoofdstuk Koninkrijksrelaties (IV).

Artikel 5 Schuldsanering/ lopende inschrijving/ leningen

Curaçao en Sint Maarten

Leningen lopende inschrijving

Om ervoor te kunnen zorgen dat Curaçao en Sint Maarten een gezonde financiële huishouding kunnen voeren, waarbij de eigen verantwoordelijkheid van de landen voorop blijft staan, zijn afspraken gemaakt tussen deze landen en Nederland. Deze afspraken zijn geformaliseerd in de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Rft) en betreffen een deugdelijk begrotingsbeleid, het op orde brengen van het financieel beheer en een effectief financieel toezicht ter voorkoming van nieuwe opbouw van schulden. Daarnaast is afgesproken dat Nederland een lopende inschrijving aanbiedt voor leningen aan Curaçao en Sint Maarten, tegen het actuele rendement op staatsleningen van de desbetreffende looptijd. Het merendeel van de leningen zijn zogenaamde «bulletleningen» met aflossing ineens aan het einde van de looptijd.

De lopende inschrijving Sint Maarten van 2019 is een lening voor 30 jaar, die aan Sint Maarten verstrekt is om de liquiditeitspositie van Sint Maarten te versterken. Deze positie was ernstig verzwakt na de orkaan Irma. Dit is een uitzondering op de regel dat van de lopende inschrijving alleen gebruik gemaakt mag worden voor de kapitaaldienst en bij een sluitende begroting (art. 25 Rft).

Onderhandse leningen

Voor de landen Curaçao en Sint Maarten zijn in 2020 twee «2010-2020 Obligatieleningen» (bulletleningen) afgelopen, die behoren tot de afspraken over de schuldsanering. Deze leningen zijn onder gewijzigde voorwaarden omgezet. Voor Curaçao betreft het een omzetting van de lening naar een onderhandse lineaire lening. Beide leningen hebben een duur van 15 jaar met begindatum 15 oktober 2020. De leningen hebben een rentepercentage van 0% en zijn de eerste drie jaar aflossingsvrij.

Liquiditeitsleningen (verlenging)

Curaçao en Sint Maarten hebben in verband met de pandemie in 2020-2022 verschillende liquiditeitsleningen ontvangen. De liquiditeitsleningen van Curaçao en Sint Maarten liepen tot en met april 2022 en hadden een rentepercentage van 0,0%. De leningen zijn in 2022 verlengd tot en met 10-10-2023 tegen dezelfde voorwaarden.

Lening ter afwikkeling van de Girobank

Curaçao heeft een lening ontvangen om de afwikkeling van de failliete Girobank te kunnen uitvoeren. Het jaarlijkse rentepercentage is 0,0% en een looptijd van 16 jaar. De aflossing start op 1 augustus 2023. Curaçao mag de lening geheel of gedeeltelijk vervroegd aflossen.

Leningen Aruba

Maatregel Tussenbalans

In het kader van de Maatregel Tussenbalans zijn met ingang van 1991 begrotingsleningen verstrekt aan Aruba ter financiering van projecten, waarvan een bepaald rendement verwacht mag worden. De leningen hebben een looptijd van 30 jaar, waarvan de eerste acht jaar aflossingsvrijwaren. Nu wordt jaarlijks conform afspraken afgelost. Het jaarlijkse rentepercentage is 2,5%. In 2025 zullen de laatste aflossingen plaatsvinden.

Water- en Energiebedrijf Aruba

Het betreft een begrotingslening uit 1995 ten behoeve van het Water- en Energiebedrijf NV gevestigd te Aruba. De lening is verstrekt voor het aldaar verrichten van een groot aantal investeringen voor de renovatie en uitbreiding van het Water- en Energiebedrijf. De lening heeft een looptijd tot 30 juni 2026, waarvan de eerste acht jaar aflossingsvrij waren. Nu wordt jaarlijks conform afspraken afgelost. Het jaarlijkse rentepercentage is 2,5%.

Liquiditeitsleningen (verlenging)

Aruba heeft in 2020 om bijstand gevraagd op grond van artikel 36 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden om de gevolgen van Covid-19 op te kunnen vangen. De liquiditeitsleningen hadden een looptijd tot en met april 2022 en een rentepercentage van 0,00%. De leningen zijn in 2022 tot en met 10-10-2023 verlengd tegen dezelfde voorwaarden.

Rentelastverlichting Aruba

Aruba heeft in 2021 en 2022 lening ter verlichting van de rentelast ontvangen als onderdeel van de landspakketten. Deze leningen hebben een rentepercentage van 2,64%. De eerste vier jaar zijn aflossingsvrij, daarna wordt jaarlijks afgelost.

Lening Ontwikkelingsbank van de Nederlandse Antillen

Dit betreft een vordering op de Ontwikkelingsbank van de Nederlandse Antillen (OBNA) vanwege middelen die destijds ter beschikking zijn gesteld voor het bevorderen van de economie op de Nederlandse Antillen.

Artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden

Liquiditeitsleningen Sint Maarten

In 2018 zijn twee dertigjarige renteloze leningen aan Sint Maarten verstrekt om de liquiditeitspositie van het land te verstevigen na de schade van orkaan Irma. De eerste vijf jaar zijn aflossingsvrij, daarna wordt jaarlijks afgelost.

2.5 Implementatie van mensenrechtenverdragen

De regering informeert jaarlijks de Staten-Generaal in de memorie van toelichting op de begroting Koninkrijksrelaties over de stand van zaken rond de implementatie van mensenrechtenverdragen in het Caribische deel van het Koninkrijk (Kamerstukken II 2018/19, 33826, nr. 29).

In het afgelopen begrotingsjaar zijn geen verdragen met een dergelijk karakter voor dit deel van het Koninkrijk in werking getreden. Wat de implementatie van mensenrechtenverdragen in het Caribische deel betreft, kan worden gewezen op verschillende bijeenkomsten die het afgelopen begrotingsjaar over dit onderwerp hebben plaatsgevonden in de mensenrechtenverdragencommissie, een overlegorgaan waarin de vier landen van het Koninkrijk zijn vertegenwoordigd. Deze bijeenkomsten hebben nog niet tot concrete resultaten geleid, maar wel tot een prioritering van te implementeren verdragen. Zo hopen de landen in de nabije toekomst vorderingen te boeken rond de implementatie in het Caribisch deel van het Koninkrijk van het Verdrag van Istanbul, inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld, en enkele verdragen die zich richten op de bescherming van kinderrechten.

2.6 Coronamaatregelen

4 Eerste tranche voedselhulp Curaçao, Aruba en Sint Maarten 1,6 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en liquiditeitssteun aan het Caribisch deel van het Koninkrijk) (Kamerstukken II 2019/20, 35459, nr. 1)
Extra maatregelen Caribisch Nederland i.v.m. COVID-19 (Kamerstukken II 2019/20, 35420, nr. 25)
4 Derde tranche voedselhulp Curaçao, Aruba en Sint Maarten 14,9 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en steunmaatregelen Caribisch deel van het koninkrijk) (Kamerstukken II 2020/21, 35712, nr. 1)
Verlenging voedselhulp Aruba, Curaçao en Sint Maarten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 212)
4 Vierde tranche voedselhulp Curaçao, Aruba en Sint Maarten 3,2 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp, vijfde tranche liquiditeitssteun Aruba en steunmaatregelen Caribisch Nederland) (Kamerstukken II 2020/21, 35793, nr. 1)
Vervolg voedselhulpprogramma Aruba, Curaçao en Sint Maarten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 240)
4 Vijfde tranche voedselhulp Curaçao, Aruba en Sint Maarten 10,2 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 5)
Stand van zaken transitie voedselhulpprogramma Aruba, Curaçao en Sint Maarten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 345)
4 Bijdrage aan Ministerie van IenW voor Hypothecaire lening Winair ‒ 1,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en steunmaatregelen Caribisch deel van het koninkrijk) (Kamerstukken II 2020/21, 35712, nr. 1)
Hypothecaire lening aan Winair (Kamerstukken II 2020/21, 31936, nr. 830)
4 Inkomstenderving Bonaire International Airport 3,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Vierde incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en compensatie inkomstenderving Caribisch Nederland (Kamerstukken II 2019/20, 35545, nr. 1)
Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 5)
Steun- en herstelpakket Caribisch Nederland (noodpakket 5.0) (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 326)
4 Restantbetaling 10% en teruggekomen factuur 2021 Noodpakketten 0,0 2,4 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Eerste incidentele suppletoire begroting over 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35712, nr. 1)
Tweede incidentele suppletoire begroting over 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35793, nr. 1)
Tweede nota van wijziging op eerste suppletoire begroting over 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 5)
5 Vierde tranche liquiditeitslening Aruba 32,9 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en steunmaatregelen Caribisch deel van het koninkrijk) (Kamerstukken II 2020/21, 35712, nr. 1)
Besluitvorming Rijksministerraad inzake afwijken begrotingsnormen in 2021 en vierde tranche liquiditeitssteun (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 201)
Toetsingskader Risicoregelingen Rijksoverheid inzake de vierde tranche liquiditeitssteun aan Aruba (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 200)
5 Vijfde tranche liquiditeitssteun Aruba 112,8 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp, vijfde tranche liquiditeitssteun Aruba en steunmaatregelen Caribisch Nederland) (Kamerstukken II 2020/21, 35793, nr. 1)
Besluitvorming rijksministerraad 26 maart 2021 inzake liquiditeitsbehoefte ACS tweede kwartaal 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 245)
5 Zesde tranche liquiditeitssteun Aruba 86,1 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 5)
Besluitvorming Rijksministerraad 18 juni 2021 inzake liquiditeitssteun Aruba, Curaçao en Sint Maarten derde kwartaal 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 324)
5 Zesde tranche liquiditeitssteun Curaçao 79,6 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 5)
Besluitvorming Rijksministerraad 18 juni 2021 inzake liquiditeitssteun Aruba, Curaçao en Sint Maarten derde kwartaal 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 324)
5 Zevende tranche liquiditeitssteun Curaçao 37,6 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 5)
Besluitvorming Rijksministerraad 18 juni 2021 inzake liquiditeitssteun Aruba, Curaçao en Sint Maarten derde kwartaal 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 324)
5 Vierde tranche liquiditeitssteun Sint Maarten 4,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en steunmaatregelen Caribisch deel van het koninkrijk) (Kamerstukken II 2020/21, 35712, nr. 1)
Besluitvorming Rijksministerraad inzake afwijken begrotingsnormen in 2021 en vierde tranche liquiditeitssteun (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 201)
5 Vijfde tranche liquiditeitssteun Sint Maarten 18,4 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 3)
Besluitvorming Rijksministerraad 23 april 2021 inzake liquiditeitsbehoefte Sint Maarten tweede kwartaal 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 260)
Besluitvorming Rijksministerraad 28 mei 2021 inzake vijfde tranche liquiditeitssteun 2021 Sint Maarten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 275)
Toekenning vijfde tranche liquiditeitssteun Sint Maarten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 318)
5 Zesde tranche liquiditeitssteun Sint Maarten 22,9 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 5)
Besluitvorming Rijksministerraad 18 juni 2021 inzake liquiditeitssteun Aruba, Curaçao en Sint Maarten derde kwartaal 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 324)
5 Zevende tranche liquiditeitssteun Sint Maarten 10,7 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 5)
Besluitvorming Rijksministerraad 18 juni 2021 inzake liquiditeitssteun Aruba, Curaçao en Sint Maarten derde kwartaal 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 324)
5 Reservering liquiditeitslening Aruba 2022 0,0 23,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Nota van wijziging op Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 32)
5 Reservering liquiditeitslening Sint Maarten 2022 0,0 6,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Nota van wijziging op Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 32)
5 Reservering liquiditeitslening Curaçao 2022 0,0 12,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Nota van wijziging op Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 32)
Totaal 436,9 43,4 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
1 Compensatie inkomstenderving openbare lichamen 4,2 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2020 (Vierde incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en compensatie inkomstenderving Caribisch Nederland) (Kamerstukken II 2019/20, 35545, nr. 1)
Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp, vijfde tranche liquiditeitssteun Aruba en steunmaatregelen Caribisch Nederland) (Kamerstukken II 2020/21, 35793, nr. 1)
Uitbreiding economisch steun- en herstelpakket Caribisch Nederland (noodpakket 4.0) (Kamerstukken II, 2020/21, 35420, nr. 226)
Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 5)
Steun- en herstelpakket Caribisch Nederland (noodpakket 5.0) (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 326)
1 Eilandelijk beleid 3,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2019/20, 35450 IV, nr. 1)
Wijziging van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2020 (Vierde incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en compensatie inkomstenderving Caribisch Nederland) (Kamerstukken II 2019/20, 35545, nr. 1)
Wijziging van de begrotingsstaten van het Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35650 IV, nr. 1)
Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en steunmaatregelen Caribisch deel van het koninkrijk) (Kamerstukken II 2020/21, 35712, nr. 1)
Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstukken II 2020/21, 35850 IV, nr. 1)
Aanpassingen in het economische steun- en herstelpakket als gevolg van de ontwikkeling in de bestrijding van het coronavirus (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 237)
Het steun- en herstelpakket in het derde kwartaal van 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 314)
1 Tweede Kamerverkiezingen 2021 0,02 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Wijziging van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2020 (Vierde incidentele suppletoire begroting inzake voedselhulp en compensatie inkomstenderving Caribisch Nederland) (Kamerstukken II 2019/20, 35545, nr. 1)
Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35570 IV, nr. 21)
Tijdelijke regels omtrent verkiezingen in verband met covid-19 (Tijdelijke wet verkiezingen covid-19) (Kamerstukken II 2020/21, 35590, nr. 22)
1 Pakket voor de creatieve sector 0,3 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35570 IV, nr. 21)
Uitwerking maatregelen tweede specifieke pakket voor de culturele en creatieve sector (Kamerstukken II 2020/21, 32820, nr. 400)
Totaal 7,5 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0

3. Beleidsartikelen Koninkrijksrelaties

3.1 Artikel 1. Versterken rechtsstaat

A. Algemene doelstelling

Het bevorderen van goed bestuur door een bijdrage te leveren aan het versterken van de rechtsstaat van de landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Dit krijgt vorm door samenwerking op het gebied van veiligheid, rechtshandhaving, grensbewaking en mensenrechten en ondersteuning van de landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten.

B. Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is verantwoordelijk voor:

Stimuleren

Rechtshandhaving en veiligheid zijn aangelegenheden van de landen van het Koninkrijk. De minister stimuleert de versterking van de rechtsstaat in Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Dit doet de minister door de landen te ondersteunen en invulling en uitvoering te geven aan protocollen, samenwerkingsregelingen en rijkswetten. Daarbij werkt de minister nauw samen met de betrokken bewindspersonen van de Ministeries van Justitie en Veiligheid, Financiën en Defensie, die de operationele capaciteit voor de ondersteuning en versterking leveren.

Deze ondersteuning komt voort uit artikel 36 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden waarin is bepaald dat de landen binnen het Koninkrijk elkaar hulp en bijstand verlenen, en komt tot stand door het treffen van onderlinge regelingen op grond van artikel 38, eerste lid, van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden.

C. Beleidswijzigingen

Er zijn geen beleidswijzigingen te melden.

D. Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 20.321 33.877 76.166 60.268 66.738 84.662 82.662
Uitgaven 20.187 33.877 76.166 60.268 66.738 84.662 82.662
Subsidies (regelingen)
Detentie - Algemeen 0 600 0 0 0 0 0
Bestuurlijke aanpak 0 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000
Opdrachten
Detentie Algemeen 0 1.019 2.000 2.000 2.000 2.000 0
Diverse opdrachten 36 120 0 0 0 0 0
Bijdrage aan medeoverheden
Overige bijstand aan de landen 8.000 11.997 0 0 0 0 0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Detentie Vastgoed 0 4.000 16.000 0 0 0 0
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Grensbewaking (Defensie) 6.467 7.136 28.460 25.556 28.550 28.550 28.550
Recherchecapaciteit (JenV) 0 621 14.754 17.530 20.283 38.207 38.207
Rechterlijke macht (JenV) 5.684 6.884 9.115 9.582 10.305 10.305 10.305
Douane (Financiën) 0 500 4.837 4.600 4.600 4.600 4.600
Ontvangsten 0 4.000 0 0 0 0 0

Geschatte budgetflexibiliteit

juridisch verplicht 0,0%
bestuurlijk gebonden 100,0%
beleidsmatig gereserveerd 0,0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden 0,0%

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget op artikel 1 is 0,0% juridisch verplicht.

E. Toelichting op de financiële instrumenten

Opdrachten

Detentie Algemeen

Vanuit het akkoord over de derde tranche liquiditeitssteun van 22 december 2020 met Sint Maarten is er € 30 mln. beschikbaar gesteld voor verbetering van het gevangeniswezen in Sint Maarten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 203). Hiervan zal € 10 mln. grotendeels ten goede komen aan onderdelen van het gevangeniswezen die niet vallen onder de bouw van een nieuwe gevangenis, zoals het verbeteren van immateriële aspecten die al langere tijd in Sint Maarten niet op orde zijn. Het budget is verdeeld over vijf begrotingsjaren, te beginnen in 2022 en eindigend in 2026. Activiteiten kunnen worden aangedragen door Sint Maarten zelf, maar worden ontleend aan het door Sint Maarten uit te voeren plan van aanpak detentie dat valt onder de Samenwerkingsregeling waarborging plannen van aanpak landstaken Curaçao en Sint Maarten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 224).

