Amendement van het lid Van Nispen over het zenden van een negatieve accountantsverklaring naar de OR
Wijziging van de Faillissementswet in verband met de implementatie van de Richtlijn (EU) 2019/1023 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende preventieve herstructureringsstelsels, betreffende kwijtschelding van schuld en beroepsverboden, en betreffende maatregelen ter verhoging van de efficiëntie van procedures inzake herstructurering, insolventie en kwijtschelding van schuld, en tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 (Richtlijn betreffende herstructurering en insolventie) (PbEU 2019, L 172) (Implementatiewet richtlijn herstructurering en insolventie)
Amendement
Nummer: 2022D41217, datum: 2022-10-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36040-8).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. van Nispen, Tweede Kamerlid (SP)
Onderdeel van zaak 2022Z19258:
- Indiener: M. van Nispen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2022-11-01 15:05: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
36 040 Wijziging van de Faillissementswet in verband met de implementatie van de Richtlijn (EU) 2019/1023 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende preventieve herstructureringsstelsels, betreffende kwijtschelding van schuld en beroepsverboden, en betreffende maatregelen ter verhoging van de efficiëntie van procedures inzake herstructurering, insolventie en kwijtschelding van schuld, en tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 (Richtlijn betreffende herstructurering en insolventie) (PbEU 2019, L 172) (Implementatiewet richtlijn herstructurering en insolventie)
Nr. 8 AMENDEMENT VAN HET LID VAN NISPEN
Ontvangen 12 oktober 2022
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Na artikel II wordt een artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL IIA
Aan artikel 31a van de Wet op de ondernemingsraden wordt een lid toegevoegd, luidende:
8. Als een accountantsverklaring een negatieve verklaring omvat als bedoeld in artikel 393 lid 5, onderdeel h, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, wordt deze accountantsverklaring onverwijld door de accountant aan de ondernemingsraad gezonden.
Toelichting
Met dit amendement wil de indiener uitvoering geven aan artikel 3, vijfde lid, van de richtlijn, waarin is bepaald dat lidstaten de werknemersvertegenwoordigers steun kunnen verstrekken bij de beoordeling van de economische situatie van de schuldenaar. Extra steun voor werknemers is allesbehalve een overbodige luxe, omdat zij, zoals ook in preambule 44 van de richtlijn wordt beschreven, als schuldeisers bijzonder kwetsbaar zijn bij een faillissement.
Indiener wijst er op dat hoewel ondernemers reeds verplicht zijn om ondernemingsraden financiële gegevens te verstrekken, op basis van artikel 31a van de Wet op de ondernemingsraden, dit in de praktijk vaak niet of onvoldoende gebeurd. Om te voorkomen dat het de ondernemingsraad pas duidelijk wordt hoe slecht de financiële positie van de onderneming is, als het faillissement wordt uitgesproken, wil de indiener bewerkstelligen dat accountants, als een accountantsverklaring een negatieve verklaring omvat als bedoeld in artikel 393, vijfde lid, onder h, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, een afschrift van deze verklaring rechtstreeks aan de ondernemingsraad zendt.
Op deze manier wordt een ondernemer er eerder toe aangezet om het overleg met de ondernemingsraad te starten. Hoe eerder de ondernemingsraad geïnformeerd wordt, hoe beter zij ook een bijdrage kan leveren aan het voorkomen van insolventie. De medezeggenschap voor ondernemingsraden wordt met dit amendement beter gewaarborgd dan nu het geval is. Een ontwikkeling die ook door de Commissie Bevordering Medezeggenschap van de sociaaleconomische Raad wordt toegejuicht.
De hierboven beschreven constructie van rechtstreekste toezending is vergelijkbaar met die van artikel 14, derde lid, van de Arbeidsomstandighedenwet. Voorts waarborgt artikel 20 van de Wet op de ondernemingsraden dat de ondernemingsraad de nodige vertrouwelijkheid in acht neemt in de omgang met de aan haar verstrekte stukken.
Van Nispen