Antwoord op vragen van het lid Van den Berg over het bericht 'Miljoenentekort dreigt voor Zeeuwse GGD: 'De bodem is bereikt''
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2022D41002, datum: 2022-10-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20222023-266).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Mede namens: M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van zaak 2022Z17240:
- Gericht aan: E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: J.A.M.J. van den Berg, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (đ origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
266
Vragen van het lid Van den Berg (CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Miljoenentekort dreigt voor Zeeuwse GGD: «De bodem is bereikt»» (ingezonden 19 september 2022).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 11Â oktober 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht: «Miljoenentekort dreigt voor Zeeuwse GGD: «De bodem is bereikt»»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Erkent u dat het zorgelijk is dat GGD Zeeland weliswaar een sluitende begroting heeft, maar te weinig geld om alle taken op professioneel niveau uit te voeren? Met name gezien de rol van de GGD in de bestrijding van het coronavirus?
Antwoord 2
In een verklaring2 geeft de GGD Zeeland aan te maken te hebben met jarenlange bezuinigingen en grotere uitdagingen op gebied van onder andere infectieziektebestrijding en milieugezondheidsvraagstukken. Ik vind het positief dat de GGD Zeeland hierover in gesprek gaat met de gemeenten waar de GGD voor werkt om te voorkomen dat er financiĂ«le knelpunten ontstaan in de toekomst. Gemeenten zijn immers de opdrachtgever van de GGD. Voor wat betreft de bestrijding van het coronavirus geldt sinds voorjaar 2020 de «meerkostenregeling». Dit is een regeling ondertekend door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport waardoor GGD-regioâs de kosten die zij maken voor de uitvoering van werkzaamheden in het kader van de bestrijding van het coronavirus kunnen indienen bij het Ministerie van VWS. Deze kosten worden dan vergoed.
Vraag 3
Deelt u de opvatting dat de GGD de ruggengraat voor de preventieve publieke gezondheid is voor gemeenten/regioâs en daartoe voldoende middelen zou moeten krijgen? En op welke wijze ondersteunt het kabinet de GGDâs bij de omslag naar preventie?
Antwoord 3
De GGD speelt inderdaad een belangrijke rol ten aanzien van preventie en publieke gezondheid. De Wet publieke gezondheid (Wpg) legt een verantwoordelijkheid voor preventie op aan gemeenten. In de Wpg is ook vastgelegd dat gemeenten op regionaal niveau gezamenlijk een gemeentelijke gezondheidsdienst (GGD) instellen en dat zij de GGD raadplegen bij het nemen van belangrijke besluiten op gebied van de publieke gezondheid. Hiermee is de rol van de GGD wettelijk geborgd, en ligt het opdrachtgeverschap en daarmee de financiering van de GGDâen voor deze taken ook primair bij de gemeenten. De financiering hiervoor loopt via het gemeentefonds. In 2014 zijn met de VNG afspraken gemaakt over de bij de GGD te beleggen taken.
Een belangrijk deel van de rol van de GGD ziet op uitvoering van taken die bij gemeenten zijn belegd, zoals infectieziektebestrijding en preventie. Voor wat betreft prenatale voorlichting en huisbezoeken, de jeugdgezondheidszorg en het Rijksvaccinatieprogramma zijn gemeenten vrij om de uitvoering ook bij andere organisaties te beleggen. Vanuit de rol van systeemverantwoordelijke kan het Rijk zelf programmaâs bij de GGDâen beleggen. Voorbeelden zijn de Gezonde School aanpak en de rookvrije omgeving. Vanuit het landelijke programma Gezonde School adviseren en begeleiden Gezonde School-adviseurs van de GGD scholen bij de uitvoering van de Gezonde School-aanpak. Verder zet de GGD zich in voor een rookvrije omgeving onder andere door gemeenten te ondersteunen bij de aanleg van rookvrije zones in openbare ruimtes.
