[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 zoekmachine] [wat is dit?]

Uitstel beantwoording vragen van het lid Van Nispen over dat de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen pas in actie komt na een rechterlijke uitspraak

Mededeling (uitstel antwoord)

Nummer: 2022D34650, datum: 2022-09-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document, link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20212022-3941).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2022Z14968:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021-2022 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

3941

Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretarissen van Financiën over dat de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen pas in actie komt na een rechterlijke uitspraak (ingezonden 12 juli 2022).

Mededeling van Staatssecretaris De Vries (Financiën – Toeslagen en Douane), mede namens de Staatssecretaris van Financiën (Fiscaliteit en Belastingdienst) en de Minister voor Rechtsbescherming (ontvangen 8 september 2022).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 15 juni jl. over het tijdig beslissen van de Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT)? Wat is daarop uw reactie?1

Vraag 2

Hoeveel procedures zijn momenteel bij de rechter ingediend over het niet tijdig verstrekken van het dossier door de Belastingdienst/UHT?

Vraag 3

Wat is de heersende lijn in de uitspraken van rechters ten aanzien van het niet tijdig beslissen?

Vraag 4

Wat is de heersende lijn in de uitspraken van rechters ten aanzien van het niet tijdig verstrekken van het dossier?

Vraag 5

Zijn er ook bij de civiele rechter procedures aanhangig? Hoeveel procedures lopen via de civiele weg en hoeveel procedures lopen via de bestuursrechtelijke weg?

Vraag 6

Wat vindt u van de uitspraak van de directeur van de UHT dat de UHT als beleid heeft dossiers pas te behandelen als er een rechterlijke uitspraak daartoe ligt? Wat vindt u ervan dat de rechter deze uitspraak mee heeft genomen in het vonnis?

Vraag 7

Waarom dwingt de Belastingdienst/UHT gedupeerden van het kinderopvangtoeslagenschandaal om eerst naar de rechter te stappen voordat hun dossiers in behandeling worden genomen? Is dit ook uw beleid? Hoe past dit beleid van de Belastingdienst/UHT in uw beleid om het aantal bestuurszaken terug te dringen?

Vraag 8

Legt u zich bij het beleid neer dat gedupeerden eerst naar de rechter moeten, terwijl dat tot veel extra kosten voor de overheid leidt, namelijk de procedures bij de rechtbank en de dwangsommen?

Vraag 9

Beseft u dat uw verklaring in de brief van 8 juli jl., waarin u aangeeft dat operationele problemen ten grondslag liggen aan het probleem, niet de strijdigheid met de wet opheft?2

Vraag 10

Valt de bijstand door een schade-expert ook onder de rechtshulp aan gedupeerden van het kinderopvangtoeslagenschandaal? Zo nee, waarom niet?

Vraag 11

Wat gaat u doen indien duidelijk wordt dat de Belastingdienst/UHT vonnissen door de operationele problemen niet naleeft?

Mededeling

De schriftelijke vragen van lid Van Nispen (SP) aan de staatssecretarissen van Financiën en de Minister voor Rechtsbescherming over dat de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen pas in actie komt na een rechterlijke uitspraak (2022Z14968, ingezonden 12 juli 2022) kunnen met het oog op een zorgvuldige en volledige beantwoording niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.

Het streven is de antwoorden samen met de schriftelijke vragen van het lid Van Nispen over de rechtsbescherming van gedupeerden van het kinderopvangtoeslagenschandaal (2022Z13085, ingezonden 24 juni 2022) nog in september aan uw Kamer te sturen.


  1. uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBNHO:2022:5122, ECLI:NL:RBNHO:2022:5122↩︎

  2. Brief d.d. 8 juli 2022 inzake Rechtsbescherming voor gedupeerden, 2022D30581↩︎