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

Detentie Vastgoed

Met de € 20 mln. van de beschikbaar gestelde € 30 mln. vanuit het landspakket zal de bouw van een nieuwe gevangenis in Sint Maarten gedeeltelijk door Nederland worden gefinancierd. Het project voor de bouw van de nieuwe gevangenis zal worden uitgevoerd door de United Nations Office for Project Services (UNOPS). De op te stellen overeenkomst neemt meer tijd in beslag dan vooraf voorzien, daarom zijn de middelen die oorspronkelijk voor 2022 begroot waren doorgeschoven naar 2023. De € 20 mln. is daarmee nu verdeeld over de begrotingsjaren 2022 en 2023.

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

Grensbewaking (Defensie)

Nederland stelt voor onbepaalde tijd personeel van de Koninklijke Marechaussee (KMar) beschikbaar ter ondersteuning van het grenstoezicht in Aruba, Curaçao en Sint Maarten conform het protocol inzake de inzet van personeel vanuit de flexibel inzetbare pool Koninklijke Marechaussee (Kamerstukken II 2018/19, 35000 IV, nr. 40). Deze flexibele pool van 43 voltijdsequivalenten levert een bijdrage aan de uitvoering van grensgerelateerde politietaken in de landen. Het gaat hierbij om grensbewaking, het uitvoeren van de politietaak op respectievelijk de luchthaven en de maritieme grenzen en de bestrijding van drugs-, wapen- en migratiecriminaliteit.

Aanvullend zijn de landen, ter uitvoering van de maatregelen in de landspakketten, op 4 februari 2021 een nieuw protocol over de versterking van het grenstoezicht overeengekomen (Kamerstukken II 2020/21, 35570 IV, nr. 33). In dit kader stelt de Minister van BZK voor een periode van minimaal 7 jaar extra voltijdsequivalenten van de KMar beschikbaar. De KMar zal op basis van dit nieuwe protocol de lokale diensten blijven versterken met als doel om de transnationale georganiseerde (ondermijnende) criminaliteit te bestrijden. De operationele inzet van de medewerkers vanuit de flexpool en het protocol over de versterking grenstoezicht in de Caribische landen van het Koninkrijk vindt plaats onder het bevoegd gezag van het land waar de betreffende werkzaamheden worden verricht.

Recherchecapaciteit (JenV)

Zoals vastgelegd in de Rijkswet Politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en het Protocol inzake gespecialiseerde recherchesamenwerking heeft het Recherche Samenwerkingsteam (RST) de taak om zware, georganiseerde en grensoverschrijdende criminaliteit te onderzoeken, die gezien de ernst, frequentie of het georganiseerde verband waarin ze worden gepleegd, een ernstige inbreuk op de rechtsorde maken. Hieronder valt ook de aanpak van (internationale) corruptie. Daarnaast verricht het RST de afhandeling van internationale rechtshulpverzoeken. Het RST werkt onder gezag van de lokale openbaar ministeries.

Jaarlijks worden de reguliere budgetten van de begroting van Koninkrijksrelaties (KR) ten behoeve van het RST overgeheveld naar de begroting van Justitie en Veiligheid (JenV). Hiermee wordt recht gedaan aan de Politiewet 2012, die bepaalt dat alleen de Minister van JenV opdrachten aan de Politie mag verstrekken. Het beleidsmatig instrument wordt in de begroting van het Ministerie van BZK verantwoord, gezien haar politieke verantwoordelijkheid voor het beschikbaar stellen van de middelen.

De overige middelen op de begroting van 2023 worden ingezet om capaciteit beschikbaar te stellen voor de duurzame ondermijningsaanpak op Sint Maarten, Curaçao en Aruba. De aanpak richt zich onder meer op financieel-economische criminaliteit, waaronder corruptie en betrokkenheid van politically exposed persons, ambtenaren en overheid NV’s.

Rechterlijke macht (JenV)

Ter versterking van de rechtsstaat is volledige bezetting van de openbaar ministeries en het Gemeenschappelijk Hof van groot belang. Vanwege een gebrek aan lokale personele capaciteit draagt Nederland hier op verzoek van de landen aan bij door officieren van justitie en rechters ter beschikking te stellen. Deze treden in lokale dienst, waarbij een buitenlandtoelage wordt vergoed door het Ministerie van BZK.

Bij de openbaar ministeries en het Gemeenschappelijk Hof werken ook officieren van justitie en rechters specifiek ten behoeve van de duurzame ondermijningsaanpak. Daarnaast stelt BZK vanuit het akkoord over de derde tranche liquiditeitssteun middelen beschikbaar voor de bestuurlijke aanpak, wat het bestuur in de landen de mogelijkheid geeft om preventief actie te ondernemen tegen ondermijning (Kamerstukken II 2020/21, 35925 IV, nr. 37). Daarmee wordt bijgedragen aan een duurzame, regionale en integrale aanpak van ondermijning.

Douane (Financiën)

BZK stelt voor onbepaalde tijd personeel van Douane Nederland beschikbaar ter ondersteuning van grenstoezicht in Aruba, Curaçao en Sint Maarten in het kader van het protocol over de versterking van het grenstoezicht (Kamerstukken II 2020/21, 35570 IV, nr. 33). Douane Nederland zal de lokale diensten met kennis en kunde ondersteunen en de benodigde opleidingen verzorgen met het doel om de transnationale georganiseerde (ondermijnende) criminaliteit te bestrijden.

3.2 Artikel 4. Bevorderen sociaaleconomische structuur

A. Algemene doelstelling

Het bewerkstelligen van een merkbare, positieve verandering in het leven van de burgers in de Caribische delen van het Koninkrijk door te ondersteunen bij het creëren van een betrouwbare en goed functionerende overheid, het verbeteren van de arbeidsmarkt, het versterken van de bestaanszekerheid, de zorg en de rechtsstaat. Het Ministerie van Binnenlandese Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) draagt daaraan bij middels het versterken van de uitvoeringskracht, het inzetten van kennis en expertise en het coördineren van de inzet van het Rijk.

B. Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor:

Stimuleren

  1. De minister ondersteunt waar gewenst en mogelijk de Caribische delen van het Koninkrijk bij de uitvoering van taken door middel van technische assistentie en het delen van kennis.
  1. De minister ondersteunt waar gewenst en mogelijk de Caribische delen van het Koninkrijk bij de uitvoering van taken door middel van praktische samenwerking en het opzetten van samenwerkingsovereenkomsten.
  2. De minister ondersteunt via de Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) maatregelen op diverse gebieden met betrekking tot de sociaal economische structuur, zoals de arbeidsmarkt, zorg, onderwijs, en veiligheid.

Regisseren

  1. De minister coördineert de rijksbrede inzet in Caribisch Nederland en bevordert de integrale samenwerking.
  2. De minister is verantwoordelijk voor het bevorderen van goed bestuur in Caribisch Nederland.
  3. De minister geeft invulling aan haar taken zoals omschreven in de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Rft), Landsverordening Aruba financieel toezicht (LAft), het protocol Afspraken tussen de regeringen van Aruba en Nederland over de openbare financiën van Aruba en het protocol Aruba-Nederland 2019-2021.
  4. De minister houdt financieel toezicht op de openbare lichamen op basis van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (FinBES).
  5. De minister monitort de uitvoering van de hervormingen en ontwikkelingen uit de landspakketten via de uitvoeringsagenda's en voortgangsrapportages die periodiek door de Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) en de landen worden opgesteld.

C. Beleidswijzigingen

In juni 2022 heeft de Staatssecretaris van BZK namens het kabinet nieuwe en hernieuwde bestuurlijke afspraken ondertekend samen met het bestuurscollege van Saba, de regeringscommissaris van Sint Eustatius en het bestuurscollege van Bonaire. In 2023 zullen na de eilandsraadsverkiezingen en het aanstellen van een gedeputeerde op Sint Eustatius alle afspraken worden herijkt en verder invulling gegeven worden aan de ambities voor de periode na 2023. Voor Saba betekent dit een aanvulling door middel van een nieuwe uitvoeringsagenda.

In deze kabinetsperiode is € 30 mln. structureel vanaf 2023 beschikbaar voor Caribisch Nederland. Bij eerste suppletoire begrotingswet 2022 zijn deze middelen verdeeld en aan de verschillende begrotingshoofdstukken toegevoegd. Een deel zal nog worden verwerkt bij tweede suppletoire begrotingswet 2022. Voor begrotingshoofdstuk Koninkrijksrelaties gaat het om structurele middelen voor de openbare lichamen van € 3 mln. vanaf 2023 voor expliciete doelen uit het Coalitieakkoord. Daarnaast gaat het om incidentele middelen voor eilandelijke achterstanden over de periode 2022-2024 van € 10 mln. Over de verdere invulling van deze middelen worden met de openbare lichamen nadere afspraken gemaakt, in samenhang met de gemaakte bestuurlijke afspraken in juni 2022.

D. Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 51.920 80.710 62.106 55.887 48.687 48.687 44.438
Uitgaven 53.280 76.710 62.106 55.887 48.687 48.687 48.438
4.1 Curaçao, Sint Maarten en Aruba 39.249 58.394 48.847 44.458 39.958 39.958 39.709
Subsidies (regelingen)
Diverse subsidies 574 0 0 0 0 0 0
Noodpakketten 29.897 2.426 0 0 0 0 0
COHO/ National Recovery Program Bureau 1.063 0 0 0 0 0 0
COHO 0 1.200 0 0 0 0 0
Opdrachten
Opdrachten landen 657 1.728 1.649 1.664 1.664 1.664 1.664
COHO 0 3.600 0 0 0 0 0
Inkomensoverdrachten
Toeslagen op pensioenen NA 1.450 1.950 1.950 5.009 5.009 5.009 5.009
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) 0 0 27.237 32.900 32.900 32.900 32.900
Bijdrage aan medeoverheden
Bijdrage aan landen 5.487 21.545 0 0 0 0 0
Onderwijshuisvesting Curaçao 0 10.000 15.000 4.500 0 0 0
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) 0 15.811 2.878 249 249 249 0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Diverse bijdragen 121 134 133 136 136 136 136
4.2 Caribisch Nederland 14.031 18.316 13.259 11.429 8.729 8.729 8.729
Subsidies (regelingen)
Bonaire International Airport 3.051 0 0 0 0 0 0
Subsidies Caribisch Nederland 507 603 698 700 500 500 500
Opdrachten
Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht 786 1.322 1.382 1.613 1.613 1.613 1.613
Inkomensoverdrachten
Pensioenen en uitkeringen politieke ambtsdragers 2.138 3.023 2.149 1.283 1.283 1.283 1.283
Bijdrage aan medeoverheden
Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht 7.549 13.368 9.030 7.833 5.333 5.333 5.333
Ontvangsten 804 7.009 0 0 0 0 0

Geschatte budgetflexibiliteit

juridisch verplicht 6,6%
bestuurlijk gebonden 87,2%
beleidsmatig gereserveerd 0,7%
nog niet ingevuld/vrij te besteden 5,5%

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget op artikel 4 is 6,6% juridisch verplicht en dit betreft volledig het instrument Inkomensoverdrachten.

Inkomensoverdrachten

De inkomstenoverdrachten zijn voor 100% juridisch verplicht. De uitgaven voor inkomstenoverdrachten liggen vast in de Vaste verrekenkoersregeling pensioenen (1990). Daarnaast is Nederland volgens artikel 4 lid 3 van de Onderlinge regeling rechtsopvolging en boedelscheiding Algemeen Pensioenfonds Nederlandse alsmede de rechtsopvolging van een aantal niet kapitaal gefinancierde pensioen(vervangende) verplichtingen van het Land de Nederlandse Antillen verplicht de pensioenen en uitkeringen van gewezen politieke ambtsdragers van de eilandgebieden Bonaire, Sint Eustatius en Saba te betalen (Stcrt. 2010, 14723).

E. Toelichting op de financiële instrumenten

4.1 Curaçao, Sint Maarten en Aruba

Opdrachten

Opdrachten Landen

Afhankelijk van de vraag en behoefte van het lokaal bestuur worden vanuit de begroting van Koninkrijksrelaties gerichte opdrachten aan organisaties betaald die als doel hebben goed bestuur en gezonde overheidsfinanciën te bevorderen. Hiermee wordt de uitvoeringskracht van de overheden in de Landen bevorderd, rekening houdend met lokale omstandigheden en de specifieke bestuurlijke context per land.

Inkomensoverdrachten

Toeslagen op pensioenen NA

Conform de regeling vaste verrekenkoers pensioeninkomen voormalig Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse pensioengerechtigden worden nadelige koersverschillen als gevolg van wisselkoersfluctuatie tussen de Antilliaanse gulden (ANG) en Arubaanse florin (AWG) enerzijds en de Euro (€) anderzijds gecompenseerd uit de begroting van Koninkrijksrelaties.

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

Tijdelijke werkorganisatie (TWO)

Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) treft voorbereidingen voor het opzetten en inrichten van het COHO. Vooruitlopend hierop ondersteunt een Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) van het Ministerie van BZK de ontwikkeling en uitvoering van de maatregelen, onder meer in de vorm van technische assistentie. Periodiek wordt een gezamenlijke uitvoeringsagenda opgesteld door de TWO en de Landen om de afspraken in de landspakketten nader te concretiseren. De TWO monitort vervolgens de voortgang in de uitvoering van de maatregelen en stelt tenminste ieder half jaar een uitvoeringsrapportage op. De TWO (die na de inwerkingtreding van de rijkswet wordt aangeduid als het COHO) werkt als een dienst van het Ministerie van BZK. Volgens het ontwerp van het voorstel van rijkswet wordt COHO een bestuursorgaan met zelfstandige, wettelijke taken. In 2023 is voor programma- en apparaatskosten van de TWO gezamenlijk € 27,2 mln. gereserveerd. Voor de jaren 2024-2027 is dit € 32,9 mln. per jaar. De gereserveerde middelen in de jaren 2023-2027 zullen telkens bij eerste suppletoire begroting van het betreffende uitvoeringsjaar over de verschillende financiële instrumenten (bijdragen, subsidies, opdrachten, apparaatskosten) worden verdeeld.

Bijdrage aan medeoverheden

Onderwijshuisvesting Curacao

Bij het instemmen met het landspakket Curaçao heeft Nederland aan Curaçao een bijdrage toegezegd van totaal € 30 mln. ten behoeve van verbetering van de onderwijshuisvesting. In 2022 staat een bijdrage van € 10 mln. gepland, in de jaren 2023 en 2024 is respectievelijk € 15 mln. en € 4,5 mln. gereserveerd. In 2021 is reeds een bedrag van € 0,5 mln. verstrekt. Van deze middelen worden reparaties gedaan en vernieuwingen aangebracht op schoolgebouwen in Curaçao.

Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)

Er is in 2022 €15,8 mln. voor bijdrage aan medeoverheden door de TWO gereserveerd op dit instrument. Op 14 juli 2021 heeft de Stuurgroep trustfonds wederopbouw Sint Maarten op verzoek van Sint Maarten besloten dat € 15 mln. van de door Nederland toegezegde trustfondsmiddelen, die toen nog op de Aanvullende Post van de Rijksbegroting stonden, ingezet kunnen worden voor de verbetering van het financieel beheer en de modernisering van de Belastingdienst zoals dit in het Landspakket Sint Maarten onder de maatregelen A.1 en C.4 is opgenomen. Deze middelen bedragen in 2022 € 9,2 mln., en in 2023 € 2,9 mln. De overige middelen betreffen bijdragen aan de andere Landen.

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

Diverse bijdragen

Dit betreft het Kleine Projecten Fonds waarmee de vertegenwoordiging van Nederland op Aruba, Curaçao en Sint Maarten kleine projecten financiert.

4.2 Caribisch Nederland

Subsidies

Subsidies Caribisch Nederland

Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) draagt bij aan het programma van UNICEF, dat is gericht op het helpen van de openbare lichamen met het ontwikkelen van de kinderrechten. Belangrijk onderdeel van het programma is kinderrechteneducatie en jongerenparticipatie. Ook wordt er ondersteuning geboden bij de ontwikkeling van jeugdraden in Caribisch Nederland.

Daarnaast worden er in 2023 en 2024 extra middelen vrijgemaakt voor Bonaire. De Voedselbank Bonaire ziet een stijging in het aantal cliënten dat zich aanmeldt voor een voedselpakket. De verwachting is dat dit aantal cliënten zal toenemen, gelet op de stijgende prijzen van levensmiddelen. Om de kosten van deze stijging te kunnen dekken worden daarom extra middelen vrijgemaakt.