De GGDâen hebben tevens een belangrijke rol in zowel het genereren van kennis via bijvoorbeeld de vierjaarlijkse Gezondheidsmonitor als bij het vertalen van landelijke kennis naar advies aan gemeenten over interventies op lokaal niveau. Het Ministerie van VWS draagt met de financiering van verschillende landelijke kennisinstellingen bij aan een gedegen kennisbasis waar de GGDâen gebruik van kunnen maken en op voort kunnen bouwen. Het Ministerie van VWS financiert het preventieprogramma van ZonMw, waarin ook aandacht is voor versterking van de samenwerking tussen verschillende partijen, waaronder de GGDâen, rond kennis over preventie. Het RIVM ondersteunt de GGDâen onder andere door met financiering vanuit het Ministerie van VWS kennis te ontsluiten. Het gaat daarbij om kennis over interventies op gebied van preventie en gezondheidsbevordering en hoe deze interventies in de praktijk te implementeren, maar ook bijvoorbeeld om kennis rond medische milieukunde. Dit zijn enkele belangrijke voorbeelden van hoe het Ministerie van VWS GGDâen ondersteunt in hun wettelijke rol als deskundige adviseur aan gemeenten.
Op 16 september jl. is het Integraal Zorgakkoord (IZA) ondertekend door Actiz, De Nederlandse GGZ, Federatie Medische Specialisten, InEen, Nederlandse Federatie van Universitaire medische centra, Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen, Patiëntenfederatie Nederland, Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland, Zelfstandigen Klinieken Nederland, ZorgthuisNL, Zorgverzekeraars Nederland en het Ministerie van VWS. In het IZA zijn ook afspraken over preventie opgenomen, waaronder de versterking van de kennisfunctie van de GGD.
Het Rijk ziet dat gemeenten, en daarmee ook GGDâen, voor een belangrijke uitdaging staan gelet op de toenemende aandacht voor preventie en de opgave waaraan partijen zich in het IZA aan hebben verbonden. Om die reden voorziet het Ministerie van VWS voor de periode 2023â2025 een financiĂ«le impuls van âŹÂ 2,5 miljoen per jaar om de kennis- en adviesrol van de GGDâen te versterken. Deze impuls wordt gefinancierd vanuit de middelen die met het coalitieakkoord zijn vrijgemaakt voor preventie. Op dit moment wordt nog bezien hoe deze middelen het beste kunnen worden ingezet, ook met het oog op de verantwoordelijkheden van de verschillende overheden. Ik zal uw Kamer voor het eind van dit jaar hierover nader informeren.
Vraag 4
Kunt u aangeven welke middelen uit het Regeerakkoord ingezet worden voor versterking van de GGDâs?
Antwoord 4
Dit kabinet heeft een envelop ter beschikking gesteld ter versterking van de pandemische paraatheid. Onderdeel van de envelop is het versterken van de basis van infectieziektebestrijding op GGD-niveau. In de begroting van het Ministerie van VWS die uw Kamer met Prinsjesdag heeft ontvangen, is voor 2023 en 2024 een bedrag van jaarlijks ruim 37 miljoen euro opgenomen voor korte termijn versterkingen van de infectieziektebestrijding om kwetsbaarheden aan te pakken. Deze middelen worden met een specifieke uitkering beschikbaar gesteld aan GGD regioâs. Verder breng ik dit jaar samen met veldpartijen in beeld wat benodigd is voor structurele versterking van de GGDâen op het terrein van de infectieziektebestrijding om op termijn de paraatheid van de GGDâen voor volgende pandemieĂ«n te vergroten. Ik zal u over de uitkomsten daarvan volgend jaar informeren.
Het Ministerie van VWS voorziet in de periode 2023â2025 een financiĂ«le impuls van âŹÂ 2,5 miljoen per jaar om de kennis- en adviesrol van de GGDâen te versterken, zie ook het antwoord op vraag 3. In het coalitieakkoord zijn middelen vrijgemaakt voor preventie en de aanpak van volksziektes. Een belangrijk deel van deze middelen zal aan de gemeenten worden toegekend voor activiteiten op gebied van preventie en gezondheidsbevordering. Daarbij ligt een belangrijke rol weggelegd voor de GGDâen als kennispartner, adviseur en uitvoerder.
