Het artikel 'Bonden dagen Helder voor rechter om uitblijven longcovidfonds zorg'
Schriftelijke vragen
Nummer: 2022D36874, datum: 2022-09-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2022Z17385).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W. Paulusma, Tweede Kamerlid (D66)
- Mede ondertekenaar: M.H. Bikker, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
Onderdeel van zaak 2022Z17385:
- Gericht aan: C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport
- Indiener: W. Paulusma, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.H. Bikker, Tweede Kamerlid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2022Z17385
Vragen van de leden Paulusma (D66) en Bikker (ChristenUnie) aan de Minister voor Langdurige Zorg en Sport over het artikel «Bonden dagen Helder voor rechter om uitblijven longcovidfonds zorg» (ingezonden 21 september 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Bonden dagen Helder voor rechter om uitblijven longcovidfonds zorg»?1
Vraag 2
Wat is uw reactie op het artikel en het feit dat de bonden tot deze actie overgaan?
Vraag 3
Bent u het ermee eens dat de financiële situatie en gezondheid van zorgmedewerkers die in de eerste golf Long-COVID opliepen vraagt om snel optreden van de regering? Op welke manier geeft u vorm aan deze urgentie?
Vraag 4
Kunt u, daar u op 16 september 2022 een uitstelbrief heeft gestuurd naar aanleiding van de aangenomen motie Paulusma- Bikker, op een meer concrete wijze uitweiden waarom u de termijn niet heeft gehaald die in de motie wordt genoemd, aangezien in de motie de regering wordt verzocht om binnen twee maanden met een brief te komen waarin staat op welke manier verdere invulling zal worden gegeven aan de aanpak van de problemen van de «eerste golf»-groep?2, 3
Vraag 5
In de motie werd speciale aandacht gevraagd voor financiën, her- en bijscholing en mogelijke re-integratie, waarom heeft u ervoor gekozen om niet alvast een antwoord te geven op de hiervoor genoemde onderdelen, gegeven het feit dat vele patiënten al maanden in onwetendheid verkeren?
Vraag 6
Kunt u alsnog in een aparte brief alvast ingaan op onderwerpen waar de bredere juridische verkenning niet voor vereist is, zodat deze groep alvast enige zekerheid krijgt?
Vraag 7
Waarom was de bredere juridische toets niet voorzien vóór de zomer en wanneer is het besluit genomen om deze bredere toets uit te laten voeren?
Vraag 8
Waaruit bestaat deze bredere juridische toets?
Vraag 9
Op welk termijn verwacht u dat er meer duidelijkheid komt inzake de bredere juridische afweging voor deze groep en de Kamer?
Vraag 10
Kunt u deze vragen, gezien de urgentie, voorafgaand aan het commissiedebat «Ontwikkelen rondom het coronavirus» d.d. 28 september beantwoorden?