Opdrachten

Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht

BZK richt zich op het verhogen van de kwaliteit en slagkracht van het openbaar bestuur op Caribisch Nederland en zet zich in om samen met de openbare lichamen de bestuurlijke kaders te versterken. Daarnaast wordt gericht de uitvoeringskracht van de ambtelijke apparaten van de openbare lichamen versterkt, rekening houdend met lokale omstandigheden en de specifieke bestuurlijke context per eiland. Er wordt door het ministerie geïnvesteerd in menselijk kapitaal, onder andere door middel van het trainen van de ambtelijke lokale apparaten, het voortzetten van het Talent Ontwikkelprogramma (TOP) Bonaire en het gericht ondersteunen met kennis en expertise. Hiervoor is een bedrag van € 1,4 mln. beschikbaar.

Afhankelijk van de vraag en behoefte van het lokaal bestuur in Caribisch Nederland, worden verder vanuit de begroting Koninkrijksrelaties gerichte opdrachten aan organisaties gefinancierd, die als doel hebben goed bestuur en gezonde overheidsfinanciën te bevorderen.

Inkomensoverdrachten

Pensioenen en uitkeringen politieke ambtsdragers

Uit deze middelen worden de rechtspositionele regelingen van (voormalige) politieke ambtsdragers gefinancierd. Het betreft de pensioenen van gewezen politieke gezagdragers van het voormalige land Nederlandse Antillen (bewindspersonen, statenleden en gezaghebbers) afkomstig van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Met het opheffen van het land Nederlandse Antillen in 2010 is bepaald dat deze pensioenen ten laste van Nederland komen (Stcrt. 2010, 14723).

Bijdrage aan medeoverheden

Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht

Met de eilanden en de vakdepartementen richt het Ministerie van BZK een programma goed bestuur en uitvoeringskracht in. BZK investeert € 2 mln. per jaar in 2023 en verder, voor maatregelen om de uitvoeringskracht te versterken. Naast het versterken van de capaciteit en het voorzien in opleidingen zal het Ministerie van BZK ook een uitwisselingsnetwerk opzetten tussen ambtenaren in Caribisch Nederland en Europees Nederland, met als doel tot uitwisseling te komen («twinning») en de onderlinge kennis en begrip te vergroten.

Op basis van de vraag en behoefte van het lokaal bestuur in Caribisch Nederland worden vanuit de begroting Koninkrijksrelaties middelen ter beschikking gesteld door middel van bijzondere uitkeringen, ten behoeve van bestuurlijke en sociaaleconomische initiatieven. Doel hiervan is om naast de vrije uitkering gericht initiatieven te kunnen ondersteunen op bestuurlijk of sociaaleconomische vlak. Dit gaat vaak gepaard met additionele begeleiding en ondersteuning vanuit Den Haag of expertise uit Europees Nederlandse gemeenten.

In 2023 zijn extra middelen beschikbaar uit het Coalitieakkoord (de CN-envelop van in totaal 30 miljoen euro structureel). Voor dit begrotingshoofdstuk gaat het enerzijds om structurele middelen voor de openbare lichamen van 3 mln. voor expliciete doelen uit het Coalitieakkoord. Anderzijds gaat het om incidentele middelen voor eilandelijke achterstanden, voor 2023 gaat het om een bedrag van € 3,5 mln. Voor Saba zullen deze middelen via de vrije uitkering van het BES-fonds worden verstrekt. Voor Bonaire en Sint Eustatius worden deze middelen verstrekt via een bijzondere uitkering vanuit dit begrotingshoofdstuk. Over de verdere invulling van deze middelen worden met de openbare lichamen nadere afspraken gemaakt, in samenhang met de gemaakte bestuurlijke afspraken in juni 2022.

Overzicht bijzondere uitkeringen

Conform artikel 94 Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba wordt jaarlijks uiterlijk op de derde woensdag van mei een overzicht van alle bijzondere uitkeringen gepubliceerd, met de daarvoor in de lopende begroting beschikbare bedragen.

3.3 Artikel 5. Schuldsanering/ lopende inschrijving/ leningen

A. Algemene doelstelling

Het ondersteunen van de houdbaarheid van de overheidsfinanciën van Curaçao en Sint Maarten door ten eerste de kwijtschelding van een deel van de schulden van Curaçao en Sint Maarten (in 2010) en ten tweede door het aanbieden van de mogelijkheid van een lopende inschrijving door Nederland tegen het actuele rendement op Nederlandse staatsleningen van de desbetreffende looptijd.

B. Rol en verantwoordelijkheid

Gelet op de autonomie hebben de Landen hun eigen verantwoordelijkheid voor de houdbaarheid van de overheidsfinanciën. Het financieel toezicht op Curaçao en Sint Maarten wordt op grond van de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Rft) uitgeoefend door de Rijksministerraad.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is verantwoordelijk voor:

Financieren

De minister financiert de kosten die voortkomen uit de schuldsanering en heeft een lopende inschrijving op leningen van Curaçao en Sint Maarten via de begroting van Koninkrijksrelaties. Dit is terug te voeren op de bestuurlijke afspraken die zijn gemaakt in de aanloop naar de nieuwe staatkundige verhoudingen per 10 oktober 2010. Daarbij heeft Nederland een oplossing geboden voor de toenmalige schuldenproblematiek, door de verplichting op zich te nemen een belangrijk deel van de schulden van Curaçao en Sint Maarten over te nemen.

Uitvoeren

Afspraken over het financieel beheer van Curaçao en Sint Maarten zijn geformaliseerd in de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Rft). Op basis van deze wet begeleidt de minister de adviezen van het College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Cft) naar de Rijksministerraad. Tevens is in de Rft bepaald dat Nederland een lopende inschrijving aanbiedt voor leningen aan Curaçao en Sint Maarten, tegen het actuele rendement op Nederlandse staatsleningen van de desbetreffende looptijd.

Op basis van artikel 36 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden kunnen de Landen binnen het Koninkrijk eventueel in aanmerking komen voor hulp en bijstand van Nederland.

C. Beleidswijzigingen

Momenteel ligt in de parlementen van Nederland en Aruba ter vaststelling de ontwerp-Rijkswet Aruba financieel toezicht (RAft) voor. Bij de Rijksministerraad (RMR) besluitvorming over de derde tranche liquiditeitsteun in 2020 is vanwege de komende langdurige financiële relatie tussen Nederland en Aruba besloten de Landverordening Aruba financieel toezicht en het protocol uit 2018 om te zetten in een Rijkswet. Doel van de RAft is het bieden van een actueel wettelijk kader voor het financieel toezicht op Aruba door de Rijksministerraad. Beoogd is implementatie per 1 januari 2023.

D. Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 733.075 46.871 1 0 0 0 0
Uitgaven 597.611 244.888 28.517 28.517 28.517 28.517 28.517
5.1 Schuldsanering Curaçao en Sint Maarten 28.517 28.517 28.517 28.517 28.517 28.517 28.517
Leningen
Schuldsanering 28.517 28.517 28.517 28.517 28.517 28.517 28.517
5.2 Leningen/garanties Curaçao, Sint Maarten en Aruba 569.094 216.371 0 0 0 0 0
Leningen
Leningen aan Aruba 315.577 198.371 0 0 0 0 0
Lopende inschrijving en leningen Curaçao en Sint Maarten 253.517 18.000 0 0 0 0 0
Ontvangsten 44.232 45.189 1.090.372 48.861 178.646 198.318 122.095

Geschatte budgetflexibiliteit

juridisch verplicht 100,0%
bestuurlijk gebonden 0,0%
beleidsmatig gereserveerd 0,0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden 0,0%

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget op artikel 5 is 100% juridisch verplicht en dit betreft volledig het instrument Leningen.

Leningen

Het totale uitgavenbudget op artikel 5 is bestemd voor de leningen vanuit de schuldsanering van Curaçao en Sint Maarten via de begroting Koninkrijksrelaties. Dit is terug te voeren naar de bestuurlijke afspraken die zijn gemaakt in aanloop naar de nieuwe staatkundige verhoudingen per 10 oktober 2010. Daarbij heeft Nederland een oplossing geboden voor de toenmalige schuldenproblematiek door de verplichting op zich te nemen een belangrijk deel van de schulden van Curaçao en Sint Maarten over te nemen. Deze leningen zijn voor 100% juridisch verplicht.

E. Toelichting op de financiële instrumenten

5.1 Schuldsanering Curaçao en Sint Maarten

Leningen

Schuldsanering

In de Slotverklaring van 2 november 2006 heeft Nederland zich met het oog op een gezonde financiële positie bij de start van de nieuwe staatkundige verhoudingen bereid verklaard om de schulden van (de collectieve sector van) de Nederlandse Antillen en de eilandgebieden Curaçao en Sint Maarten grotendeels te saneren of te herfinancieren. Het gaat hierbij om de schuldomvang op 31 december 2005, bestaande uit openbare en onderhandse geldleningen die zijn aangegaan jegens derden buiten de desbetreffende collectieve sector (inclusief de leningen die jegens Nederland zijn aangegaan). Deze leningen zijn, voor zover zij in omvang boven de rentelastnorm van dat jaar uitgaan, door Nederland gesaneerd. Ook de herfinanciering van deze leningen en de financiering van de rentelasten op deze leningen vallen onder de regeling van de schuldsanering. Bij de inwerkingtreding van de nieuwe staatkundige verhoudingen heeft Nederland de dan nog resterende hoofdsom van de bovenbeschreven schulden overgenomen. De in de begroting opgenomen bedragen komen overeen met de rente en aflossingen van de schuldpapieren die Nederland heeft overgenomen van de Nederlandse Antillen en de eilandgebieden Curaçao en Sint Maarten. Elk jaar worden deze bedragen verrekend met het Ministerie van Financiën, die de schulden namens de Nederlandse Staat heeft overgenomen.

Ontvangsten

De ontvangsten binnen dit artikel hebben betrekking op aflossingen en rentebedragen van uitstaande leningen aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Vanaf deze begroting worden ook de aflossingen op de leningen geraamd zoals eerder aan de Kamer gemeld (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 477). Voorheen werden alleen de renteontvangsten geraamd.

3.4 Artikel 8. Wederopbouw Bovenwindse Eilanden

A. Algemene doelstelling

Het bevorderen dat de basisvoorzieningen (inclusief infrastructuur) voor de burgers in Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba weer op het niveau van voor de orkanen Irma en Maria komen. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) coördineert het beschikbaar stellen van de middelen vanuit Nederland en het toezicht op de besteding daarvan.

B. Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor:

Financieren

  1. De minister financiert een deel van de wederopbouw van Sint Maarten. Tot eind 2021 zijn er middelen beschikbaar waarmee het trustfonds bij de Wereldbank wordt gevuld. Dit trustfonds blijft tot en met 2025 operationeel. Deze bijdrage is verbonden aan de politieke voorwaarden waarmee Sint Maarten akkoord is gegaan, waaronder de reeds ingestelde integriteitskamer en het versterken van het grenstoezicht waarover nadere afspraken zijn gemaakt (Stcrt. 2014, nr. 72542 en Landsverordening Integriteitskamer). Nederland zal gedurende de wederopbouw toezien op de naleving van de voorwaarden.
  1. De minister levert naast het trustfonds directe steun voor de wederopbouw van Sint Maarten. Het gaat hier bijvoorbeeld om kosten op het gebied van rechtshandhaving of technische assistentie op gebied van financieel beheer.

Regisseren

  1. De minister regisseert de Rijksbrede aanpak van de wederopbouwfase op de eilanden Saba en Sint Eustatius.
  1. De minister is vertegenwoordigd in de stuurgroep van het Sint Maarten Reconstruction, Recovery and Resilience trustfund waarin ook Sint Maarten zitting heeft. Prioriteiten voor Nederland zijn economische ontwikkeling en bereikbaarheid, de afvalproblematiek en goed bestuur.

Ook de Ministeries van Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW), Economische Zaken en Klimaat (EZK) en Infrastructuur en Waterstaat (IenW) zijn betrokken bij de wederopbouw voor onder andere het herstel van schoolgebouwen en infrastructuur. De middelen voor deze projecten staan op de begrotingen van de betreffende ministeries.

C. Beleidswijzigingen

Er zijn voor dit artikel geen beleidswijzigingen te melden.

D. Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 92.602 4.282 1.000 0 0 0 0
Uitgaven 91.485 1.982 3.300 0 0 0 0
Subsidies (regelingen)
Diverse subsidies 1.854 720 0 0 0 0 0
Opdrachten
Wederopbouw op Sint Maarten 999 262 3.300 0 0 0 0
Bijdrage aan medeoverheden
Wederopbouw op Sint Eustatius 2.517 0 0 0 0 0 0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Wederopbouw op Sint Maarten 0 1.000 0 0 0 0 0
Wereldbank 86.115 0 0 0 0 0 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0

Geschatte budgetflexibiliteit

juridisch verplicht 0,0%
bestuurlijk gebonden 69,7%
beleidsmatig gereserveerd 0,0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden 0,0%

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget op artikel 8 is 67,7% juridisch verplicht.

Opdrachten

De opdrachten zijn voor 69,7% juridisch verplicht. Dit betreft het contract voor de stormwaterpompen voor Sint Maarten wat in 2022 aangegaan wordt.

E. Toelichting op de financiële instrumenten

Opdrachten

Wederopbouw op Sint Maarten

Als onderdeel van de crisismaatregelen op Sint Maarten moeten de stormwaterpompen vervangen worden. Deze pompen worden in geval van plotselinge overstromingen door hevige stormen gebruikt om overtollige water af te voeren. Het contract hiervoor wordt in 2022 aangegaan en de levering vindt plaats in 2023.

Bijdrage aan (inter-) nationale organisaties

Wederopbouw op Sint Maarten

De laatste tranche Wederopbouwmiddelen, voor herstel van de schade door Orkaan Irma op Sint Maarten, is eind 2021 naar de Wereldbank overgemaakt. Een aantal projecten loopt door in 2023.

4. Niet-beleidsartikelen

4.1 Artikel 6. Apparaat

A. Budgettaire gevolgen

Verplichtingen 31.652 31.644 22.924 20.754 20.754 20.754 20.754
Uitgaven 30.335 31.644 22.924 20.754 20.754 20.754 20.754
Personele uitgaven
Eigen personeel 15.264 19.693 12.072 11.098 11.098 11.098 11.098
Inhuur externen 2.813 1.113 598 425 425 425 425
Materiële uitgaven
Overige materiële uitgaven 12.258 10.838 10.254 9.231 9.231 9.231 9.231
Ontvangsten 7.073 2.044 0 0 0 0 0

B. Toelichting op de financiële instrumenten

Op dit artikel worden de apparaatsuitgaven voor de volgende organisaties begroot:

  1. Shared Service Organisatie Caribisch Nederland (SSO CN);
  1. Colleges financieel toezicht (Cft);
  2. Vertegenwoordiging Nederland in Aruba, Curaçao en Sint Maarten (VN-ACS) exclusief de uitgaven voor ambtelijk personeel die op hoofdstuk VII worden begroot;
  3. Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)
  4. Rijksvertegenwoordiger.

Daarnaast worden de vergoedingen voor leden van raden en commissies op dit artikel begroot.

Personele uitgaven

Eigen personeel

Dit betreffen de uitgaven aan het eigen personeel van de SSO CN, Rijksvertegenwoordiger CN, Cft en het lokaal personeel van de VN-ACS.

Materiële uitgaven

Overige materiële uitgaven

De materiële uitgaven van alle onder dit begrotingshoofdstuk vallende onderdelen zijn hier opgenomen. De materiële uitgaven voor de SSO CN maken hier het merendeel van uit.

4.2 Artikel 7. Nog onverdeeld

A. Budgettaire gevolgen

Verplichtingen 0 15.057 3.441 4.281 4.289 4.289 5.232
Uitgaven 0 15.057 3.441 4.281 4.289 4.289 5.232
Wisselkoersreserve 0 14.150 558 1.020 1.020 1.020 1.020
Onvoorzien 0 907 2.883 3.261 3.269 3.269 4.212
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0

B. Toelichting op de financiële instrumenten

Wisselkoersreserve

Op de begroting van Koninkrijksrelaties en het BES-fonds zijn er zowel meevallers als tegenvallers als gevolg van wisselkoersfluctuaties. De meevallers komen ten gunste van de reserve en de tegenvallers komen ten laste van de reserve. In 2021 was € 20,4 mln. van de wisselkoersreserve niet gebruikt en daardoor doorgeschoven naar 2022. Door de wisselkoerscorrecties over de boekjaren 2022 en 2023 voor de begrotingen Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) komt de reserve in 2022 nu uit op € 14,2 mln.

Onvoorzien

Deze middelen worden op een later moment toegekend aan de relevante beleidsartikelen.

5. Beleidsartikel BES-fonds

5.1 Artikel 1. BES-fonds

A. Algemene doelstelling

Via het BES-fonds wordt bewerkstelligd dat de Openbare Lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba middelen krijgen toebedeeld om de tussen het Rijk en de eilanden overeengekomen taakverdeling van de eilanden naar behoren uit te voeren.