Vraag 5
Kunt u aangeven wat de opzet van de Landelijke Functionaliteit Infectiebestrijding gaat betekenen voor de ondersteuning van de GGDâs?
Antwoord 5
Het Verwey-Jonker Instituut heeft in juni 2021 een onderzoek3 opgeleverd met verbetervoorstellen voor de publieke gezondheid en de rol van de GGDâen in relatie tot het Ministerie van VWS en het RIVM. Er is geconcludeerd dat er weinig eenduidigheid was in de werkwijzen en processen van de GGDâen en dat de structuur beperkt aanknopingspunten voor eenduidige samenwerking en uitvoering bood. Geconstateerd wordt dat er wel behoefte Ă©n noodzaak bestond om centraal te kunnen sturen op een uniforme aanpak en een mate van robuustheid van uitvoering en randvoorwaarden (zoals ICT).
Naar aanleiding van o.a. het Verwey-Jonkerrapport heeft het kabinet op 3Â juni 2022 besloten tot instelling van de LFI bij het RIVM4. De LFI zal een sterke focus op logistieke aspecten van de infectieziektebestrijding hebben in een crisiscontext, met een duidelijke afbakening van taken en processen van de LFI ten opzichte van de onafhankelijke medisch-inhoudelijke onderzoeks- en adviesrol van andere onderdelen van het RIVM.
De LFI zal verantwoordelijk zijn voor: (a) de centrale regie op de voorbereiding van een toekomstige pandemie van een A-infectieziekte (met landelijke impact), door kaderstelling en het organiseren van centrale capaciteiten zodat medisch-operationele processen in de gehele infectieziektebestrijdingsketen meer uniform worden uitgevoerd en daardoor beter opschaalbaar zijn, en (b) de operationele aansturing van (de opschaling van) grootschalige uitvoeringsaspecten in het geval van een pandemie van een A-infectieziekte (met landelijke impact).
Om beter opschaalbaar te kunnen zijn bij een grote uitbraak zullen de relevante werkwijzen en personele capaciteit van de GGDâen, ook in de koude fase, waar nodig moeten worden aangepast. De kaders hiervoor worden in samenwerking met de ketenpartners opgesteld, waarbij de inbreng van de kennis en expertise van de GGDâen, GGD GHOR Nederland en het RIVM essentieel zijn.
Vraag 6
Kunt u aangeven hoe de Rijksgelden worden verdeeld, gezien het feit dat GGD's gelden ontvangen van de gemeente voor hun gemeentelijke taken maar ook Rijksgelden voor hun wettelijke taken?
Is dat slechts op basis van het aantal inwoners en wordt daarbij ook rekening gehouden met oppervlakte van een regio en/of de infrastructuur/afstanden?
Wordt daarbij rekening gehouden met specifieke regionale omstandigheden, zoals een kerncentrale, de haven van Antwerpen en het transport (van gevaarlijke stoffen) over de Westerschelde en zware industrie vanwege de haven Vlissingen-Terneuzen-Gent met betrekking tot Zeeland?
Antwoord 6
In het algemeen geldt dat GGDâen werken in opdracht van gemeenten, en ze worden dan ook voor een belangrijk deel door de gemeenten gefinancierd. Bij het beleggen van wettelijke taken bij gemeenten worden hiervoor ook middelen aan het gemeentefonds toegevoegd. Het gemeentefonds wordt volgens een verdeelmodel onder de gemeenten verdeeld. Op 6Â april jl. informeerde de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uw Kamer over de aanpassing van het verdeelmodel die vanaf 1Â januari 2023 wordt ingevoerd5.
