Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2022-2023

33 529 Gaswinning

Nr. 1070 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 oktober 2022

Zoals toegezegd in het commissiedebat Mijnbouw/Groningen op 29 september jl. (Kamerstuk 33 529, nr. 1069), informeer ik uw Kamer hierbij over de stand van zaken met betrekking tot de tegemoetkoming voor bewoners die een lagere schadevergoeding voor waardedaling hebben ontvangen van de Nederlandse Aardoliemaatschappij (NAM) dan nu zou zijn toegekend door het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG). Deze verschillen kunnen in individuele gevallen fors zijn. Ik vind het dan ook belangrijk dat bewoners, die hier al lange tijd op hebben moeten wachten, deze tegemoetkoming zo snel als mogelijk ontvangen.

In november 2021 heeft mijn ambtsvoorganger besloten voor deze regeling eenmalig 25 miljoen euro vrij te maken.¹ Het IMG zal deze tegemoetkoming uit gaan keren. Dit is een aanvulling op de bestaande taak van het IMG, om schade die is ontstaan als gevolg van de gaswinning en die niet reeds door NAM is vergoed af te handelen. Daarvoor is een wettelijke grondslag nodig.² Na het bovengenoemde besluit is daarom gestart met het opstellen van een algemene maatregel van bestuur (AMvB). Ik heb uw Kamer op 14 maart jl.³ en op 11 mei jl.⁴ geïnformeerd over de stand van zaken en de te zetten stappen. De AMvB is op 13 mei in consultatie gebracht⁵ en na afronding van de consultatiefase op 21 juli jl. aangeboden aan de Afdeling advisering van de Raad van State. Hiervoor wordt geen vaste doorlooptijd gehanteerd, maar ik verwacht het advies inmiddels ieder moment.

De datum waarop de AMvB in werking kan treden en het IMG kan starten met de uitvoering, is in belangrijke mate afhankelijk van de strekking van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State. Het IMG bereidt de uitvoering van deze regeling zoveel mogelijk parallel voor en zal de laatste stappen, zoals verwerking in de ICT-systemen en zorgvuldige communicatie over de start van de regeling, hierop aan laten sluiten. De individuele herbeoordeling zal gedaan worden op basis van de werkwijze die het IMG nu hanteert voor schade door waardedaling. De procedure wordt zo eenvoudig mogelijk gemaakt en zal naar verwachting een korte doorlooptijd kennen, vergelijkbaar met de bestaande waardedalingsregeling. Daarbij benadruk ik graag dat het moment van de start van deze regeling geen (negatieve) gevolgen heeft voor de hoogte van de compensatie in verband met de herziening van de waardedalingsregeling door het IMG. De werkwijze die het IMG momenteel voor de algemene waardedalingsregeling hanteert⁶, waarbij wordt uitgegaan van de voor de bewoner meest gunstige variant, zal ook voor deze groep gedurende een overgangsperiode van toepassing zijn.

Na ontvangst van het advies van de Raad van State kan ik een concrete inschatting maken van de vroegst haalbare startdatum van de regeling. Ik zal uw Kamer hierover voor het volgende commissiedebat informeren. Mijn inzet is en blijft dat bewoners deze tegemoetkoming zo snel als mogelijk ontvangen.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
J.A. Vijlbrief

---

1. Kamerstuk 33 529, nr. 914.↩︎

2. Op grond van artikel 2, achtste lid, van de Tijdelijke wet Groningen.↩︎

3. Kamerstuk 33 529, nr. 993.↩︎

4. Kamerstuk 33 529, nr. 1023.↩︎

5. Zie voor consultatiereacties en verslag: https://www.internetconsultatie.nl/tegemoetkoming_waardedaling/b1.↩︎

6. https://www.schadedoormijnbouw.nl/nieuws/overgangsperiode-waardedalingsregeling-tot-1-januari-2023.↩︎