B. Rol en verantwoordelijkheid

De Openbare Lichamen mogen zelf bepalen welke taken en activiteiten zij bekostigen uit de algemene middelen van de vrije uitkering. Dit uitgangspunt laat onverlet dat de openbare lichamen bepaalde wettelijke taken en activiteiten dienen uit te voeren waarbij zij voor de bekostiging mede op de algemene middelen zijn aangewezen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor:

Financieren

De minister is verantwoordelijk voor de bestuurlijke en financiële verhouding met de eilanden en in die hoedanigheid financiert de minister het BES-fonds.

C. Beleidswijzigingen

De vrije uitkering aan Bonaire, Saba en Sint Eustatius is de afgelopen tien jaar niet structureel verhoogd (exclusief loon- en prijsbijstelling). Onderzoek van Ideeversa (2015) en de evaluatie van de commissie Spies (2015) hebben echter aangetoond dat er een structurele verhoging nodig is van de vrije uitkeringen aan de eilanden. In 2022 is hiertoe door het kabinet in het Coalitieakoord (CA) besloten. Vanuit de Caribisch Nederland enveloppe zijn bij eerste suppletoire begrotingswet 2022 extra middelen toegevoegd aan het BES-fonds. Dit betreft een oplopende reeks tot € 10 mln. in 2025. Daarnaast is € 3 mln. structureel beschikbaar voor eilandelijke taken voor prioriteiten in het Coalitieakoord. Hiermee worden de openbare lichamen beter in staat gesteld om de eilandelijke taken uit te voeren.

Daarnaast is de taakverdeling tussen Rijk en openbare lichamen in 2022 verduidelijkt en herijkt. Deze herijking is opgenomen in de bestuurlijke afspraken die in juni 2022 met de openbare lichamen zijn gemaakt. In 2023 komen de resultaten van het onafhankelijk onderzoek naar de eilandelijke middelen. Het onderzoek dient een beter beeld te geven van de huidige referentiekosten van eilandelijke taken. Ook zal gekeken worden naar hoe de vrije uitkering in overeenstemming kan worden gebracht met de demografische ontwikkelingen zoals verzocht door de leden Van der Berg en Ceder (Kamerstukken II 2020/21, 35830 IV, nr. 8).

D. Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 51.708 54.004 53.094 46.583 49.482 49.064 48.445
Uitgaven 51.708 54.004 53.094 46.583 49.482 49.064 48.445
Bijdrage aan medeoverheden
Vrije uitkering 51.708 54.004 53.094 46.583 49.482 49.064 48.445
Ontvangsten 51.708 54.004 53.094 46.583 49.482 49.064 48.445

Geschatte budgetflexibiliteit

Het BES-fonds kent geen budgetflexibiliteit. De openbare lichamen ontvangen middelen voor de aan hen toebedeelde en wettelijke taken.

E. Toelichting op de financiële instrumenten

Bijdrage aan medeoverheden

Vrije uitkering

De middelen, die de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba uit de vrije uitkering ontvangen, zijn vrij besteedbaar. Op de vrije uitkering wordt een aantal bedragen ingehouden. Het betreft aflossingslasten voor eerder afgesloten renteloze leningen die het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft verstrekt ter bekostiging van achterstanden in de onderwijshuisvesting en de lening van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat voor de weginfrastructuur op Saba. Een overzicht van de verstrekte renteloze leningen aan de openbare lichamen treft u aan in bijlage 9 van deze begroting.

In 2022 zijn er per eerste suppletoire begroting 2022 vanuit de Caribisch Nederland envelop extra middelen toegevoegd aan het BES-fonds. Dit betreft een oplopende reeks tot € 13 mln. in 2025. Deze forse verhoging stelt de openbare lichamen beter in staat om hun eilandelijke taken uit te voeren.

Tot slot heeft voor de jaren 2022 en 2023 een wisselkoerscorrectie op het BES-fonds plaatsgevonden.

Ontvangsten

Artikel 88, derde lid van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (FinBES) regelt dat bij (begrotings-)wet voor ieder uitkeringsjaar middelen van het Rijk worden afgezonderd ten behoeve van het BES-fonds. De uitgaven en de afgezonderde inkomsten over ieder uitkeringsjaar zijn aan elkaar gelijk. Gelet hierop is ten behoeve van de dekking van de uitgaven ten laste van het BES-fonds een post ontvangsten geraamd.

6. Bijlagen

Bijlage 1: Verdiepingsbijlage Koninkrijksrelaties

Artikel 1. Versterken rechtsstaat

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2022 80.415 58.414 58.773 82.379 82.379
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 ‒ 38.040 9.799 ‒ 100 ‒ 17.924 0 0
Extrapolatie 80.379
Nieuwe mutaties ‒ 8.498 7.953 1.595 2.283 2.283 2.283
Waarvan:
1) Bestuurlijk afspraken en uitvoeringskracht ‒ 3.300 0 0 0 0 0
2) Apparaatskosten ‒ 1.800 0 0 0 0 0
3) Teruggekomen betaling Grenstoezicht 4.000 0 0 0 0 0
4) Middelen Sint Eustatius ‒ 2.400 0 0 0 0 0
5) Kasschuif detentie Sint Maarten ‒ 6.000 6.000 0 0 0 0
6) Renovatie historisch pand Chinese gemeenschap Curaçao ‒ 500 0 0 0 0 0
7) Wisselkoerscorrectie artikel 1 670 390 0 0 0 0
8) Loon- en prijsbijstelling tranche 2022 896 1.653 1.662 2.417 2.417 2.417
Stand ontwerpbegroting 2023 33.877 76.166 60.268 66.738 84.662 82.662

Toelichting

1) Bestuurlijke afspraken en uitvoeringskracht

Voor bestuurlijke afspraken en uitvoeringskracht worden middelen van artikel 1 naar artikel 4 gerealloceerd. Hiermee wordt een impuls gegeven aan de organisatieontwikkeling van de openbare lichamen en het versterken van het bestuurlijke en juridisch kader op de eilanden.

2) Apparaatskosten

Vanuit artikel 1 worden middelen gerealloceerd naar de begroting van BZK (VII) voor externe inhuur inclusief reiskosten, SSO's en materiële kosten.

3) Teruggekomen betaling Grenstoezicht

Dit betreft een teruggekomen betaling aan de KMar voor het versterken van het grenstoezicht. Deze factuur was in 2021 betaald en was teruggekomen in januari 2022. Door deze boeking kan de betreffende factuur alsnog in 2022 betaald worden.

4) Middelen Sint Eustatius

De middelen voor Sint Eustatius worden gerealloceerd van artikel 1 naar artikel 4. Dit om eenmalige kosten te dekken welke ondersteunen aan de bestuurlijke ingreep op Sint Eustatius.

5) Kasschuif detentie Sint Maarten

Dit betreffen UNOPS-gelden uit het landspakket waar aan gecommiteerd is. Voor 2022 ligt er een aanvraag van € 4 mln. voor de eerste fase van het project. De tweede fase van het project gaat naar verwachting in het tweede kwartaal van 2023 van start. Daarvoor wordt € 6 mln. doorgeschoven naar 2023.

6) Renovatie historisch pand Chinese gemeenschap Curaçao

Om tegemoet te komen richting de Chinese gemeenschap op Curaçao heeft Nederland een subsidie toegezegd om een historisch pand te renoveren. De middelen worden daarom gerealloceerd van artikel 1 naar het instrument Subsidies op artikel 4.

7) Wisselkoerscorrectie artikel 1 

Als gevolg van de huidige wisselkoers van de dollar ten opzichte van de euro wordt in 2022 en 2023 een wisselkoerstegenvaller verwacht. De compensatie hiervoor komt uit de wisselkoersreserve op begrotingsartikel 7 van deze begroting.

8) Loon- en prijsbijstelling tranche 2022

Dit betreft de loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2022 0 0 0 0 0
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 0 0 0 0 0 0
Extrapolatie 0
Nieuwe mutaties 4.000 0 0 0 0 0
1) Teruggekomen betaling Grenstoezicht 4.000 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 4.000 0 0 0 0 0

Toelichting

1) Teruggekomen betaling grenstoezicht

Dit betreft een teruggekomen betaling aan de KMar voor het versterken van het grenstoezicht. Deze factuur was in 2021 betaald en was teruggekomen in januari 2022. Door deze boeking kan de betreffende factuur alsnog in 2022 betaald worden.

Artikel 4. Bevorderen sociaaleconomische structuur

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2022 65.357 59.255 48.105 43.605 43.605
Mutatie nota van wijziging 20221 9.218 2.878 249 249 249
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 ‒ 749 6.485 5.500 3.000 3.000 3.000
Extrapolatie 43.605
Nieuwe mutaties 2.884 ‒ 6.512 2.033 1.833 1.833 1.833
Waarvan:
1) Bestuurlijk afspraken en uitvoeringskracht 3.300 0 0 0 0 0
2) Capacity building (Saba Package) ‒ 1.600 ‒ 667 ‒ 667 ‒ 667 ‒ 667 ‒ 667
3) Island Backlogs (Saba Package) ‒ 800 0 0 0 0 0
4) Kasschuif Tijdelijke Werkorganisatie ‒ 7.000 ‒ 3.000 2.500 2.500 2.500 2.500
5) Teruggekomen betalingen uit 2021 2.320 0 0 0 0 0
6) Renovatie historisch pand Chinese gemeenschap Curaçao 500 0 0 0 0 0
7) Middelen Sint Eustatius 2.400 0 0 0 0 0
8) Wisselkoerscorrectie artikel 4 30 ‒ 2.882 0 0 0 0
9) Loon- en prijsbijstelling tranche 2022 3.150 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 76.710 62.106 55.887 48.687 48.687 48.438
  1. nota van wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 32)

Toelichting

1) Bestuurlijke afspraken en uitvoeringskracht

Voor bestuurlijke afspraken en uitvoeringskracht worden middelen van artikel 1 naar artikel 4 gerealloceerd.

2) Capacity building (Saba Package)

De middelen voor de Capacity Building uit de Saba Package worden via het BES-fonds verstrekt, zoals overeengekomen in de Saba Package overeenkomst.

3) Island Backlogs (Saba Package)

De middelen voor de Island Backlogs uit de Saba Package worden via het BES-fonds verstrekt, zoals overeengekomen in de Saba Package overeenkomst.

4) Kasschuif Tijdelijke Werkorganisatie

Deze kasschuif komt voort uit een herziening van de uitgaven van de Tijdelijke Werkorganisatie (TWO). In 2022 worden niet alle middelen uitgeput vanwege het trager verlopen van de uitvoering, onder andere door de vertraging van de Rijkswet. Voor de Tijdelijke Werkorganisatie worden de verplichtingen de kas in het juiste te verwachte ritme gezet.

5) Teruggekomen betalingen uit 2021

Dit betreft een tweetal teruggekomen betalingen voor noodpakketten en pensioenen in januari 2022, die waren betaald in 2021. Door deze boeking kunnen de betreffende facturen alsnog in 2022 betaald worden.

6) Renovatie historisch pand Chinese gemeenschap Curaçao

Om tegemoet te komen richting de Chinese gemeenschap op Curaçao heeft Nederland een subsidie toegezegd om een historisch pand te renoveren. De middelen worden daarom gerealloceerd van artikel 1 naar het instrument Subsidies op artikel 4.

7) Middelen Sint Eustatius

De middelen voor Sint Eustatius worden gerealloceerd van artikel 1 naar artikel 4. Dit om eenmalige kosten te dekken welke ondersteunen aan de bestuurlijke ingreep op Sint Eustatius.

8) Wisselkoerscorrectie artikel 4 

Als gevolg van de huidige wisselkoers van de dollar ten opzichte van de euro wordt in 2022 een wisselkoerstegenvaller en in 2023 een wisselkoersmeevaller verwacht. De meevaller wordt met name op de toeslagen pensioenen verwacht. De eventuele compensatie hiervoor komt uit de wisselkoersreserve op begrotingsartikel 7 van deze begroting.

9) Loon- en prijsbijstelling tranche 2022

Dit betreft de loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2022 0 0 0 0 0
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 4.689 0 0 0 0 0
Extrapolatie 0
Nieuwe mutaties 2.320 0 0 0 0 0
Waarvan:
1) Teruggekomen betaling pensioenfonds uit 2021 874 0 0 0 0 0
2) Teruggekomen betaling noodpakketten uit 2021 1.446 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 7.009 0 0 0 0 0

Toelichting

1) Teruggekomen betaling pensioenfonds uit 2021

Betreft een teruggekomen betaling in januari 2022 die was betaald in 2021. Door deze boeking kan de factuur alsnog in 2022 betaald worden.

2) Teruggekomen betaling noodpakketten uit 2021

Betreft een teruggekomen betaling in januari 2022 die was betaald in 2021. Door deze boeking kan de betreffende factuur alsnog in 2022 betaald worden.

Artikel 5. Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2022 201.517 28.517 28.517 28.517 28.517
Mutatie nota van wijziging 20221 37.500 0 0 0 0
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 5.871 0 0 0 0 0
Extrapolatie 28.517
Nieuwe mutaties 0 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 244.888 28.517 28.517 28.517 28.517 28.517
  1. nota van wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 32)

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2022 34.588 31.068 30.950 30.950 30.950
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 0 0 0 0 0 0
Extrapolatie 30.950
Nieuwe mutaties 10.601 1.059.304 17.911 147.696 167.368 91.145
Waarvan:
1) Wisselkoerscorrectie artikel 5 2.285 2.203 0 0 0 0
2) Raming aflossingen leningen 8.316 1.057.101 17.911 147.696 167.368 91.145
Stand ontwerpbegroting 2023 45.189 1.090.372 48.861 178.646 198.318 122.095

Toelichting

1) Wisselkoerscorrectie artikel 5

Als gevolg van de huidige wisselkoers van de dollar ten opzichte van de euro zijn er meer- en minderontvangsten op de rente over de uitstaande leningen. Deze uiteindelijke wisselkoersmeevaller wordt toegevoegd aan de wisselkoersreserve op begrotingsartikel 7 van deze begroting.

2) Raming aflossingen leningen

Vanaf deze begroting worden ook de aflossingen op de leningen geraamd zoals eerder aan de Kamer gemeld (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 477). Voorheen werden alleen de renteontvangsten geraamd.

Artikel 8. Wederopbouw Bovenwindse Eilanden

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2022 4.933 0 0 0 0
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 ‒ 417 1.000 0 0 0 0
Extrapolatie 0
Nieuwe mutaties ‒ 2.534 2.300 0 0 0 0
Waarvan:
1) Kasschuif stormwaterpompen ‒ 2.300 2.300 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 1.982 3.300 0 0 0 0

Toelichting

1) Kasschuif stormwaterpompen

Dit betreft een kasschuif om de aanschaf van stormwaterpompen op Sint Maarten in 2023 te kunnen betalen. De aanschaf is een onderdeel van de crisismaatregelen op Sint Maarten om overtollige water af te voeren in geval van plotselinge overstromingen door hevige stormen.

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2022 0 0 0 0 0
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 0 0 0 0 0 0
Extrapolatie 0
Nieuwe mutaties 0 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 0 0 0 0 0 0

Artikel 6. Apparaat

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2022 21.665 21.218 20.900 20.900 20.900
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 6.740 0 0 0 0
Extrapolatie 20.900
Nieuwe mutaties 3.239 1.706 ‒ 146 ‒ 146 ‒ 146 ‒ 146
Waarvan:
1) Personele vergoedingen voor landspakketten ‒ 651 0 0 0 0 0
2) Inzet geraamde ontvangsten voor RCN 2.044 0 0 0 0 0
3) Apparaat Sint Eustatius 400 400 0 0 0 0
4) Wisselkoerscorrectie artikel 6 1.260 1.452 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 31.644 22.924 20.754 20.754 20.754 20.754

Toelichting

1) Personele vergoedingen voor landspakketten

Personele vergoedingen voor 2022 worden overgeboekt naar de Ministeries van VWS en EZK voor de ondersteuning van de Landen bij de landspakketten voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Daarnaast betreft dit de personele vergoeding van het Ministerie van Financiën voor 2021 en 2022 voor hun ondersteuning aan de Landen.

2) Inzet geraamde ontvangsten voor RCN

De geraamde ontvangsten van de Rijksdienst Caribisch Nederland (RCN) worden weer ingezet voor RCN.

3) Apparaat Sint Eustatius

Dit betreffen apparaatsgelden die vanuit artikel 7 op Instrument Onvoorzien worden gerealloceerd naar artikel 6 ter ondersteuning van Regeringscommissaris voor de bestuurlijke ingreep voor de periode 2022-2023. De inzet in Sint Eustatius is verbonden aan de looptijd van de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius. De wet loopt tot minimaal 1 september 2024.

4) Wisselkoerscorrectie artikel 6 

De verwachte wisselkoerstegenvaller op eigen personeel en overig materieel wordt gecompenseerd. De verwachte wisselkoerstegenvaller wordt opgevangen uit de wisselkoersreserve op begrotingsartikel 7 van deze begroting.