In het rapport «De GGD in beeld»6 heeft AndersonElffersFelix in opdracht van het Ministerie van VWS uitgewerkt welke taken de GGDâen uitvoeren en welke capaciteit hiervoor beschikbaar is. Uit dit rapport bleek dat destijds landelijk ca. 50% van de financiering van GGDâen uit vaste gemeentelijke bijdragen kwam. Binnenkort brengen de GGDâen een benchmark uit met nieuwe cijfers over 2021. De gemeentelijke bijdrage is vaak op basis van een bedrag per inwoner. Daarnaast kan een gemeente regionale omstandigheden meewegen bij de opdrachtverlening en financiering van de GGD. De overige middelen die GGDâen ontvangen zijn afkomstig van contractafspraken, (Rijks)subsidies en de markt.
Daarnaast zijn, zoals beschreven in antwoord op de vragen 2 en 4, voor de wettelijke taak van infectieziektebestrijding door GGDâen specifieke regelingen beschikbaar. Het gaat dan om de meerkostenregeling in de bestrijding van het coronavirus, en voor de jaren 2023 en 2024 de specifieke regeling die ziet op activiteiten ter versterking van de infectieziektebestrijding om op termijn de paraatheid van de GGDâen voor volgende pandemieĂ«n te vergroten.
Voor de taken die de GGD heeft binnen de opvang van ontheemden uit Oekraine, ontvangt de GGD vergoeding via het Bekostigingsbesluit eerste opvang ontheemden OekraĂŻne door veiligheidsregioâs. De GGD ontvangt vergoeding voor o.a. hun regie-, coördinatie- en communicatierol. Daarnaast voor het organiseren van de zorg. Hier kan het volgende onder vallen: medische/psychosociale hulp na intake, organiseren meldpunt infectieziekten en vaccineren.
Vraag 7
Kunt een overzicht geven van de huidige verdeling van Rijksgelden per GGD-regio?
Antwoord 7
Gemeenten ontvangen vanuit het gemeentefonds middelen volgens een vast verdeelmodel dat erop gericht is dat gemeenten met een gelijke lastendruk een gelijkwaardig voorzieningenniveau kan realiseren. Deze middelen zijn vrij besteedbaar en zijn dus niet geoormerkt, gemeenten ontvangen vanuit het gemeentefonds geen geoormerkte middelen voor GGDâen. Voor wat betreft de middelen die via het Regeerakkoord beschikbaar komen voor pandemische paraatheid geldt dat deze middelen voor 2023 en 2024 worden toegekend aan de GGD regioâs. De verdeling hiervan wordt op dit moment nog uitgewerkt. Voor de meerkostenregeling COVID geldt dat GGDâen kostendekkend vergoed worden voor de extra inspanningen die zij hebben geleverd bij de aanpak van de coronapandemie. Zoals bij het antwoord op vraag 6 benoemd kunnen GGDâen ook middelen ontvangen uit onder andere Rijkssubsidies. In het antwoord op vraag 3 wordt een aantal voorbeelden genoemd, maar daarnaast kunnen GGDâen ook Rijksgelden ontvangen via bijvoorbeeld ZonMw, het RIVM of kennisinstellingen die door het Rijk worden gefinancierd.
Vraag 8
Kunt u deze vragen beantwoorden voor de begrotingsbehandeling van VWS?
Antwoord 8
Ja.
Omroep Zeeland, 16 september 2022, «Miljoenentekort dreigt voor Zeeuwse GGD: «de bodem is bereikt»», https://www.omroepzeeland.nl/nieuws/14964869/miljoenentekort-dreigt-voor-zeeuwse-ggd-de-bodem-is-bereikt.â©ïž
https://www.ggdzeeland.nl/over-ggd-zeeland/actueel/reactie-ggd-zeeland-op-berichtgeving-financiele-problemen/â©ïž
Kamerstuk 25Â 295, nr. 1297â©ïž
Kamerstuk 25 295, nr. 1836â©ïž
Kamerstuk 35 925-B, nr. 21â©ïž
https://www.tweedekamer.nl/downloads/document?id=35b1aa07â2cdd-4af7-ae65â47a326823e54&title=De%20GGD%20in%20beeld.%20Een%20onderzoek%20naar%20taken%2C%20mensen%20en%20middelen%20van%20GGD%27en.pdfâ©ïž