Stand van zake detentiewezen Sint Maarten
Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2023
Brief regering
Nummer: 2022D42362, datum: 2022-10-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36200-IV-10).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Beslisnota bij brief over stand van zaken detentiewezen Sint Maarten
- Vierenveertigste rapportage aan het ministerieel overleg over de periode 1 januari 2022 - 1 juli 2022
Onderdeel van kamerstukdossier 36200 IV-10 Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2023.
Onderdeel van zaak 2022Z19733:
- Indiener: A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Volgcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (2021-2024)
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2022-10-20 13:15: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-11-09 13:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2023-01-25 19:00: Landspakketten en hervormingen CAS (Commissiedebat), vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2023-02-08 12:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
36 200 IV Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2023
Nr. 10 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 oktober 2022
Inleiding
Mijn voorganger heeft u op 11 februari 2021 laatstelijk uitgebreid geïnformeerd over de stand van zaken wat betreft het gevangeniswezen in Sint Maarten in het Schriftelijk Overleg over Sint Maarten (Kamerstuk 35 420, nr. 224). In deze brief zal ik zoals aangekondigd richting uw Kamer (Kamerstuk 33 845, nr. 45; Kamerstuk 36 120 IV) nader inlichten over de voortgang op de verschillende trajecten die lopen om Sint Maarten te ondersteunen om tot verbeteringen binnen het gevangeniswezen te komen. Ook zal ik stilstaan bij de 44e rapportage van de voortgangscommissie Sint Maarten, die ik u samen met deze brief toezend. Ten slotte ga ik in op de toekomst van de samenwerking tussen Nederland en Sint Maarten met betrekking tot het detentiewezen.
Sint Maarten is sinds 10 oktober 2010 een autonoom land binnen het Koninkrijk. Sindsdien is de rechtshandhaving, inclusief het gevangeniswezen, een landsaangelegenheid van Sint Maarten.
Na jaren van slechte omstandigheden in het gevangeniswezen van Sint Maarten, zonder dat er sprake was van substantiële verbetering, heeft in november 2020 de Minister van Justitie van Sint Maarten Nederland om hulp, bijstand en samenwerking gevraagd om stappen te kunnen zetten voor verbetering in het gevangeniswezen in Sint Maarten. Hier heeft het kabinet gehoor aan gegeven. In februari 2021 is de inzet van Nederland op de verbetering van het detentiewezen van Sint Maarten toegelicht (Kamerstuk 35 420, nr. 224). Het Kabinet heeft met het akkoord op het landspakket Sint Maarten (22 december 2020) eenmalig € 30 miljoen beschikbaar gesteld. Van dit bedrag is € 20 miljoen gealloceerd voor de bouw van een nieuwe gevangenis (opgenomen in het landspakket van Sint Maarten als maatregel H21), en zal € 10 miljoen verdeeld over vijf jaar (2022 tot en met 2026) worden aangewend om bredere verbeteringen van het detentiewezen te bewerkstelligen. Daarnaast wordt er technische en financiële ondersteuning aan Sint Maarten geleverd, in de vorm van een programmateam (een programmamanager, een senior-adviseur facilitaire zaken en een HR-adviseur, en een trainer van het opleidingsinstituut Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) en subsidies ter bekostiging van bouwkundige verbetermaatregelen en opleidingen voor het gevangenispersoneel. Deze technische en financiële ondersteuning betreft onder andere de uitvoering van de Afsprakenlijst verbetermaatregelen uit 2018 (opgenomen in het landspakket als maatregel H20). Over de uitvoering van beide maatregelen, H20 en H21, wordt gerapporteerd in de uitvoeringsrapportages van de Landspakketten (Kamerstuk 35 420, nr. 511])
Huidige activiteiten
Nieuwbouw gevangenis Sint Maarten (UNOPS)
In 2018 heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in de Corallo-zaak geoordeeld dat het verbod op onmenselijke of vernederende behandeling is geschonden. Hierdoor staat het Koninkrijk der Nederlanden onder verscherpt toezicht bij het Comité van Ministers van de Raad van Europa. Onder meer het nieuwbouwproject en de daaropvolgende beoogde positieve effecten op het detentiewezen van Sint Maarten (zoals meer celcapaciteit) is noodzakelijk om aan te kunnen tonen dat binnen het Koninkrijk der Nederlanden stappen worden gezet tot verbetering van de situatie. Nederland vindt het belangrijk hieraan bij te kunnen dragen met de eerdergenoemde € 20 miljoen voor de bouw.