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2022 0 0 0 0 0
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 0 0 0 0 0 0
Extrapolatie 0
Nieuwe mutaties 2.044 0 0 0 0 0
1) Geraamde ontvangsten van RCN 2.044 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 2.044 0 0 0 0 0

Toelichting

1) Geraamde ontvangsten RCN

De geraamde ontvangsten van de Rijksdienst Caribisch Nederland (RCN) worden weer ingezet voor RCN.

Artikel 7. Nog onverdeeld

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2022 2.411 3.304 3.266 3.266 3.266
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 25.511 4.223 4.248 5.011 5.011 5.954
Extrapolatie 3.266
Nieuwe mutaties ‒ 12.865 ‒ 4.086 ‒ 3.233 ‒ 3.988 ‒ 3.988 ‒ 3.988
Waarvan:
1) Motie Van den Berg en Kuiken: extra middelen vrije uitkering Saba ‒ 1.000 ‒ 1.000 ‒ 1.000 ‒ 1.000 ‒ 1.000 ‒ 1.000
2) Loon- en prijsbijstelling compensatie 2021 BES-fonds ‒ 571 ‒ 571 ‒ 571 ‒ 571 ‒ 571 ‒ 571
3) Verdeling loon- en prijsbijstelling ‒ 4.046 ‒ 1.653 ‒ 1.662 ‒ 2.417 ‒ 2.417 ‒ 2.417
4) Apparaat Sint Eustatius ‒ 400 ‒ 400 0 0 0 0
5) Wisselkoerscorrectie BES-fonds ‒ 2.573 ‒ 8.205 0 0 0 0
6) Wisselkoerscorrectie begroting Koninkrijksrelaties 325 3.243 0 0 0 0
7) Kasschuif wisselkoersreserve ‒ 4.500 4.500 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 15.057 3.441 4.281 4.289 4.289 5.232

Toelichting

1) Motie Van den Berg en Kuijken: extra middelen vrije uitkering Saba

Dit betreft de uitvoering van de motie van de Leden Kuiken en Van Den Berg die oproepen tot verhoging van vrije uitkering aan Saba met € 1,5 mln. (Kamerstukken II 2021/22, 35925, nr. 58). Hiervoor wordt € 1 mln. uit de post Onvoorzien overgeheveld van de begroting van Koninkrijksrelaties (IV) naar de begroting van het BES-fonds (H).

2) Loon- en prijsbijstelling compensatie 2021 BES-fonds

In 2021 was er een negatieve loon- en prijsontwikkeling voor het BES-fonds. In 2021 is dit incidenteel gedekt vanuit de begroting Koninkrijksrelaties en deels generale middelen. Dit jaar is ervoor gekozen om de negatieve loon- en prijsontwikkeling van 2021 structureel vanaf 2022 te compenseren vanuit de begroting Koninkrijksrelaties.

3) Verdeling loon- en prijsbijstelling tranche 2022 KR

Dit betreft de verdeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2022 voor de begroting Koninkrijksrelaties (IV).

4) Apparaatsgelden Sint Eustatius

Dit betreffen apparaatsgelden die vanuit artikel 7 op Instrument Onvoorzien worden gerealloceerd naar artikel 6 ter ondersteuning van Regeringscommissaris voor de bestuurlijke ingreep voor de periode 2022-2023. De inzet in Sint Eustatius is verbonden aan de looptijd van de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius. De wet loopt tot minimaal 1 september 2024.

5) Wisselkoerscorrectie BES-fonds

De vrije uitkering van het BES-fonds is vastgelegd in dollars. Door de huidige wisselkoers van de dollar ten opzichte van de euro is er naar verwachting sprake van een wisselkoerstegenvaller in 2022 en 2023. Dit wordt gedekt vanuit de wisselkoersreserve op begrotingsartikel 7 van de begroting van Koninkrijksrelaties (IV).

6) Wisselkoerscorrectie begroting Koninkrijksrelaties

Betalingen op de begroting Koninkrijksrelaties vinden in verschillende valuta plaats, die een vaste koppeling met de dollar kennen. Door de huidige wisselkoers van de dollar ten opzichte van de euro is er naar verwachting sprake van een wisselkoersmeevaller in 2022 en 2023. Deze wordt toegevoegd aan de wisselkoersreserve.

7) Kasschuif wisselkoersreserve

Om de wisselkoerstegenvaller in 2023 op het BES-fonds te kunnen dekken, worden gelden van 2022 naar 2023 overgeheveld.

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2022 0 0 0 0 0
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 0 0 0 0 0 0
Extrapolatie 0
Nieuwe mutaties 0 0 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 0 0 0 0 0 0

Bijlage 2: Verdiepingsbijlage BES-fonds

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2022 42.390 35.272 35.272 35.272 35.272
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 4.926 6.976 8.645 11.546 11.141 10.735
Extrapolatie 35.272
Nieuwe mutaties 6.688 10.846 2.666 2.664 2.651 2.438
Waarvan:
1) Motie Van den Berg en Kuiken: extra middelen vrije uitkering Saba 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000 1.000
2) Capacity Building (Saba Package) 1.600 667 667 667 667 667
3) Island Backlogs (Saba Package) 800 0 0 0 0 0
4) Arbeidsbemiddeling (Saba) 0 200 200 200 200 200
5) Loon- en prijsbijstelling compensatie 2021 571 571 571 571 571 571
6) Loon- en prijsbijstelling tranche 2022 144 203 228 226 213 0
7) Wisselkoerscorrectie 2.573 8.205 0 0 0 0
Stand ontwerpbegroting 2023 54.004 53.094 46.583 49.482 49.064 48.445

Toelichting

1) Motie Van den Berg en Kuiken: extra middelen vrije uitkering Saba

Dit betreft de uitvoering van de motie van de Leden Kuiken en Van Den Berg die oproepen tot verhoging van vrije uitkering aan Saba met € 1,5 mln. (Kamerstukken II 2021/22, 35925, nr. 58). Hiervoor wordt € 1 mln. uit de post Onvoorzien overgeheveld van de begroting van Koninkrijksrelaties (IV) naar de begroting van het BES-fonds (H). Daarnaast krijgt Saba volgens de vaste verdeelsleutel € 0,8 mln. vanuit de totaal € 4,1 mln. aan middelen uit de CN enveloppe, die per eerste suppletoire begroting 2022 zijn toegevoegd. Dit is eerder ook in antwoorden op Kamervragen aan de Kamer gemeld (Kamerstukken II 2021/22, 36100 IV, nr. 3).

2) Capacity Building (Saba Package)

De middelen voor de Capacity Building uit de Saba Package worden via de vrije uitkering verstrekt, zoals overeengekomen in de Saba Package. Hier worden onder andere middelen vrijgemaakt ter ondersteuning voor de eilandssecretaris.

3) Island Backlogs (Saba Package)

De middelen voor de Island Backlogs uit de Saba Package worden via de vrije uitkering aan Saba toegekend. In de Saba Package is overeengekomen dat deze middelen onder andere worden ingezet voor het oorkaanbestendig maken van woningen en het weerbaarder maken van Saba's financiën.

4) Arbeidsbemiddeling (Saba)

In het Coalitieakkoord zijn middelen vrijgemaakt voor arbeidsbemiddeling van de BES eilanden. Het aandeel voor Saba wordt nu toegekend via de vrije uitkering.

5) Loon- en prijsbijstelling compensatie 2021

In 2021 was er een negatieve loon- en prijsontwikkeling voor het BES-fonds. In 2021 is dit incidenteel gedekt vanuit de begroting Koninkrijksrelaties en deels generale middelen. Dit jaar is ervoor gekozen om de negatieve loon- en prijsontwikkeling van 2021 vanaf 2022 structureel te compenseren vanuit de begroting Koninkrijksrelaties (IV).

6) Loon- en prijsbijstelling tranche 2022

Dit betreft de loon- en prijsbijstelling tranche 2022 voor de per eerste suppletoire begroting 2022 toegevoegde CN-enveloppe.

7) Wisselkoerscorrectie

De vrije uitkering van het BES-fonds is vastgelegd in dollars. Door de huidige wisselkoers van de dollar ten opzichte van de euro is er naar verwachting sprake van een wisselkoerstegenvaller in 2022 en 2023. Dit wordt gedekt vanuit de wisselkoersreserve op begrotingsartikel 7 van de begroting van Koninkrijksrelaties (IV).

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2022 42.390 35.272 35.272 35.272 35.272
Mutatie eerste suppletoire begroting 2022 4.926 6.976 8.645 11.546 11.141 10.735
Extrapolatie 35.272
Nieuwe mutaties 6.688 10.846 2.666 2.664 2.651 2.438
Waarvan:
1) Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba 6.688 10.846 2.666 2.664 2.651 2.438
Stand ontwerpbegroting 2023 54.004 53.094 46.583 49.482 49.064 48.445

Toelichting

1) Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Op basis van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (FinBES) dienen de uitgaven en ontvangsten over ieder uitkeringsjaar voor het BES-fonds gelijk te zijn. Ten behoeve van de dekking van deze uitgaven is een post ontvangsten geraamd. De voeding van het BES-fonds is direct afkomstig uit de belastingontvangsten van het Rijk.

