[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van de leden Markuszower en Maeijer over het bericht 'Zonder onderzoek draaien we om hete brij'

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2022D35763, datum: 2022-09-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20212022-4021).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2022Z16158:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2021-2022 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

4021

Vragen van de leden Markuszower en Maeijer (beiden PVV) aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht «Zonder onderzoek draaien we om hete brij» (ingezonden 5 september 2022).

Antwoord van Minister Weerwind (Rechtsbescherming) (ontvangen 14 september 2022).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Zonder onderzoek draaien we om hete brij»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening van rechter Tromp dat er een onafhankelijk onderzoek moet komen naar de rol van rechters bij de uithuisplaatsingen van kinderen van het toeslagenschandaal? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

Ik onderschrijf het belang van onafhankelijk onderzoek. Dit is nodig voor inzicht en erkenning. Dit krijgt vorm via het inspectieonderzoek waarover ik uw Kamer in november 2021 informeerde2. Verder is een onafhankelijke onderzoekscommissie in voorbereiding.

Daarnaast vind ik het positief dat de rechtspraak zelf aan reflectie doet en onderzoek wil gaan doen. De bestuursrechters reflecteerden eerder al, eveneens naar aanleiding van het de toeslagenaffaire. Het rapport dat deze werkgroep opleverde getuigt van het vermogen om grondig en kritisch naar het eigen functioneren te kijken.3 Bij het reflectieprogramma van de familie- en jeugdrechters zijn behalve rechters, raadsheren en juridisch medewerkers ook vier externe adviseurs betrokken. Deze adviseurs komen uit de wetenschap, ontwikkelingspsychologie en advocatuur. Ook bij het geplande dossieronderzoek van de rechtspraak naar de uithuisplaatsingen van kinderen uit gedupeerde gezinnen zal een externe begeleidingscommissie zijn. Overigens gaat het niet om onderzoek naar de rol of het functioneren van rechters.

Vraag 3

Kunt u vertrouwen hebben in een onderzoek naar het functioneren van rechters, als dat niet door een onafhankelijke partij wordt uitgevoerd?

Antwoord 3

Het onderzoeksvoorstel van de Rijksuniversiteit Groningen heeft geen betrekking op het functioneren van rechters. Het onderzoekvoorstel heeft als focus om te achterhalen wat de invloed was van schuldenproblematiek op de beslissing een kind uit huis te plaatsen, en of die schuldenproblematiek het gevolg was van het terugvorderen van kinderopvangtoeslag. Naar verwachting wordt dit met het onderzoek van de Inspectie Justitie en Veiligheid (IJenV) ook inzichtelijk gemaakt. De IJenV bekijkt namelijk welke factoren een rol speelden bij het opleggen van een kinderbeschermingsmaatregel bij gedupeerde gezinnen.

De Rechtspraak zal ook zelf dossieronderzoek gaan doen. Ik heb vertrouwen in de wijze waarop dit onderzoek wordt uitgevoerd.

Vraag 4

Bent u bereid opdracht te geven tot een onafhankelijk onderzoek naar de schuldenproblematiek en de uithuisplaatsingen en de rol van rechters daarin? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Op dit moment zie ik geen aanleiding voor nog een onderzoek omdat het inspectieonderzoek al loopt, er een onderzoekscommissie in voorbereiding is, de Rechtspraak zelf dossieronderzoek zal gaan doen, en er een reflectietraject van familie- en jeugdrechters loopt.

Vraag 5

Hoe gaat u voorkomen dat er nog maar één kind uit huis geplaatst gaat worden naar aanleiding van de gevolgen van schuldenproblematiek, zeker nu de armoede onder kinderen en in gezinnen door torenhoge inflatie toeneemt?

Antwoord 5

Uithuisplaatsingen zijn altijd ingrijpend, voor ouders en voor het kind, en moeten daarom zoveel mogelijk worden voorkomen. Enkel schuldenproblematiek is geen grond voor een uithuisplaatsing. De Gecertificeerde Instelling of de Raad van de Kinderbescherming kunnen tot een uithuisplaatsing verzoeken indien dit nodig is voor de veiligheid en ontwikkeling van een kind. Uiteindelijk weegt een kinderrechter af of uithuisplaatsing noodzakelijk is. Er is nu geen enkele indicatie dat rechters enkel op basis van het bestaan van schuldenproblematiek bij de ouders besluiten tot uithuisplaatsing van een kind.

De toenemende financiële problemen in gezinnen hebben de nadrukkelijke aandacht van het kabinet en van gemeenten, die verantwoordelijk zijn voor schuldhulpverlening en jeugdhulp.


  1. Algemeen Dagblad, 31 augustus 2022, «Onafhankelijk onderzoek naar uithuisplaatsing kinderen toeslagenouders tegengehouden» (https://www.ad.nl/binnenland/onafhankelijk-onderzoek-naar-uithuisplaatsing-kinderen-toeslagenouders-tegengehouden~a88992e1/).↩︎

  2. Kamerstuk 31 066, nr. 921.↩︎

  3. Dit rapport is raadpleegbaar via Toeslagenaffaire: «Belang rechtsbescherming individu moet zwaarder wegen dan vaste lijn jurisprudentie» (rechtspraak.nl).↩︎