Sint Maarten, Nederland en de United Nations Office of Project Services (UNOPS) zijn in gesprek over het nieuwbouwproject. UNOPS is de beoogde partner om dit project verder te brengen, in het bijzonder gelet op (i) de complexe aard van het project (ontwerp en bouw van een nieuwe gevangenis) (ii)de beperkte capaciteit bij de overheid van Sint Maarten en (iii) de ervaring van UNOPS met infrastructuurprojecten wereldwijd en projectmanagement met eigen aanbestedingsprocedures
Naar aanleiding van malversaties bij een investeringsfonds (S3i) van UNOPS heeft de Joint Executive Board van de Verenigde Naties met UNOPS medio juni en begin september jl. ingegrepen. Diverse externe onderzoeken naar deze misstanden zijn opgestart. Hoewel de misstanden niet aan het nieuwbouwproject voor de gevangenis in Sint Maarten raken, neemt het niet weg dat het van belang is de misstanden moeten worden onderzocht. Zoals aangeven in de beantwoording van de schriftelijke vragen gesteld voorafgaande aan de begrotingsbehandeling hoofdstuk IV (Kamerstuk 36 200 IV) heeft de Minister voor BHOS naar aanleiding van de malversatie besloten om in haar rol als bilaterale donor om in de samenwerking van het Koninkrijk met UNOPS een tijdelijke betaalpauze in te lassen en een verzwaarde (financiële) procedure in te stellen voor het aangaan van nieuwe samenwerkingen met UNOPS (Aanhangsel Handelingen II 2022/23, nr. 72). Aangezien het Ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ) een Koninkrijksdepartement is, wordt deze lijn van de Minister voor BHOS ook door en het Ministerie van Justitie Sint Maarten en het Ministerie van BZK gevolgd.
Het nieuwbouwproject gevangeniswezen is een nieuwe samenwerking tussen UNOPS, Sint Maarten en Nederland. Sint Maarten en het Ministerie van BZK (in afstemming met de Ministeries van BZ en JenV), en UNOPS zijn met elkaar in gesprek over het invullen van aanvullende waarborgen binnen het projectplan en bijgaande overeenkomst om risico’s te minimaliseren, zodat met voldoende vertrouwen de samenwerking aangegaan kan worden.
Hulp en bijstand
Zoals eerder beschreven heeft Nederland hulp en bijstand verleend op verzoek van de Minister van Justitie van Sint Maarten. Zo zijn subsidies toegekend voor een programmamanager, opleidingen voor het gevangenispersoneel en het voltooien van de Afsprakenlijst verbetermaatregelen 2018. Daarnaast is dit jaar een bedrag van € 2 miljoen aangewend om te komen tot structurele verbeteringen; de eerste van vijf tranches van € 2 miljoen die tussen 2022 en 2026 zullen worden ingezet. Hieronder staat beschreven op welke manier de voornoemde middelen zijn ingezet en welke voortgang er is gemaakt.
Programmateam
In de zomer 2021 is een programmamanager gestart, die de Minister van Justitie van Sint Maarten ondersteunt in de uitvoering van het Plan van Aanpak Detentie. Ter ondersteuning van de programmamanager is een programma-assistent en een HR-adviseur aan het programmateam toegevoegd. Het programmateam is in 2022 door BZK voorzien van een programmabudget van € 110.000. Dit budget is voornamelijk besteed aan het versterken van het dagprogramma door de gebouwen beter bruikbaar te maken. Het gaat dan bijvoorbeeld om het renoveren van de sportfaciliteiten en de aanschaf van een tijdelijke kapel.
Door de inzet van het programmateam zijn er de afgelopen tijd zichtbare en tastbare verbeteringen aangebracht, zo merkt de voortgangscommissie op in haar 44e rapportage (zie ook onder voortgangscommissie). De condities in de gevangenis Point Blanche waren dusdanig ondermaats, onder andere door de coronacrisis, dat de programmamanager zich heeft toegelegd op onmiddellijke verbetering van de basisvoorzieningen, zoals het renoveren van verschillende ruimtes in het gevangenisgebouw. Dit was voor Sint Maarten nodig om het Plan van Aanpak Detentie verder uit te kunnen voeren en bovendien tegemoet te komen aan de bevindingen van toezichthouders zoals de Raad voor de Rechtshandhaving en het Europees Comité voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing (CPT). Nadat de HR-adviseur de personele bezetting had onderzocht, is duidelijk geworden hoeveel medewerkers daadwerkelijk inzetbaar zijn, welke medewerkers niet meer en op welke termijn nieuwe medewerkers moeten worden aangetrokken. Om de problemen op te lossen wordt o.a. het ziekteverzuimprotocol aangepast en een casusoverleg ingericht.
Opleidingen
In maart 2022 hebben twee trainers van het Opleidingsinstituut van DJI Sint Maarten bezocht. Op basis daarvan is de Basis Beroepsopleiding op maat gemaakt binnen de context van Sint Maarten. De verwachting is dat aan eind 2024 alle gevangenisbewaarders de basisopleiding hebben afgerond.