Bijlage 3: Moties en toezeggingen

De motie van het lid Ceder; Verzoekt de regering in aanloop naar de herziening van dat memorandum of understanding samen met de eilanden een verkenning te doen naar de mogelijkheid, bereidheid en benodigdheden om te komen tot een gezamenlijke bestrijding van mensenhandel in het Caribisch deel van het Koninkrijk en verbetering van de opvang van slachtoffers, en naar de wijze waarop Europees Nederland hierin kan ondersteunen. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 30 Afgedaan. De uitvoering van de motie is overgedragen aan het ministerie van JenV.
De motie van het lid Aukje de Vries c.s.; Verzoekt de regering als er incidenteel wordt geïnvesteerd op de BES-eilanden, altijd nadrukkelijk de daaruit voortvloeiende structurele uitgaven mee te nemen en af te wegen, en uiterlijk 1 april 2022 aan te geven in de richting van de Tweede Kamer hoe hier invulling aan wordt gegeven. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 10 Afgedaan. De Tweede Kamer is op 8 april 2022 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 60).
De motie van het lid Wuite c.s.; Verzoekt de regering om het minimumloon en de uitkeringen te verhogen op Bonaire, Sint-Eustatius en Saba per 1 januari 2022 met 10% en dit te financieren uit de verlaging van de IOAOW; Verzoekt de regering om ten behoeve van toekomstige stappen om het wettelijk minimumloon en de uitkeringen te verhogen in de richting van het ijkpunt sociaal minimum te verkennen of en, zo ja, op welke wijze de AOV-gerechtigde leeftijd verhoogd kan worden, waarbij de financiële besparing die dit oplevert ingezet wordt voor verdere stappen om de inkomenspositie van inwoners van Caribisch Nederland te verbeteren. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 26 Afgedaan. De uitvoering van de motie is overgedragen aan het ministerie van SZW.
De motie van het lid Wuite c.s.; Verzoekt de regering om te verkennen onder welke randvoorwaarden de dienstverlening van Cultuur+Ondernemen, die recent ook beschikbaar is gesteld voor BES, open kan worden gesteld voor Curaçao, Aruba en Sint-Maarten. Kamerstukken II 2021/22, 32925 IV, nr. 13 Afgedaan. De uitvoering van de motie is overgedragen aan het ministerie van OCW.
De motie van het lid Van den Berg c.s.; Verzoekt de regering bij de uitwerking van compenserende maatregelen voor de gestegen energieprijzen in Europees Nederland, Bonaire, Sint-Eustatius, en Saba mee te laten lopen in de uitwerking van deze maatregelen op vergelijkbare wijze zoals dat met de coronasteun is gebeurd. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 16 Afgedaan. De Tweede Kamer is op 1 november 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 27).
De motie van het lid Koekoek c.s.; Verzoekt de regering om binnen twee maanden een schriftelijke reactie op de bevindingen uit het rapport aan de Kamer te sturen, waarbij in het bijzonder aandacht wordt besteed aan de aanbevelingen, verzoekt de regering om deze schriftelijke reactie te bespreken met de landen van het Koninkrijk in het eerstvolgende periodieke overleg van de mensenrechtenverdragencommissie, en de uitkomsten van dit overleg met de Tweede Kamer te delen. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 22 Afgedaan. De Tweede Kamer is op 6 januari 2022 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II, 2021/22, 35925 IV, nr. 39).
De motie van het lid Wuite c.s.; Verzoekt de regering het proces van herstel van de democratie op Sint-Eustatius te versnellen, en de Kamer te informeren over de uitkomst van de mediation met een meetbare routetijdtabel, inclusief de specificatie van de fasen, criteria en middelen;
Verzoekt de regering als uitgangspunt te hanteren dat na de eilandraadsverkiezingen in maart 2023 minimaal de bevoegdheden voor de eilandsraad conform fase 2 zijn hersteld, tenzij er redenen zijn die dit verhinderen, waarover de Kamer dan tijdig zal worden geïnformeerd.
Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 55 Afgedaan. De Tweede Kamer is op 29 juni 2022 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 67).
De motie van het lid Ceder c.s.; Verzoekt de regering in gesprek te gaan met de openbaar lichamen om te komen tot een beter inzicht en beleid op de eilanden ten aanzien van mensen die te maken hebben met armoedeproblematiek, bijvoorbeeld door de (bijzondere) onderstand via de openbaar lichamen te laten lopen. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 53 In behandeling. De Tweede Kamer wordt na zomerreces 2022 geïnformeerd.
De motie van de leden Wuite en Van Raan; Roept de regering op in overleg te treden met de Caribische eilanden om in 2023 een Koninkrijksconferentie te organiseren met onderwerpen zoals het Statuut, het Unierecht in relatie tot het Koninkrijk, mensenrechten, klimaatverandering, economische versterking en regionale/ internationale samenwerking. Kamerstukken II 2021/22, 36100 IV, nr. 17 In behandeling. De Tweede Kamer wordt najaar 2023 geïnformeerd.
De motie van het lid Van Raan c.s.; Spreekt uit dat Gezaghebbers bij het verlenen van vergunningen en het wijzigen van bestemmingsplannen daadwerkelijk een neutrale rol dienen te vervullen. Kamerstukken II 2021/22, 36100 IV, nr. 18 In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De motie van het lid Wuite c.s.; Verzoekt de regering om het bestrijden van klimaatverandering en de gevolgen hiervan onderwerp van gesprek te maken tijdens het premiers-overleg en de samenwerking hierop te verstevigen. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 14 In behandeling. De Tweede Kamer wordt in september 2022 geïnformeerd.
De motie van de leden Kamminga en Wuite; Verzoekt de regering om bij die verduurzaming er zorg voor te dragen dat dit bijdraagt aan het structureel verlagen van de kosten voor de nutsvoorzieningen van de inwoners; Verzoekt de regering voorts om te bezien op welke wijze de verduurzamingsslag kan bijdragen aan het vergroten van de werkgelegenheid voor de bewoners en het mkb, en de Kamer daarover te informeren. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 47 In behandeling. De Tweede Kamer wordt in september 2022 geïnformeerd.
De motie van het lid Rösenmöller; Spreekt uit dat het nieuwe kabinet een hogere prioriteit dient te geven aan de Koninkrijksrelaties door op bovengenoemde terreinen de Nederlandse inzet te intensiveren om zo de banden concreet en duurzaam te verbeteren. Kamerstukken I 2020/21, 35570 IV, nr. L In behandeling. De Eerste Kamer wordt september 2022 geïnformeerd.
De motie van de leden Ceder en Kuiken; Spreekt uit dat niet de datum van december 2022 maar de daadwerkelijke resultaten bepalend moeten zijn om over te gaan naar de volgende fase in het herstel van voorzieningen op Sint-Eustatius; Verzoekt de regering, de gevraagde capaciteit, hulp en opleiding te bieden om dit proces te bespoedigen. Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 338 In behandeling. De Tweede Kamer wordt voor einde jaar 2022 geïnformeerd.
De motie van de leden Van Raak en Bosman; Verzoekt de regering, samen met Sint-Eustatius en de Verenigde Staten voorbereidingen te treffen voor een viering op 16 november 2026 op Fort Oranje, liefst in aanwezigheid van onze beide staatshoofden Kamerstukken II 2018/19, 35000 IV, nr. 19 In behandeling. De Tweede Kamer wordt voor einde jaar 2022 geïnformeerd.
De motie van het lid Wuite c.s.; Verzoekt de regering te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om de woningbouwcorporaties dan wel het Openbaar Lichaam te voorzien van een renteloze lening voor de bouw van betaalbare huur- en/of koopwoningen, en de Kamer hierover schriftelijk te informeren voorafgaand aan de behandeling van de Voorjaarsnota 2022. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 56 In behandeling. De Kamer is op 1 juli 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 69) geïnformeerd over stand van zaken. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 nader geïnformeerd /onderzoek of en zo ja, hoe de leenmogelijkheden van openbare lichamen (en overheids-N.V.’s) kan worden verbeterd.
De motie van de leden Van der Berg en Ceder; Verzoekt de regering, voorstellen te doen voor een sterkere coördinerende rol voor de bewindspersoon belast met Koninkrijksrelaties, te onderzoeken hoe de vrije uitkering in het BES-fonds in overeenstemming kan worden gebracht met de demografische ontwikkelingen, en meerjarige incidentele uitgaven te bundelen en onder te brengen in structurele bijdragen. Kamerstukken II 2020/21, 35830 IV, nr. 8 In behandeling. De Tweede Kamer wordt eerste kwartaal 2023 geïnformeerd.
De motie van de leden Aukje de Vries en Van de Berg; Verzoekt de regering ervoor te zorgen dat het financieel beheer op Bonaire en Sint-Eustatius, waaronder de jaarrekening, zo snel mogelijk (maar uiterlijk 2024) op orde wordt gebracht en daarvoor de noodzakelijke ondersteuning te leveren. Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 11 In behandeling. De Tweede Kamer wordt uiterlijk 31 december 2024 geïnformeerd.
De motie van het lid Bosman; Verzoekt de regering, om voor 1 oktober 2020 met een voorstel te komen om heldere, duidelijke en werkbare verhoudingen en verantwoordelijkheden vast te leggen binnen het Koninkrijk. Kamerstukken II 2019/20, 35300 IV, nr. 18 In behandeling. Uitvoering van deze motie wordt prematuur geacht, omdat, zoals beide Kamers schriftelijk is meegedeeld, een proces in gang is gezet om uitvoering te geven aan de motie Van Raak c.s. (35 099 (R2114)). Zolang dit proces loopt, is het niet opportuun om eenzijdig een Nederlandse visie op de verdeling van verantwoordelijkheden binnen het Koninkrijk te ontvouwen.
De staatssecretaris zegt de Kamers toe dat na de eerste transitie in mei er snel meer duidelijk zal worden over het vervolg van het voedselhulpprogramma. De Kamers worden daar op dat moment over geïnformeerd. Kamerbrief Vervolg voedselhulpprogramma Aruba, Curaçao en Sint Maarten d.d. 12 maart 2021 (Kamerstukken I en II 2020/21, 35570 IV, nr. I en 35420, nr. 240) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 5 juli 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 345).
De staatssecretaris zegt toe de Tweede Kamer voor Prinsjesdag 2021 de opzet en vraagstelling van de beleidsdoorlichting artikel 1 Versterking rechtsstaat toe te sturen, die in 2022 is gepland. Daarbij zal ook aandacht worden besteed aan de vraag of kan worden bezien of de beleidsdoelstellingen ten aanzien van dit artikel verder kunnen worden aangescherpt. Wetgevingsoverleg Jaarverslag en Slotwet KR 2020 d.d. 1 juli 2020 (Kamerstukken II 2020/21, 35830 IV, nr. 9) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 14 september 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/2022, 33 189, nr. 14).
De staatssecretaris zegt de Tweede Kamer toe om binnen twee maanden schriftelijk te reageren op de bevindingen in het rapport van Amnesty International (Nog steeds niet veilig: Venezolanen krijgen geen bescherming op Curaçao) en daarbij in het bijzonder aandacht te besteden aan de aanbevelingen. Plenair debat Begrotingsbehandeling Koninkrijksrelaties (voortzetting) d.d. 14 oktober 2021 (Handelingen II 2021/22, nr. 12, item 14) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 6 januari 2022 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 39).
De staatssecretaris zegt toe dat de Tweede Kamer ieder kwartaal zal worden geïnformeerd (zoals dit inmiddels al gebeurd) over de besluitvorming over de liquiditeitssteun en de voortgang van de maatregelen uit de landspakketten. Kamerbrief Beantwoording schriftelijk overleg Liquiditeitssteun aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten d.d. 15 december 2020 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 196) Afgedaan. De Tweede en Eerste Kamer zijn op 22 december 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 456).
De staatssecretaris zegt de Tweede Kamer toe in de voortgangsrapportages te rapporteren over de meerwaarde van een burgerparticipatieraad, op z’n vroegst een half jaar na de instelling van de eilandsraad. Plenair debat Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius (35 422) d.d. 3 juni 2020 Handelingen II 2019/20, nr. 78, item 8 Afgedaan. De Tweede Kamer is op 10 december 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 34).
De staatssecretaris zegt toe de Tweede Kamer te informeren of er structurele salarisverschillen bestaan tussen de functies bij de openbare lichamen en bij RCN. Wetgevingsoverleg Jaarverslag en Slotwet KR 2020 d.d. 1 juli 2020 (Kamerstukken II 2020/21, 35830 IV, nr. 9) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 8 oktober 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 7).
De staatssecretaris zegt toe de hoogte van de verzekeringspremies voor orkaanschade op Sint Maarten te monitoren en de Tweede Kamer te informeren over de ontwikkeling van de premies voor orkaanbestendige huizen. Wetgevingsoverleg Jaarverslag en Slotwet KR 2020 d.d. 1 juli 2020 (Kamerstukken II 2020/21, 35830 IV, nr. 9) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 15 december 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 34773, nr. 25).
De staatssecretaris zegt toe de Tweede Kamer te informeren in de volgende voortgangsrapportage over kaders van goed bestuur. Commissiedebat Sint Eustatius d.d. 2 juni 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35422, nr. 14) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 10 december 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 021/22, 35925 IV, nr. 34).
Als de inventarisatie (monitor brede welvaart Caribisch Nederland) door het CBS is afgerond zal het kabinet de voorliggende opties voor het monitoren van indicatoren beoordelen. Het kabinet en het CBS streven ernaar dit voor het herfstreces te realiseren. De staatssecretaris zegt toe de Tweede Kamer hier nader over te informeren. Kamerbrief CBS monitor brede welvaart Caribisch Nederland/Caribische Landen d.d. 29 juli 2021 (Kamerstukken I 2020/21, 34298, nr. 33) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 31 januari 2022 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22,34298, nr. 35).
De vierde tranche is in december 2021 overgemaakt en is nodig om bestaande en nieuwe verplichtingen te dekken. Een update hierover zal de staatssecretaris aan de Tweede Kamer sturen bij de jaarlijkse update van de stand van zaken van de wederopbouw Sint Maarten die zij in de eerste helft van 2022 verwacht. Kamerbrief Beantwoording schriftelijke Kamervragen lid Simons over Nederlands hulpgeld voor de wederopbouw van Sint Maarten nog steeds niet is uitgekeerd aan Sint Maarten d.d. 9 februari 2022 (Handelingen II 2021/22, nr. 1636) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 10 juni 2022 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 34773, nr. 26).
De staatssecretaris zegt toe te onderzoeken of de kosten voor drinkwater kunnen worden omgeslagen met Europees Nederland, en dit onderzoek uiterlijk eind 2021 (via het ministerie van IenW) aan de Tweede Kamer te sturen. Parlementair agenda punt [16-06-2021] - Commissiedebat IJkpunt bestaanszekerheid d.d. 16 juni 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35570 IV, nr. 52) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 16 november 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 27625, nr. 557).
De staatssecretaris is in gesprek met de landen over de gevolgen van de salariskortingen en zal de Tweede Kamer informeren over de uitkomsten. Commissiedebat Landspakketten en hervormingen CAS d.d. 10 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 476) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 24 juni 2022 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 493).
De staatssecretaris zegt toe periodiek per eiland de Tweede Kamer gedetailleerder te zullen informeren over de situatie van het financieel beheer in CN aan de hand van een aantal nader vast te stellen indicatoren. Wetgevingsoverleg Jaarverslag en Slotwet 2018 Koninkrijksrelaties d.d. 20 juni 2019 (Kamerstukken II 2018/19, 35200 IV, nr. 14) Afgedaan. De Tweede Kamer is op 6 december 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 33).
Gedurende het jaar zal per kwartaal, op basis van een Cft-advies over de liquiditeitsbehoefte voor dat kwartaal, liquiditeitssteun worden verstrekt, indien het desbetreffende land voldoet aan de aan die tranche gekoppelde voorwaarden. In oktober/november 2021 zal worden bezien of de raming 2021 geactualiseerd dient te worden, bijvoorbeeld omdat de economische omstandigheden in 2021 anders waren dan in februari was voorzien. Ook dan zal de staatssecretaris de Tweede Kamer nader informeren. Kamerbrief Beantwoording schriftelijke vragen akkoord Curaçao en Nederland inzake voorwaarden liquiditeitssteun d.d. 22 december 2020 (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 205)
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 4 en 19 april 2022 per brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 477 en nr. 484).
Het kabinet stelt (samen met de openbare lichamen) per eiland een concreet actieplan voor verduurzaming op. Het plan is gericht het plan is gericht op substantiële verduurzaming op de korte termijn en het perspectief van duurzame klimaat-neutrale eilanden op de lange termijn. Ook de betekenis voor energietarieven en bestaanszekerheid maken deel uit van dit plan. Op korte termijn informeren de staatssecretaris en de minister voor Energie en Klimaat de Eerste en Tweede Kamer hierover. Kamerbrief Hoofdlijnenbrief Koninkrijksrelaties d.d. 7 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. K) In behandeling. De Kamers worden in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van diverse leden toe, de Raad van State op korte termijn om voorlichting te vragen over de wijze waarop de Nederlandse regering met Caribisch Nederland omgaat (inclusief de rol van de gezaghebber, het Cft en de Rijksvertegenwoordiger in relatie tot de bewindspersoon) en over de coördinerende rol van de staatssecretaris van BZK ten aanzien van Caribisch Nederland. De voorlichtingsaanvraag zal met de Kamer worden gedeeld (T02533). Plenair debat Tijdelijke wet taakverwaarlozing Sint Eustatius (34.877) d.d. 6 februari 2018 (Handelingen II, 2017/18, nr. 18, item 5) In behandeling. De Eerste Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris zal in kaart brengen wat de obstakels in wet- en regelgeving zijn voor toegang van het Caribisch gebied van het Koninkrijk tot subsidies en fondsen, zoals bijvoorbeeld het Groeifonds, en informeert de Tweede Kamer daar zo snel mogelijk over. Commissiedebat Landspakketten en hervormingen CAS d.d. 10 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 476) In behandeling. De Eerste Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd
De staatssecretaris komt bij de Tweede Kamer schriftelijk terug op de plek van de klimaatadaptatie in de hervormingsagenda, en gaat kijken of we iets kunnen doen voor het Caribisch gebied vanwege de geopolitieke ontwikkelingen en de nutsvoorzieningen. Welke zaken kunnen wij daar voor de BES-eilanden doen? En zijn er misschien dingen waarin we ook voor de CAS-landen wat kunnen betekenen? Commissiedebat Landspakketten en hervormingen CAS d.d. 10 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 476) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
Bij de voorjaarsnota ontvangt de Tweede Kamer een overzicht van de middelen vanuit het kabinet op de verschillende terreinen en inclusief de verdeling over de eilanden. In deze brief wordt de Kamer ook geïnformeerd over een regeling voor Caribisch Nederland voor toegang tot het Nationaal Groeifonds. Commissiedebat Verzamel-commissiedebat Koninkrijksrelaties d.d. 23 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 59) In behandeling. De Eerste Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris zal de Tweede Kamer in september informeren over de uitkomsten van de sociale dialoog (Centraal Dialoog). Commissiedebat Verzamel-commissiedebat Koninkrijksrelaties d.d. 23 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 59) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in september 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris zal de Tweede Kamer voor het meireces informeren over het wel of niet versnellen van de invoering van de dubbele kinderbijslag. Commissiedebat Verzamel-commissiedebat Koninkrijksrelaties d.d. 23 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 59) In behandeling. De Kamers worden na het zomerreces hierover geïnformeerd in de voortgangsrapportage IJkpunt.
De staatssecretaris zegt toe de Tweede Kamer te informeren over een analyse van de effecten van huursubsidie op de huurprijzen in CN in de praktijk, omdat er berichten zijn dat die juist prijsopdrijvend werkt in plaats van verlagend. Toezegging om hierover te berichten in de volgende Voortgangsrapportage ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland. Commissiedebat IJkpunt bestaanszekerheid d.d. 16 juni 2021 (Kamerstukken II 2020/21, 35570 IV, nr. 52) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in volgende voortgangsrapportage na zomerreces 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris zegt toe voor de zomer de Eerste en Tweede Kamer te informeren over het ijkpunt sociaal minimum. Kamerbrief Hoofdlijnenbrief Koninkrijksrelaties d.d. 7 maart 2022 (Kamerstukken I 2021/22, 35925 IV, nr. K) In behandeling. De Eerste en Tweede Kamer worden in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris zegt toe dat de Tweede Kamer voor april 2022 een overzicht van het kabinet ontvangt van de verschillende uitkeringen en de huidige financiering van de sociale zekerheid en nutsvoorzieningen. Kamerbrief Antwoorden op vragen gesteld tijdens de begrotingsbehandeling Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) d.d. 14 oktober 2021 (Handelingen II 2021/22, nr. 12, item 14) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in volgende voortgangsrapportage na zomerreces 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Rosenmöller (GroenLinks), toe zich ervoor in te spannen om de Caribische landen van het Koninkrijk, op basis van aanbevelingen in het AIV-rapport, getiteld «Fundamentele rechten in het Koninkrijk: eenheid in bescherming», aan te spreken op de implementatie van een aantal internationale verdragen, waaronder het EVRM-proof uitwerken van de vluchtelingenprocedure op Curaçao (T03272). Plenair debat Beleidsdebat Koninkrijksrelaties d.d. 6 april 2021 (Handelingen I 2020/21, nr. 33, item 7) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris komt schriftelijk terug op de aanpak van praktische basisvoorzieningen zoals postcodes, bancaire voorzieningen, digitalisering, BSN en andere zaken. Commissiedebat Verzamel-commissiedebat Koninkrijksrelaties d.d. 23 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 59) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris zegt toe dat volgend jaar de Tweede Kamer wederom geïnformeerd zal worden met betrekking tot de voortgang van de uitvoering van de verbeterplannen financieel beheer CN en aanvullend ook over de uitkomsten van de indicatoren begrotings- en financieel beheer voor het begrotingsjaar 2021. Het streven is om dat uiterlijk oktober 2022 te doen. De jaarlijkse informatievoorziening sluit dan ook beter aan bij de begrotingsbehandeling in de Kamer. Kamerbrief Informatievoorziening financieel- en begrotingsbeheer CN 2021 d.d. 6 december 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 33) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in oktober 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris zegt toe dat zij het voorstel in de motie van Simons en Van Raan (36100-IV, nr. 9) over een jaarlijkse meerdaagse conferentie zal meenemen in het overleggen met de minister van BZK over de kabinetsreactie op het rapport van het Adviescollege dialooggroep Slavernijverleden. Wetgevingsoverleg over het jaarverslag en slotwet 2021 (Koninkrijksrelaties) d.d. 4 juli 2022 In behandeling. De Tweede Kamer wordt najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris zegt toe dat zij het voorstel in de motie van Simons en Van Raan (36100 IV, nr. 10), over een in te stellen commissie van experts voor opbouw van kennis en advisering over het koloniale en slavernijverleden, zal meenemen in de bredere reflectie op de aanbevelingen van het Adviescollege dialooggroep slavernijverleden. Wetgevingsoverleg over het jaarverslag en slotwet 2021 (Koninkrijksrelaties) d.d. 4 juli 2022 In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris zegt de Tweede Kamer toe dat bij het jaarverslag plus de begroting KR een totaaloverzicht komt van de inzet van de andere ministeries in Caribisch Nederland. Het totaaloverzicht ziet dan op de incidentele bijdrages en bijzondere uitkeringen. Wetgevingsoverleg over het jaarverslag en slotwet 2021 (Koninkrijksrelaties) d.d. 4 juli 2022 In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris informeert de Tweede Kamer over de uitkomsten van overleg met de landen over hun deelname aan internationale handelsmissies (staand beleid), over hun ervaringen en wensen op dit gebied, eventueel resulterend in een overleg met de minister voor BHOS. Wetgevingsoverleg over het jaarverslag en slotwet 2021 (Koninkrijksrelaties) d.d. 4 juli 2022 In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris stuurt de Tweede Kamer een tussenrapportage over het oplossen van de onvolkomenheden van de ICT bij RCN. Wetgevingsoverleg over het jaarverslag en slotwet 2021 (Koninkrijksrelaties) d.d. 4 juli 2022 In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris komt schriftelijk terug op vragen over het bepalen van het ijkpunt sociaal minimum, welke indicatoren worden meegenomen en hoe verhoudt zich dat tot het sociaal minimum in Europees Nederland. Het onderzoek van de Consumentenbond van de BES-eilanden wordt hierin betrokken. De Tweede Kamer ontvangt deze informatie bij de voortgangsrapportage die na de zomer komt. Wetgevingsoverleg over het jaarverslag en slotwet 2021 (Koninkrijksrelaties) d.d. 4 juli 2022 In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Dittrich (D66), toe met de Caribische landen van het Koninkrijk te bespreken dat in het Caribisch deel van het Koninkrijk de mogelijkheid wordt geboden tot het aangaan van een huwelijk tussen partners van gelijk geslacht en de Eerste Kamer daarover te informeren (T03273). Plenair debat Beleidsdebat Koninkrijksrelaties d.d. 6 april 2021 (Handelingen I 2020/21, nr. 33, item 7) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris informeert de Tweede Kamer in de brief over de herziening van de WolBES en FinBES die voor de zomer naar de Kamer komt tevens over de positie van de Rijksvertegenwoordiger en het eventueel elders beleggen van diens taken. Commissiedebat Governance Caribisch Nederland d.d. 14 april 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 64) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris verwacht de Eerste en Tweede Kamer in de tweede helft van 2022 nader te informeren over het ziekenhuisproject en andere trustfonds projecten, na ommekomst van de halfjaarrapportage 2022. Kamerbrief Aanbieding jaarrapportage 2021 wederopbouw Sint Maarten, risicoreserve liquiditeitssteun en afschrift antwoordbrief aan Babs d.d. 10 juni 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 34773, nr. 26) In behandeling. De Eerste en Tweede Kamer worden in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van diverse leden toe, de Kamer ieder kwartaal te informeren over de voorzieningen die bij de Tijdelijke wet taakverwaarlozing Sint Eustatius zijn en worden getroffen. De eerste kwartaalrapportage zal uiterlijk 1 juni 2018 met de Kamer worden gedeeld (in het kader van toezegging T02531). Daarbij gaat het onder andere over de voortgang in de criteria en indicatoren die zijn ontwikkeld om de afbouw van het bijzondere regime mogelijk te maken. De resultaten op bestuurlijk vlak, de infrastructuur en op sociaal-economisch terrein, waaronder de bestrijding van armoede. En om de stappen die de regeringscommissaris, de staatssecretaris en het bewindspersonenoverleg Caribisch Nederland zetten of mogelijk maken (T02532). Plenair debat Tijdelijke wet taakverwaarlozing Sint Eustatius (34.877) d.d. 6 februari 2018 (Handelingen II, 2017/18, nr. 18, item 5) In behandeling. De Eerste Kamer ontvangt de volgende rapportage in het 4e kwartaal van 2022.
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van het lid Kok (PVV) toe, de discussie over autonomie in Caribisch Nederland en wat de Commissie van Wijzen daarover in haar rapport heeft geschreven, te willen voeren maar niet voor de zomer van 2018 (T02536). Plenair debat Tijdelijke wet taakverwaarlozing Sint Eustatius (34.877) d.d. 6 februari 2018 (Handelingen II, 2017/18, nr. 18, item 5) In behandeling. De Eerste Kamer wordt in 2022 geïnformeerd.
De Staatssecretaris zegt de Eerste Kamer toe, naar aanleiding van een vraag van het lid Laurier (GroenLinks), de voortgangsrapportages over de uitvoering van de plannen van aanpak inzake de AMvRB «Waarborging plannen van aanpak landstaken Curaçao en Sint-Maarten» tweemaal per jaar aan de Eerste Kamer te doen toekomen (T01222). Plenair debat Behandeling van het wetsvoorstel Regeling van de inrichting, de organisatie en het beheer van de openbare ministeries van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba d.d. 6 juli 2020 (Handelingen I 2009/10, nr. 36, pagina 1583-1587). In behandeling. De voortgangsrapportage is onderdeel van bestaand BZK-beleid.
De staatssecretaris zal de Tweede Kamer regelmatig updaten over het in kaart brengen van achterstanden op het gebied van wetgeving en verwacht dit overzicht eind van het jaar compleet te hebben. Commissiedebat Governance Caribisch Nederland d.d. 14 april 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 64) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris gaat in nauwe samenspraak met de bestuurscolleges en departementen onafhankelijk onderzoek laten doen naar de eilandelijke middelen. In dit onderzoek zal ook worden gekeken naar hoe de vrije uitkering in overeenstemming kan worden gebracht met de demografische ontwikkelingen zoals verzocht door de leden Van der Berg en Ceder (Kamerstukken II 2020/21, 35830-IV, nr. 8). De staatssecretaris verwacht de Tweede Kamer begin 2023 te informeren over de uitkomsten van dit onderzoek en te komen met een kabinetsstandpunt. Kamerbrief Stand van zaken uitvoering kabinetsreactie Raad van State/IBO d.d. 8 april 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 60) In behandeling. De Tweede Kamer wordt begin 2023 geïnformeerd.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Ten Horn (SP), toe om een Koninklijk Besluit dat ziet op het vervallen van de rijkswet financieel toezicht ook voor te hangen bij de Eerste Kamer (T01220). Plenair debat Consensus rijkswetsvoorstellen (32017 t/m 320020, 32026, 32041, 32178 en 32179, 32186, 32213) d.d. 6 juli 2010 (Handelingen II, 2009/10, nr. 36, 1594-1611 en 1566-1582) In behandeling. De Eerste Kamer wordt medio 2025 geïnformeerd.
De staatssecretaris zegt toe, naar aanleiding van de motie Van Raak en Bosman (35570-IV, nr. 11), de Tweede Kamer te informeren over de wijze waarop een onderzoek naar de besluitvorming rondom de nieuwe staatkundige verhoudingen ("10-10-10") gedaan kan worden, ook in relatie met de eerdere motie Van Raak over dit onderwerp. Plenair debat Begrotingsbehandeling Koninkrijksrelaties d.d. 6 oktober 2020 (Handelingen II 2020/21, nr. 10, item 14) In behandeling. De Tweede Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatsecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Gerkens (SP), toe in gesprek te treden met de Caribische Landen van het Koninkrijk over de uitvoering van de Eerste Kamermotie-De Graaf en de Tweede Kamermotie-Van Raak inzake de verantwoordelijkheidsverdeling binnen het Koninkrijk der Nederlanden (T03275). Plenair debat Beleidsdebat Koninkrijksrelaties d.d. 6 april 2021 (Handelingen I 2020/21, nr. 33, item 7) In behandeling. De Eerste Kamer wordt in najaar 2022 geïnformeerd.
De staatssecretaris informeert de Eerste en Kamer voor de zomer over de mogelijke oplossingsrichtingen en de voortgang van de besprekingen met de landen met betrekking tot hoe de landen democratisch versterkt kunnen worden. Kamerbrief Hoofdlijnenbrief Koninkrijksrelaties d.d. 7 maart 2022 (Kamerstukken I 2021/22, 35925 IV, nr. K) In behandeling. De Eerste en Tweede Kamer worden in najaar 2022 nader geïnformeerd.
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Recourt (PvdA), toe de Kamer te informeren over de exacte invulling van de dialoogtafels in het kader van het Adviescollege dialooggroep slavernijverleden (T03274). Plenair debat Beleidsdebat Koninkrijksrelaties d.d. 6 april 2021 (Handelingen I 2020/21, nr. 33, item 7) In behandeling. De Eerste Kamer is op 1 juli 2021 per brief geïnformeerd (Kamerstukken I 2020/21, 35300 VI, nr. BM). De resultaten van genoemde onderzoek zullen te zijner tijd, conform de motie Ceder c.s., aan de Eerste Kamer worden aangeboden.

