Amendement van het lid Leijten over een eenmalige specifieke uitkering voor hoge energielasten van essentiële lokale voorzieningen
Vaststelling van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2023
Amendement
Nummer: 2022D41296, datum: 2022-10-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36200-B-11).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36200 B-11 Vaststelling van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2023.
Onderdeel van zaak 2022Z19308:
- Indiener: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2022-12-08 15:05: Aanvang middagvergadering: STEMMINGEN (over alle begrotingen en over moties ingediend bij het Tweeminutendebat Landbouw- en visserijraad 11 en 12 december 2022) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2022-2023 |
36 200 B Vaststelling van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2023
Nr. 11 AMENDEMENT VAN HET LID LEIJTEN
Ontvangen 12 oktober 2022
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Het laatst genoemde bedrag (voor decentralisatie-uitkeringen) in artikel 3 wordt verhoogd met 750.000.000 euro.
II
De begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 1 gemeentefonds worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 750 000 (x € 1.000).
Toelichting
Dit amendement regelt dat initiatieven in buurten ondanks een hoge energierekening open kunnen blijven voor buurtbewoners. Door de verslechterde financiële positie van gemeenten is er lokaal veelal bezuinigd op lokale voorzieningen. Tegelijkertijd worden onder andere amateursportverenigingen, bibliotheken en buurthuizen dit jaar geconfronteerd met buitengewoon hoge energielasten. Indiener beoogt met dit voorstel een voorziening te treffen voor dergelijke instellingen en organisaties, die hier aanspraak op kunnen maken indien zij plek bieden aan en voor lokale gemeenschappen. Vanwege de toenemende armoede en hoge individuele energielasten voor mensen is het bieden van een alternatief in de buurt voor mensen die anders thuis in de kou zitten extra noodzakelijk. Hierdoor neemt ook de sociale cohesie toe, volgens de indiener.
Op deze manier voorkomt dit voorstel volgens indiener dat essentiële lokale voorzieningen sluiten vanwege hoge energielasten, zonder daarbij gemeenten extra financieel te belasten. Omdat niet alle voorzieningen ingericht zijn om extra initiatieven te ontplooien waardoor buurtgenoten elkaar kunnen ontmoeten, vindt indiener het gerechtvaardigd het budget niet alleen toe te spitsen op enkel compensatie voor een hogere energierekening. Indiener stelt daarom voor een bedrag van 750 miljoen toe te voegen aan het gemeentefonds, waarbij dit bedrag geoormerkt is en de trekkingsrechten bij voorzieningen liggen die kampen met te hoge energielasten en laagdrempelig toegankelijk zijn en/of laagdrempelige initiatieven bieden voor en aan mensen uit de buurt. De basis voor de verdeling van deze middelen ligt in het onderzoek van het Ministerie van Economische Zaken, waaruit 479 miljoen euro toegezegd moet worden voor de compensatie van de energierekening, met uitzondering van overige culturele instellingen. Het meerbedrag kan worden verdeeld naar inwoneraantal1. Dit betreft een eenmalige specifieke uitkering op basis van artikel 17, vijfde lid, van de Financiële Verhoudingswet. De dekking voor dit voorstel wordt gevonden in het klimaatfonds.
Leijten
https://www.tweedekamer.nl/downloads/document?id=2022D36822, pagina 18.↩︎