Bouwkundige verbetermaatregelen
Vanuit de hulp en bijstand zijn verschillende bouwkundige verbetermaatregelen bekostigd, waaronder het herstellen van de kapel en de werkplaats, de brandmeldinstallatie en de bliksembeveiliging. Een aantal van deze onderdelen is volledig afgerond – o.a. de brandmeldinstallatie – en aan andere projecten wordt nog gewerkt. De verwachting is dat de bouwkundige verbetermaatregelen in de zomer van 2023 gereed zijn, en daarmee is voldaan aan de maatregel H20 in het landspakket
Materiële steun
Sinds orkaan Irma in 2018 worden er nog 11 gedetineerden opgevangen in detentiecentra in Nederland. Deze bijstand wordt op basis van de Onderlinge Regeling Detentie (ORD) aangeboden door Nederland en bekostigd door Sint Maarten. Vier van deze gedetineerden verblijven op grond van veiligheidsredenen in Nederland, en zullen daarom naar alle waarschijnlijkheid pas vlak voor de einddatum van hun detentie terugkeren naar Sint Maarten. Het streven is om de resterende zeven gedetineerden conform afspraak zo snel mogelijk doen terug te keren, ook met het oog op de re-integratie in de samenleving in Sint Maarten.
Daarnaast ontvangt Sint Maarten met de medewerking van de DJI-goederen voor de gevangenis in Sint Maarten, op basis van een door het managementteam opgestelde inventarislijst. De goederen en materialen zullen onder andere worden gebruikt voor het opknappen van de basisvoorzieningen in de gevangenis waaronder de cellen, de ziekenboeg en de gemeenschappelijke ruimtes, maar ook het opstarten van re-integratieprojecten en het optimaliseren van de ICT in de gevangenis. Doel van deze inzet is om de veiligheid van gedetineerden en het personeel van de gevangenis te vergroten en is in lijn met uitvoering van het Plan van Aanpak Detentie.
Voortgangscommissie
44e voortgangsrapportage
De voortgangscommissie Sint Maarten merkt in haar 44e rapportage op dat er in de gevangenis veel verbeteringen zijn bewerkstelligd, waaronder een zinvolle dagbesteding. Dit ondanks de lage personeelsbezetting. De voortgangscommissie merkt echter op dat de brede uitvoering van het Plan van Aanpak Detentie nog achterwege blijft. Ik zal de aanbevelingen van de voortgangscommissie bespreken met de Minister-President van Sint Maarten tijdens het eerstvolgende Ministerieel Overleg, dat gepland staat voor eind november.
Opvolging voortgangscommissie
De voorzitter van de voortgangscommissie en het lid namens Nederland zullen hun taken in de nabije toekomst overdragen. De heer Schoof is sinds 2010 lid en voorzitter van deze commissie, de heer Marijnen is lid sinds 2015. Ik neem hierbij de gelegenheid waardering uit te spreken voor hun expertise en onvermoeibare inzet op dit dossier.
Voor het vinden van gekwalificeerde opvolgers voor het lid en voorzitter van de voortgangscommissie is in samenwerking met Sint Maarten de procedure gestart. Momenteel vinden er gesprekken plaats met de beoogde kandidaat-leden. Sint Maarten is in deze gesprekken betrokken. Het streven is voor het einde van het jaar de procedure af te ronden. De kandidaat-leden worden daarna voorgedragen aan de Rijksministerraad en zullen benoemd worden per koninklijk besluit.
Vooruitblik
De Samenwerkingsregeling waarborging plannen van aanpak landstaken Curaçao en Sint Maarten (hierna: de Samenwerkingsregeling) dient als wettelijke basis voor de hulp en bijstand die Nederland biedt aan Sint Maarten voor de verbetering van het detentiewezen. Deze Algemene Maatregel van Rijksbestuur (AMvRb) heeft een looptijd van twee jaar en is op 7 juli 2022 verlengd per koninklijk besluit (nr. 2022001479). De Tweede Kamer is hierover geïnformeerd met het schrijven van 2 juni 2022 (Kamerstuk 31 568, nr. 219). Met de huidige verlenging loopt de AMvRb tot 7 juli 2024. Ik wil met deze verlenging de samenwerking tussen Nederland en Sint Maarten de komende twee jaar continueren, op de wijze zoals hierboven beschreven. Sint Maarten en Nederland werken samen binnen het Koninkrijk om te komen tot een duurzame verbeteringen.
Naast de hulp en bijstand is de bouw van een nieuwe gevangenis een belangrijke stap om te zorgen dat het detentiewezen van Sint Maarten voldoet aan internationale standaarden. Hier wordt door middel van het traject met UNOPS invulling aan gegeven. Ondertussen wordt met technische bijstand en financiële ondersteuning ingezet voor het verbeteren van het huidige detentiewezen. Nederlandse steun zal altijd met oog voor verantwoordelijkheden binnen de kaders van het Statuut gericht zijn op versterking van het beleid in overeenstemming met internationale verplichtingen ten aanzien van mensenrechten.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties,
A.C. van Huffelen