Bijlage 4: Subsidieoverzicht

Versterken rechtsstaat
1 Detentie algemeen1 0 600 0 0 0 0 0 2 2027 incidenteel
1 Bestuurlijke aanpak1 0 1000 1000 1000 1000 1000 1000 2 2027 incidenteel
Bevorderen sociaaleconomische structuur
4.1 Diverse subsidies 574 0 0 0 0 0 0 2 2023 incidenteel
4.1 Noodpakketten 29.897 2.426 0 0 0 0 0 2 2023 incidenteel
4.1 COHO / National Recovery Program Bureau 1.063 0 0 0 0 0 0 2 2023 incidenteel
4.1 COHO 0 1.200 0 0 0 0 0 2 2023 incidenteel
4.2 Bonaire International Airport 3.051 0 0 0 0 0 0 2 2023 incidenteel
4.2 Subsidie Caribisch Nederland 507 603 698 700 500 500 500 2 2023 incidenteel
Wederopbouw Bovenwindse Eilanden
8.1 Diverse subsidies 1.854 720 0 0 0 0 0 2 2022 incidenteel
Totaal subsidies (regelingen) 36.946 6.549 1.698 1.700 1.500 1.500 1.500
  1. Deze subsidies worden in de beleidsevaluatie/beleidsdoorlichtingen meegenomen.
  2. Evaluatie heeft nog niet plaatsgevonden.

Bijlage 5: Uitwerking Strategische Evaluatie Agenda

De strategische evaluatie agenda (SEA) is een instrument dat is ontwikkeld aan de hand van de vierde voortgangsrapportage Inzicht in Kwaliteit (Kamerstukken II 2020/21, 31865, nr. 184). Het doel van de SEA is om meer inzicht te krijgen in de (voorwaarden voor) doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid en het in kaart brengen van de benodigde kennisbehoeften en inzichten om daarmee uiteindelijk een tot hogere toegevoegde, maatschappelijke waarde van beleid te komen.

De SEA biedt een overzicht van alle geplande beleidsdoorlichtingen per beleidsartikel eens in de vier tot zeven jaar. Ook biedt de SEA een overzicht van alle overige ex-ante, ex-durante en ex-post onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid in het kader van een Koninkrijk met wederzijdse betrokkenheid. Hieronder vallen ook de evaluaties van subsidies, agentschappen en zelfstandige bestuursorganen (ZBO).

Versterken rechtsstaat Ex-post 2022 Evaluatie protocol inzake de inzet van de flexpool van de Koninklijke Marechaussee 1
Beleidsdoorlichting 2022 Beleidsdoorlichting artikel 1 Versterken rechtsstaat
Bevorderen sociaaleconomische structuur Ex-durante 2022 Evaluatie bijstand aan Aruba en Curaçao in het kader van de gevolgen van de situatie in Venezuela 4
Ex-durante 2022 Evaluatie Rijkswet financieel toezicht 2021
Beleidsdoorlichting 2023 Beleidsdoorlichting artikel 4 Bevorderen sociaaleconomische structuur
Ex-post 2023 Evaluatie financieel beheer BES
Ex-durante 2024 Evaluatie Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten
Ex-durante 2023-2024 Evaluatie van de bevindingen en aanbevelingen van de Raad van State
Ex-post 2025 Evaluatie van de Wet taakverwaarlozing Sint Eustatius en de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius
Ex-post 2025 (indien inwerktreding wet in 2022) Evaluatie Rijkswet Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkeling
Ex-post 2025 Evaluatie Regio Enveloppe Caribisch Nederland
Ex-post 2026 Evaluatie Rijkswet Aruba financieel toezicht
Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen Ex-post 2022 Evaluatie van de herfinanciering van de liquiditeitsleningen aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten 5
Beleidsdoorlichting 2023 Beleidsdoorlichting artikel 5 Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen
Ex-post 2027 Evaluatie van de herfinanciering van de liquiditeitsleningen aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten
Wederopbouw Bovenwindse Eilanden Beleidsdoorlichting 2022 Beleidsdoorlichting artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden 8

Toelichting

Artikel 1 Versterken rechtsstaat

Evaluatie protocol inzake de inzet van de flexpool van de Koninklijke Marechaussee

In 2022 wordt het protocol inzake de flexpool van de Koninklijke Marechaussee geëvalueerd. Hierbij wordt onderzocht in hoeverre de bestedingen ten aanzien van het functioneren van de rechtshandhavingsketen van Caribisch Nederland (CN) doelmatig en doeltreffend zijn geweest. Deze keten bestaat uit: de Koninklijke Marechaussee, het Recherche Samenwerkingsteam, de Openbaar Ministeries en het Hof van Justitie. Deze evaluatie wordt ook in dit jaar afgerond.

Beleidsdoorlichting artikel 1 Versterken rechtsstaat

In 2022 wordt de beleidsdoorlichting van artikel 1, Versterken rechtsstaat, uitgevoerd en afgerond. Hierin wordt onderzocht in hoeverre de ingezette beleidsinstrumenten ter versterking van de landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten doelmatig en doeltreffend zijn ingezet. Dit zal onder andere onderzocht worden aan de hand van tussentijdse evaluaties en gesprekken met lokale bestuurders.

Artikel 4 Bevorderen sociaaleconomische structuur

Evaluatie bijstand aan Aruba en Curaçao in het kader van de gevolgen van de situatie in Venezuela

Een deel van de verkregen middelen bij de eerste suppletoire begroting 2019 was geoormerkt om te besteden als respons op de bijstandsverzoeken van Aruba en Curaçao als gevolg van de situatie in Venezuela. Een ander deel van de middelen is bedoeld voor de uitvoering van maatregelen in het kader van crisisbeheersing in de regio. De mate van doeltreffendheid en doelmatigheid van deze bestedingen worden in 2022 geëvalueerd.

Evaluatie van de bevindingen en aanbevelingen van de Raad van State

Na de kabinetsreactie op de voorlichting van de Raad van State (Voorlichting vormgeving Caribisch Nederland) en het interdepartementaal beleidsonderzoek is er een programma ontwikkeld om deze bevindingen en aanbevelingen uit te werken. Hieruit zijn bestuurlijke afspraken en uitvoeringsagenda’s ontstaan om de rechtstaat in CN te versterken. De bestuurlijke afspraken die in juni 2022 worden afgesloten met de openbare lichamen worden in 2023 geëvalueerd.

Evaluatie financieel beheer BES

Ondanks veel inspanningen gedurende twaalf jaar is het financieel beheer op Bonaire en Sint Eustatius nog niet op orde. Ook op Saba zijn er nog aandachtspunten. Met behulp van de evaluatie financieel beheer BES wordt getracht deze problemen op te lossen door te onderzoeken welke instrumentaria effectief zijn. Ook zal er worden getracht lessen te trekken uit verbetertrajecten op andere kleine eilanden. De uitvoering en afronding van de evaluatie is gepland in 2023.

Beleidsdoorlichting artikel 4 Bevorderen sociaaleconomische structuur

In deze beleidsdoorlichting zal worden onderzocht in hoeverre de ingezette beleidsinstrumenten doelmatig en doeltreffend ingezet zijn ter bevordering van de sociaaleconomische structuur. Deze beleidsdoorlichting zal in 2023 worden afgerond.

Evaluatie Rijkswet Caribisch orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling

Conform de Rijkswet Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling (COHO), wordt deze drie jaar na inwerkingtreding geëvalueerd. Indien het inwerktreden van de wet in 2022 plaatsvindt, zal deze in 2025 geëvalueerd worden. Er dient inzicht verkregen te worden in doeltreffendheid en de effecten van de Rijkswet in de praktijk. Met het oog op deze evaluatie wordt, in overeenstemming met de raad van ministers van het Koninkrijk, zes maanden voor het verstrijken van de evaluatietermijn een evaluatiecommissie ingesteld. Dit dient te geschieden vanuit een breed perspectief; zowel Nederland als Aruba, Curaçao en Sint Maarten moeten zich hierin kunnen herkennen.

Evaluatie van de Wet taakverwaarlozing Sint Eustatius en de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius

In 2018 heeft het Kabinet bestuurlijk ingegrepen op Sint Eustatius in verband met grove taakverwaarlozing. Sindsdien wordt het eiland bestuurd door een regeringscommissaris die door het Kabinet benoemd is. Er is de afgelopen periode gewerkt aan het inhalen van achterstanden en aan de uitvoering van de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius. De bevoegdheden worden daarbij gefaseerd teruggegeven aan het lokale bestuur. In 2025 zal worden onderzocht in hoeverre deze ontwikkelingen aan de teruggave van de bevoegdheden hebben bijgedragen.

Evaluatie Regio Enveloppe Caribisch Nederland (CN)

In het bestedingsplan van de CN-enveloppe (€ 30 mln.) is een evaluatiebepaling opgenomen. Het doel van de evaluatie is om inzicht te verkrijgen in of de ingezette beleidsinstrumenten hebben geleid tot het behalen van de beoogde doelstellingen. Deze evaluatie zal deels opgebouwd zijn uit deelevaluaties van andere ministeries, zoals Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De afronding van de evaluatie is gepland in 2026.

Evaluatie Rijkswet Aruba financieel toezicht

In datzelfde jaar zal ook de Rijkswet Aruba financieel toezicht geëvalueerd worden. De wet treedt naar verwachting op 1 januari 2023 inwerking en zal na drie jaar geëvalueerd worden. Met deze evaluatie wordt getracht inzicht te verkrijgen in hoeverre Aruba aan de gestelde begrotingsnormen voldoet en wat eventuele oorzaken zijn voor het niet voldoen aan de gestelde normen.

Artikel 5 Schuldsaneringen/lopende inschrijving/leningen

Evaluatie van de herfinanciering van de liquiditeitsleningen aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten

In 2022 heeft de evaluatie van de liquiditeitsleningen plaatsgevonden, zoals in de toetsingskaders van de risicoregelingen is aangekondigd. De evaluatie geldt tevens als een voorbereiding op de beleidsdoorlichting van artikel 5 in 2023.

Artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden

Beleidsdoorlichting artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden

Ook de beleidsdoorlichting van artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden, wordt in 2022 uitgevoerd en afgerond. De eilanden Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius werden in 2017 getroffen door orkaan Irma. Vooral Sint Maarten werd getroffen. Nederland is destijds gestart met haar bijdrage aan de wederopbouw van Sint Maarten. Met deze beleidsdoorlichting wil het Ministerie van BZK twee inzichten verkrijgen. Enerzijds inzicht in de doeltreffendheid en doelmatigheid van de reeds gedane bestedingen voor de wederopbouw. Anderzijds wordt er getracht inzicht te verkrijgen in de doelmatigheid en doeltreffendheid van de opgezette uitvoeringsstructuur ten behoeve van de wederopbouw.

Bijlage 6: Rijksuitgaven Caribisch Nederland

Naar aanleiding van de motie Hachchi c.s. (Kamerstukken II 2011/12, 33000 IV, nr. 28) wordt jaarlijks een overzicht van alle rijksuitgaven aan Caribisch Nederland (met uitzondering van de vrije uitkering ofwel het BES-fonds) toegevoegd aan de begroting van Koninkrijksrelaties.

Naar aanleiding van de voorlichting van de Afdeling Advisering van de Raad van State (RvS) en het Interdepartementale Beleidsonderzoek Koninkrijksrelaties (IBO) volgt het kabinet de aanbeveling op om het overzicht Rijksuitgaven aan Caribisch Nederland uit te breiden (Kamerstukken II 2019/20, 35300 IV, nr. 11). Doel hiervan is om de rol van het Ministerie van BZK te verstevigen en een meer integrale afweging van de Rijksuitgaven aan Caribisch Nederland te bevorderen.

Onderstaand is eerst een totaal overzicht te vinden met alle Rijksuitgaven die voor Caribisch Nederland op de (departementale) begrotingen staan.

In de kabinetsreactie is aangekondigd dat naast deze toelichting ook een toelichting gegeven zou worden op de wijze van financiering welke gekoppeld aan de beoogde beleidsdoelen (Kamerstukken II 2019/20, 35300 IV, nr. 11). Zoals in de ontwerpbegroting van 2021 aangekondigd, is vanaf dit jaar deze uitbreiding inclusief de uitsplitsing per instrument in de bijlage van de betreffende (departementale) begrotingen terug te vinden en hieronder alleen voor de begroting Koninkrijksrelaties.

2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027
Totaal Rijksuitgaven 559.423 532.224 478.648 447.594 427.725 427.067 426.516
IIB Hoge Colleges van Staat, Kabinetten van de Gouverneurs en de Kiesraad 365 400 400 400 400 400 400
IV Koninkrijksrelaties1 16.548 18.316 13.259 11.429 8.729 8.729 8.729
VI Justitie en Veiligheid 44.720 52.304 49.186 48.352 48.352 48.352 48.352
VII Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 5.047 16.642 9.894 9.643 9.825 9.925 10.025
VIII Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 67.059 84.174 82.672 76.071 76.369 72.235 65.711
IX Financiën en Nationale Schuld 18.068 17.708 16.725 16.725 16.725 16.725 16.725
X Defensie1
XII Infrastructuur en Waterstaat 36.489 23.943 17.830 10.984 10.145 10.159 10.064
XIII Economische Zaken en Klimaat 62.177 33.227 15.988 9.218 9.193 9.193 9.193
XIV Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 4.065 12.435 14.292 17.037 800 800 800
XV Sociale Zaken en Werkgelegenheid 68.484 76.708 96.518 94.040 89.194 89.643 92.471
XVI Volksgezondheid, Welzijn en Sport 236.401 196.367 161.884 153.695 157.993 160.906 164.046
  1. De daadwerkelijke uitgaven zijn hoger omdat een deel dat ten goede komt aan Caribisch Nederland niet te bepalen is.

Begroting Koninkrijksrelaties

Hieronder zijn de Rijksuitgaven aan Caribisch Nederland voor de begroting Koninkrijksrelaties afzonderlijk weergegeven, uitgesplitst per instrument. In het overzicht en de bijbehorende toelichtingen wordt aangegeven of het uitgaven zijn ten behoeve van eilandelijke taken of rijkstaken, of er sprake is van incidentele of structurele bekostiging en wordt een toelichting gegeven op de wijze van financiering welke gekoppeld is aan de beoogde beleidsdoelen.

2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027
Totaal uitgaven 16.548 18.316 13.259 11.429 8.729 8.729 8.729
Artikel 1 Versterken rechtsstaat
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken E S Het deel dat ten goede komt aan Caribisch Nederland is niet te bepalen.
Artikel 4 Bevorderen sociaaleconomische structuur 14.031 18.316 13.259 11.429 8.729 8.729 8.729
Subsidies (regelingen) R I 3.558 603 698 700 500 500 500
Opdrachten E I 786 1.322 1.382 1.613 1.613 1.613 1.613
Inkomensoverdrachten R S 2.138 3.023 2.149 1.283 1.283 1.283 1.283
Bijdrage aan medeoverheden E I 7.549 13.368 9.030 7.833 5.333 5.333 5.333
Artikel 8 Wederopbouw Sint Maarten 2.517 0 0 0 0 0 0
Bijdrage aan medeoverheden E I 2.517 0 0 0 0 0 0
  1. R =Rijk, E = eilandelijk
  2. S =Structureel, I = Incidenteel

Toelichting

Artikel 1 Versterken rechtsstaat

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

Recherche is een eilandelijke taak. Op grond van het Protocol inzake gespecialiseerde recherchesamenwerking ondersteunt het Recherche Samenwerkingsteam (RST) in deze taak. Het protocol is voor onbepaalde tijd. Met de Politiewet 2012 is bepaald dat er tussen de politie en het Ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) een gesloten systeem voor financiering van de politie bestaat. Jaarlijks worden de budgetten van begrotingshoofdstuk IV Koninkrijksrelaties ten behoeve van het RST overgeheveld naar begrotingshoofdstuk VI JenV. Daarom is vanaf 2020 deze post te vinden onder het instrument bijdrage aan (andere) hoofdstukken.

Het RST is zowel in CN als in de landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten actief. Hierdoor is niet uit te splitsen welk deel ten goede komt aan CN en welk deel aan de landen.

Artikel 4 Bevorderen sociaaleconomische structuur

Subsidies(regelingen)

Er worden incidentele subsidies verstrekt aan initiatieven die verbindingen bevorderen op het gebied van cultuur, educatie en wetenschap. Voor 2023 gaat het onder meer om een subsidie aan UNICEF voor de ontwikkeling van de kinderrechten op de openbare lichamen.

Opdrachten

Er worden incidentele opdrachten verstrekt, met als doel om de kwaliteit en slagkracht van het openbaar bestuur te vergroten en de bestuurlijke kaders in CN te versterken. Het gaat dan onder andere om het trainen van de ambtelijke lokale apparaten en het gericht ondersteunen met kennis en expertise op het terrein van goed bestuur en gezonde overheidsfinanciën.

Inkomensoverdrachten

Uit deze middelen worden de pensioenen van gewezen politieke gezagdragers van het land Nederlandse Antillen (bewindspersonen, statenleden en gezaghebbers) afkomstig van Bonaire, Sint Eustatius en Saba gefinancierd. Met het opheffen van het land Nederlandse Antillen in 2010 is bepaald dat deze pensioenen ten laste van Nederland komen (Stcrt. 2010, 14723). Daarmee is dit een structurele rijkstaak.

Bijdrage aan medeoverheden

In afstemming met het lokaal bestuur in CN worden incidentele bijzondere uitkeringen verleend om gerichte initiatieven te kunnen ondersteunen op het gebied van het ontwikkelen van goed openbaar bestuur en versterken van het financieel beheer. In dit kader zijn middelen beschikbaar om de projecten en activiteiten die in de akkoorden met Bonaire en Saba staan uit te voeren.

Bijlage 7: Overzicht belasting- en premieontvangsten Caribisch Nederland

De Miljoenennota 2023 bevat een gedetailleerd overzicht van de raming van de belasting- en premieontvangsten op kasbasis voor 2023. In onderstaande tabel wordt het totale bedrag van de voor 2023 geraamde belasting- en premieontvangsten op kasbasis uit Caribisch Nederland op gedetailleerdere wijze gepresenteerd door de geraamde kasontvangsten voor 2023 uit te splitsen over alle in Caribisch Nederland geheven rijksbelastingen en premies.

Indirecte belastingen 51,3
Algemene bestedingsbelasting 35,7
Accijnzen 4,7
Overdrachtsbelasting 10,9
Directe belastingen 138,0
Loonbelasting en premies volks- en werknemersverzekeringen 122,8
Inkomstenbelasting ‒ 0,1
Vastgoedbelasting 10,7
Opbrengstbelasting 3,2
Kansspelbelasting 1,4
Ontvangsten oude belastingstelsel 0,0
Overig 35,8
Totaal 225,1

Bijlage 8: Overzicht eilandelijke inkomsten

Net als bij de begroting van het gemeentefonds, verstrekt het kabinet jaarlijks een overzicht van de ontwikkeling van de opbrengsten uit lokale heffingen als bijlage bij de begroting van het BES-fonds. De in dit overzicht gebruikte gegevens zijn afkomstig van de door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties goedgekeurde begrotingen en jaarverslagen van de Openbare Lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

De lokale heffingen worden vastgesteld door de openbare lichamen. De afweging en de verantwoording over de hoogte van de tarieven vindt plaats in de eilandraden. De doorberekening van de rechten, de rioolheffing en de reinigingsheffing mag maximaal 100% kostendekkend zijn. Het bedrag van de inkomsten voor de openbare lichamen kan fluctueren, zoals dat ook bij Europees-Nederlandse gemeenten het geval is.

De tabellen bevatten een overzicht van de opbrengsten van de lokale heffingen van de Openbare Lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Dit is op basis van de meest recent ingediende en vastgestelde eilandelijke begrotingen en jaarverslagen. In de tabellen is te zien dat de Openbare Lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba aanmerkelijk van elkaar verschillen voor wat betreft de samenstelling van de eigen belastingen.

2018 2019 2020 2021 2022
Motorrijtuigenbelasting 4.239.441 4.496.878 4.362.661 5.123.000 4.700.000
Toeristenbelasting 2.329.639 5.868.021 1.617.594 1.898.000 7.500.000
Verhuurautobelasting 1.971.202 244.797 719.440 1.064.000 0
Erfpachten en huur 3.281.951 3.058.015 2.827.151 2.148.000 1
Reinigingsrechten 1.386.532 1.386.000 1.386.000 1.386.000 1.400.000
Leges en retributies 3.002.435 1.945.627 552.204 1.956.000 1.623.699
Havenbelasting 2.496.246 937.290 599.648 479.000 650.000
Grondbelasting 1.538.687 1.546.514 1.512.960 1.757.000 1.600.000
Opcenten op de Vastgoedbelasting 732.204 1.036.341 2.108.829 2.000.000 2.100.000
Precariorechten 470.113 467.415 488.150 510.000 504.700
Cruisepax 786.484 1.000.356 372.224 196.000 0
Diverse opbrengsten 2.093.714 0 ‒ 1.197.7222 0 0
Totaal 24.328.648 21.987.254 15.349.139 18.517.000 20.078.399
  1. Er zijn geen opbrengsten geraamd voor 2022. Na een automatisering van de administratie vindt er een inhaalslag in de incasso's plaats voor de achterstallige erfpachtcanons.
  2. Diverse opbrengsten 2020 betreft een dotatie voorziening dubieuze debiteuren, diverse afboekingen Belastingdienst Caribisch Nederland, diverse terugstortingen en verminderingen, openbare verkoop en diverse afboekingen in verband met jaarrekening, inclusief vijval inhoudingen t/m 2019 - pensioen gezagdragers.
20181 20191 20202 2021 2022
Motorrijtuigenbelastingen 489.073 397.630 434.350 420.000
Afvalstoffenheffingbelasting 300.947 300.000 405.519 350.000
Toeristenbelasting 116.512 60.000 100.000
Motorrijtuigenbelastingen en toeristenbelasting3 271.433
Onroerend goed exploitatie 93.485 365.223 249.958 415.190 286.260
Luchthaven 494.846 452.349 184.000 140.789 268.386
Zeehaven 2.312.568 2.510.297 2.156.811 1.966.846 2.413.587
Leges 101.186 81.094 98.514 67.426 48.500
Vergunningen 139.959 236.172 195.178 227.005 112.774
Overige opbrengsten 121.594 95.632 155.835 128.980 134.500
Totaal 3.752.711 4.555.856 3.834.646 3.623.188 4.134.007
  1. De lokale heffingen worden in de jaarrekeningen niet uitgesplitst en kunnen als zodanig niet uit de jaarrekeningen worden herleid. De realisatiecijfers voor 2017 zijn derhalve afkomstig uit de begroting 2019, de realisatiecijfers voor 2018 uit de begroting 2020 en de realisatiecijfers voor 2019 uit de begroting 2021. De cijfers voor 2020 zijn de voorlopige cijfers uit de begroting 2021. De motorrijtuigenbelasting, afvalstoffenheffing en afvalstoffenheffing zijn in de begroting 2019 en 2020 opgenomen in één post. Een verdere uitsplitsing van deze bedragen is derhalve niet mogelijk in de jaren 2017 en 2018.
  2. De gecontroleerde jaarrekening van 2020 is nog niet door Sint Eustatius beschikbaar gesteld aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De cijfers voor 2020 zijn afkomstig uit de vastgestelde begroting 2021, daarin zijn de middels een begrotingswijziging aangepaste cijfers voor 2020 opgenomen.
  3. De realisatiecijfers voor de motorrijtuigenbelastingen en de toeristenbelasting zijn bij elkaar opgeteld.

Toelichting

Vanaf begrotingsjaar 2019 is de indeling bij Sint Eustatius verfijnd.

2018 2019 2020 2021 2022
Motorrijtuigbelasting 151.917 153.818 157.992 191.815 185.000
Havengelden 123.418 106.476 22.216 40.663 110.000
Erfpacht/Verhuur gebouwen 81.507 80.487 38.188 82.740 84.000
Logeerbelasting 64.187 143.657 33.918 2.486 75.000
Kinderopvang 72.004 77.437 65.232 82.582 102.000
Luchthaventoeslag en landingsgelden 143.401 158.306 54.774 90.379 175.000
Afvalstoffenheffing 136.996 138.218 139.318 141.354 140.000
Burgerzaken 45.563 27.857 21.743 33.062 33.000
Verklaring omtrent gedrag 3.030 2.352 18.362 1.230 2.000
Bouwleges 5.500 4.000 10.000 12.000 10.000
Vervoer Studenten 12.160 3.900 1.800 1.300 5.000
Rijbewijzen 17.070 16.423 14.318 17.415 17.000
Handel en Industrie 70.421 75.142 63.996 80.477 86.000
Horecavergunningen 81.005 76.815 42.151 81.801 95.000
Verkoop zaden gezondheidscertificaten 4.708 4.040 5.537 2.044 1.500
Verkoop zaden landbouwproducten 5.028 10.000
COVID Testing Income 0 40.000
Watervoorzieningen 0 0 0 0 475.000
Totaal 1.012.887 1.068.928 689.545 866.376 1.645.500

Bijlage 9: Overzicht renteloze leningen Caribisch Nederland

Volgens lid 4 van artikel 89 van de Wet FinBES stelt de Ministerraad jaarlijks vast welk bedrag ieder van de openbare lichamen verschuldigd is aan aflossing van de renteloze leningen. De tot op heden aan Caribisch Nederland verstrekte renteloze leningen zijn in onderstaande tabel weergegeven.

Bonaire OCW Onderwijshuisvesting 25,0 2013-2037 1,0 1,0 14,0
Sint Eustasius OCW Onderwijshuisvesting 4,4 2013-2034 0,2 0,2 2,2
Saba I&W Infrastructuur 2,5 2015-2026 0,3 0,3 0,8
Totaal Caribisch Nederland 31,9 1,5 1,5 17,0

Onderwijshuisvesting

Met elk van de eilanden zijn door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) afspraken gemaakt om er voor te zorgen dat alle scholen in Caribisch Nederland kunnen beschikken over fatsoenlijke onderwijshuisvesting. Dat is een randvoorwaarde voor het realiseren van de basis onderwijskwaliteit. In 2013 zijn renteloze leningen door het Ministerie van OCW aan elk van de drie eilanden verstrekt zodat de openbare lichamen de grote achterstanden in de huisvesting van het onderwijs op de BES-eilanden op termijn weg kunnen werken. Sindsdien is de aan Saba verstrekte lening volledig afgelost. De leningen aan Bonaire en Sint Eustatius zullen resepectievelijk in 2037 en 2034 worden afgelost.

Infrastructuur Saba

In 2015 is door het toenmalige Ministerie van Infrastructuur & Milieu (I&M) een renteloze lening verstrekt aan Saba voor urgente infrastructurele werkzaamheden. Deze lening heeft een looptijd van 11 jaar. De lening zal in 2026 volledig worden afgelost.